[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over COVID-19 en internationaal personenverkeer (Kamerstuk 25295-682)

Infectieziektenbestrijding

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2020D43188, datum: 2020-10-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2020D43188).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2020Z18787:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2020D43188 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de brief inzake het ontmoedigen van het boeken en reizen naar gebieden met een oranje reisadvies (Kamerstuk 25 295, nr. 682), de brief inzake de stand van zaken van COVID-19 (Kamerstuk 25 295, nr. 656) en de brief inzake de literatuurstudie naar het risico van besmetting aan boord van vliegtuigen door het NLR en het RIVM (Kamerstuk 31 936, nr. 816).

De voorzitter van de commissie,
Agnes Mulder

De adjunct-griffier van de commissie,
Koerselman

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Inhoudsopgave blz.
Inleiding 2
VVD-fractie 2
CDA-fractie 3
D66-fractie 3
GroenLinks-fractie 7
SP-fractie 9
Partij voor de Dieren-fractie 10

Inleiding

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de stukken die geagendeerd zijn voor het schriftelijk overleg COVID-19 en internationaal personenverkeer en hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van enkele brieven van de regering inzake het internationaal personenverkeer. Zij hebben daarover nog enkele vragen.

De leden van de D66-fractie hebben met veel belangstelling kennisgenomen van de agenda van dit overleg. Deze leden vinden het van groot belang dat wordt ingezet op het inperken van de im- en export van het virus. Omdat de huidige inzet hierop volgens deze leden op dit moment nog niet voldoende is, willen deze leden in dit overleg een aantal vragen en opmerkingen voorleggen aan beide betrokken Ministers.

De leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van de agenda en nog enkele vragen.

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de geagendeerde brieven en leveren hierop de volgende inbreng.

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben kennisgenomen van de stukken op de agenda van dit schriftelijk overleg en zij hebben nog enkele opmerkingen en vragen.

VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie zijn verheugd te lezen dat er spoedig een grote teststraat op Schiphol opgezet gaat worden. Deze leden vernemen graag wanneer deze actief is. Hoeveel reizigers kunnen hier dagelijks gebruik van maken? Hoe lang is het bestaan van deze teststraat gegarandeerd? Klopt het dat de gebruikte sneltesten kunnen leiden tot een uitslag binnen een kwartier? Wat doen we met buitenlanders die na aankomst positief testen? Welk dwingend advies geldt voor Nederlanders die op de luchthaven positief testen?

De leden van de VVD-fractie vinden de teststraat mooi aansluiten bij de wens om massaal te gaan testen bij vertrek en aankomst om zo corona te beperken. Deze leden vragen hoe het staat met het opzetten van veilige reiscorridors waarover deze leden eerder vragen stelden en de motie-Remco Dijkstra c.s., die ging over meer maatwerk bij reisadviezen en kleurcodes per regio (Kamerstuk 25 295, nr. 572). Andere landen zijn druk met reiscorridors om de economie nog een beetje te redden. Zijn er resultaten van bekend; wat kan en wat nog niet?

De leden van de VVD-fractie willen ook dat mensen die ons land inreizen een negatieve testuitslag kunnen overleggen, zoals ook andere landen soortgelijke eisen stellen aan inreizigers. Dit om zo verdere besmetting uit het buitenland te kunnen beperken. Hoe denkt de Minister hierover?

De leden van de VVD-fractie vragen of er ook gekeken wordt naar andere grensovergangen, dan wel aankomstpunten van internationaal vervoer in Nederland, zoals Rotterdam, Utrecht, Arnhem en Amsterdam Centraal voor internationaal treinverkeer of bijvoorbeeld de grensovergangen bij Hazeldonk, Zevenaar, Eijsden en Oldenzaal voor internationaal auto-, bus en vrachtverkeer. Ook willen deze leden weten hoe we consumenten meer bewust kunnen maken van de risico’s van reizen naar oranje gebied. Welke rol kunnen verzekeraars spelen in het kenbaar maken van de beperkingen die gelden als het gaat om dekking van een reiziger die iets overkomt in een oranje gebied? Gaat de Minister de grootste reisverzekeraars hierop wijzen, zodat zij hun klanten voortaan beter zullen informeren?

De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de literatuurstudies van het NLR en het RIVM over het risico van besmetting aan boord van vliegtuigen. Deze leden kijken uit naar de resultaten van verder onderzoek in vliegtuigen en rondom stations en luchthavens zelf en welke relaties er zijn met het veiliger maken van internationaal bus- en treintransport. Deze leden vragen wanneer dit onderzoek klaar zou kunnen zijn om zo te gebruiken in eventueel toekomstig beleid en zo zorgen weg te nemen.

