[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Draaiboek “Triage op basis van niet-medische overwegingen voor IC-opname ten tijde van fase 3 in de COVID-19 pandemie”

Infectieziektenbestrijding

Brief regering

Nummer: 2020D47935, datum: 2020-11-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25295-756).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 25295 -756 Infectieziektenbestrijding.

Onderdeel van zaak 2020Z22608:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 756 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 november 2020

Hierbij zend ik u het draaiboek «Triage op basis van niet-medische overwegingen voor IC-opname ten tijde van fase 3 in de COVID-19 pandemie» (versie 2.0, november 2020) zoals door de Federatie Medisch Specialisten (FMS) en Artsenfederatie KNMG is vastgesteld1. In het geval dat er onverhoopt en onverwacht een situatie zou ontstaan dat landelijk gezien de intensive care capaciteit tekortschiet ten opzichte van het aantal patiënten dat zich aandient, is het belangrijk om goed voorbereid te zijn. Dit draaiboek beschrijft de criteria die toegepast moeten worden in ziekenhuizen om op basis van niet-medische overwegingen een keuze te kunnen maken welke patiënt als eerste in aanmerking komt voor opname op de IC, indien er onvoldoende plek is. Het kabinet en alle betrokken partijen in de zorg doen er alles aan om deze situatie te voorkomen. Er is dan ook nu sprake van voorzorg en niet van een bijna zich voordoende situatie.

De afgelopen maanden hebben de KNMG en de FMS een brede consultatie uitgevoerd op basis van de eerste versie van het draaiboek dat op 16 juni openbaar is gemaakt. Deze versie is ook naar uw Kamer gezonden. Doel van deze consultatie was het draagvlak voor en de uitvoerbaarheid van het draaiboek te toetsen. Daartoe heeft de FMS (digitale) bijeenkomsten georganiseerd met afgevaardigden van medisch specialisten en (IC-)verpleegkundigen, die direct betrokken zijn bij het proces voor triage voor IC-opname en met afgevaardigden van bestuur en management van ziekenhuizen. De KNMG heeft overlegd met de ouderenbonden KBO Brabant, KBO-PCOB en ANBO. Daarnaast heeft de KNMG het draaiboek in digitale bijeenkomsten uitgelegd aan huisartsen en, in districtsbijeenkomsten, ook met andere artsen besproken. Deze consultatie heeft geleid tot aanscherpingen en verduidelijkingen in het draaiboek versie 2.0. De KNMG en de FMS hebben vervolgens het draaiboek versie 2.0 aan de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) aangeboden met de vraag te bevestigen of zij het draaiboek beschouwt als een veldnorm.

De IGJ liet op 19 november jl. aan partijen en mij weten dat zij het draaiboek versie 2.0 ziet als invulling van de normen voor goede zorg, zoals beschreven in de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz).

Ik wil hierbij opnieuw uitspreken dat ik de FMS en de KNMG zeer erkentelijk ben dat zij deze moeilijke, gevoelige en ethische discussie niet uit de weg zijn gegaan.

Nu het draaiboek is vastgesteld, zal ik een aantal stappen zetten. Hierbij wil ik zorgvuldigheid betrachten om recht te doen aan dit moeilijke en gevoelige onderwerp. Daarbij is het voor mij van groot belang dat zorgverleners zich gesteund voelen door de maatschappij mochten ze onverhoopt voor een dergelijke keuze op niet-medische overwegingen komen te staan. In de eerste plaats wil ik toetsen in hoeverre het draaiboek 2.0 in overeenstemming is met het kabinetsstandpunt om bij selectie van patiënten geen onderscheid te maken enkel op grond van leeftijd. Immers in de brief van 16 juni heeft het kabinet hierover geschreven dat het zich niet kan vinden in een triage waarin leeftijd, los van medisch inhoudelijke overwegingen, een rol speelt (Kamerstuk 25 295, nr. 423). Voor dit kabinet is elk leven gelijkwaardig en als een oudere patiënt op medische gronden even veel herstelkansen heeft als een jongere patiënt, kan hem of haar geen aanspraak op levensreddende zorg worden ontzegd. Dit is dan ook het vigerende standpunt. Bij deze toetsing betrek ik het door de KNMG ingenomen standpunt dat er bij het criterium van de intergenerationele solidariteit geen sprake zou zijn van leeftijdsdiscriminatie. Daarnaast zal ik ook zelf gesprekken voeren met stakeholders, zoals ouderenbonden en jongerenorganisaties. Over de uitkomsten van die toetsing en gesprekken zal ik uw Kamer zo spoedig mogelijk informeren.

Gelet op het feit dat uw Kamer op 2 juli heeft ingestemd met het verzoek van lid Tellegen om, zodra het draaiboek op basis van niet medische overwegingen voor IC-opname ten tijde van fase 3 in de COVID-19 pandemie definitief is, een technische briefing met de opstellers van het draaiboek te organiseren, stuur ik u het draaiboek 2.0 vooruitlopend op de door mij hiervoor geschetste stappen alvast toe.

De Minister voor Medische Zorg,
T. van Ark


  1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