De kosten die verband houden met het beëindigen van de gasaansluiting
Voorzienings- en leveringszekerheid energie
Brief regering
Nummer: 2020D46728, datum: 2020-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29023-263).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
Onderdeel van kamerstukdossier 29023 -263 Voorzienings- en leveringszekerheid energie.
Onderdeel van zaak 2020Z21930:
- Indiener: E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-11-24 15:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-11-24 16:30: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-11-26 10:00: Klimaat en energie (Notaoverleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2020-12-03 12:00: Klimaat en energie (voortzetting) (Notaoverleg), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2021-01-14 13:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
29 023 Voorzienings- en leveringszekerheid energie
Nr. 263 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 november 2020
In de beantwoording van de Kamervragen over de verwijderkosten bij het beëindigen van de gasaansluiting bij kleinverbruikers (Aanhangsel Handelingen II 2020/21, nr. 317) heb ik aangegeven dat er onduidelijkheid is ontstaan over deze verwijderkosten en dat ik van mening ben dat hier op korte termijn een oplossing voor moet komen. Ik ben hierover in gesprek gegaan met de Autoriteit Consument en Markt (ACM) en met de netbeheerders. Door middel van deze brief informeer ik uw Kamer over de uitkomst van deze zoektocht.
Na gesprekken met de ACM en de netbeheerders heb ik geconcludeerd dat het niet mogelijk is om op korte termijn de onduidelijkheid over de verwijderkosten volledig weg te nemen. Althans niet in het geval dat er wordt vastgehouden aan de kostenverdeling zoals is opgenomen in de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas, die de 50-50-verdeling regelt waar uw Kamer zich voor uitgesproken heeft. Het kabinet vindt het net als uw Kamer belangrijk dat mensen die zelf actie willen ondernemen, dat kunnen doen tegen zo laag mogelijke kosten en op een makkelijke manier. Onduidelijkheid over kosten kan vertragend werken voor de energietransitie, daarom kies ik ervoor om de procedure in gang te zetten om de verwijderkosten tijdelijk volledig te verrekenen in het algemene periodieke aansluittarief. Hiermee wordt geregeld dat afnemers die hun gasaansluiting willen beëindigen in alle gevallen geen rekening hoeven te betalen en de netbeheerders de kosten voor de werkzaamheden mogen verrekenen in de het periodieke aansluittarief. Op deze manier wordt geregeld dat de netbeheerders een redelijke vergoeding krijgen voor de werkzaamheden die zij moeten uitvoeren.
Het wegnemen van de onduidelijkheid over de verwijderkosten is ook nodig om ervoor te zorgen dat het buiten gebruik nemen van ongebruikte gasaansluitingen soepel verloopt. Ik wil nogmaals benoemen dat tijdelijk afsluiten («verzegelen») geen optie is voor het langdurig buiten gebruik nemen van gasaansluitingen. Dit is de conclusie op basis van de onderzoeken die ik aan uw Kamer heb aangeboden in de Kamerbrief van 12 november 2019 (Kamerstuk 29 023, nr. 254) naar aanleiding van de motie van het lid Yesilgöz-Zegerius c.s. (Kamerstuk 35 000 XIII, nr. 70).
De gekozen tijdelijke oplossing voor de korte termijn heeft ook nadelen. Bij het opstellen van de nieuwe Energiewet en daarop gebaseerde uitvoeringsregelingen zal met het oog op de energietransitie opnieuw worden gekeken naar de verdeling van kosten voor het verwijderen van gasaansluitingen. Zolang het gaat om een relatief beperkt aantal afnemers die hun gasaansluiting willen beëindigen, zal het effect van deze tijdelijke oplossing op het periodieke aansluittarief voor de achterblijvers beperkt zijn. Echter, het is de verwachting dat dit aantal op gaat lopen als gevolg van de energietransitie.
Ik begrijp dat het voor afnemers belangrijk is om te weten wanneer de kostenverdeling daadwerkelijk wordt gewijzigd. Daarom schets ik de benodigde procedure om de kostenverdeling te wijzigen. De eerste stap is het wijzigen van de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas. Voordat deze wijzigingsregeling vastgesteld kan worden dient de ACM hier advies over uit te brengen. Ik verwacht de wijzigingsregeling nog dit jaar vast te stellen. Na vaststelling dient de wijzigingsregeling aangeboden te worden aan de Eerste en Tweede Kamer volgens de wettelijk voorgeschreven nahangprocedure. In verband met het kerstreces geldt hier een langere termijn voor. Na het afronden van de nahangprocedure kan ik een besluit nemen om de wijzigingsregeling in werking te laten treden. Ik verwacht dat dit voor 1 maart het geval kan zijn.
Voor het wijzigen van de kostenverdeling moet ook de tarievencode gas worden gewijzigd door de ACM. Bij het wijzigen van deze tarievencode gas is het gebruikelijk dat de uniforme openbare voorbereidingsprocedure wordt toegepast. De ACM heeft aangeven verder te gaan met de procedure tot wijziging van de tarievencode gas. De ACM zal, gegeven het huidige codeproces, bekijken of ze rekening kan houden met de mogelijkheid dat de Regeling inzake tariefstructuren en voorwaarden gas op korte termijn wordt aangepast.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes