Verslag van een buitengewone Voorzittersconferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de nationale parlementen van de lidstaten van de Europese Unie en van een delegatie uit het Europees Parlement op 16 juni 2020
Conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de parlementen van de lidstaten van de EU en van een delegatie uit het Europees Parlement
Verslag van een bijeenkomst
Nummer: 2020D34198, datum: 2020-09-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-22660-79).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.S. Veldman, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H.P.C. Buisman, griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 22660 -79 Conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de parlementen van de lidstaten van de EU en van een delegatie uit het Europees Parlement.
Onderdeel van zaak 2020Z15827:
- Indiener: H.S. Veldman, voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken
- Medeindiener: H.P.C. Buisman, griffier
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- 2020-09-09 13:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-10-01 15:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Europese Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Staten-Generaal | 1/2 |
Vergaderjaar 2019-2020 |
22 660 Conferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de parlementen van de lidstaten van de EU en van een delegatie uit het Europees Parlement
BE/ Nr. 79 VERSLAG
Vastgesteld 8 september 2020
Op dinsdag 16 juni 2020 vond onder Kroatisch voorzitterschap een buitengewone Voorzittersconferentie van commissies voor Europese aangelegenheden uit de nationale parlementen van de lidstaten van de Europese Unie en van een delegatie uit het Europees Parlement, hierna aangeduid als Voorzitters-COSAC, plaats. Naast de genoemde delegaties namen ook delegaties van de nationale parlementen van de kandidaat-lidstaten van de Europese Unie deel als waarnemer, evenals delegaties van de Raad van de Europese Unie en van de Europese Commissie.
De buitengewone Voorzitters-COSAC vond plaats in de vorm van een videoconferentie. De conferentie verving op deze wijze de geplande plenaire sessie van 24–26 mei 2020 in Kroatië, omwille van de coronamaatregelen die op dat moment in Europa waren getroffen.
De Nederlandse delegatie bestond uit de voorzitters van de commissies voor Europese Zaken van respectievelijk de Eerste en Tweede Kamer, Oomen-Ruijten (CDA) en Veldman (VVD). De ambtelijke begeleiding bestond uit Van den Driessche (Eerste Kamer), Buisman en Timmer (Tweede Kamer). De delegatie brengt als volgt verslag uit1:
Buitengewone COSAC-Voorzittersconferentie, 16 juni 2020
De COSAC-Voorzittersconferentie werd geopend door de voorzitter van de commissie Europese zaken van de Hrvatski sabor, het Kroatische parlement, Domagoj Ivan Milošević.
In zijn welkomstwoord stond Milošević stil bij de omstandigheden die aanleiding waren om de plenaire vergadering te vervangen door een buitengewone Voorzitters-COSAC. Niet enkel heerst in de wereld een pandemie die geleid heeft gegeven tot het nemen van drastische maatregelen, Kroatië was in maart ook twee keer getroffen door een aardbeving, die delen van het parlement had beschadigd. Milošević ging vervolgens over tot de procedurele aspecten van de bijeenkomst.
Procedurele aspecten
Bij het agendapunt over de procedurele zaken van de COSAC gaf Milošević het woord aan het permanent lid van het COSAC-secretariaat, Kenneth Curmi, om het 33ste halfjaarlijkse COSAC-rapport toe te lichten. Vervolgens maakte de voorzitter melding van de ingekomen brieven en wees hij op de mogelijkheid tot ondertekening van de conceptbrief aan de Voorzitters van de Europese instellingen over de uitkomsten van deze buitengewone Voorzitters-COSAC. De voorzitters van de commissies Europese Zaken in de Eerste en Tweede Kamer hebben deze brief mede-ondertekend.
Beleidsdebatten
Debate on current issues – part one: A common European response to the coronavirus outbreak and repercussions on the Multiannual Financial Framework 2021–2027
In de eerste sessie van de conferentie stond het Europese antwoord op de uitbraak van het coronavirus en de gevolgen voor het Meerjarig Financieel Kader (MFK) voor 2021–2027 centraal.
De inleiding van deze sessie werd gegeven door Maroš Šefčović, Vicevoorzitter van de Europese Commissie en verantwoordelijk voor Interinstitutionele relaties en prognoses en door Jan Olbrycht, Vicevoorzitter van de EVP-groep in het Europees Parlement en co-rapporteur over het MFK.
Olbrycht begon zijn keynote-toespraak door te stellen dat de huidige crisis ook een kans voor echte verandering is voor de toekomst van de Unie. Het MFK vergt niet enkel een unanieme beslissing van de lidstaten en toestemming van het Europees Parlement. Hij wees erop dat ook de nationale parlementen moeten instemmen met het voorgestelde herstelinstrument «Next Generation EU». Wat hem betreft is het Europees Parlement in ieder geval bereid om snel te starten met een plan om een aangepast budget voor 2021 te behandelen in het geval niet tijdelijk een politiek akkoord kan worden gevonden.
Šefčovič benadrukte het belang van solidariteit onder de 27 lidstaten, vooral in tijden van crisis. Het doel van het herstelplan was niet alleen het opnieuw opstarten van Europese economieën, maar om ze tevens te moderniseren door ze groener, digitaler en rechtvaardiger te maken. De Europese Commissie hoopt op goedkeuring van het plan in juli 2020, zodat het herstelinstrument tegen begin 2021 kan opstarten. Šefčovič onderstreepte de cruciale rol van de nationale parlementen, met name met betrekking tot het eigenmiddelenbesluit, en nodigde alle parlementen uit om indien gewenst hierover een dialoog met de Europese Commissie aan te gaan.
