Preview document (🔗 origineel)

---

Van: Commissie VWS
Verzonden: donderdag 16 juli 2020 15:55
Aan: GC-Commissie-VWS
CC: Commissie VWS
Onderwerp: [E-MAILPROCEDURE] Verzoek van het lid Hijink (SP) om op korte termijn een algemeen overleg te plannen over onveiligheid in de ouderenzorg
 
Geachte (plv.) leden van de commissie VWS,
 
Het lid Hijink (SP) verzoekt op korte termijn een algemeen overleg te plannen met de minister van VWS over de recente berichtgeving dat de RIVM-richtlijnen en de vermeende tekorten aan beschermingsmiddelen leidden tot onveiligheid in de ouderenzorg.
 
U wordt verzocht per ommegaande, doch uiterlijk vrijdag 17 juli, om 16.00 uur, aan te geven of u met dit verzoek kunt instemmen. (graag Allen beantwoorden op dit e-mailbericht).  Spoedig daarna zal ik u informeren over de uitkomst van deze e-mailprocedure.*
 
Met vriendelijke groet,
 
Henriëtte Krijger
Adjunct-griffier commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Tweede Kamer
  
*Toelichting
De e-mailprocedure is geregeld in artikel 36, vierde lid, van het Reglement van Orde, luidende:
4. Indien een voorstel eenvoudig en spoedeisend van aard is, kunnen de leden van de commissie langs schriftelijke weg over dat voorstel besluiten. De voorzitter van de commissie beslist of een voorstel eenvoudig en spoedeisend van aard is. Het besluit, bedoeld in de eerste volzin, wordt genomen als ware de Kamer in voltallige samenstelling bijeen en zou zij stemmen als bedoeld in artikel 69, derde lid.
Dit betekent dat in een e-mailprocedure een voorstel is aangenomen indien het door een absolute Kamermeerderheid wordt gesteund.
 
Beste Griffie,
 
Graag wil ik via de emailprocedure een verzoek voorleggen om op korte termijn een Algemeen Overleg in te plannen over recente berichtgeving waaruit duidelijk wordt dat de richtlijnen van het RIVM en de vermeende tekorten aan beschermingsmiddelen leidden tot onveiligheid in de ouderenzorg. Het betreft de uitzendingen van Nieuwsuur van gisteren, vandaag en vrijdag.
https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2340792-coronarichtlijnen-rivm-leidden-tot-onveiligheid-in-ouderenzorg.html
 
In reactie op deze berichtgeving heeft het ministerie van VWS te kennen gegeven dat eventuele onveilige situaties in de zorg de verantwoordelijkheid zijn van de werkgevers, ook al heeft het kabinet stelselmatig benadrukt dat werkgevers geacht worden de richtlijnen van het RIVM te volgen. Zorginstellingen konden via het LCH ook geen extra middelen ontvangen als zij daarmee meer bescherming wilden bieden dan volgens het RIVM strikt noodzakelijk was.
 
De SP is van mening dat - juist ook met het ook op een eventuele tweede golf van besmettingen - er geen enkele onduidelijkheid mag bestaan over de vraag wie nu uiteindelijk de verantwoordelijkheid draagt voor het beschermen van zorgverleners, of de huidige richtlijnen wel voldoen aan het maximaal beschermen van zorgverleners, patiënten en cliënten én of de voorraden pbm die op dit moment zijn aangelegd gestoeld zijn op inzet volgen RIVM richtlijnen of dat voldoende materiaal beschikbaar is om ook preventief ingezet te worden.
 
De antwoorden op deze vragen kunnen wat ons betreft niet wachten. Daarom het verzoek om op korte termijn hier een Algemeen Overleg met de minister van VWS in te plannen.

Met vriendelijke groet,
Maarten Hijink
Tweede Kamerlid SP, woordvoerder zorg