CDA-fractie

De leden van de CDA-fractie zien graag schematisch weergegeven wat de varianten en keuzemogelijkheden zijn ten aanzien van controle van COVID-19 bij de landsgrenzen. Graag zien zij daarbij in beeld gebracht wat de kosten van de varianten en keuzemogelijkheden zijn, wat de capaciteit is en wat het beslag is dat gelegd zou worden op COVID-19-controle bij onderwijs en zorg. Voorts verzoeken zij om daarbij niet alleen de luchtvaart, maar ook internationaal treinverkeer en -personenvervoer te betrekken.

De leden van de CDA-fractie vragen hoe omgegaan zal worden met internationaal vakantievervoer rond de kerstdagen. Hoe worden terugkerende vakantiegangers gecontroleerd, zo vragen zij, zeker nu de situatie in een (vakantie)land of -gebied snel kan veranderen. Deze leden vragen of en hoe een sluitend controlesysteem kan worden gerealiseerd.

D66-fractie

Reizen naar risicogebieden

De leden van de D66-fractie hebben met gemengde gevoelens kennisgenomen van de brief over het ontmoedigen van het boeken en reizen naar risicogebieden. Enerzijds zijn deze leden blij dat door de Minister wordt erkend dat het van groot belang is dat reizigers geen vakantiereizen ondernemen naar risicogebieden. Zij vinden het dan ook goed dat de Minister hier samen met andere betrokken ministeries stappen op onderneemt, zoals het plaatsen van verwijzingen op boekingssites en het in overleg treden met reisorganisaties. Anderzijds vinden deze leden deze stappen nog onvoldoende, zeker als gekeken wordt naar het belang van het aanpakken van dit probleem. Volgens het ministerie zelf vertrokken in september immers in één week bijna 40.000 passagiers naar risicogebieden ondanks een negatief reisadvies. Het is volgens deze leden niet aannemelijk dat het hier enkel om noodzakelijke reizen ging. Bovendien hebben deze leden vernomen dat Schiphol ondanks de inspanningen in oktober ten minste één dag de drukste luchthaven van Europa was. Kan de Minister aangeven of deze constatering klopt en, indien dit zo is, of dit ook haar zorgen baart? Kan de Minister bovendien aangeven of zij de mening deelt van deze leden dat dit aanleiding zou bieden tot aanvullende actie? Kan zij ten slotte aangeven wat de reizigersaantallen naar risicogebieden vanaf Schiphol waren in de maand oktober? Deze leden zijn van mening dat een sterker optreden nodig is om het reizen naar risicogebieden zo veel mogelijk in te perken. Zij zijn daarom benieuwd of de Minister en de betrokken ministeries al overwogen hebben om, wanneer dit nodig is, reisbeperkingen in te zetten naar landen in Europa waar aantoonbaar grote besmettingsrisico’s zijn. Hiertoe heeft de Minister in het voorjaar voor meerdere landen waar het virus op dat moment niet onder controle was, een vliegverbod ingesteld. Kan de Minister de overwegingen om dit instrument wel of niet in te zetten met de Kamer delen? Heeft de Minister bovendien overwogen andere communicatiemiddelen in te zetten om het reizen naar risicogebieden zo veel mogelijk te ontmoedigen, zoals bijvoorbeeld het doen van uitspraken bij persconferenties? Ten slotte zijn deze leden benieuwd hoe de Minister aankijkt tegen het advies van het Outbreak Management Team (OMT) om tot een generiek negatief reisadvies voor de kerstvakantie te komen, gezien de risico’s die daar volgens het OMT aan vastplakken.

Communicatie

De leden van de D66-fractie willen graag aandacht vragen voor het belang van duidelijke communicatie. Op de persconferentie van dinsdag 13 oktober jongstleden werd door premier Rutte op een vraag over de herfstvakantie aangegeven dat Nederlanders niet naar oranje gebieden moeten reizen. Op vrijdag 16 oktober gaf Minister Grapperhaus echter aan dat mensen in hun eigen omgeving moesten blijven. Veel Nederlanders wisten op dat moment niet meer waar ze aan toe waren, zowel ten aanzien van vakantie binnen Nederland als naar gebieden waarvoor geen negatief reisadvies geldt. Deelt de Minister met deze leden de analyse dat deze communicatie verwarring opriep? Wil zij ervoor zorgen dat de communicatie ten aanzien van reisadviezen glashelder is?

Specificiteit reisadviezen

De leden van de D66-fractie zijn positief over het feit dat reisadviezen beter worden afgestemd in Europees verband en er beter onderscheid gemaakt wordt tussen gebieden en eilanden, waardoor onder andere de Canarische Eilanden en de Griekse eilanden nu weer «geel» zijn geworden. Bij eilanden is het logisch onderscheid te maken, omdat er logischerwijs geen continue uitwisseling tussen eilanden en het vasteland is, zeker als een negatieve coronatest een voorwaarde is om überhaupt naar een eiland te reizen. Deze leden vragen welke verdere verbetering van de afstemming en informatie-uitwisseling tussen Europese landen te verwachten is, ook met het oog op te verwachten positieve ontwikkelingen van reisadviezen voor landen buiten Europa in het voorjaar van 2021.

Stunten naar risicogebieden

De leden van de D66-fractie hebben met enige ontsteltenis kennisgenomen van de brief over het ontmoedigen van stuntprijzen naar risicogebieden (Kamerstuk 25 295, nr. 683). Alhoewel deze leden begrijpen dat er slechts een beperkt aantal juridische handvatten zijn die de Minister kan inzetten om het stunten naar risicogebieden te beperken, zijn zij van mening dat een actievere houding kan en moet worden aangenomen om alle middelen die er zijn, zo goed mogelijk in te zetten. De Minister schrijft in haar brief dat de Europese Commissie en de Autoriteit Consument & Markt (ACM) ieder bevoegd zijn ambtshalve of op basis van een klacht van bijvoorbeeld een concurrerende luchtvaartmaatschappij onderzoek te verrichten naar een inbreuk op het mededingingsrecht en handhavend op te treden als blijkt dat er sprake is van misbruik van een economische machtspositie. Tegelijkertijd schrijft ze dat het ministerie niet bevoegd is om een dergelijk onderzoek bij beide partijen af te dwingen. Deze leden vragen zich echter af of en op welke wijze de Minister wel een dringend verzoek heeft neergelegd bij beide partijen om deze kwestie te onderzoeken. Hoe reageerde de Europese Commissie op dit verzoek? En kan de Minister aangeven wat het besluit van de ACM om de kwestie mee te nemen in de toezichthoudende taken precies inhoudt? Betekent dat dat zij de kwestie gaat onderzoeken, of dat zij wacht op signalen hierover? De Minister gaf eerder ook aan dat de Reclame Code Commissie in haar toezichthoudende taken mee gaat nemen of het aanbieden van reizen naar risicogebieden strookt met het misleidingsverbod. De Minister stelde hierover dat het uiteindelijk aan de rechtspraak is om te bepalen of dit het geval is. Maar kan de Minister aangeven of met het meenemen in de toezichthoudende taken, de rechter er ook daadwerkelijk een uitspraak over gaat doen? Kan de Minister zelf op basis van de Reclame Code een zaak aanbrengen bij de rechter en, zo nee, waarom niet?

De leden van de D66-fractie zijn ten slotte benieuwd naar de huidige stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van de motie-Paternotte c.s. over het onderzoeken van een minimumprijs voor vliegtickets (Kamerstuk 31 936, nr. 787). Wanneer is hier de laatste keer overleg over geweest met Oostenrijk? Wat is de stand van zaken met betrekking tot het onderzoek van de Oostenrijkse collega’s? Op welke termijn kan de Kamer hierover een reflectie verwachten van de Minister?

De teststraat op Schiphol

De leden van de D66-fractie waren ontstemd bij kennisname van de brief van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Kamerstuk 25 295, nr. 656) en de beantwoording op de schriftelijke vragen van de leden Paternotte en Diertens over het sluiten van de teststraat op Schiphol (Zaaknummer 2020Z16439). Deze leden bespeurden in de beantwoording van de schriftelijke vragen namelijk nog steeds een licht sceptische toon van het ministerie met betrekking tot het nut van het testen van inkomende reizigers. Dit zou volgens het ministerie namelijk «minder efficiënt» zijn dan het testen bij gewone teststraten, omdat het vindpercentage lager lag dan bij die teststraten. Deze conclusie vinden deze leden behoorlijk overhaast, vooral omdat er in de zeer korte periode dat getest werd op Schiphol met een teststraat die maar beperkte openingstijden had, maar liefst 325 mensen positief zijn getest. Dit terwijl de teststraat voornamelijk was bedoeld voor mensen zonder klachten. Erkent de Minister dat deze conclusie overhaast is? Zo nee, waarom niet? Kan de Minister bevestigen dat in Duitsland, waar in augustus al werd gekeken naar het nut van testen bij de grens, in sommige weken juist een hoger vindpercentage werd gevonden bij deze teststraten dan bij andere teststraten in het land? Kan de Minister bovendien aangeven hoe de uitspraak dat moet worden geconcludeerd dat het testen van terugkerende reizigers «inefficiënt» is, in contrast staat met de uitspraak van het OMT dat buitenlandse reizen en vakanties een risico vormen voor de import en verspreiding van het virus in Nederland en de uitspraken van OMT-voorzitter Van Dissel, die stelt dat terugkerende reizigers waarschijnlijk hebben bijgedragen aan het ontstaan van de tweede golf? Kan de Minister bovendien reflecteren op de conclusie van het gedragsonderzoek van het RIVM dat zeven op de tien reizigers zich niet houden aan de quarantainemaatregel bij terugkomst uit een risicogebied? Wat zegt dat volgens de Minister over het belang van een teststraat op Schiphol? Deelt de Minister de mening van deze leden dat testen misschien niet de quarantainemaatregel moet vervangen, maar in elk geval moet complementeren? En zijn er mogelijkheden om beter op de quarantainemaatregel te handhaven? Zo ja, welke?

