[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Personeelsrapportage Defensie 2020 (periode 1 januari tot 1 juli 2020)

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021

Brief regering

Nummer: 2020D35379, datum: 2020-09-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35570-X-5).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 35570 X-5 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021.

Onderdeel van zaak 2020Z16383:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

35 570 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2021

Nr. 5 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 september 2020

Hierbij bied ik u de Personeelsrapportage Defensie over midden 2020 aan (periode 1 januari tot 1 juli 2020)1. Deze rapportage bevat gegevens over het personeel en de formatie van Defensie en gaat in op de onderwerpen diversiteit & inclusiviteit en de «flexibele schil» van de personeelscomponent van de adaptieve krijgsmacht.

De rapportage geeft tevens een eerste indicatie van de invloed van het COVID-19 virus op het behalen van de doelstellingen van Defensie op personeelsgebied, inclusief de werkbeleving onder medewerkers. Als gevolg van COVID-19 had Defensie te maken met een tijdelijke boeggolf van aangesteld personeel met een uitgestelde opkomst (personeel wiens opleiding later aanvangt dan gepland). Ook beperkte de toepassing van de RIVM-richtlijnen voor COVID-19 deels de wervings- en selectiecapaciteit en daarmee de instroommogelijkheden. Daarmee heeft dit direct invloed op de realisatie van de aanstellingsopdracht.

Verder ga ik in deze brief in op enkele recente moties van uw Kamer en toezeggingen aan uw Kamer.

Besluit medezeggenschap

Tijdens het Algemeen Overleg Veiligheid van 8 september jl. (Kamerstuk 35 570 X, nr. 4) vroeg de heer Bosman (VVD) naar de evaluatie van het besluit medezeggenschap (BMD) van 2015. Ik heb toegezegd hierop terug te komen bij de aanbieding van de Personeelsrapportage. Deze toezegging doe ik hierbij gestand. Ik kan u melden dat alle gesprekken met betrokkenen (medezeggenschapscommissies, hoofden diensteenheid, geschillencommissie en opleider) inmiddels hebben plaatsgevonden en het onderzoek is afgerond. De verwachting is dat er meerdere bijeenkomsten nodig zullen zijn in een technisch werkverband met de vakcentrales om een en andere van conclusies en aanbevelingen te voorzien. Dit zou medio 2021 tot een eindrapport moeten leiden.

Defensity College

In mijn reactie op de initiatiefnota Van den Bosch over een ambitieus reservistenbeleid (Kamerstuk 35 059, nr. 4 d.d. 22 januari 2019) heb ik u geïnformeerd over het programma Defensity College. De belangstelling voor het Defensity College is onverminderd groot. Naar aanleiding van een succesvolle pilot samen met de Hogeschool Utrecht en de genie heb ik besloten tot een uitbreiding van het Defensity College met een programma voor HBO-studenten.

Stagevergoedingen

Ik kan u melden dat de stagevergoeding voor stagiairs uit het Middelbaar Beroepsonderwijs (MBO) bij Defensie omhoog gaat. Het bedrag wordt € 628,00 bruto per maand bij 40-urige werkweek en gaat met terugwerkende kracht per 1 januari van dit jaar in. Het extra geld is voor MBO-stagiairs van zowel Veiligheid en Vakmanschap (VeVa) als van andere MBO-scholen. Ook voor HBO’ers en studenten die wetenschappelijk onderwijs volgen gaat de stagevergoeding omhoog.

Evaluatie van de IVD, het MID en de COID

Met deze aanbiedingsbrief informeer ik u tevens over de motie van de leden Belhaj en Kerstens (Kamerstuk 35 000 X, nr. 97 d.d. 14 februari 2019) die de regering verzoekt om na één jaar de Inspectie Veiligheid Defensie, het Meldpunt Integriteit Defensie en de Centrale Organisatie Integriteit Defensie te evalueren. Het plan voor de evaluatie van de IVD is uitgevoerd en reeds in juni 2020 gedeeld met uw Kamer (Kamerstuk 35 300 X, nr. 83). In het plan voor de evaluatie van de COID en het Meldpunt Integriteit Defensie (MID) krijgt de mening van de medewerkers een prominente plaats, in de vorm van klankbordgroepen en dialoogsessies. De evaluatie richt zich in beginsel op het effect van de nieuwe invulling van de rol van het MID en de COID. Overigens vindt de evaluatie van de reorganisatie van de COID plaats volgens de reguliere reorganisatieprocedure en het maakt daarom geen deel uit van het evaluatieplan MID/COID.

Met het plan ter evaluatie wordt invulling gegeven aan de bovengenoemde motie van de leden Belhaj en Kerstens. De invulling van deze motie draagt bij aan het algemene doel van de evaluatie namelijk continue verbetering. De evaluatie van het MID en de COID past daarmee in het traject van herziening van het integriteitsstelsel. Met deze herziening worden de ingezette acties vanuit het plan versterking sociale veiligheid geïntegreerd in een solide integriteitsstelsel dat zo wordt vormgegeven dat het voor de medewerker eenvoudiger en toegankelijker wordt. Ik informeer u voor medio 2022 over de uitkomsten van de evaluatie.

Onderzoek naar de heffing Regeling Vervroegde Uittreding

Naar aanleiding van de motie van het lid Bosman c.s. inzake een onafhankelijk onderzoek naar de RVU-heffing als gevolg van het verlenen van leeftijdsontslag aan militairen (Kamerstuk 35 300 X, nr. 80 d.d. 30 juni 2020) kan ik u melden dat op korte termijn een commissie met onder andere fiscaal-deskundigen wordt geïnstalleerd zodat het onderzoek spoedig van start kan gaan.

Tot slot

Bij het aanbieden van de vorige Personeelsrapportage meldde ik reeds dat de maatregelen om de verspreiding van COVID-19 te beperken, direct effect hebben op de Defensieorganisatie. Defensie heeft processen geïdentificeerd die cruciaal zijn en daarom gecontinueerd moeten worden. Opleidingen en trainingen worden voortgezet, maar in aangepaste vorm. Indien een opleiding niet volgens de regels van het RIVM kan worden uitgevoerd, dan kan alleen het hoofd van het betreffende Defensieonderdeel toestemming geven voor de uitvoering. Hierbij wordt vooraf een risicoanalyse gemaakt.

De COVID-maatregelen hebben effect op de vulling van functies omdat diverse processen tijdelijk waren stilgezet of in vorm zijn aangepast. Daarbij valt te denken aan zowel de werving, de selectie als de opleidingen. In de personeelsrapportage over geheel 2020, die u in het voorjaar van 2021 toekomt, zal ik meer kunnen melden over de gevolgen en de impact die dit heeft op de personele gereedheid van Defensie.

De Staatssecretaris van Defensie,
B. Visser


  1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