[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag houdende een lijst van vragen inzake wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2020 (Incidentele suppletoire begroting inzake nertsenhouderijen: ruimingskosten en uitvoeringskosten stoppersregeling) (Kamerstuk 35539)

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2020 (Incidentele suppletoire begroting inzake nertsenhouderijen: ruimingskosten en uitvoeringskosten stoppersregeling)

Lijst van vragen

Nummer: 2020D37240, datum: 2020-09-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D37240).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2020Z15184:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2020D37240 Verslag houdende een lijst van vragen

De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van LNV (XIV) en Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2020 (Incidentele suppletoire begroting inzake nertsenhouderijen: ruimingskosten en uitvoeringskosten stoppersregeling) (Kamerstuk 35 539).

De voorzitter van de commissie,
Kuiken

De griffier van de commissie,
Jansma

1 Kunt u in aanvulling op de waardetabel nertsen uit uw brief van 28 augustus 2020 (bijlage bij Kamerstuk 28 286, nr. 1124) tevens een overzicht verschaffen van de internationale marktprijs voor nertsenbont over de afgelopen tien jaar?
2 Kunt u een overzicht verschaffen van het aantal gehouden dieren in de nertsenhouderijen in Nederland vóór de uitbraak van het coronavirus?
3 Kunt u in aanvulling op de waardetabel nertsen uit uw brief van 28 augustus 2020 tevens een overzicht verschaffen van de internationale marktprijs voor nertsenbont over juli, augustus en september 2020?
4 Vindt de taxatie van de waarde van uit te kopen nertsenhouderijen uitsluitend plaats op basis van de waardetabellen zoals die zijn opgesteld door Wageningen Economic Research of zijn hierover meer partijen geconsulteerd?
5 Herkent u de diverse signalen in de media die stellen dat de internationale marktprijs voor bont als gevolg van de coronacrisis zou zijn gekelderd?
6 Kunt u een overzicht geven van de winstmarges of de toegevoegde waarde die de pelsdiersector over de afgelopen vijf jaar per dier heeft gemaakt en daarbij ieder productiejaar apart specificeren?
7 Wat zijn de belemmeringen die u momenteel ziet om de ruimingscapaciteit voor besmette nertsenhouderijen te vergroten teneinde preventieve ruimingen van pelsdierhouderijen mogelijk te maken?
8 Kan de beperkte ruimingscapaciteit risico’s met zich meebrengen voor de gezondheid van mens en dier op het moment dat er tegelijkertijd met corona een nieuwe zoönose zou optreden in Nederland?
9 Heeft u bij de risicobeoordeling van besmette nertsenhouderijen omtrent gevaren voor de volksgezondheid tevens meegewogen dat gedurende de coronaperiode meermaals uitgebroken nertsen zijn gesignaleerd?
10 Kunt u een overzicht geven van de kosten aan personele capaciteit die sinds het uitbreken van corona onder nertsen zijn ingezet om verdere verspreiding te voorkomen?
11 Hoe wordt berekend welke nertsenfokker aanspraak mag maken op welke vergoeding en wat de vergoeding precies bedraagt?
12 Wordt bij de stoppersregeling uitgegaan van een prijs per pels naar aanleiding van vergunde fokteven, van werkelijk aanwezige fokteven of van aanwezige gedekte fokteven in 2020?
13 Welke vergoeding krijgen bedrijven die nog wel een (milieu)vergunning hebben maar dit jaar of al meerdere jaren geen dieren meer houden?
14 Wordt onderscheid gemaakt tussen geruimde en niet-geruimde bedrijven bij het toekennen van de stoppersregeling en wordt uitbetaalde compensatie wel of niet meegerekend?
15 Mag de uitgekeerde stoppersregeling gebruikt worden om een vergelijkbaar bedrijf in het buitenland op te zetten of over te nemen?
16 Mogen kooien, gaskarren et cetera verkocht worden (aan het buitenland) na het ontvangen van de sloop- en ombouwregeling?
17 Wordt gekeken naar de financiële situatie van de verschillende nertsenfokkers bij het bepalen van wie welke vergoeding ontvangt?
18 Wordt bij de uitkering van de stoppersregeling onderzocht en rekening gehouden met de mogelijkheid dat nertsenfokkers het verbod op uitbreiding na 2013 hebben overtreden?
19 Welke oorzaak ziet u voor het feit dat nog steeds bedrijven besmet raken en geruimd moeten worden, ondanks de strenge maatregelen?
20 Wanneer kan de Kamer de uitkomst van het onderzoek verwachten naar mogelijke opzet bij coronabesmettingen in nertsenhouderijen?
