Motie van het lid Rudmer Heerema c.s.
Passend onderwijs
Motie
Nummer: 2020D46294, datum: 2020-11-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 5
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31497-379).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. (Rudmer) Heerema, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H.J. Beertema, Tweede Kamerlid (Ooit PVV kamerlid)
- Mede ondertekenaar: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31497 -379 Passend onderwijs.
Onderdeel van zaak 2020Z21728:
- Indiener: R.J. (Rudmer) Heerema, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H.J. Beertema, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2020-11-16 11:00: Passend onderwijs (Notaoverleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2020-11-24 15:05: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
31 497 Passend onderwijs
Nr. 379 MOTIE VAN HET LID RUDMER HEEREMA C.S.
Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 16 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er momenteel een zaak bij het College voor de Rechten van de Mens ligt waarin beoordeeld dient te worden of «hoogbegaafdheid» een handicap is of niet, puur en alleen met als doel om voortaan ook hoogbegaafde leerlingen de mogelijkheid te geven om gebruik te maken van passend onderwijs via de financiële mogelijkheden van samenwerkingsverbanden;
van mening dat hoogbegaafde kinderen niet gehandicapt zijn, maar juist unieke creatieve kinderen die bijzondere uitdaging en aandacht nodig hebben;
van mening dat hoogbegaafde kinderen ook zonder de beoordeling «handicap» recht hebben op de juiste ondersteuning en zo passend mogelijk onderwijs;
verzoekt de regering, om de ondersteuning bij hoogbegaafdheid te borgen in de landelijke basisnorm en zo te borgen dat iedere school voor hoogbegaafde leerlingen een ondersteuningsaanbod heeft, zonder dat daarvoor extra kosten in rekening worden gebracht of andere drempels voor worden opgeworpen, waarbij bijvoorbeeld particulier onderwijs uiteindelijk ook de best passende plek kan zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
Rudmer Heerema,
Van Meenen
Beertema