De leden van de D66-fractie waren dan ook verheugd te vernemen dat er plannen zijn om de motie-Paternotte c.s. over het komen tot een dekkend testbeleid op luchthavens uit te voeren (Kamerstuk 25 295, nr. 569), zeker omdat deze leden van mening zijn dat een negatief testresultaat voorwaardelijk zou moeten worden gesteld aan het binnenreizen van Nederland vanuit een land waarvoor een negatief reisadvies geldt. Deelt de Minister de mening van deze leden? Zo ja, is hij bereid zich hiervoor in te zetten met de betrokken ministeries? Zo nee, waarom niet?

Deze leden hebben vernomen dat in de huidige plannen voor de teststraat, deze alleen voor vertrekkende reizigers beschikbaar zal zijn. Kan de Minister aangeven of het klopt dat er weer een teststraat wordt ingericht op Schiphol? Klopt het dat deze alleen beschikbaar is voor vertrekkende reizigers, en waarom is deze keuze gemaakt? Kan de Minister bovendien zijn overwegingen delen om de teststraat weer te openen? Deze leden vinden het van groot belang dat de teststraat op Schiphol met gepaste openingstijden open is voor zowel terugkerende als vertrekkende reizigers. Alhoewel deze leden begrijpen dat de reguliere testcapaciteit op dit moment beperkt is, vinden zij dat een proactieve houding moet worden aangenomen om alsnog, zo nodig met commerciële testen, tot een dekkend testbeleid op onder andere luchthavens te komen. Kan de Minister toezeggen dat de teststraat, als deze wordt geopend, ook voor terugkerende reizigers zal worden geopend? En kan hij toezeggen dat als er op dit moment nog geen plannen zijn voor het realiseren van een dekkend testbeleid op de Nederlandse luchthavens, hij hiertoe zal komen, eventueel door het inzetten van commerciële (snel)testen? Zo nee, waarom niet?

De leden van de D66-fractie zijn benieuwd op wie de kosten van de testen zullen worden verhaald. Aangezien het reizen naar risicogebieden in veel gevallen een eigen keuze is, vinden deze leden dat reizigers hierin ook zelf een deel van de kosten zouden moeten dragen. Vanaf 1 april 2021 kunnen luchthavengelden op Schiphol, Rotterdam en Eindhoven Airport worden aangepast. Kan hiervoor een aparte tranche voor de kosten van coronatests voor worden ingebouwd, dan wel verwerkt in de securitygelden- en heffingencomponent van de luchthavengelden? En kan dit ook gedifferentieerd naar bestemming? Zo nee, zijn er andere manieren om de kosten voor het testen gedeeltelijk door te berekenen aan reizigers, ook als een extra ontmoediging om naar risicogebieden af te reizen?

De leden van de D66-fractie vonden het bijzonder dat in de beantwoording van de vragen nogmaals werd gesteld dat in Duitsland gratis tests voor terugkerende reizigers uit risicogebieden zijn afgeschaft, terwijl op dag twee van de Algemene Politieke Beschouwingen eenzelfde opmerking al was ontkracht door onderzoek van het NRC. Kan de Minister delen waarom hij er desondanks voor heeft gekozen deze stelling in de beantwoording in te nemen? Deze leden hebben ten slotte een nieuwe set schriftelijke vragen ingediend met betrekking tot de teststraat (Kamerstuk 2020Z19315). Zij zijn benieuwd wanneer zij hier de beantwoording van kunnen verwachten.

Air corridors

De leden van de D66-fractie vinden het belangrijk dat er ook weer langzaam gewerkt kan worden aan het veilig heropenen van vliegroutes. We kunnen ons als Nederland immers niet voor altijd blijven isoleren. Dat is niet duurzaam voor de reisbranche, maar ook niet voor Nederland als handelsland. Deze leden zien daarom veel mogelijkheden in zogenaamde «air corridors»: routes waarop dusdanige veiligheidsmaatregelen zijn getroffen dat heen en weer gereisd kan worden zonder risico op verspreiding van het virus, zoals bijvoorbeeld negatieve testen vooraf en bij aankomst. Deelt de Minister de mening van deze leden dat alvast moet worden gewerkt aan het realiseren van dergelijke air corridors? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kan de Minister toezeggen dat hij gaat werken aan een routekaart naar een situatie vanaf het voorjaar van 2021 waarin een bewijs van vaccinatie of testen op het vliegveld een voorwaarde is voor het kunnen instappen bij vliegtuigen?