21 Welke consequenties zijn er voor nertsenfokkers indien er sprake blijkt te zijn van opzettelijke besmetting of het niet houden aan de regels?
22 Waarom wordt deze regeling gefinancierd uit het Diergezondheisfonds, terwijl nertsenfokkers hier niet aan bijdragen?
23 Heeft het feit dat de stallen drie jaar voor afgesproken einddatum (2024) moeten sluiten gevolgen voor de vergoeding voor afschrijving en hoeveel waarde hebben deze stallen nog met oog op het feit dat deze toch al moesten sluiten over drie jaar? Bent u van mening dat deze stallen sowieso al waren afgeschreven? Zo ja, wat voor effect heeft dit op de sloop- en ombouwregeling?
24 Wordt dezelfde berekening die is gebruikt voor de ruimingsvergoeding ook gebruikt voor de stoppersregeling en zo ja, waarom gebruikt u niet de feitelijke marktwaarde van 2020?
25 Wat is nu het totale bedrag dat is uitgetrokken voor de subsidiëring van sloop- en ombouwkosten van de pelsdierhouderij?
26 Kunt u een nadere specificering geven van het bedrag dat wordt uitgetrokken voor de sloop- en ombouwregeling?
27 Hoeveel bedrijven met hoeveel locaties komen in aanmerking voor de sloop- en ombouwregeling?
28 Wat is het maximale bedrag dat per bedrijf beschikbaar is vanuit de sloop- en ombouwregeling?
29 Welke aspecten (bijvoorbeeld oppervlakte en aantal dieren of hokken) zijn van belang bij het bepalen van de hoogte van een vergoeding op grond van de sloop- en ombouwregeling?
30 Onder welke begrotingspost is de reservering van 32 miljoen euro voor onder andere sloop- en ombouwkosten in het kader van de Wet verbod pelsdierhouderij terug te vinden?
31 Hoe verhoudt het saldo van 32,5 miljoen euro zich tot de reservering van 32 miljoen euro voor sloop- en ombouwkosten?
32 Welke uitvoeringskosten zijn voorzien in 2020 als de stoppersregeling per 2021 van kracht wordt?
33 Waarom staat er een groter bedrag in 2021 gereserveerd dan in 2020, ervan uitgaande dat de nertsenhouders eind 2020 al gestopt moeten zijn?
34 Welke uitvoeringskosten zijn voorzien in 2022 en 2023 als alle nertsenhouderijen in 2021 zullen sluiten?
35 In hoeverre voorziet u nog verdere uitgaven van het Diergezondheidsfonds 2020 waarvoor het resterende saldo van 32,5 miljoen euro nodig is?
36 Hoeveel geld krijgt een individuele nertsenhouder gemiddeld met deze stoppersregeling?
37 In hoeverre kunnen nertsenhouders naast de stoppersregeling ook gebruik maken van de regelingen waar andere corona-gedupeerde ondernemers gebruik van kunnen maken, zoals de Tegemoetkoming Ondernemers Getroffen Sectoren COVID-19 (TOGS), Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL), of de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo)?
38 Kan er meer inzicht worden gegeven in hoe de nadeelcompensatie voor nertsenhouders van 130 miljoen euro tot stand is gekomen en waarop zijn de compensatiebedragen gebaseerd?
39 Op welke jaren zijn de compensatiebedragen gebaseerd en kan het zo zijn dat de compensatie negatief is als die gebaseerd is op jaren waarin de nertsenfokkerij verliesgevend was?
40 In hoeverre bestaat de nadeelcompensatie uit compensatie voor de inkomsten die nertsenhouders mislopen door het vroegtijdig stoppen en krijgen ze dit bedrag ook nog als zij nieuw werk hebben gevonden?
41 Hoe wordt het bedrag aan de nertsenhouders uitgekeerd, in één keer of in termijnen?
42 Hoe gaat u om met voor de coronacrisis al gestopte nertsenhouders die achteraf gezien ook aanspraak hadden willen maken op de nadeelcompensatie?
43 Hoe kan het dat bijna de helft van de nertsenhouderijen nu besmet is met het coronavirus ondanks uw voorzorgsmaatregelen?
44 In hoeverre krijgen nertsenhouders van besmette nertsenhouderijen extra geld in vergelijking met niet-besmette bedrijven?
45 Klopt het dat het bedrag van 38,6 miljoen euro bestaat uit de ruiming van besmette nertsenhouderijen en dat het bedrag van 32 miljoen euro wordt gebruikt voor de sloop en ombouw van de stallen waar deze dieren in gehouden werden?
46 Ondervinden andere landbouwsectoren in het Diergezondheidsfonds mogelijk nadelen doordat de ruimingen van nertsenhouderijen uit dit fonds betaald wordt?
47 Kunt u specificeren wanneer en bij welke begroting het bedrag rond de stoppersregeling voor nertsenhouders wordt verwerkt (daarbij gaat het om de 130 miljoen euro nadeelcompensatie, de 20 miljoen euro uitvoeringskosten en de 32 miljoen eruo in het kader van de Wet verbod pelsdierhouderij voor de sloop- en ombouwkosten)? Is een deel van het bedrag dat is vrijgemaakt voor de stoppersregeling onderdeel van deze incidentele suppletoire begroting? Zo ja, welk deel en waarom?
