Memorie van toelichting
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Memorie van toelichting
Nummer: 2020D48169, datum: 2020-11-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35650-XII-2).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35650 XII-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota).
Onderdeel van zaak 2020Z22732:
- Indiener: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-12-01 16:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2020-12-02 10:15: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-12-04 12:00: Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-12-16 10:15: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2020-12-17 18:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020‒2021 |
35 650XII | Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat voor het jaar 2020 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) |
Nr. 2 |
Ontvangen 30 november 2020 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2020 wijzigingen aan te brengen in:
- de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat;
- de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C.van Nieuwenhuizen Wijbenga
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
Algemeen
De opzet en structuur van de onderliggende begroting voor Hoofdstuk XII is gebaseerd op de rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën. In de Rijksbegrotingsvoorschriften 2020 zijn onderstaande uniforme ondergrenzen opgenomen, welke worden gehanteerd bij het toelichten van begrotingsmutaties op het niveau van artikelonderdeel.
< 50 | 1 | 2 |
=> 50 en < 200 | 2 | 4 |
=> 200 en < 1000 | 5 | 10 |
=> 1000 | 10 | 20 |
Opbouw
Dit wetsvoorstel kent een opbouw waarbij afhankelijk van de informatievraag- en behoefte verder kan worden ingezoomd. Deze verdiepingsslag is als volgt opgebouwd:
- In de begroting(wet)staat zijn de wijzigingen op de begrotingsstaat van het jaar 2020 voor de begroting van Infrastructuur en Waterstaat (XII) opgenomen. Deze dient ter autorisatie van de mutaties die op artikelniveau in de verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen worden voorgesteld bij deze Tweede suppletoire begroting.
- In het overzicht in paragraaf 2.1 zijn de belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties opgenomen, die op hoofdlijnen inzicht verstrekt in de belangrijkste budgettaire voorstellen die leiden tot wijziging van de begroting 2020 (Kamerstukken II 2019-2020, 35 300 XII, nr 1). Hiermee kan snel een indruk worden verkregen van de inhoud van dit wetsvoorstel.
- In de artikelsgewijze toelichting (paragraaf 3 beleidsartikelen en paragraaf 4 niet-beleidsartikelen) zijn in de tabellen budgettaire gevolgen van beleid de mutaties in de Tweede suppletoire begroting 2020 uitgesplitst in miljoenennota- en najaarsnotamutaties. De miljoenennotamutaties zijn reeds in de aan uw Kamer voorgelegde Ontwerpbegroting 2021 (Kamerstukken II 2020-2021, 35 570 XII, nr 2) toegelicht. De begrotingsmutaties van de najaarsnota worden toegelicht op basis van bovengenoemde staffel.
- In de paragraaf agentschappen (paragraaf 5) staan de aanpassingen in de exploitatie- en kasstroomoverzichten van de agentschappen waarbij sprake is van cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan 5% van de oorspronkelijk vastgestelde begroting of cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan € 20 miljoen ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde begroting.
2 Beleid
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
De onderstaande tabellen geven de belangrijkste wijzigingen weer in de uitgaven en inkomsten ten opzichte van de Miljoenennota 2021. Een meer gedetailleerd overzicht van de mutaties per artikel is te vinden bij de budgettaire gevolgen van beleid in paragraaf 3 (de beleidsartikelen) en 4 (de niet-beleidsartikelen).
Vastgestelde begroting 2020 | 8.911.581 | 15.521 | |
Vastgestelde stand 1e suppletoire begroting 2020 (incl. ISB) | 10.130.649 | 32.521 | |
Mutaties Miljoenennota 2021 | diversen | 7.283 | 27 |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ‒ 562.416 | ||
1) Beschikbaarheidsvergoeding OV-sector | 17 | ‒ 500.000 | |
2) Middelen Klimaat, Urgenda en stikstof | 14, 18, 21 | ‒ 44.500 | |
3) Interdepartementale overboekingen | |||
- waarvan met het Infrastructuurfonds | 26 | ‒ 5.256 | |
- waarvan met het Deltafonds | 26 | 1.994 | |
- waarvan met hoofdstuk XII | diversen | ‒ 19.130 | |
4) Thuiswerkvergoeding | 99 | 4.476 | |
Overige mutaties | diversen | ‒ 4.506 | ‒ 29 |
Stand 2e suppletoire begroting 2020 | 9.571.010 | 32.519 |
Toelichting
Beschikbaarheidsvergoeding OV-sector
Op basis van de inzichten tot november 2020 en uitgaand van 80% voorschotverlening is de inschatting dat er dit jaar circa € 1 miljard tot betaling komt. De resterende middelen (€ 0,5 miljard) worden meegenomen naar volgend jaar en blijven daarmee beschikbaar voor de regeling.
Middelen Klimaat en Urgenda
Diverse klimaat-, Urgenda- en stikstofmiddelen komen in 2020 (voornamelijk) als gevolg van COVID-19 niet tot besteding en worden buiten de eindejaarsmarge om doorgeschoven naar 2021. Het gaat om € 14 miljoen aan Klimaatakkoordmiddelen en € 2,5 miljoen Urgendamiddelen op artikel 14, de subsidieregeling Retrofit (stikstof; € 4 miljoen; artikel 18) en de subsidieregeling Demonstratie Energie- en Klimaatinnovatie (€ 24 miljoen; artikel 21).
Interdepartementale overboekingen
- Voor het Infrastructuurfonds (artikel 26) betreft dit een overboeking van EZK naar het IF in het kader van energiebesparing (€ 2,5 miljoen) en een overboeking van het IF naar het btw-compensatiefonds voor de btw-afdracht voor de Rotterdamsebaan ( € -7,8 miljoen).
