Motie van het lid Van der Graaf c.s. over maximale cofinanciering voor Nederlandse budgettaire middelen uit EU-middelen krijgen
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020
Motie
Nummer: 2020D28403, datum: 2020-07-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35300-A-112).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede ondertekenaar: G.J. (Gijs) van Dijk, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: R.A.J. Schonis, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S.C. Kröger, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van kamerstukdossier 35300 A-112 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020.
Onderdeel van zaak 2020Z13418:
- Indiener: S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: G.J. (Gijs) van Dijk, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.C. Kröger, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R.A.J. Schonis, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2020-07-02 02:15: STEMMINGEN (over alle resterende onderwerpen) (Stemmingen), TK
- 2020-07-02 22:35: VAO MIRT (AO d.d. 25/06) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
35 300 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020
Nr. 112 MOTIE VAN HET LID VAN DER GRAAF C.S.
Voorgesteld 2 juli 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van mening dat goede en snelle internationale treinverbindingen essentieel zijn voor een goede verbondenheid met de rest van Europa;
overwegende dat de Kamer bovendien heeft uitgesproken dat korteafstandsvluchten zo veel mogelijk omgezet zouden moeten worden in snelle internationale treinverbindingen;
overwegende dat de Kamer in een aantal recente moties aan de regering heeft gevraagd om ambitieus en breed in te zetten op verbetering van grensoverschrijdende snelle spoorverbindingen;
overwegende dat uit EU-informatie blijkt dat Nederland niet of nauwelijks gebruik maakt van Europese TEN-T-middelen voor personenvervoer;
overwegende dat de beleidsontwikkeling rond het nieuwe TEN-T-kader op EU-niveau bijna is afgerond;
verzoekt de regering, om maximale cofinanciering voor Nederlandse budgettaire middelen te krijgen uit EU-middelen, door een plan op te stellen om effectief op het TEN-T-programma van de EU in te spelen en in te zetten op maximale benutting door Nederland van TEN-T-middelen voor internationale spoorverbindingen, en de Kamer hierover uiterlijk in de tweede helft van september 2020 te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Graaf
Schonis
Kröger
Gijs van Dijk