[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Behoeftestelling vervanging Medium Range Air Defence (interceptiecapaciteit)

Materieelprojecten

Brief regering

Nummer: 2020D34169, datum: 2020-09-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (kst-27830-312).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 27830 -312 Materieelprojecten.

Onderdeel van zaak 2020Z15810:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2019-2020

27 830 Materieelprojecten

Nr. 312 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8Ā september 2020

Inleiding

Met deze brief informeer ik u over de behoeftestelling van het project Vervanging Medium Range Air Defence (interceptiecapaciteit). Dit project voorziet in de vervanging van de huidige Medium Range Air Defence (MRAD) raketten en lanceerinstallaties. MRAD vervult een essentiƫle rol in de grondgebonden luchtverdediging en daarmee de bescherming van eenheden, vitale objecten en gebieden. MRAD beschermt tegen aanvallen van vliegtuigen, helikopters, grote Unmanned Aircraft Systems (UAS) en kruisvluchtwapens.

De vervanging van de huidige MRAD interceptiecapaciteit is noodzakelijk om operationeel relevant te blijven en omdat het einde van de technische levensduur van de huidige MRAD interceptiecapaciteit in de komende jaren wordt bereikt. Het project draagt daarmee bij aan een verdere vernieuwing van de krijgsmacht, zoals aangekondigd in de Defensienota 2018 (Kamerstuk 34Ā 919, nr. 1).

Context

In de context van een veranderende veiligheidssituatie heeft het kabinet met de Defensienota een perspectief geschetst voor de stapsgewijze versterking en modernisering van de krijgsmacht. Hierbij is het uitgangspunt een veelzijdig inzetbare krijgsmacht die in staat is uitvoering te geven aan haar grondwettelijke taken. Het welslagen van militaire inzet en het voortzettingsvermogen van de krijgsmacht is sterk afhankelijk van effectieve luchtverdediging.

De snelle ontwikkeling en proliferatie van vliegtuigen, UAS en kruisvluchtwapens in combinatie met geopolitieke ontwikkelingen zoals het opzeggen van het Intermediate-range Nuclear Forces (INF)-verdrag, zorgt ervoor dat het belang van luchtverdediging en daarmee het belang van de Medium Range interceptiecapaciteit toeneemt.

Behoefte

Dit project voorziet in de MRAD interceptiecapaciteit en bestaat uit lanceerinstallaties, raketten en opleidings- en trainingsmiddelen. Daarnaast is de integratie van deze capaciteit in het Army Ground Based Air Defence System (AGBADS) onderdeel van dit project.

De huidige Medium Range Interceptiecapaciteit wordt gevormd door het Norwegian Advanced Surface to Air Missile System II (NASAMS-2) en de Air Intercept Missile (AIM)-120B Advanced Medium Range Air to Air Missile (AMRAAM). Zowel de lanceerinstallatie als de raketten bereiken het einde van de technische levensduur in de periode 2023ā€“2025. Tevens is de luchtdreiging toegenomen en is het hedendaagse militaire optreden ontwikkeld waardoor de huidige capaciteit niet meer voldoet aan de operationele eisen.

Kenmerken

Om operationeel relevant te zijn en te blijven moet de nieuwe MRAD interceptiecapaciteit kleinere en snellere doelen, zoals vliegtuigen en Unmanned Aircraft Systems, op een grotere afstand kunnen onderscheppen dan de huidige interceptiecapaciteit kan. Daarnaast moet het systeem op het moderne gevechtsveld meer mobiliteit, flexibiliteit en snelheid bieden dan waar NASAMS-2 op dit moment in voorziet. Het voortzettingsvermogen moet toenemen en de personele bezetting per systeem waar mogelijk afnemen. Als laatste moet de toekomstige MRAD-capaciteit beschermd zijn tegen cyber en elektronische oorlogvoering.

De kwantitatieve behoefte is gebaseerd op de inzetbaarheidsdoelstellingen volgens de Defensienota, de NATO capability targets en de voorraadnormen voor de tweede hoofdtaak. In het project worden mogelijkheden opgenomen om eventuele toekomstige aanvullende behoeften en functionaliteiten op een doelmatige en doeltreffende wijze in te kunnen vullen, bijvoorbeeld met behulp van opties in het contract.

Samenwerking

In het vervolg van het project besteedt Defensie nadrukkelijk aandacht aan de mogelijkheid tot samenwerken op het gebied van kennis en materieel, tussen publieke en private sector en zowel met nationale als internationale partners. Daarbij streeft Defensie waar mogelijk naar interoperabiliteit en standaardisatie van materieel bijvoorbeeld door internationale standaarden te hanteren.

Voor het instandhoudingsconcept wordt samenwerking gezocht met de industrie, zodat de instandhouding zowel doelmatig kan zijn vanwege de schaalvoordelen als doeltreffend kan zijn, omdat de ondersteuning tijdens inzet gegarandeerd is.

Relatie met andere projecten

Het AGBADS vormt een integraal geheel van sensoren, effectoren en Command and Control (C2) (Kamerstuk 27Ā 830, nr. 261). De C2 van AGBADS is randvoorwaardelijk voor de integratie van de subsystemen, waaronder de MRAD interceptiecapaciteit, en voor interoperabiliteit met externe netwerken en andere luchtverdedigingssystemen uit binnen- en buitenland.

De mobiliteit van de lanceerinstallatie wordt voorzien vanuit het programma Defensiebrede Vervanging Operationele Wielvoertuigen (DVOW) om familievorming binnen Defensie te bevorderen.

Financiƫle aspecten

Het toegekende projectvolume bedraagt tussen de 100 miljoen en 250 miljoen euro (prijspeil 2020). Deze investering, inclusief het effect van dit project op de exploitatiekosten, komt ten laste van het investeringsbudget van Defensie.

In de onderzoeksfase, de B-fase, zal nader onderzocht worden op welke wijze de vervangende MRAD interceptiecapaciteit doeltreffend en doelmatig kan worden verworven en zal de verwervingsstrategie worden bepaald. Daarbij wordt in dit project uitgegaan van Military off the shelf producten, waardoor de risicoā€™s laag zijn. Resterende risicoā€™s zijn door een projectreserve afgedekt.

Vooruitblik

Het project wordt uitgevoerd in de periode 2020 tot en met 2025. Vanaf medio 2025 stroomt naar verwachting het eerste nieuwe materieel de organisatie binnen.

Uw Kamer zal over de voortgang van dit project worden geĆÆnformeerd via de B-brief, de D-brief, de begroting van het Defensiematerieelbegrotingsfonds, het jaarverslag en het Defensieprojectenoverzicht.

De Staatssecretaris van Defensie,
B. Visser