[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda extra Europese Raad van 17 en 18 juli 2020

Europese Raad

Brief regering

Nummer: 2020D29381, datum: 2020-07-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-20-1560).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 20-1560 Europese Raad.

Onderdeel van zaak 2020Z13835:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

21 501-20 Europese Raad

Nr. 1560 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juli 2020

Hierbij bied ik u aan, mede namens de Minister-President, de geannoteerde agenda van de extra Europese Raad van 17 en 18 juli 2020.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok

GEANNOTEERDE AGENDA VAN DE EXTRA EUROPESE RAAD VAN 17 en 18 JULI 2020

Op vrijdag 17 en zaterdag 18 juli 2020 vindt een extra Europese Raad (ER) plaats in Brussel. De Minister-President is voornemens deel te nemen aan deze vergadering.

Meerjarig Financieel Kader/herstelstrategie

De Europese Raad (ER) zal spreken over het Meerjarig Financieel Kader (MFK) en de herstelstrategie. Op 27 mei jl. presenteerde de Europese Commissie haar strategie voor het herstel van de Europese Unie in reactie op de crisis als gevolg van COVID-19. Op 19 juni jl. vond hierover een eerste gedachtewisseling plaats tussen de leden van de ER.1 Voor de komende bespreking in de ER is een inhoudelijke discussie voorzien op basis van een nieuwe versie van het MFK-onderhandelingsdocument (negotiating box). Dit document is nog niet beschikbaar. Uw Kamer zal na verschijnen van dit document zo spoedig mogelijk een schriftelijke appreciatie van dit voorstel ontvangen als aanvulling op deze geannoteerde agenda.

Het kabinet informeerde uw Kamer op 9 juni 2020 over de kabinetsappreciatie van de nieuwe Commissievoorstellen voor het MFK en de herstelstrategie.2 In aanvulling hierop ging uw Kamer op 3 juli jl. een kabinetsappreciatie toe van de (aangepaste) voorstellen voor de sectorale verordeningen die de Europese Commissie in het kader van de herstelstrategie heeft gedaan.3 Samen met de komende appreciatie van het nieuwe onderhandelingsdocument vormt dit het kader van de Nederlandse inzet in de ER.

Zoals in de brief van 9 juni jl. is toegelicht, komt het door de Europese Commissie voorgestelde pakket op een aantal punten overeen met de Nederlandse inzet, zoals op het gebied van het belang van hervormingen in de lidstaten en van modernisering van de begroting, evenals de tijdelijkheid van de aanvullende middelen. Op een aantal belangrijke andere punten, zoals de financiering, staan de voorstellen ver af van de Nederlandse inzet.

De inzet van het kabinet is erop gericht om via Europese samenwerking duurzaam herstel van deze uitzonderlijke crisis als gevolg van de COVID-19-uitbraak te bespoedigen en verdere economische groei te bevorderen. De maatregelen die hiervoor genomen worden, moeten leiden tot sterkere lidstaten en een sterkere Unie. Hiervoor zijn Europese solidariteit tussen lidstaten onderling en de daaraan verbonden verantwoordelijkheid centrale uitgangspunten. De Unie staat voor de uitdaging om de crisis als gevolg van de COVID-19-uitbraak aan te pakken. Om de economische weerbaarheid en veerkracht structureel te verbeteren, acht het kabinet het van belang dat lidstaten de benodigde structurele hervormingen doorvoeren en dat investeringen bijdragen aan een duurzame versterking van het groeivermogen, onder andere door invulling te geven aan de ambities op het vlak van vergroening en digitalisering, en daarmee leiden tot duurzaam werkgelegenheidsherstel. Ook moet het functioneren van de interne markt worden hersteld en verder worden versterkt. Modernisering van de EU-begroting blijft van onverminderd belang om deze toekomstbestendig te maken, evenals de noodzaak om Europese uitgaven op een financieel houdbaar niveau te houden en tot een eerlijke verdeling van de financiering ervan te komen. De naleving van rechtsstatelijkheidsbeginselen en grondrechten en de bestrijding van fraude, inclusief sterke betrokkenheid van de relevante EU instituties, zijn hierbij van belang. Deze inzet is ook verwoord in het non-paper dat Nederland samen met Denemarken, Oostenrijk en Zweden heeft opgesteld.4

Een grote groep lidstaten is positief over de hoofdlijnen van de voorstellen, maar op deelterreinen is sprake van verschillende belangen. Lidstaten zijn kritisch over o.a. de omvang, verdeling en financiering van de beoogde uitgaven. Het kabinet werkt actief samen met gelijkgestemde lidstaten om de gezamenlijke inzet voor een duurzaam herstel en een moderne en financieel houdbare EU-begroting kracht bij te zetten, zoals toegelicht in de Kamerbrief van 9 juni jl.


  1. Kamerstuk 21 501-20, nr. 1557↩︎

  2. Kamerstukken 21 501-20 en 22 112, nr. 1543↩︎

  3. Kamerstuk 21 501-03, nr. 145↩︎

  4. Non Paper, bijlage bij SO RAZ van 26 mei 2020.↩︎