[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Monitor Betaaltermijnen overheid 2019

Vernieuwing van de rijksdienst

Brief regering

Nummer: 2020D29319, datum: 2020-07-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31490-283).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 31490 -283 Vernieuwing van de rijksdienst.

Onderdeel van zaak 2020Z13806:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

31 490 Vernieuwing van de rijksdienst

Nr. 283 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juli 2020

Het is voor ondernemers belangrijk dat zij op tijd worden betaald, mkb’ers komen in de knel als ze lang op hun geld moeten wachten. Dat kan al problemen opleveren als het goed gaat met de economie, laat staan in de moeilijke economische periode die nu door het coronavirus is ontstaan. Snellere betaling biedt ondernemers meer financiële ademruimte en geeft ze een grotere kans om deze economische crisis door te komen.

Ik ben met uw Kamer meerdere keren in overleg geweest over de wens om de betaaltermijnen van grote bedrijven aan mkb-ondernemingen te maximeren op 30 dagen. Op 8 juni jl. heb ik – mede namens de Minister voor Rechtsbescherming – uw Kamer een brief gestuurd waarin onder andere is aangegeven dat de betaaltermijn voor grote bedrijven in relatie tot mkb-ondernemingen wordt gemaximaliseerd tot 30 dagen.1 Een wetsvoorstel wordt momenteel voorbereid. De betaaltermijn voor deze handelsrelaties wordt gelijkgetrokken met de maximum betaaltermijn voor de overheid.

De overheid heeft omtrent het betalen van facturen een voorbeeldfunctie te vervullen. Overheden zijn sinds 2013 wettelijk verplicht hun rekeningen binnen 30 dagen te betalen. Jaarlijks informeer ik, in samenwerking met MKB-Nederland, uw Kamer met een monitor over het betaalgedrag van de rijksoverheid, provincies en de gemeenten per individuele partij. Deze monitor betreft het overzicht van de gerealiseerde betaaltermijnen in het jaar 20192.

Voor deze jaarlijkse monitor werk ik samen met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO), die de gegevensuitvraag voor respectievelijk de gemeenten en de provincies verzorgen. Daarbij is de gehanteerde methodiek en vraagstelling identiek, zodat uw Kamer op gestructureerde en transparante wijze geïnformeerd wordt over het betaalgedrag van de overheid.

De cijfers zijn over het algemeen positief, maar er is ruimte voor verbetering.

Rijksoverheid

De betaaltermijnen van de rijksoverheid worden sinds 2009 gemonitord. Per departement wordt gekeken in hoeverre de wettelijke betaaltermijn van 30 dagen wordt gehaald.

In 2016 heeft de rijksoverheid de ambitie verhoogd van 90% naar 95% betalingen voor ingekochte goederen en diensten die binnen 30 dagen moeten zijn afgerond.

Over het boekjaar 2019 is de gemiddelde score voor de rijksoverheid 95,8% waarmee het Rijk ruimschoots aan de norm voldoet. Veel departementen laten ten opzichte van vorig jaar verbetering zien. Een tweetal departementen blijft echter achter, ondanks de vooruitgang die ze dit jaar hebben gerealiseerd. Een overzicht van de gerealiseerde betaaltermijnen is opgenomen in de Jaarrapportage Bedrijfsvoering Rijk die op 20 mei 2020 aan uw Kamer is aangeboden. Daar wordt ook nader ingegaan op de oorzaken van de tegenvallende scores.

Om ervoor te zorgen dat het percentage in 2020 weer stijgt, zijn er bij de achterblijvende departementen maatregelen genomen om bovenstaande punten te verbeteren.

Algemene Zaken 98,7 98,0 97,0 95,0
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 91,2 89,6 89,2 94,2
Buitenlandse Zaken 99,0 98,0 97,3 98,0
Defensie 90,5 87,6 94,2 94,1
EZK 95,8 97,6 97,4 95,9
LNV 96,0 97,6 97,4 95,9
Financiën 97,0 97,9 98,4 98,5
Infrastructuur en Waterstaat 96,6 95,8 96,0 94,9
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 97,6 96,6 97,3 97,2
Sociale Zaken en Werkgelegenheid 95,7 93,6 95,7 92,0
Justitie en Veiligheid 95,9 96,3 95,9 93,7
Volksgezondheid, Welzijn en Sport 96,0 94,9 95,2 92,8
Gemiddeld (ongewogen) 95,8 95,1 95,8 95,1

Provincies

De provincies zijn op grond van artikel 124 lid 1 van de Grondwet autonoom in hun bedrijfsvoering. De verantwoordelijkheid voor het betaalgedrag van de provincies berust om deze reden bij de provinciale staten. Om op duidelijke en gestructureerde wijze inzicht te krijgen in het betaalbedrag van de provincies, heb ik net als in voorafgaande jaren het Interprovinciaal Overleg (IPO) gevraagd mij de cijfers te verstrekken. Hieronder treft u per provincie een overzicht van het betaalgedrag aan. Veel provincies laten ten opzichte van vorig jaar verbetering zien.