NLR-onderzoek

De leden van de D66-fractie hebben met veel interesse kennisgenomen van de literatuurstudie naar het risico van besmetting aan boord van vliegtuigen door het NLR en het RIVM. Deze leden lezen in de literatuurstudie dat in de scope van het onderzoek de assumptie wordt gemaakt dat er voldaan wordt aan de mitigatiemaatregelen die nu door de sector worden genomen, zoals de 1,5 meter afstand waar mogelijk, gezichtsmaskers en verplichte gezondheidsverklaringen. Kan de Minister aangeven of de aanname dat in vluchten waar mogelijk altijd 1,5 meter afstand in acht wordt genomen klopt? Is het beleid om bij vluchten vertrekkend vanaf Nederlandse luchthavens voor vertrek huishoudens maximaal te spreiden over de cabine? Zo nee, is de Minister bereid hier wel afspraken over te maken? Kan zij bovendien aangeven hoeveel passagiers bij controle geen gezondheidsverklaring bij zich bleken te hebben?

Verdere vragen

Ten slotte zijn de leden van de D66-fractie nog benieuwd naar de uitvoering van de motie-Paternotte c.s. over leren van de best practices in het buitenland (Kamerstuk 25 295, nr. 571). Wanneer kunnen deze leden een overzicht, inclusief een analyse, van de Minister verwachten met de best practices welke kunnen worden toegepast in Nederland en op welke manier?

De leden van de GroenLinks-fractie maken zich grote zorgen over het risico van het verder en telkens opnieuw verspreiden van corona via het internationale reizen. Met Schiphol als internationale hub zijn we extra kwetsbaar voor herintroductie van het virus op het moment dat de tweede golf in Nederland weer onder controle is. In de zomermaanden hebben we gezien hoe dit mis is gegaan. Terugkerende reizigers lijken een groot aandeel te hebben gehad in het opnieuw oplaaien van de besmettingen. Naast de specifieke risico’s van een vervoersmodaliteit, zoals het urenlang opeengepakt zitten in een vliegtuig, lange rijen in een vertrekhal of bij een bus- of treinreis in een volle coupé, is het de uitwisseling van mensen, het contact tussen grote delen van de wereld, die bijdraagt aan de verspreiding. Deze leden vragen het kabinet om een integrale aanpak om de risico’s van coronaverspreiding via internationale reizen te beperken. Kan het kabinet een dergelijke aanpak voor het einde van het jaar met de Kamer delen?

De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat het OMT in zijn laatste advies duidelijk aangeeft dat er een negatief reisadvies zou moeten komen voor de kerstvakantie. Deze leden verwachten dat het kabinet dit advies overneemt, en vervolgens ook actief uitdraagt en omzet in concrete maatregelen. Aangezien mensen nu keuzes maken over hun vakantie, vragen deze leden de Minister om zo snel mogelijk met een besluit voor een negatief reisadvies voor de kerstvakantie te komen en dit bekend te maken.

De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat er op dit moment nog steeds aanbiedingen worden gedaan voor goedkope vluchten en vakanties naar gebieden die een oranje reisadvies hebben. Wat deze leden betreft is het aanjagen van dit soort reizen onverantwoord en een ondermijning van het coronabeleid van het kabinet. Deze aanbieders geven in de ogen van deze leden duidelijk meer om hun omzet dan om mensenlevens. De Kamer heeft met de motie-Kröger (Kamerstuk 25 295, nr. 585) de regering gevraagd naar juridische middelen om dumpprijzen aan te pakken. De Minister geeft in haar Kamerbrief aan dat dit niet mogelijk is, maar wij missen de juridische onderbouwing voor deze stelling. Graag ontvangen deze leden een gedegen juridische onderbouwing rond de mogelijkheid om dumpprijzen aan te pakken, zowel in het algemeen als specifiek naar gebieden waar een oranje reisadvies voor geldt. Deze leden verzoeken de Minister om de landsadvocaat bij deze juridische analyse te betrekken. Als uit de analyse blijkt dat de huidige wetgeving geen kansen biedt, zien deze leden graag een voorzet voor welke regels, wetten en internationale overeenkomsten snel zouden kunnen worden aangepast of overruled om dit probleem op te lossen.