- Voor het Deltafonds (artikel 26) betreft het een overboeking van € 2,1 miljoen van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor de interne en externe kosten in 2020 die RWS maakt in verband met de opdracht Wind op Zee, en overboeking van € 1,3 miljoen naar het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit voor 2020 voor de financieringvan de inzet van Staatsbosbeheer (SBB) en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) voor de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW), een bijdrage van € 0,5 miljoen van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor het project Getij Grevelingen, bijdrage van € 0,5 miljoen van het ministerie van Landbouw. Natuur en Voedselkwaliteit als de medefinancieringvan extra monitoring voor de Kaderrichtlijn Marien en diverse kleinere overboekingen.
- Voor de overige artikelen betreft het, naast vele kleine overboekingen, onder andere een overboeking van € 4,3 miljoen naar het ministerie van Financiën in verband met de afdracht aan het btw-compensatiefonds voor de incidentele beschikking Smartwayz (artikel 14), van € 1,7 miljoen naar het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor activiteiten van de ACM op het terrein van spoor (artikel 16) en € 1,5 miljoen naar OCW voor het Thematisch programma Zero Emissie Binnenvaart (artikel 18) en een overheveling van € 9,8 miljoen naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
voor generieke kosten van dienstverlening door FM Haaglanden (artikel 98).
Thuiswerkvergoeding
Betreft een reservering voor de in recent afgesloten CAO voor de Rijksoverheid afgesloten vergoeding van € 363 netto voor gemaakte kosten in verband met het verplicht thuiswerken.
3 Beleidsartikelen
3.1 Artikel 11 Integraal Waterbeleid
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 33.376 | 39.501 | ‒ 2.967 | ‒ 1.808 | 34.726 |
Uitgaven | 53.480 | 60.134 | ‒ 403 | ‒ 2.591 | 57.140 |
waarvan juridisch verplicht | 74% | 91% | |||
1 Algemeen waterbeleid | 41.429 | 47.088 | ‒ 285 | ‒ 2.227 | 44.576 |
Opdrachten | 9.124 | 9.373 | ‒ 3.928 | ‒ 1.367 | 4.078 |
Water Internationaal | 399 | 1.154 | 0 | ‒ 800 | 354 |
Opdrachten CORA (HGIS) | 1.389 | 1.426 | ‒ 230 | ‒ 160 | 1.036 |
Intensivering Ruimtelijke Adaptie | 3.869 | 3.300 | ‒ 2.922 | ‒ 234 | 144 |
Overige opdrachten | 3.467 | 3.493 | ‒ 776 | ‒ 173 | 2.544 |
Subsidies | 14.282 | 18.621 | 633 | ‒ 1.204 | 18.050 |
Partners voor Water 4 (HGIS) | 11.602 | 13.706 | 0 | 0 | 13.706 |
Incidentele subsidie WKB | 1.220 | 1.220 | 66 | 0 | 1.286 |
Subsidie BuZa Blue Deal | 1.400 | 2.900 | 0 | 0 | 2.900 |
Corona maatregelen Caribisch Nederland | 0 | 730 | 567 | ‒ 1.297 | 0 |
Overige subsidies | 60 | 65 | 0 | 93 | 158 |
Bijdrage aan agentschappen | 14.006 | 14.977 | 125 | 140 | 15.242 |
Bijdrage aan agentschap KNMI | 514 | 612 | 0 | 0 | 612 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 13.492 | 14.365 | 125 | 140 | 14.630 |
Bijdrage medeoverheden | 4.017 | 4.117 | 2.885 | ‒ 426 | 6.576 |
Bijdrage aan medeoverheden WKB | 4.017 | 4.117 | 2.885 | ‒ 426 | 6.576 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 630 | 630 |
Overige bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 630 | 630 |
2 Waterveiligheid | 3.444 | 3.404 | ‒ 168 | 0 | 3.236 |
Opdrachten | 3.444 | 3.404 | ‒ 168 | 0 | 3.236 |
RWS Waterveilgheid | 2.456 | 2.530 | 14 | ‒ 250 | 2.294 |
Overige opdrachten | 988 | 874 | ‒ 182 | 250 | 942 |
3 Grote oppervlaktewateren | 1.615 | 1.749 | 0 | ‒ 123 | 1.626 |
Opdrachten | 1.615 | 1.749 | 0 | ‒ 123 | 1.626 |
RWS - ZW - Delta | 995 | 1.052 | 0 | 0 | 1.052 |
Overige opdrachten | 620 | 697 | 0 | ‒ 323 | 374 |
4 Waterkwaliteit | 6.992 | 7.893 | 50 | ‒ 241 | 7.702 |
Opdrachten | 4.302 | 5.378 | 50 | ‒ 380 | 5.048 |
RWS WKK opdrachten | 2.563 | 4.054 | 0 | ‒ 200 | 3.854 |
Overige opdrachten | 1.739 | 1.324 | 50 | ‒ 180 | 1.194 |
Subsidies | 400 | 400 | 0 | 0 | 400 |
Overige subsidies | 400 | 400 | 0 | 0 | 400 |
Bijdrage aan medeoverheden | 500 | 500 | 0 | 0 | 500 |
Overige bijdrage aan medeoverheden | 500 | 500 | 0 | 0 | 500 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 1.790 | 1.615 | 0 | 139 | 1.754 |
Ontvangsten | 0 | 434 | 14 | 154 | 602 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutatie is met name gerelateerd aan de hieronder toegelichte kasmutatie.
Uitgaven
1 Algemeen waterbeleid
Subsidies
De verlaging van het subsidiebudget van € 1,2 miljoen wordt met name veroorzaakt door een overboeking van € 1,3 miljoen naar Bodem en ondergrond op artikel 13. Met deze overboeking worden alle middelen inzake drink- en afvalwater Caribisch Nederland gebundeld op artikelonderdeel 13.04.
De bijdrage aan de provincie Friesland ten behoeve van het Regiecollege Waddengebied (RCW) wordt met € 9.000 verhoogd naar € 69.000 voor de bekostiging van het secretariaat. Deze begrotingsvermelding vormt de wettelijke grondslag voor de hier bedoelde subsidieverlening als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene wet bestuursrecht.
3.2 Artikel 13 Bodem en Ondergrond
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 16.533 | 20.660 | ‒ 137 | 14.827 | 35.350 |
Uitgaven | 30.784 | 34.011 | ‒ 128 | 510 | 34.393 |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | |||
4 Ruimtegebruik bodem | 28.003 | 31.134 | ‒ 396 | 510 | 31.248 |
Opdrachten | 17.689 | 16.401 | ‒ 396 | ‒ 6.006 | 9.999 |
Bodem en STRONG | 12.989 | 10.546 | ‒ 396 | ‒ 4.509 | 5.641 |
RWS Leefomgeving | 4.700 | 5.855 | 0 | ‒ 1.497 | 4.358 |
Subsidies | 6.756 | 10.362 | 0 | ‒ 76 | 10.286 |
Subsidie Caribisch Nederland | 2.211 | 5.961 | 0 | 2.297 | 8.258 |
Bedrijvenregeling | 4.545 | 4.401 | 0 | ‒ 2.373 | 2.028 |
Bijdrage aan agentschappen | 3.506 | 3.736 | 0 | 0 | 3.736 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 3.506 | 3.736 | 0 | 0 | 3.736 |
Bijdrage aan medeoverheden | 52 | 635 | 0 | 6.592 | 7.227 |
Meerjarenprogramma Bodem | 52 | 491 | 0 | 6.736 | 7.227 |
Overige bijdrage aan medeoverheden | 0 | 144 | 0 | ‒ 144 | 0 |
5 Eenvoudig Beter | 2.781 | 2.877 | 268 | 0 | 3.145 |
Opdrachten | 1.345 | 1.392 | ‒ 1.392 | 0 | 0 |
EPK Transitiekosten | 1.345 | 1.392 | ‒ 1.392 | 0 | 0 |
Bijdrage aan agentschappen | 1.436 | 1.485 | 1.660 | 0 | 3.145 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 1.436 | 1.485 | 1.660 | 0 | 3.145 |
Ontvangsten | 0 | 1.500 | 0 | ‒ 1.500 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutatie is deels gerelateerd aan de hieronder toegelichte kasmutaties. Daarnaast worden de verplichtingen verhoogd door een verplichtingenschuif van € 2,5 miljoen voor het aangaan van noodzakelijke meerjarige verplichtingen ten behoeve van het bodemsaneringsproject Stormpolderdijk (EMK-terrein) en ten behoeve van projecten op het gebied van bodem en de drinkwater en waterketen. Ook worden de verplichtingen verhoogd door een verplichtingenschuif van € 5,2 miljoen naar 2020 omdat de verplichtingen inzake bodemsaneringsprojecten eerder worden aangegaan dan geraamd. Het betreft onder andere de volgende bodemsaneringsprojecten: Overijssel Asbest, Utrecht Griftpark en Arnhem.
Uitgaven
4 Ruimtegebruik bodem
Opdrachten
De verlaging van het opdrachtenbudget van € 6 miljoen wordt met name veroorzaakt door een overheveling van middelen binnen het artikel van € 4,5 miljoen van het opdrachtenbudget Bodem en STRONG en van € 1,5 miljoen van het opdrachtenbudget RWS leefomgeving naar het budget bijdragen aan medeoverheden ten behoeven van meerjarenprogrammering Bodem voor doorvoeren van bodemsaneringen (o.a. Rotterdam, Limburg, Utrecht en lokale PFAS-maatregelen).
Subsidies
De verlaging van het subsidie budget met € 0,07 miljoen wordt met name veroorzaakt door een overheveling van de budgetten voor de bedrijvenregeling van € 2,4 miljoen naar het budget bijdragen aan medeoverheden ten behoeven van meerjarenprogrammering Bodem voor het doorvoeren van bodemsaneringen.
Daarentegen wordt het subsidiebudget verhoogd met € 1,3 miljoen door een overboeking vanuit artikel 11 Algemeen Waterbeleid voor subsidieverlening voor afvalwater van de Rioolwaterzuivering op Bonaire. Daarnaast wordt het budget verhoogd met € 1 miljoen door een overheveling van middelen vanuit het apparaatsbudget op artikel 11.
3.3 Artikel 14 Wegen en Verkeerveiligheid
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 83.142 | 192.196 | 25.092 | 74.711 | 291.999 |
Uitgaven | 86.836 | 171.327 | 5.907 | 21.837 | 199.071 |
waarvan juridisch verplicht | 42% | 75% | |||
1 Netwerk | 69.767 | 152.693 | ‒ 16.624 | 84 | 136.153 |
Opdrachten | 42.474 | 71.813 | ‒ 18.977 | ‒ 23.813 | 29.023 |
Wegverkeersbeleid | 4.931 | 4.531 | ‒ 1.018 | ‒ 838 | 2.657 |
Beter Benutten | 8.144 | 12.473 | ‒ 535 | 97 | 12.035 |
Duurzame Mobiliteit | 6.641 | 20.492 | 1.094 | ‒ 9.924 | 11.662 |
Smart Mobility | 0 | 1.000 | 0 | 928 | 1.928 |
Reservering Klimaatakkoord | 20.800 | 32.512 | ‒ 19.518 | ‒ 13.194 | ‒ 200 |
Overige opdrachten | 1.958 | 823 | 1.000 | ‒ 882 | 941 |
Subsidies | 15.905 | 18.585 | 146 | 29 | 18.760 |
Duurzame Mobiliteit | 15.305 | 17.305 | 0 | 0 | 17.305 |
Overige Subsidies | 600 | 1.280 | 146 | 29 | 1.455 |
Bijdragen aan agentschappen | 11.188 | 19.073 | 1.146 | 2.032 | 22.251 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 6.641 | 10.828 | ‒ 53 | 466 | 11.241 |
Bijdrage aan agentschap NEa | 3.411 | 3.523 | 0 | 78 | 3.601 |
Bijdrage aan agentschap RVO | 1.136 | 4.722 | 1.199 | 1.488 | 7.409 |
Bijdragen aan medeoverheden | 0 | 43.022 | 981 | 21.364 | 65.367 |
Bijdrage aan Caribisch Nederland | 0 | 28.000 | ‒ 14.500 | 0 | 13.500 |