48 Kunt u een actuele stand van zaken geven over het bedrag dat nodig is voor de ruimingen van besmette nertsenhouderijen? Hoe wordt dit gefinancierd en op welke manier wordt rekening gehouden met een uitbreiding van het mogelijk te ruimen aantal nertsenbedrijven en mogelijk het uitbreken van een andere dierziekte dit jaar?
49 Hoeveel bedrijven komen in aanmerking voor deelname aan de stoppersregeling?
50 Welke bedrijven komen in aanmerking voor deelname aan de stoppersregeling? Zijn dit alle bedrijven die op 1 april 2020 nog actief waren of zijn dit er meer?
51 Klopt het dat er op 1 april 2020 nog 110 nertsenbedrijven actief waren?
52 Op hoeveel locaties werden er op 1 april 2020 nog nertsen gehouden en welk deel hiervan heeft nu te maken gekregen met een besmetting?
53 Klopt het dat de ruimingskosten volledig worden betaald van de bijdrage van de overheid aan het Diergezondheidsfonds en niet van de bijdragen van de dierlijke sectoren?
54 Wat wordt er bedoeld met «een geraamd aantal van 37 locaties» waarvoor 37 miljoen euro is uitgetrokken voor de ruimingskosten? Worden hiermee de eerste 37 locaties bedoeld die in de periode vanaf april 2020 zijn besmet?
55 Uit welke post worden de ruimingskosten betaald voor de overige 19 locaties die op dit moment – 24 september 2020 – al zijn besmet?
56 Uit welke post worden de ruimingskosten betaald voor de locaties die in de komende maand nog besmet kunnen raken?
57 Met hoeveel extra besmettingen wordt er rekening gehouden tot de pelsperiode in november?
58 Wat zijn de totale ruimingskosten voor de 56 locaties die tot op dit moment een besmetting hebben doorgemaakt?
59 Bij hoeveel bedrijven (dus niet locaties) zijn er besmettingen aangetroffen?
60 Waarom ontvangt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) in zowel 2022 als 2023 nog 1 miljoen euro als eerste tranche uitvoeringskosten gelet op het feit dat de nertsenhouderijen in 2021 allemaal moeten stoppen?
61 Op welk ander onderdeel van uw begroting worden de uitvoeringskosten voor de stoppersregeling ter hoogte van tien miljoen euro gekort?
62 Kunt u een nadere specificering geven van het bedrag dat wordt uitgetrokken voor de stoppersregeling?
63 Wat is de maximale vergoeding waarop een nertsenbedrijf (met een of meer locaties) aanspraak kan maken vanuit de stoppersregeling?
64 Kan een bedrijf dat in 2020 alle stallen leeg had staan aanspraak maken op de stoppersregeling?
65 Wat wordt in de stoppersregeling de vergoeding per nerts (fokteef), op basis waarvan wordt de prijs per nerts bepaald en van hoeveel «gemiste» pelzen/nertsen wordt uitgegaan?
66 Welke aspecten (bijvoorbeeld oppervlakte, aantal dieren en inkomsten van de afgelopen jaren) zijn van belang bij het bepalen van de hoogte van de vergoeding per bedrijf vanuit de stoppersregeling?
67 Op basis van welke criteria, aannames en overwegingen bent u gekomen tot het totale bedrag dat nu beschikbaar wordt gesteld voor de stoppersregeling?
68 Zijn bedrijven die in 2019 en/of 2020 alle stallen leeg hadden staan, maar nog wel steeds beschikken over een (milieu)vergunning, meegeteld met de 110 bedrijven die volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op 1 april 2020 nog actief waren?
69 Wat waren bij het vaststellen van de hoogte van het bedrag voor de stoppersregeling de aannames met betrekking tot de misgelopen inkomsten per nertsenfokkerij tot 31 december 2023 en kunt u de berekeningen sturen die hieraan ten grondslag liggen?
70 Zal bij het bepalen van de hoogte van de vergoeding vanuit de stoppersregeling voor geruimde bedrijven rekening worden gehouden met de vergoeding die vanwege de ruiming reeds is uitgekeerd en zo ja, op welke wijze?
71 Waarom kiest u ervoor slechts 0,2 miljoen euro van het huidige saldo van het Diergezondheidsfonds in te zetten voor de kosten van de ruimingen?
72 Dragen andere landbouwsectoren via het Diergezondheidsfonds of anderszins mee aan de ruimingskosten van nertsenhouderijen?
73 Hoe is de onderverdeling van het Diergezondheidsfondssaldo tussen overheid en bedrijfsleven en hoe is deze indien die is uitgesplitst per sector?
74 Welke gevolgen heeft de ophoging van het Diergezondheidsfonds met 35,6 miljoen euro voor de begroting van uw ministerie?
75 Waarom is ervoor gekozen de verhoging van het opdrachtenbudget op 3 miljoen euro na voor rekening te brengen van uw begroting en kunt u onderbouwen hoe het besluit tot aanvulling en onderverdeling van die 3 miljoen euro tot stand is gekomen?