Antwoord op vragen van het lid Leijten over de hersteloperatie kinderopvangtoeslag
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2020D43758, datum: 2020-11-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20202021-677).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Financiën
Onderdeel van zaak 2020Z19374:
- Gericht aan: A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Financiën
- Indiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
677
Vragen van het lid Leijten (SP) aan de Staatssecretaris van Financiën over de hersteloperatie kinderopvangtoeslag (ingezonden 21 oktober 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Huffelen (Financiën – Toeslagen en Douane) (ontvangen 3 november 2020).
Vraag 1
Klopt het dat mensen van wie de invordering vorig najaar is stopgezet niet automatisch aangemeld zijn voor de hersteloperatie? Zo ja, waarom is dit?
Antwoord 1
Ja dat klopt. Om de ouders te helpen is er destijds voor gekozen om deze ouders allemaal een invorderingspauze te gunnen, vooruitlopend op besluitvorming over breder herstel. Er was toentertijd nog geen sprake van een wettelijke regeling en integrale behandeling met de daarbij horende persoonlijke zaakbehandelaar. We hebben al deze ouders wel steeds meegenomen in brede communicatie waarin wij iedereen gevraagd hebben zich bij ons te melden voor herstel.
Vraag 2
Hoeveel mensen hebben vorig najaar te maken gehad met stopzetting van de dwanginvordering en hoe groot waren de openstaande bedragen?
Antwoord 2
Naast de ouders die betrokken waren bij CAF11 (ruim 300 ouders), is ook bij ouders die behoren tot de groep overige CAF-zaken (ongeveer 9.500) en ouders met een openstaande schuld en een OGS-kwalificatie (ongeveer 8.500) de invordering gepauzeerd. Niet alle ouders uit de groep CAF 11 en CAF-overig hebben echter te maken met openstaande vorderingen. In onderstaande tabel zijn de aantallen en bedragen weergegeven van het moment van pauzeren in november 2019. De openstaande bedragen bedroegen in totaal ongeveer 223 mln. euro. In de tabel zijn ouders die zichzelf hebben gemeld niet meegenomen, omdat pauzering van invordering voor hen per 31 januari 2020 is ingegaan.
CAF11 | 185 | 450 | 277 | 727 | 1,4 | 0,5 | 1,9 |
CAF-overig | 2.841 | 8.004 | 5.592 | 13.596 | 22,9 | 10,5 | 33,3 |
OGS | 8.454 | 38.128 | 16.199 | 54.327 | 158,5 | 29,6 | 188,1 |
Totaal | 11.480 | 46.582 | 22.068 | 68.650 | 182,8 | 40,6 | 223,4 |
Vraag 3
Klopt het dat voor mensen die op dit moment in de schuldsanering zitten, geldt dat er geen kwijtschelding van Toeslagenschulden plaatsvindt? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 3
Bij de succesvolle afronding van een saneringsregeling worden de invorderings- en verreken activiteiten bij toeslagenschulden gestopt door middel een handmatige verwerking in de systemen. Van een formele kwijtschelding van toeslagschulden is geen sprake. Hier is vooralsnog geen wettelijke grondslag voor. Met het wetsvoorstel Verbetering uitvoering toeslagen wordt voorzien in de invoering van een grondslag voor kwijtschelding van toeslagschulden. Hiertoe wordt een ministeriële regeling opgesteld en op termijn een geheel nieuw (geautomatiseerd) proces op basis van beschikkingen en de mogelijkheid tot bezwaar en beroep ingericht. Zoals toegezegd wordt uw Kamer over de voortgang geïnformeerd in de voortgangsrapportages.1
Vraag 4
Hoeveel mensen heeft de Belastingdienst/Toeslagen inmiddels in beeld als het gaat als mogelijk getroffen in de toeslagenaffaire? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 4
Het is op voorhand niet mogelijk te zeggen hoeveel ouders aanspraak zullen maken op de verschillende herstelregelingen. We moedigen ouders aan om zich te melden. Op dit moment hebben ongeveer 9.000 ouders dit gedaan. We gaan er alles aan doen om deze ouders zo snel
mogelijk duidelijkheid te bieden.
Vraag 5
Hoe gaat u alle mensen die in beeld zijn als potentieel getroffen uitnodigen zich te melden bij de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT)? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 5
Zie hiervoor de brief die ik meestuur met beantwoording van deze vragen.
Vraag 6
Wat is precies de werkwijze als iemand belt om zich te melden als getroffene? Is het standaard dat diegenen die zich melden altijd in de gelegenheid worden gesteld om een procedure te doorlopen? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 6
Ja, elke ouder die zich meldt wordt in de gelegenheid gesteld de procedure te doorlopen. Als een ouder meent gedupeerd te zijn dan kan deze zich telefonisch bij het Serviceteam Gedupeerden melden. Op dat moment wordt de ouder geregistreerd als ouder die zichzelf gemeld heeft en wordt de eventuele openstaande terugvordering gepauzeerd. De ouder ontvangt hiervan een bevestiging per brief.