Duurzame Mobiliteit | 0 | 15.022 | 15.481 | 375 | 30.878 |
Regionale bijdrage MIRT | 0 | 0 | 0 | 20.989 | 20.989 |
Bijdragen aan internationale organisaties | 200 | 200 | 0 | 500 | 700 |
Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s | 0 | 0 | 80 | ‒ 28 | 52 |
2 Veiligheid | 17.069 | 18.634 | 5.331 | 1.977 | 25.942 |
Opdrachten | 7.105 | 6.572 | ‒ 1.367 | 1.963 | 7.168 |
Verkeersveiligheid | 7.105 | 6.572 | ‒ 1.367 | 1.963 | 7.168 |
Subsidies | 8.370 | 10.243 | 68 | ‒ 591 | 9.720 |
Veilig Verkeer Nederland (VVN) | 3.736 | 4.279 | 0 | ‒ 411 | 3.868 |
Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) | 3.869 | 4.093 | 68 | ‒ 117 | 4.044 |
Team Alert | 765 | 1.041 | 0 | ‒ 26 | 1.015 |
Overige subsidies | 0 | 830 | 0 | ‒ 37 | 793 |
Bijdragen aan agentschappen | 597 | 749 | 0 | 82 | 831 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 597 | 749 | 0 | 82 | 831 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 30 | 31 | 0 | ‒ 1 | 30 |
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s | 967 | 1.039 | 6.630 | 524 | 8.193 |
Bijdrage aan CBR | 967 | 989 | 6.160 | ‒ 622 | 6.527 |
Bijdrage aan RDW | 0 | 50 | 470 | 1.116 | 1.636 |
Overige bijdragen | 0 | 0 | 0 | 30 | 30 |
3 Slimme en Duurzame Mobiliteit | 0 | 0 | 17.200 | 19.776 | 36.976 |
Subsidies | 0 | 0 | 17.200 | ‒ 4.500 | 12.700 |
Elektrisch Vervoer | 0 | 0 | 17.200 | ‒ 4.500 | 12.700 |
Bijdragen aan medeoverheden | 0 | 0 | 0 | 24.276 | 24.276 |
Regionale bijdrage | 0 | 0 | 0 | 24.276 | 24.276 |
Ontvangsten | 6.782 | 6.782 | 0 | ‒ 2.042 | 4.740 |
Toelichting
Verplichtingen
De ophoging van het verplichtingenbudget met € 74,7 miljoen wordt met name veroorzaakt door:
- Een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds naar de provincie Noord-Brabant voor de realisatie van een aantal door de regio uit te voeren activiteiten in het kader van het Programma SmartwayZ (€ 24,5 miljoen), alsmede een verplichtingenophoging van € 11,7 miljoen waarvan de kasuitgaven plaatsvinden in latere jaren.
- Het vastleggen van de bijdragen volgend uit de regeling Mobility as a Service (MaaS), de Tijdelijke stimuleringsregeling veilig, doelmatig en duurzaam gebruik verkeersinfrastructuur 2020, overige in de afgelopen jaren gemaakte BO MIRT-afspraken en afrekeningen in het kader van 1e tranche Beter Benutten. De bijdragen worden via specifieke uitkeringen aan de regionale partijen overgemaakt (in totaal € 23.7 miljoen).
- Een verplichtingenophoging voor een meerjarige opdracht voor de activiteiten van het samenwerkingsverband met logistieke ketenpartners in het kader van duurzame logistiek (€ 10,7 miljoen).
- Een verplichtingenophoging bij de Najaarsnota voor de 2e tender voor BioLNG (€ 4,6 miljoen). De kasuitgaven vinden in 2021 plaats.
- Een verplichtingenophoging voor meerjarige contracten ten behoeve van Intelligente Transport Systemen (ITS), waarvoor dekking aanwezig is op het infrastructuurfonds ( € 4,0 miljoen).
- Een verplichtingenophoging voor het vastleggen van de meerjarige verplichting ten behoeve van de bijdrage voor 'GoedopWeg' binnen het programma U-Ned. Deze bijdrage worden via een specifieke uitkering aan Utrecht overgemaakt (€ 4,0 miljoen).
- Daartegenover staat o.a. een afboeking aan verplichtingenruimte van € 8 miljoen vanwege de niet-benutte Klimaatakkoord middelen (zie uitleg Reservering Klimaatakkoord).
Uitgaven
1 Netwerk
Opdrachten
Duurzame Mobiliteit
Vanuit het programma Duurzame Mobiliteit wordt budget overgeboekt naar bijdrage medeoverheden voor de regeling «Tijdelijke stimuleringsregeling veilig, doelmatig en duurzaam gebruik verkeersinfrastructuur 2020» ten behoeven van verduurzaming Personenmobiliteit. (€ 6 miljoen).
Daarnaast worden Urgenda middelen die in 2020 zijn begroot voor de uitgaven met betrekking tot «Het Nieuwe Rijden» niet volledig benut wegens COVID-19 problematiek (€ 1,8 miljoen). Ook voor de campagne «Kies de Beste Band» worden de Urgenda middelen die in 2020 zijn begroot niet volledig uitgeput (€ 0,7 miljoen). De niet benutte middelen uit 2020 ten behoeve van Urgenda worden door middel van een kasschuif doorgeschoven naar volgend jaar.
Verder worden Klimaatakkoord middelen die in 2020 zijn begroot voor de uitgaven met betrekking tot duurzame logistiek niet volledig benut wegens COVID-19 problematiek (€ 1,5 miljoen); een aantal grote projecten is uitgesteld door een lagere animo vanuit het bedrijfsleven om te participeren. De niet benutte middelen uit het jaar 2020 worden door middel van een kasschuif doorgeschoven naar volgend jaar.