De leden van de GroenLinks-fractie merken op dat de registratie van passagiers om het bron- en contactonderzoek te ondersteunen onderdeel is van de integrale aanpak van het kabinet om de risico’s van coronaverspreiding via internationaal reizen te beteugelen. In België en veel andere landen gebeurt dit met een zogenaamd Passenger Locator Form. Op welke manier doet Nederland dit nu? Klopt het dat op dit moment slechts vrijblijvend naar symptomen wordt gevraagd en het niet verplicht is, voordat iemand aan boord gaat van een vliegtuig of instapt in een trein of bus? Op welke manier kunnen reizigers nu bereikt worden als blijkt dat medepassagiers besmet waren of de locatie van verblijf voorafgaande aan de reis een brandhaard was? Welke ervaringen zijn hiermee? Deze leden zijn ook benieuwd naar de (beleids)reactie van de Minister op het nieuws dat tot wel 73% van de terugkerende reizigers uit oranje gebied zich niet aan de quarantaineregels houdt. Nu blijkt dat de eigen verantwoordelijkheid tot vrijwillige quarantaine totaal niet werkt, moet dit toch leiden tot een andere aanpak? Moet dan niet de keus gemaakt worden tussen aanmerkelijk minder reizen of aanmerkelijk meer handhaving? Deze leden zijn benieuwd naar de keus van het kabinet.

Dan komen de leden van de GroenLinks-fractie op het testen op Schiphol. Deze leden willen graag duidelijkheid over de proef op Schiphol. Wat was de proefopzet? Wanneer wist de Minister dat de teststraat op Schiphol slechts een proef was? En klopt het dat, gegeven het feit dat het om het testen van asymptomatische passagiers ging, het percentage positieve tests juist relatief hoog lag? Wat is hier de verklaring voor? Op welke manier wil zij nu het testen op Schiphol gaan faciliteren, zowel voor reizigers als voor medewerkers? En als de oude opzet, waarbij slechts gedurende een aantal uren en slechts passagiers op risicovluchten werden getest, onvoldoende efficiënt was als opsporingsmiddel, dan is het veel grootschaliger en nog willekeuriger testen toch nog inefficiënter, als we dezelfde eisen aan efficiëntie stellen? Of is de nieuwe opzet voor de teststraat niet bedoeld om besmetting op te sporen maar de drempel voor internationale vliegreizen te laten verminderen? Deze leden wijzen hierbij op het grote verschil tussen de opvattingen van de directeur van Schiphol, die eerder stelde dat met meer tests quarantaine voor vliegtuigpassagiers kan worden voorkomen, en het OMT, dat gisteren liet weten dat sneltesten geen invloed hebben op de duur van de quarantaine. Kan de Minister reageren op deze discrepantie en hier uitsluitsel over geven?

De leden van de GroenLinks-fractie vragen ten slotte over het onderzoek naar de risico’s van coronaverspreiding in vliegtuigen. Internationaal vindt er veel onderzoek plaats, zoals de studie naar een Ierse vlucht waar meerdere passagiers besmet zijn en die waarschijnlijk tot herintroductie van het virus in Ierland heeft geleid. Hoe worden al deze meest recente inzichten meegenomen in de studie?

SP-fractie

De leden van de SP-fractie hebben vanaf het begin van de coronacrisis aandacht gevraagd voor het internationaal personenverkeer en het inperken daarvan om de verspreiding van het virus in te dammen. Deze leden hebben vaker gepleit voor het opheffen van de uitzonderingspositie van de luchtvaart en luchthaven Schiphol. Zij constateren onder andere dat de horeca op Schiphol na de securitycheck open is, terwijl dat landelijk niet het geval is. Deze leden willen weten van de Minister waarom deze uitzondering is gemaakt en of zij het met deze leden eens is dat dit niet uit te leggen is.

De leden van de SP-fractie hebben vaak bezwaar gemaakt tegen het mogelijk maken van vliegreizen waarbij de anderhalvemeterafstandsregel niet wordt nageleefd. De Minister heeft als reden om dit mogelijk te maken gezegd dat high efficiency particulate air filters (HEPA-filters) helpen bij het bestrijden van het coronavirus. Later bleek dat dat helemaal niet onderzocht en bewezen was. Uit de brief die de Minister op 20 oktober heeft gestuurd naar de Kamer blijkt dat het onderzoek hiernaar van het RIVM en het NLR nog steeds niet is afgerond en er nog altijd geen conclusies getrokken kunnen worden. Op basis waarvan vindt de Minister het nog altijd verantwoord om volle vluchten toe te staan, vooral nu het aantal besmettingen stijgt en strengere coronamaatregelen onontkoombaar lijken?

De leden van de SP-fractie constateren dat het beleid van deze Minister en het kabinet gemakzuchtig is en dat zij de verantwoordelijkheid voor het oplopen van de besmettingen afschuiven op het gedrag van anderen. Deze leden constateren dit ook op het luchtvaartdossier. De motie-Laçin/Van Brenk (Kamerstuk 25 295, nr. 567) om te onderzoeken of vakantievluchten naar codeoranjegebieden verboden kunnen worden, is verworpen, maar is nog altijd relevant nu het OMT een negatief reisadvies adviseert voor de kerstvakantie en de Minister-President in zijn persmoment op 27 oktober 2020 heeft aangegeven hiermee aan de slag te gaan. Kan de Minister aangeven aan welke maatregelen zij denkt die verder gaan dan het halfslachtige ontmoedigen via verschillende websites, waaronder die van de rijksoverheid?

