Akkoord Aruba en Nederland inzake voorwaarden liquiditeitssteun
Noodpakket banen en economie
Brief regering
Nummer: 2020D46023, datum: 2020-11-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35420-186).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35420 -186 Noodpakket banen en economie.
Onderdeel van zaak 2020Z21591:
- Indiener: R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2020-11-17 16:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-11-18 13:00: Procedurevergadering vaste commissie voor Koninkrijksrelaties (videoconferentie) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2020-11-25 14:00: Liquiditeitssteun aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2022-09-06 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 420 Noodpakket banen en economie
Nr. 186 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 november 2020
Middels deze brief informeer ik uw Kamer over de overeenstemming die Aruba en Nederland hebben bereikt over de derde tranche liquiditeitssteun 2020, in combinatie met een pakket aan maatregelen dat gericht is op het realiseren van structurele hervormingen in Aruba.
Liquiditeitssteun Aruba
Aruba ontvangt sinds april 2020 liquiditeitssteun van Nederland om de gevolgen van de pandemie voor de bevolking, het bedrijfsleven en de werkgelegenheid op Aruba te beperken. Deze liquiditeitssteun is sinds mei 2020 (tweede tranche liquiditeitssteun 2020) niet meer vrijblijvend. Er worden voorwaarden aan gekoppeld, die tot doel hebben de financieel-economische weerbaarheid van Aruba te vergroten. Over de strekking van deze voorwaarden heb ik uw Kamer regelmatig geïnformeerd1.
In de Rijksministerraad van 10 juli jl. lag de besluitvorming voor over de derde tranche liquiditeitssteun 2020. Hierover kon niet direct overeenstemming worden bereikt. Enerzijds omdat Aruba nog niet voldaan had aan de voorwaarden die aan de tweede tranche liquiditeitssteun waren gesteld en anderzijds omdat Aruba niet kon instemmen met de voorwaarden die door Nederland aan de derde tranche liquiditeitssteun werden gesteld2.
Derde tranche liquiditeitssteun 2020
Nederland en Aruba hebben de afgelopen maanden constructieve gesprekken gevoerd over de voorwaarden voor de derde tranche liquiditeitssteun en zijn de landen hierover tot een akkoord gekomen. Zo heeft Aruba de Rijksministerraad laten weten akkoord te gaan met de inhoud van het voorstel van de consensus Rijkswet Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO) en aan te sluiten bij het voor advies bij de Raad van State van het Koninkrijk (RvSK) ingediende voorstel. Zoals eerder aan uw Kamer gemeld op 2 november jl.3 wordt het COHO vormgegeven als bestuursorgaan met zelfstandige taken en bevoegdheden. Het COHO krijgt de rechtsvorm van een Nederlandse rechtspersoon. Het COHO heeft ten behoeve van het welzijn van de bevolking van Aruba de taak ervoor te zorgen dat hervormingen van bestuurlijke aard worden doorgevoerd, duurzaam houdbare overheidsfinanciën worden gerealiseerd en de weerbaarheid van de economie wordt versterkt. Sint Maarten kan als laatste land toetreden tot de Rijkswet Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling, zodra Sint Maarten voldaan heeft aan de voorwaarden van de tweede tranche en ingestemd heeft met de voorwaarden voor de derde tranche. Het voorstel van de consensus Rijkswet zal gelijktijdig met het Nader rapport aan uw Kamer worden toegezonden.
Onderdeel van de consensus Rijkswet is het aangaan van het zogeheten landspakket: een samenhangend pakket van maatregelen voor de korte termijn en structurele hervormingen voor de langere termijn die noodzakelijk zijn om Aruba financieel, economisch en bestuurlijk weerbaar te maken. De Minister-President van Aruba en ik tekenden op 13 november jl. de overeenkomst welke de regeringen van Aruba en Nederland bindt aan de uitvoering van de maatregelen in het landspakket Aruba. De getekende onderlinge regeling Landspakket Aruba is als bijlage aan deze brief toegevoegd4.