Noord-Holland 96,8 95,6 96,5 96,0
Fryslân 96,0 94,3 92,0 95,0
Gelderland 96,3 93,3 96,1 95,2
Utrecht 93,7 91,0 87,0 67,5
Zeeland 92,0 95,0 91,0 86,0
Flevoland 95,2 95,3 96,0 86,0
Drenthe 94,0 94,0 94,0 93,0
Groningen 87,0 84,0 88,9 88,4
Limburg 88,4 79,4 82,2 80,3
Noord-Brabant 96,7 96,5 95,0 93,0
Zuid-Holland 86,7 87,0 88,0 87,2
Overijssel 95,0 94,2 94,0 94,0
Gemiddeld (ongewogen) 92,9 91,6 91,7 89,3

Gemeenten

Wederom zijn dit jaar alle gemeenten door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) benaderd om gegevens over het betaalgedrag van de gemeenten aan te leveren.

Gemeenten zijn net als de provincies autonoom in hun bedrijfsvoering en de verantwoordelijkheid voor het betaalgedrag van de gemeenten berust bij de gemeenteraad. Het overzicht is samengesteld op basis van gegevens van 368 gemeenten3 Van deze 368 gemeenten hebben 264 gemeenten de gegevens over hun betaaltermijnen aan de VNG verstrekt, 104 gemeenten hebben geen gegevens aangeleverd. Meerdere gemeenten hebben aangegeven in verband met de coronacrisis niet in staat te zijn om de gewenste gegevens aan te leveren. Voor 99 gemeenten zijn de gegevens uit de database van zakelijk dienstverlener Dun & Bradstreet (D&B) gebruikt. Van vijf gemeenten had ook D&B geen gegevens die gebruikt konden worden. Ik ben met de VNG in gesprek om te bezien hoe we de aanlevering van de desbetreffende gegevens door gemeenten kunnen verbeteren.

De monitor maakt op verzoek van uw Kamer de betaaltermijnen inzichtelijk, waarna het aan de verantwoordelijke besturen is om de passende maatregelen te nemen om dit te verbeteren. Gemeenten hebben geen verplichting jegens het Rijk om over hun betaaltermijnen te rapporteren, maar ik doe een beroep op gemeenten om het aankomend jaar het aanleverpercentage te verbeteren. Gezien de stappen die gemeenten reeds gezet hebben op gebied van automatisering van hun bedrijfsprocessen en e-facturering verwacht ik ook dat dit gebeurt.

In onderstaande tabel zijn de prestaties van de gemeenten op basis van de door hen verstrekte gegevens én de gegevens van D&B geaggregeerd weergegeven.

Het overzicht met alle scores per gemeente is te vinden op de VNG-website www.waarstaatjegemeente.nl en op de website www.snellerbetalen.nl van MKB-Nederland.

>90% tijdig 180 50% 170 45% 170 45%
tussen 85% en 90% tijdig 82 23% 104 27% 85 22%
tussen 80% en 85% tijdig 50 14% 57 15% 60 16%
tussen 70% en 80% tijdig 35 10% 36 9% 45 12%
< 70% tijdig 15 4% 14 4% 19 5%

Zowel door de gemeenten als de leveranciers kunnen verdere stappen gezet worden om facturen op tijd te betalen. Door middel hiervan en de blijvende aandacht vanuit uw Kamer dient er sprake te zijn van een verbetering in het betaalgedrag van overheden die in de monitor van volgend jaar tot uitdrukking zal komen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer


  1. Kamerstuk 32 637, nr. 421.↩︎

  2. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎

  3. Met ingang van 2019 zijn er 355 gemeenten in Nederland. Omdat acht per 1-1-2018 en 1-1-2019 nieuwgevormde gemeenten geen gegevens hebben doorgegeven, zijn in plaats daarvan, voor zover beschikbaar, de gegevens van de 21 officieel niet meer bestaande fusiegemeenten gebruikt. Het overzicht is zodoende samengesteld op basis van gegevens van 368 gemeenten.↩︎