Reservering Klimaatakkoord
De verlaging met € 13,2 miljoen wordt met name veroorzaakt door:
- Klimaatakkoordmiddelen die in 2020 zijn begroot, maar niet volledig worden benut wegens COVID-19 problematiek. Het overschot wordt grotendeels veroorzaakt door de uitgestelde Klimaatakkoord-programma's voor de Zero-Emissie bussen en het voorziene stimuleringsprogramma 'Bestel en Vracht'. De niet benutte middelen van de reservering Klimaatakkoord uit het jaar 2020 worden door middel van een kasschuif doorgeschoven naar volgend jaar. (€ 8,0 miljoen).
- Daarnaast vindt er een overboeking plaats vanuit de reservering Klimaatakkoord naar het apparaatsbudget van Duurzame Mobiliteit op artikel 98 (€ 2,0 miljoen). Binnen de middelen voor het Klimaatakkoord is hiervoor conform de bestedingsplannen een reservering voor de uitvoeringskosten getroffen.
- Verder vindt er een overboeking plaats naar de RVO ten behoeve van een aanvullende opdracht betreffende de uitvoering subsidieregeling elektrische personenauto's particulieren 2020 (€ 0,8 miljoen).
- Als laatste vindt er een overboeking plaats vanuit het opdrachtenbudget naar bijdragen aan medeoverheden voor het waterstofbus-project (JIVE2) in Drenthe (€ 0,4 miljoen) en Groningen (€ 0,8 miljoen).
Bijdragen aan agentschappen
Bijdrage RVO
De verhoging van de agentschapsbijdrage aan de RVO wordt met name veroorzaakt door een overboeking vanuit het opdrachtenbudget Klimaatakkoord aan de RVO voor een aanvullende opdracht betreffende Uitvoering subsidieregeling elektrische personenauto's particulieren 2020 (€ 0,8 miljoen). Daarnaast vindt er een afrekening plaats van de additioneel gemaakte uitvoeringskosten RVO in 2019 (€ 0,3 miljoen).
Bijdragen aan medeoverheden
De verhoging komt met name tot stand door een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds naar de provincie Noord-Brabant voor de realisatie van een aantal activiteiten in het kader van het Programma SmartwayZ. Dit wordt via een incidentele beschikking aan de provincie Noord-Brabant overgemaakt (€ 24,5 miljoen). Tevens vindt er een afdracht plaats van deze incidentele beschikking aan het Btw-compensatiefonds voor het jaar 2020 (€ 4,3 miljoen).
2 Veiligheid
Opdrachten
Verkeersveiligheid
Dit betreft een herverdeling binnen Wegen Verkeersveiligheid op de Beleidsondersteuning en -advies (BOA) budgetten om de bedragen in lijn te brengen met de afgesloten protocollen (€ 1,2 miljoen). Met deze mutatie kunnen diverse opdrachten worden betaald in het kader van Verkeersveiligheid.
3 Slimme en Duurzame Mobiliteit
Subsidies
Elektrisch Vervoer
De Klimaatakkoordmiddelen die in 2020 zijn begroot voor de Subsidie Elektrische Personenauto's Particulieren (SEPP) zijn niet volledig benut (€ 4,5 miljoen). Dit wordt met name veroorzaakt door een hoger aantal aanvragen met een private lease-karakter dan voorzien. Deze aanvragen kennen een ander betaalritme dan particuliere aanvragen. Dit zal in latere jaren tot uitgaven leiden. De niet benutte middelen worden door middel van een kasschuif doorgeschoven naar volgend jaar.
Bijdragen aan medeoverheden
Regionale bijdrage
De ophoging van de bijdragen aan medeoverheden (€ 24,3 miljoen) wordt met name veroorzaakt door:
- Een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds ten behoeve van de bijdragen volgend uit de regeling Mobility as a Service (MaaS), Tijdelijke stimuleringsregeling veilig, doelmatig en duurzaam gebruik verkeersinfrastructuur 2020, overige in de afgelopen jaren gemaakte BO MIRT-afspraken, en afrekeningen in het kader van 1e tranche Beter Benutten. De bijdragen worden via specifieke uitkeringen aan de regionale partijen overgemaakt (in totaal € 14,7 miljoen).
- Een overboeking vanuit opdrachtenbudget op 14.01 ten behoeve van de specifieke uitkering Slim Duurzaam Veilig bestemd voor verduurzaming Personenmobiliteit (€ 6 miljoen).
- Een overboeking van de reservering Stedelijk OV Utrecht vanuit het Infrastructuurfonds ten behoeve van de bijdrage voor 'GoedopWeg' binnen het programma U-Ned (€ 3,5 miljoen). Deze verplichting wordt via een specifieke uitkering aan Utrecht overgemaakt.
Ontvangsten
De ontvangsten vanuit de Stichting Buisleidingstraat zijn lager dan geraamd (€ 2 miljoen). Om deze lagere ontvangsten op te vangen, wordt de reservering die hiervoor op het Infrastructuurfonds staat aangesproken.