Tevens stemde Aruba in de Rijksministerraad van 13 november jl. in met het indienen voor advies van het voorstel van Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft) aan de RvSK. Dit voorstel hevelt het reeds bestaande toezichtsarrangement op de financiën van Aruba over naar rijkswetsniveau en brengt daar enige aanvullingen en wijzigingen op aan. De totstandkoming van deze Rijkswet is voorwaardelijk voor volgende tranches liquiditeitssteun. De advisering van de Raad van Advies hierover zal gelijk op lopen met de advisering van de RvSK.
Ten slotte stemde Aruba ermee in om maximale transparantie te bieden en gehoor te geven aan alle verzoeken van het CAft omtrent informatieverstrekking met betrekking tot de overheidsentiteiten.
De instemming van Aruba met de genoemde set voorwaarden maakte voor de Rijksministerraad de weg vrij om over te gaan tot het verstrekken van een derde tranche liquiditeitssteun van AWG 209 mln. voor de periode van 1 juli tot en met 31 december 2020.
De budgettaire gevolgen van de derde tranche liquiditeitssteun worden in een incidentele suppletoire begrotingswet aan u voorgelegd. Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Aangezien uitstel van uitvoering van deze spoedeisende maatregel die in het belang van het Rijk is, niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal, zal het kabinet de uitvoering van de maatregel starten. Hiermee wordt gehandeld conform lid 2 van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016.
Investeringen
Met de instemming van Rijkswet Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO) en de ondertekening die de regeringen van Aruba en Nederland bindt aan het landspakket Aruba, breekt een nieuw hoofdstuk aan van vrijwillige, maar niet vrijblijvende meerjarige samenwerking tussen beide Landen. Zoals ik uw Kamer meerdere malen heb laten weten is het kabinet in ruil voor hervormingen niet alleen bereid liquiditeitssteun te bieden, maar ook bereid om op meerdere terreinen te investeren in de ontwikkeling van Aruba.
Als Aruba hiertoe een verzoek doet om te voldoen aan haar reguliere verplichtingen tot het betalen van een hoofdsom in 2021 en 2022 onder de USD Externe Financiering, zal het kabinet in 2021 een lening verstrekken met een hoofdsom van AWG 177 mln. en in 2022 een lening met een hoofdsom van AWG 346 mln. De condities voor beide leningen zijn een vast rentepercentage van 2% en een looptijd van 7 jaar met halfjaarlijkse aflossingen na twee jaar. Aruba realiseert hiermee gedurende de looptijd van lening een rentelastenverlichting in de orde van grootte van AWG 82 mln. ten opzichte van marktfinanciering.
Het kabinet is tot slot van oordeel dat een functionerende rechtsstaat voorwaardelijk is voor economische ontwikkeling, bijdraagt aan houdbare overheidsfinanciën en toeziet op de rechtmatigheid van bestedingen. Daarom stelt het structureel middelen beschikbaar voor de uitvoering van maatregelen opgenomen in het landspakket, gericht op de versterking van de rechtsstaat van Aruba. Zo zal er structureel een bedrag oplopend tot € 9,3 mln. vrijkomen voor nadere ondersteuning door de KMar en de Douane bij de versterking van het grenstoezicht. De middelen voor de Kustwacht Caribisch Gebied zijn al vrijgekomen met het akkoord van Curaçao en dienen ook ter versterking van de maritieme grenzen van Aruba.
Verder stelt het kabinet structureel extra middelen beschikbaar voor de uitbreiding van de ondermijningsaanpak op Aruba, oplopend tot jaarlijks € 7,7 mln. Aanvullend is er structureel € 0,8 mln. bestemd om de Arubaanse militie van Defensie te professionaliseren en om te investeren in het Sociaal Vormings Traject, waarbij Defensie met medewerking van Aruba de kans biedt aan jongeren om te resocialiseren. De betreffende middelen worden toegevoegd aan begrotingen van BZK en Defensie.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops