Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2020-2021

35 570 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021

Nr. 13 AMENDEMENT VAN HET LID FUTSELAAR

Ontvangen 5 oktober 2020

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

I

In artikel 6 Hoger beroepsonderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 150.000 (x € 1.000).

II

In artikel 7 Wetenschappelijk onderwijs worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 350.000 (x € 1.000).

Toelichting

Door de coronacrisis hebben instellingen en docenten zich in allerlei bochten moeten wringen om het onderwijs draaiende te houden. De snelheid waarmee universiteiten en hogescholen hebben geschakeld naar alternatieve vormen van onderwijs is bewonderenswaardig. Tegelijk zijn er grote uitdagingen om in Coronatijd fysiek les te blijven geven wanneer dat mogelijk is, bijvoorbeeld omdat er in kleinere groepen moet worden gewerkt. Dit betekent een grotere inzet van nu al overbelastte docenten, en daarnaast de noodzaak tot het huren van meer ruimtes voor onderwijs. Om dit soort bottlenecks te voorkomen en meer ruimte te bieden voor extra fte en onderwijsruimte in Corona-tijd maakt dit amendement 150 miljoen euro vrij voor hogescholen en 100 miljoen voor universiteiten.

Daarnaast hebben universiteiten vaak onderzoekers de mogelijkheid geboden om onderzoek uit te stellen dat door Corona niet of veel minder snel kan worden uitgevoerd. Ook hier zitten forse kosten aan verbonden. Het amendement maakt daarom ook 250 miljoen vrij voor compensatie voor dit uitstel, ook om te voorkomen dat instellingen om financiële redenen ontmoedigd worden om blijvend ruimte te bieden voor uitstel bij verdere Corona-golven.

Dit voorstel wordt, net als andere Coronamaatregelen, gedekt uit de algemene middelen.

Futselaar