Vraag 7 en 8
Kunt u aangeven waarom gedupeerden het oordeel van de persoonlijk zaakbehandelaar niet te zien krijgen als dit naar centrale regie gaat om beoordeeld te worden?
Waarom krijgen gedupeerden niet de documenten te zien waar de persoonlijk zaakbehandelaar het oordeel op baseert en doorgeeft aan centrale regie? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 7 en 8
In de beoordelingskaders die voorafgaand aan het Algemeen Overleg van 15 oktober jl. naar uw Kamer zijn gezonden, is te lezen dat de persoonlijk zaakbehandelaar het eerste aanspreekpunt is voor de ouder. Hij gaat met de ouder in gesprek en verzamelt en stemt in samenspraak met de ouder alle relevantie informatie af waarop het oordeel over de regeling(en) waarop de ouder aanspraak heeft kan worden gebaseerd. Dit leidt er ook toe dat naast op de zaak betrekking hebbende stukken en cijfers ook het verhaal van de ouder de aandacht krijgt die het verdient en goed wordt meegenomen bij de verdere afwegingen. Hiermee wordt de basis gelegd om tot een integrale beoordeling van het dossier te komen. Als onderdeel van de voorbereiding geeft de zaakbehandelaar een eerste indruk mee aan het beoordelingsteam. Ik hecht eraan te benadrukken dat het uitgangspunt is dat de voor het beoordelingsteam benodigde tijd zo kort mogelijk is. Na de beoordeling bespreekt de persoonlijke zaakbehandelaar het voorgenomen besluit met de ouder. Er wordt zo een evenwicht bereikt tussen het interne besluitvormingsproces en het zo snel mogelijk duidelijkheid geven aan de ouder. In het geval sprake is van een voornemen tot afwijzing op de compensatieregeling of O/GS-tegemoetkoming, wordt het dossier doorgestuurd naar de Commissie van Wijzen voor onafhankelijk advies.
Vraag 9
Klopt het dat de gedupeerde ouders die op 20 augustus 2020 hun manifest aan u hebben overhandigd, is beloofd dat zij – en alle gemelde gedupeerden – een brief zullen ontvangen wanneer hun zaak behandeld wordt? Zo ja, wanneer is dat beloofd en waarom is dit nog altijd niet uitgevoerd?
Antwoord 9
Op vrijdag 23 oktober en maandag 26 oktober zijn de ouders waarvan de integrale behandeling start per 1 november telefonisch door de persoonlijk zaakbehandelaar ingelicht. De inhoud van dit telefoongesprek is met een brief bevestigd op 27 oktober 2020. Ouders waarvan de integrale beoordeling na 1 januari 2021 start, ontvangen medio november een brief met informatie over wanneer hun zaak behandeld wordt.
Vraag 10, 11, 12 en 13
Kunt u aangeven wat er schuilgaat achter de kenmerken T1000/R1014/0.8; T1000/R1014/0.8/voormalig fraudebureaus/0.1; T1000/R1014 WI 00.8, maar ook achter «TKAI BT 12»?
Kunt u de werkinstructie die hoort bij bovenstaande kenmerken naar de Kamer sturen? Zo nee, waarom niet?
Kunt u aangeven wat de werkbundel inhoudt die bij de in vraag 10 genoemde kenmerken hoort?
Klopt het dat de werkbundel en de werkinstructie gaan over een groep ouders die eind 2013 om nadere informatie is gevraagd en die in februari 2014 een nihilbeschikking hebben gekregen?
Antwoord 10, 11, 12 en 13
Tijdens het AO Herstel van 15 oktober jl. werden door mevrouw Leijten enkele brieven van de B/T aan ouders van 23 december 2013 gedeeld die (geanonimiseerd) zijn toegevoegd aan het verslag. In deze documenten is in ieder geval het kenmerk «TKAI BT 12» zichtbaar, de andere kenmerken niet. In de korte tijd die beschikbaar was voor onderzoek is het volgende achterhaald. Het lijkt hier te gaan om een toezichtactie over de aanvraag van kinderopvangtoeslag bij kinderopvangorganisaties waarbij fraude vermoed werd. De code T1000 staat in de systemen voor het thema toezicht op jaaropgaven kinderopvang, de code R1014 staat voor specifiek toezicht (of risico) op gastouderbureaus. Er zijn meerdere versies van een bijbehorende werkinstructie gevonden, als bijlage treft u de meest recente versie 1.1 aan die van 24 april 2012 is.2 Mogelijk zijn er nog andere werkinstructies gebruikt maar deze zijn niet gevonden. Navraag over deze toezicht actie leerde dat de B/T aanvullende gegevens opvroeg naast de jaaropgave die er al was. Dit betrof onder meer een contract met het gastouderbureau en/of het kinderdagverblijf. Hierbij werd gecontroleerd op aanwezigheid van een ingangsdatum, handtekeningen en het aantal afgesproken uren. Daarnaast werden betaalbewijzen opgevraagd die helemaal volledig moesten zijn. Indien deze niet volledig waren werd niet voldaan aan het geheel betalen van de eigen bijdrage; de conclusie was dan een nihilstelling. Betaalbewijzen van een contante betaling moesten aangetoond worden met kwitanties en voldoende contante opnames om deze te voldoen. Of al deze ouders na het schriftelijk verzoek om informatie van de B/T een nihilbeschikking hebben gekregen is niet meer te achterhalen. Ik roep ouders die menen gedupeerd te zijn op zich te melden zodat hun zaak ook beoordeeld kan worden.