3.4 Artikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 23.353 | 1.518.575 | ‒ 332 | ‒ 2.112 | 1.516.131 |
Uitgaven | 28.508 | 1.523.530 | ‒ 332 | ‒ 503.860 | 1.019.338 |
waarvan juridisch verplicht | 29% | 100% | |||
1 Spoor | 28.508 | 35.530 | ‒ 332 | ‒ 3.860 | 31.338 |
Opdrachten | 6.399 | 7.298 | ‒ 332 | ‒ 1.141 | 5.825 |
ACM | 0 | 1.526 | 0 | ‒ 1.526 | 0 |
Overige opdrachten | 6.399 | 5.772 | ‒ 332 | 385 | 5.825 |
Subsidies | 18.719 | 20.780 | 0 | ‒ 2.733 | 18.047 |
Maatregelenpakket Spoorgoederenvervoer | 14.600 | 14.956 | 0 | ‒ 502 | 14.454 |
3e spoor Duitsland | 3.000 | 3.000 | 0 | ‒ 2.219 | 781 |
Overige Subsidies | 1.119 | 2.824 | 0 | ‒ 12 | 2.812 |
Bijdragen aan agentschappen | 940 | 921 | 0 | 0 | 921 |
Bijdrage aan agentschap KNMI | 45 | 46 | 0 | 0 | 46 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 895 | 875 | ‒ 43 | 0 | 832 |
Bijdrage aan agentschap RVO | 0 | 0 | 43 | 0 | 43 |
Bijdragen aan medeoverheden | 2.350 | 2.429 | 0 | 43 | 2.472 |
CLU Betuweroute en HSL | 2.350 | 2.429 | 0 | 43 | 2.472 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 100 | 102 | 0 | ‒ 29 | 73 |
Leningen | 0 | 4.000 | 0 | 0 | 4.000 |
2 Maatregelenpakket OVS | 0 | 1.488.000 | 0 | ‒ 500.000 | 988.000 |
Subsidies | 0 | 1.488.000 | 0 | ‒ 500.000 | 988.000 |
Beschikbaarheidsvergoeding OV-sector | 0 | 1.488.000 | 0 | ‒ 500.000 | 988.000 |
Ontvangsten | 0 | 4.750 | 0 | 0 | 4.750 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget bij de Tweede suppletoire begroting wordt verlaagd met € 2,1 miljoen. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een verlaging in het opdrachtenbudget en een overheveling naar het Infrastructuurfonds waarbij het verplichtingenbudget meeschuift.
Uitgaven
1 OV en Spoor
Opdrachten
De verlaging van het opdrachtenbudget ( ‒ € 1,1 miljoen) wordt voornamelijk veroorzaakt door een overdracht van middelen aan de Autoriteit Consument en Markt (ACM). De ACM voert voor IenW opdrachten uit op het gebied van spoor ( ‒ € 1,5 miljoen).
Subsidies
Ten behoeve van de subsidieregeling Derde Spoor Duitsland worden middelen (€ 2,2 miljoen) overgeheveld naar het Infrastructuurfonds (waar deze gelden oorspronkelijk vandaan komen en komen te vervallen) doordat er minder aanspraak op de regeling wordt gemaakt dan verwacht.
2 Beschikbaarheidsvergoeding OV
Subsidies
Op basis van de inzichten tot november 2020 en uitgaand van 80% voorschotverlening is de inschatting dat er dit jaar circa € 1 miljard tot betaling komt. De resterende middelen (€ 0,5 miljard) worden meegenomen naar volgend jaar en blijven daarmee beschikbaar voor de regeling
3.5 Artikel 17 Luchtvaart
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 45.574 | 136.326 | 29.574 | ‒ 130 | 165.770 |
waarvan garantieverplichtingen | 23.000 | 120.700 | 20.000 | 0 | 140.700 |
Uitgaven | 25.304 | 26.506 | 8.668 | ‒ 495 | 34.679 |
waarvan juridisch verplicht | 70% | 96% | |||
1 Luchtvaart | 25.304 | 26.506 | 8.668 | ‒ 495 | 34.679 |
Opdrachten | 15.502 | 9.582 | 3.186 | ‒ 209 | 12.559 |
Opdrachten Caribisch Nederland | 6.265 | 548 | 166 | 301 | 1.015 |
Opdrachten luchtruimherziening | 1.547 | 1.094 | 303 | ‒ 191 | 1.206 |
Opdrachten duurzaamheid en netwerkkwaliteit | 472 | 1.009 | 541 | 1.400 | 2.950 |
Opdrachten GIS | 2.050 | 2.085 | ‒ 890 | ‒ 815 | 380 |
Overige opdrachten | 5.186 | 4.846 | 3.066 | ‒ 904 | 7.008 |
Subsidies | 3.177 | 3.402 | 213 | ‒ 438 | 3.177 |
Leefbaarheidsfonds | 400 | 407 | 0 | ‒ 7 | 400 |
Subsidie Caribisch Nederland - tarieven Bonaire | 319 | 747 | 0 | 0 | 747 |
Subsidie omploegen graan | 1.786 | 1.617 | 0 | ‒ 217 | 1.400 |
Overige subsidies | 672 | 631 | 213 | ‒ 214 | 630 |
Bijdragen aan agentschappen | 1.449 | 2.780 | 4.194 | ‒ 165 | 6.809 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 435 | 1.277 | ‒ 926 | ‒ 15 | 336 |
Bijdrage aan agentschap RWS tbv Caribisch Nederland | 1.000 | 1.489 | 5.120 | ‒ 198 | 6.411 |
Overige bijdrage aan agentschappen | 14 | 14 | 0 | 48 | 62 |
Bijdragen aan medeoverheden | 3.500 | 9.059 | 0 | 419 | 9.478 |
Bijdrage Caribisch Nederland | 3.500 | 9.058 | 0 | ‒ 10 | 9.048 |
Overige bijdrage aan medeoverheden | 0 | 1 | 0 | 429 | 430 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 1.476 | 1.479 | ‒ 25 | 0 | 1.454 |
Bijdrage International Civil Aviation Organization | 1.311 | 1.311 | ‒ 25 | 0 | 1.286 |
Overige bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 165 | 168 | 0 | 0 | 168 |
Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s | 200 | 204 | 1.100 | ‒ 102 | 1.202 |
Ontvangsten | 1.174 | 1.806 | 0 | ‒ 139 | 1.667 |
Toelichting
Uitgaven
1 Luchtvaart
Opdrachten
Per saldo valt het opdrachtenbudget lager uit met circa € 0,2 miljoen. Dit wordt enerzijds met name veroorzaakt door de overboeking van € 0,6 miljoen van het opdrachtenbudget naar artikel 19 voor een opdrachtverlening aan het RIVM voor onder andere voor het programma ‘Aanpak meten vliegtuiggeluid’. Ook wordt er voor verschillende opdrachten een lagere realisatie van totaal € 1,0 miljoen verwacht, met name voor opdrachten GIS. Hierbij vallen de verwachte kosten voor het Schadeschap luchthaven Schiphol (planschade en nadeelcompensatie) lager uit doordat er minder claims zijn dan eerder voorzien. Tot slot, wordt er € 0,5 miljoen overgeboekt naar het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor de toezichtskosten op de luchtvaartsector door de Autoriteit Consument en Markt. Anderzijds zijn er aanvullende onderzoeken uitgevoerd van € 1,9 miljoen (een positief saldo van € 1,4 miljoen).