De sprekers in het daaropvolgende debat gingen in op uiteenlopende aspecten van het MFK en het herstelplan, zoals de huidige belemmeringen van de interne markt door de coronamaatregelen, de hoogte van het bedrag van het herstelinstrument, de behoefte aan regionale strategieën en een gezamenlijke Europese gezondheidsaanpak bij een nieuwe pandemie.
Velen benadrukten de noodzaak van een grote gezamenlijke Europese inspanning om deze crisis aan te pakken. Ria Oomen-Ruijten wees erop dat de crisis alle lidstaten had getroffen en dat een duurzaam herstelplan in het belang van ons allemaal is. Sommige lidstaten zijn echter zwaarder getroffen door de crisis. Zij vroeg daarom aandacht voor de wijze waarop het beschikbare geld van het herstelinstrument zou worden toegewezen, opdat dit geld zou worden toebedeeld aan de lidstaten die het hardst getroffen zijn door de pandemie.
Verschillende delegaties wezen ook op de rol van nationale parlementen in de goedkeuring van het eigenmiddelenbesluit. Tegelijk zou daartegenover moeten staan dat parlementen actief betrokken moeten worden bij het inrichten van de nationale herstelplannen en bij het toezicht op hun implementatie.
Debate on current issues – part two: Conference on the Future of Europe
Dubravka Šuica, Vicevoorzitter van de Europese Commissie en verantwoordelijk voor democratie en demografie gaf een introductie op de stand van zaken van de Conferentie over de Toekomst van Europa in een vooraf opgenomen videoboodschap. Zij vroeg de delegaties bij de respectievelijke regeringen erop aan te dringen snel tot een Raadsmandaat te komen, zodat de Conferentie van start kan gaan in het najaar van 2020. Šuica onderstreepte verder dat door de COVID19-pandemie een conferentie over de toekomst van Europa nu meer dan ooit nodig is.
Mairead Mcguinness, Eerste Vicevoorzitter van het Europees Parlement en verantwoordelijk voor de betrekkingen met nationale parlementen, herhaalde in haar de introductie de tijdigheid van deze conferentie om het nut en de noodzaak van een Europese Unie te bespreken mede in het licht van de huidige crisis. Zij benadrukte dat de betrokkenheid van nationale parlementen in deze conferentie in het belang van de burgers is en pleitte voor een actieve opstelling ten aanzien van de respectievelijke regeringen.
Het debat dat erop volgde stond met name in het teken van de betrokkenheid van nationale parlementen bij de conferentie. In dat kader meldde Gunther Krichbaum, commissievoorzitter bij de Duitse Bondsdag, teleurgesteld te zijn over de inhoud van het late antwoord van Šuica op de brief die op 21 januari 2020 door 24 delegaties van nationale parlementen aan de EU-instellingen is gezonden en waarin een grotere rol voor nationale parlementen in de conferentie wordt bepleit. Hij onderstreepte dat de nationale parlementen onmisbaar zijn voor de ratificatie van een eventuele verdragswijziging. Verschillende delegaties sloten zich hierbij aan.
Een waaier van onderwerpen die in de Conferentie aan bod moeten komen werden genoemd, zoals EU-waarden en democratische besluitvorming, bestrijding van belastingfraude en -ontduiking, het belang van onderwijs voor de interne markt en een gemeenschappelijk buitenlandbeleid. Het belang van transparantie in de EU werd ook door verschillende sprekers genoemd. Hayke Veldman sloot zich aan bij de oproep van Gunther Krichbaum over de betrokkenheid van nationale parlementariërs bij de Conferentie over de Toekomst van Europa. Hij meldde daarbij dat de Tweede Kamer inmiddels drie rapporteurs op dit thema heeft aangesteld. Daarnaast bracht Hayke Veldman het punt op van transparantie in de Conferentie over de Toekomst van Europa. Transparantie geldt hierbij zowel voor de besluitvorming van de Conferentie als ook voor de procedures van de Conferentie over de Toekomst van Europa. Transparantie van de besluitvorming in de Conferentie zou daarom in de rules of procedures van de Conferentie moeten worden vastgelegd. Tot slot moedigde Hayke Veldman het Kroatische en Duitse Voorzitterschap van de Raad om de data en agenda’s van de informele videoconferenties wekelijks te publiceren in plaats van maandelijks. Door eerder op de hoogte te zijn van informele videoconferentie kunnen nationale parlementariërs in de lidstaten hun respectievelijke ministers beter controleren.
Tot slot bedankte Guido Wolf, Voorzitter van de commissie Europese Zaken van de Duitse Bondsraad, het Kroatische Voorzitterschap voor hun inspanningen om de dialoog tussen de lidstaten gaande te houden in deze uitdagende tijden. Hij kondigde vervolgens het Duitse Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie aan en informeerde de delegaties over de eerstvolgende Voorzitters-COSAC op 14 september 2020.
De delegatieleiders,
Oomen-Ruijten
Veldman
De griffier van de delegatie,
Buisman
De notulen van de Trojka-bijeenkomst en van de Voorzitters-COSAC-conferentie zijn raadpleegbaar op de COSAC-pagina van de website van IPEX: http://www.ipex.eu/IPEXL-WEB/home/home.do.↩︎