Vraag 14
Waarom krijgen de ouders die de kenmerken uit vraag 10 onderzocht willen hebben geen inzage in hun gegevens terwijl het om de behandeling van hun kinderopvangtoeslag gaat? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 14
Zie hiervoor ook de voorgaande antwoorden en het antwoord op vraag 16. Ouders die zich melden als gedupeerde en hun zaak onderzocht willen hebben kunnen zich melden en zullen dan ook inzage krijgen in hun gegevens.
Vraag 15
Kunt u ook verklaren waarom deze ouders zich niet kunnen wenden tot de Commissie van Wijzen met hun vragen?
Antwoord 15
De Commissie van Wijzen is een onafhankelijke commissie die is ingesteld om advies te geven over bepaalde voorgenomen beoordelingen en besluiten van UHT in het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag. Het gaat daarbij:
om voorgenomen oordelen van UHT of in een bepaald onderzoek op groepsniveau institutioneel vooringenomen is gehandeld, en
om voorgenomen negatieve beslissingen van UHT op:
een verzoek tot compensatie omdat de ouder op individueel niveau institutioneel vooringenomen zou zijn behandeld, of
een verzoek om een OGS-tegemoetkoming.
De Commissie van Wijzen geeft hierbij als gezegd een onafhankelijke advies over de voorgenomen besluiten, dit is voor UHT leidend. Daarnaast kunnen – door of met tussenkomst van UHT – casusposities van ouders aan de Commissie van Wijzen worden voorgelegd die mogelijk in aanmerking komen voor de vangnetbepaling. De Commissie heeft niet tot taak om vragen van ouders te beantwoorden over de wijze waarop ze bij de toeslagtoekenning zijn behandeld, over het verloop van de hersteloperatie of over de inzage in dossiers. Hiervoor kunnen de ouders contact opnemen met hun persoonlijke zaakbehandelaar of met het Serviceteam gedupeerden kinderopvangtoeslag. Tevens kan, bij eventuele klachten van de ouders over de afhandeling van deze vragen, het nieuwe UHT klachtenteam een rol spelen.
Vraag 16
Erkent u dat als ouders iets willen onderzoeken ze dan de op hun situatie betrekking hebbende stukken moeten hebben? Zo ja, waarom krijgen ze die dan niet? Zo nee, hoe kunnen ouders dan na al die jaren zeker weten dat hun beoordeling door de UHT voldoende is? Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 16
Ja het is voor mij absoluut een voorwaarde dat ouders zelf ook kunnen beoordelen of de beoordeling door UHT voldoende is. Daarvoor is juist het persoonlijke contact tussen de ouder en de persoonlijke zaakbehandelaar van groot belang. Voorafgaand aan de beoordeling wordt het gehele hersteldossier al telefonisch doorgelopen met de ouder. Het samenstellen van dit dossier gebeurt ook in samenspraak met de ouder. Indien een ouder hiervoor nog stukken of informatie heeft die niet bij Toeslagen bekend is dan wordt deze informatie toegevoegd. Na de beoordeling zal de persoonlijk zaakbehandelaar ook uitleg geven over de beoordeling, hoe deze tot stand is gekomen en hoe de berekening en het uiteindelijke bedrag tot stand zijn gekomen. Op verzoek van de ouder kan de persoonlijk zaakbehandelaar een afspraak inplannen om samen met de ouder het dossier nogmaals door te nemen. Mocht de ouder specifieke stukken in willen zien, zoals bijvoorbeeld een overzicht van toekenningen en vorderingen en of schuldenoverzicht, dan worden deze aangeleverd aan de ouder. Mocht de ouder het volledige dossier met alle informatie die bekend is bij Toeslagen willen ontvangen, dan is dat ook mogelijk. Zoals eerder gemeld neemt dit dan wel enige tijd in beslag.
Vraag 17
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden voor het naar aanleiding van het op 15 oktober 2020 gehouden algemeen overleg te plannen VAO Hersteloperatie kinderopvangtoeslagen?
Antwoord 17
Deze antwoorden zijn voor het VAO dat gehouden wordt op 5 november 2020 verstuurd. Vanwege de samenhang zijn enkele vragen gegroepeerd beantwoord.