Bijdrage aan medeoverheden
Er wordt € 0,25 miljoen overgeboekt van het opdrachtenbudget Schiphol naar het instrument Bijdrage aan medeoverheden voor de incidentele specifieke uitkering aan de gemeente Haarlemmermeer voor het Field Lab Geluidsbewust Bouwen in Hoofddorp. BZK draagt ook € 0,25 miljoen bij aan dit experiment, waarmee meer inzicht wordt verkregen in de mogelijkheden van het instrument geluidbewust bouwen voor nieuwbouwwoningen en mogelijk ook aanpassingen aan bestaande woningen in de omgeving rond Schiphol en andere luchthavens in Nederland. Hiervan wordt € 0,07 miljoen naar het BTW-compensatiefonds overgeboekt.
3.6 Artikel 18 Scheepvaart en Havens
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 21.714 | 28.808 | 16.585 | 42.016 | 87.409 |
Uitgaven | 39.881 | 44.794 | 16.648 | 21.098 | 82.540 |
waarvan juridisch verplicht | 49% | 46% | |||
1 Scheepvaart en havens | 39.881 | 44.794 | 16.648 | 21.098 | 82.540 |
Opdrachten | 35.139 | 25.232 | 208 | ‒ 3.289 | 22.151 |
Caribisch Nederland | 12.500 | 165 | 0 | ‒ 50 | 115 |
Topsector logistiek | 13.994 | 15.804 | 0 | ‒ 125 | 15.679 |
Overige Opdrachten | 8.645 | 9.263 | 208 | ‒ 3.114 | 6.357 |
Subsidies | 1.764 | 1.795 | 9.440 | ‒ 3.450 | 7.785 |
Verduurzaming binnenvaart | 0 | 0 | 4.000 | ‒ 4.000 | 0 |
Stimulering elektrisch varen | 0 | 0 | 5.440 | 0 | 5.440 |
Overige Subsidies | 1.764 | 1.795 | 0 | 550 | 2.345 |
Bijdragen aan agentschappen | 1.405 | 1.704 | 0 | ‒ 52 | 1.652 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 1.405 | 1.454 | 0 | ‒ 52 | 1.402 |
Overige bijdragen aan agentschappen | 0 | 250 | 0 | 0 | 250 |
Bijdragen aan medeoverheden | 0 | 14.500 | 7.000 | 27.888 | 49.388 |
Bijdrage gemeente Tilburg | 0 | 0 | 4.750 | 0 | 4.750 |
Bijdrage provincie Noord-Holland | 0 | 0 | 0 | 27.638 | 27.638 |
Bijdrage Caribisch Nederland | 0 | 14.500 | 2.250 | 0 | 16.750 |
Overige bijdragen aan medeoverheden | 0 | 0 | 0 | 250 | 250 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 1.573 | 1.563 | 0 | 1 | 1.564 |
Bijdrage aan CCR/IMO (HGIS) | 1.064 | 1.064 | 0 | 0 | 1.064 |
Overige bijdragen aan (inter)nationale organisaties | 509 | 499 | 0 | 1 | 500 |
Ontvangsten | 784 | 884 | 0 | ‒ 220 | 664 |
Toelichting
Verplichtingen
De verhoging van het verplichtingenbudget met € 42,0 miljoen is met name het gevolg van twee overboekingen vanuit artikel 15 Hoofvaarwegennet op het Infrastructuurfonds voor een specifieke uitkering Energiehaven IJmuiden (€ 27,6 miljoen) en voor het vervolg van de Topsector Logistiek voor de jaren 2021 tot en met 2023 (€ 19,2 miljoen) en vertraging van de subsidieregeling Retrofit (€ 4 miljoen). De niet-bestede middelen schuiven door van 2020 naar 2021.
Uitgaven
1 Scheepvaart en havens
Opdrachten
De verlaging van het opdrachtenbudget met € 3,3 miljoen is met name het gevolg van een overboeking naar OCW voor het Nationale Wetenschapsagenda programma Living Lab Binnenvaart (€ 1,5 miljoen), een overboeking naar EZK voor de bijdrage 2020 aan vervoerkamer ACM inzake Loodsenwet en Zeehavenverordening (€ 0,3 miljoen), een overboeking naar het instrument subsidies voor de tijdelijke subsidieregeling duurzame binnenvaartmotoren (€ 0,5 miljoen), een overboeking naar het instrument bijdragen aan medeoverheden voor een drietal specifieke uitkeringen inzake proefnemingen varend ontgassen (€ 0,3 miljoen) en een overboeking naar artikel 98 ter dekking van het tekort op de personele uitgaven van DGLM (€ 0,6 miljoen).
Subsidies
De verlaging van het subsidiebudget met € 3,5 miljoen is het gevolg van vertraging van de subsidieregeling Retrofit (€ 4 miljoen). De niet-bestede middelen schuiven door van 2020 naar 2021. En een overboeking vanuit het instrument opdrachten voor de tijdelijke subsidieregeling duurzame binnenvaartmotoren (€ 0,5 miljoen).