De leden van de SP-fractie willen weten in welke omstandigheden het mogelijk is dat een Minister of het kabinet een vliegverbod instelt naar een risicogebied. Deze leden constateren dat het actief ontmoedigen onvoldoende is om import van het virus te beperken, vooral nu de Minister heeft aangegeven dat zij geen mogelijkheden ziet om actie te ondernemen tegen het aanbieden van vliegtickets tegen dumpprijzen. Kan de Minister aangeven welke stappen er vanuit de Europese Commissie worden genomen om dit alsnog tegen te gaan en wat haar aandeel hierin is geweest? Kan de Minister ook de aantallen reizigers en vliegbewegingen vanaf en naar Nederlandse luchthavens in de herfstvakantie met de Kamer delen? We weten dat geen van deze reizigers is getest op Nederlandse luchthavens. Kan de Minister wel aangeven hoe vaak er is gevraagd naar een ingevuld gezondheidsformulier en welke conclusies hieruit getrokken kunnen worden?

De leden van de SP-fractie hebben zich hard gemaakt voor een coronateststraat op Schiphol waar ook Schipholwerknemers zich kunnen laten testen. Deze leden waren dan ook niet blij met het besluit om de teststraat op Schiphol te sluiten en passagiers uit codeoranjegebieden niet te testen. Deze leden lezen dat de teststraat op Schiphol terug zal keren en dat ook Schipholwerknemers zich daar kunnen laten testen. Kan de Minister dit bevestigen en toelichten wat de testcapaciteit zal zijn in de Schipholteststraat, welke passagiers er getest zullen worden en of een verplichte test voor passagiers uit codeoranjegebieden deel uit zal maken van het testbeleid op Schiphol? Deze leden willen ook weten of er plannen zijn om teststraten in te richten op andere regionale luchthavens, internationale spoorknooppunten als Amsterdam CS en Rotterdam CS en tankstations dichtbij grensovergangen.

De leden van de SP-fractie vragen structureel aandacht voor de positie van werknemers op Schiphol. Uit onderzoek van vakbond FNV blijkt dat 70% van de ondervraagde beveiligers niet gelooft dat er onder de beveiligers maar 30 coronabesmettingen zijn geweest en dat zij andere ervaringen hebben. Ook stellen zij dat zij onder druk worden gezet door hun werkgevers om toch te komen werken als zij in afwachting zijn van het resultaat van een coronatest. Deze leden vragen of de Minister bekend is met dit onderzoek van de FNV en of zij hierop kan reageren. Erkent de Minister dat het risicovol is om te gaan werken, terwijl een werknemer in afwachting is van een testuitslag? Deze leden vragen de Minister om glashelder te zijn en zowel Schiphol als andere bedrijven die opereren op Schiphol, op te roepen zich aan de coronamaatregelen en RIVM-voorschriften te houden en werknemers niet onder druk te zetten om toch te komen werken als zij klachten hebben.

Partij voor de Dieren-fractie

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hameren al sinds de start van de coronacrisis op maatregelen om het risico op verspreiding van het virus via buitenlandse reizen in het algemeen, en vliegreizen in het bijzonder, te minimaliseren. Helaas heeft het kabinet alle waarschuwingen genegeerd. Het risico is de grote blinde vlek van het kabinet. Zelfs nu het OMT, blijkens het 82ste advies van 26 oktober 2020, waarschuwt voor de risico’s van buitenlandse reizen en adviseert om alle reizen af te raden tot in het nieuwe jaar, treuzelt het kabinet met het nemen van maatregelen. Kan de Minister met voldoende zekerheid uitsluiten dat buitenlandse reizen in het algemeen, en vliegreizen in het bijzonder, geen groot risico vormen voor de verspreiding van het virus?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie hebben over het 82ste OMT-advies nog enkele vragen. De epidemiologische situatie in Nederland is al weken zeer ernstig. Waarom heeft het Ministerie van VWS pas eind oktober advies gevraagd aan het OMT over buitenlandse reizen, toen de herfstvakantie al in volle gang was? De heer Van Dissel heeft tijdens de technische briefing van 28 oktober bevestigd dat er in het OMT al in een eerder stadium is gesproken over het risico van buitenlandse reizen. Heeft het OMT het kabinet daar toen over geïnformeerd en, zo ja, welke actie heeft het kabinet ondernomen? Heeft het kabinet het OMT om advies gevraagd ten aanzien van de maatregelen onder buitenlandse reizen op de routekaart? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat adviseerde het OMT en heeft het kabinet die adviezen overgenomen? Waarom heeft het kabinet het dringende advies van het OMT om alle buitenlandse reizen tot en met de kerstvakantie af te raden, gezien de voortdurende ernstige epidemiologische situatie, niet onmiddellijk overgenomen?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie vragen de Minister of zij het nieuwe onderzoek kent waaruit blijkt dat een corona-uitbraak in Ierland waarbij zeker 59 mensen besmet raakten, te herleiden is naar één internationale vlucht.1 Wist zij dat tijdens de vlucht slechts 49 zitplaatsen bezet waren en de passagiers derhalve ver uit elkaar zaten, en zeker 9 van de 13 besmette passagiers een mondkapje droegen? Kan de Minister hierop reflecteren? Erkent zij de conclusie van de onderzoekers dat dit het potentieel aantoont van de verspreiding van het coronavirus in het luchtverkeer? Deelt zij de mening dat een dergelijk «superspreading event» in een vliegtuig zeer zorgwekkend is? Erkent zij dat niets erop wijst dat verspreiding van het virus in een vliegtuig minder snel zou gaan dan in andere binnenruimtes, en het daarom niet te rechtvaardigen is dat er geen aanvullende maatregelen gelden voor vliegtuigen zoals de 1,5 meter afstand? Zo nee, waarom niet?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie vragen het kabinet opnieuw de coronabasisregels voor alle sectoren gelijk te trekken. Theaters, bioscoopzalen en horeca moeten sinds het begin van de crisis zien te overleven met sterk verminderde bezetting door de anderhalvemeterafstandregel. De horeca is nu zelfs opnieuw geconfronteerd met langdurige sluiting. Maar de anderhalvemeterregel heeft voor de luchtvaartsector nooit bestaan! Dat is wat deze leden betreft niet te rechtvaardigen. Kan de Minister hierop reflecteren? Is zij bereid alsnog de anderhalvemeterregel in te voeren in vliegtuigen?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie merken op dat uit onderzoek van het RIVM blijkt dat de bron van 7% van de positief geteste personen in de periode juli tot begin september een introductie van het virus uit het buitenland betrof.2 Hoe verhoudt dit percentage zich tot het aantal positief geteste personen met een als bron de horeca? Kan het kabinet dit duiden? In de week van 14 tot en met 20 september 2020, toen de situatie met betrekking tot de verspreiding van het virus in Nederland opnieuw al zeer ernstig was, zijn 40.000 vliegreizigers naar risicogebied vertrokken. Nu blijkt uit gedragsonderzoek van het RIVM en de GGD’s dat driekwart van de reizigers naar risicogebied bij terugkomst niet in quarantaine is gegaan of gebleven.3 Deze leden vinden al deze gegevens zeer zorgwekkend, zeker omdat deze mensen geen 1,5 meter afstand houden in het vliegtuig en niet worden getest bij aankomst. Kan de Minister hierop reflecteren? Is een enorm risico over het hoofd gezien? Hier kan toch niet anders geconcludeerd worden dan dat de huidige aanpak om de verspreiding van het virus via buitenlandse reizen en luchtverkeer te minimaliseren niet voldoende werkt? Welke aanvullende maatregelen gaat de Minister nemen naar aanleiding van deze informatie?

De leden van de Partij voor de Dieren-fractie zijn van mening dat vliegreizen een veel te groot risico vormen op de ongecontroleerde verspreiding van het virus. Anno eind oktober 2020, midden in een gedeeltelijke lockdown, zijn er nog steeds dagelijks 580 vluchten op Schiphol.4 Is het kabinet bereid, gezien de urgente adviezen van het OMT, de uitkomst van het onderzoek van het RIVM en de GGD’s, om een tijdelijk vliegverbod (met uitzondering voor specifieke noodzakelijke vluchten) alsnog te overwegen? Kan het kabinet uitleggen hoe het vliegverbod in maart 2020 (juridisch) geregeld was, en of en op welke manier toen een uitzondering is gemaakt voor noodzakelijke vluchten voor bijvoorbeeld medisch personeel? Kan de Minister toelichten waarom dat nu niet zou kunnen? Zo nee, waarom niet?

II Reactie van de bewindspersonen


  1. https://www.eurosurveillance.org/content/10.2807/1560-7917.ES.2020.25.42.2001624#html_fulltext.↩︎

  2. COVID-19 bij reizigers: een analyse van de resultaten uit de teststraat op Schiphol en van reishistorie bij nieuw gediagnosticeerde patiënten in Nederland, RIVM notitie, 17-9-2020, pagina 8.↩︎

  3. OMT 82ste advies van 26 oktober 2020.↩︎

  4. https://bezoekbas.nl/nieuws/zestiende-vooruitblik-vliegverkeer-in-de-heropstartfase/.↩︎