Bijdrage aan medeoverheden
De verhoging van het budget bijdragen aan medeoverheden met € 27,9 miljoen is het gevolg van een overboeking vanuit artikel 15 Hoofvaarwegennet op het Infrastructuurfonds voor een specifieke uitkering aan de provincie Noord-Holland voor het realiseren van de Energiehaven IJmuiden (€ 27,6 miljoen). Deze vloeit voort uit het convenant tussen de Staat, provincie Noord-Holland, Gemeente Velsen, Havenbedrijf Amsterdam, Zeehaven IJmuiden en Tata Steel. Doel van de specifieke uitkering is het saneren van een baggerdepot en de realisatie van een werkhaven die voornamelijk bestemd is voor werkzaamheden in het kader van de energietransitie zoals werkzaamheden voor de realisatie en onderhoud van windparken op zee. De verhoging van budget wordt tevens veroorzaakt door een overboeking vanuit het instrument opdrachten voor een drietal specifieke uitkeringen inzake proefnemingen varend ontgassen (€ 0,3 miljoen).
3.7 Artikel 19 Uitvoering Milieubeleid en Internationaal
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 42.491 | 57.325 | 3.562 | 6.237 | 67.124 |
Uitgaven | 43.374 | 59.491 | 3.553 | 3.271 | 66.315 |
waarvan juridisch verplicht | 83% | 88% | |||
2 Internationaal beleid coördinatie en samenwerking | 43.374 | 59.491 | 3.553 | 3.221 | 66.315 |
Opdrachten | 6.360 | 9.427 | 819 | ‒ 2.643 | 7.603 |
Uitvoering Int HGIS | 3.314 | 5.870 | 31 | ‒ 2.640 | 3.261 |
Uitvoering niet-HGIS | 1.376 | 3.341 | 870 | ‒ 203 | 4.008 |
Overige opdrachten | 1.670 | 216 | ‒ 82 | 200 | 334 |
Subsidies | 274 | 480 | 0 | 0 | 480 |
Interreg | 244 | 449 | 449 | ||
Overige Subsidies | 30 | 31 | 0 | 0 | 31 |
Bijdragen aan agentschappen | 34.271 | 44.176 | 2.734 | 3.274 | 50.184 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 263 | 326 | 0 | 0 | 326 |
Bijdrage aan agentschap RIVM | 26.626 | 33.559 | 2.544 | 2.506 | 38.609 |
Bijdrage aan agentschap RVO | 7.382 | 10.291 | 190 | 768 | 11.249 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 2.469 | 4.008 | 0 | 1.390 | 5.398 |
Bijdragen HGIS | 2.469 | 2.669 | 0 | 1.390 | 4.059 |
Bijdragen niet HGIS | 0 | 1.339 | 0 | 0 | 1.339 |
Bekostiging | 0 | 1.400 | 0 | 1.250 | 2.650 |
Global Center on Adaptation (GCA) | 0 | 1.400 | 0 | 1.250 | 2.650 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 1.035 | 1.035 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties zijn met name gerelateerd aan de hieronder toegelichte kasmutaties.
Uitgaven
2 Internationaal beleid, coördinatie en samenwerking
Opdrachten
Het opdrachtenbudget is per saldo met € 2,6 miljoen verlaagd. Deze verlaging is met name het gevolg van een herschikking binnen de HGIS-budgetten op dit artikel, waarbij € 1,3 miljoen is overgeboekt naar het financieel instrument bekostiging ten behoeve van betalingen aan het Global Center on Adaptation (GCA).
Hiernaast is € 1,4 miljoen overgeboekt naar het financieel instrument ‘bijdragen aan (inter)nationale organisaties' ten behoeve van de ontwikkeling van een online kennis- en dataplatform dat gelanceerd wordt tijdens de Climate Adaptation Summit (CAS) op 25 januari 2021.
Bijdragen aan agentschappen
De totale bijdragen aan agentschappen is per saldo met € 3,2 miljoen toegenomen. Dit betreft met name een overboeking van € 1,2 miljoen van artikel 20 naar artikel 19 in het kader van opdrachtverlening aan het RIVM met betrekking op de uitvoering van de centrale voorziening geluidgegevens (CVGG).
Daarnaast zijn uit diverse artikelen middelen overgeboekt naar artikel 19 ten behoeve van het uitvoeren van verscheidene werkzaamheden, waaronder € 0,6 mln. voor onderzoek naar PFAS in water door RIVM, € 0,4 miljoen voor de programmatische aanpak meten vliegtuiggeluid door RIVM, € 0,6 miljoen voor buyergroups door RVO en € 0,4 miljoen voor het uitvoeren van de subsidieregeling restantvoorraden vuurwerk door RVO.
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties
De ophoging van de bijdragen aan (inter)nationale organisaties is met name het gevolg van een herschikking van de HGIS-budgetten op artikel 19, waarbij € 1,4 miljoen is overgeboekt van het financieel instrument opdrachten ten behoeve van de ontwikkeling van een online kennis- en dataplatform dat gelanceerd zal worden tijdens de Climate Adaptation Summit (CAS) op 25 januari 2021.
Bekostiging
De ophoging met € 1,3 miljoen is volledig het gevolg van een herschikking binnen de HGIS-middelen op artikel 19 ten behoeve van de bekosting van het GCA.
Ontvangsten
De ophoging van het ontvangstenbudget met € 1,0 miljoen wordt veroorzaakt door de afwikkeling van de RVO-opdracht over 2019. RVO heeft in 2019 minder uitgaven gerealiseerd dan het voorschot over 2019, waardoor € 1 miljoen is teruggeboekt naar artikel 19.
3.8 Artikel 20 Lucht en Geluid
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 25.845 | 27.966 | 2.768 | 2.512 | 33.246 |
Uitgaven | 26.045 | 30.725 | 2.783 | 1.012 | 34.520 |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | |||
1 Gezonde lucht en tegengaan geluidhinder | 26.045 | 30.725 | 2.783 | 1.012 | 34.520 |
Opdrachten | 2.763 | 5.566 | 2.514 | ‒ 2.613 | 5.467 |
Uitvoering Geluid | 2.759 | 3.396 | 3.176 | ‒ 2.219 | 4.353 |
Uitvoering Lucht | 4 | 1.999 | ‒ 862 | ‒ 394 | 743 |
Overige opdrachten | 0 | 171 | 200 | 0 | 371 |
Bijdragen aan agentschappen | 1.539 | 1.468 | 643 | 0 | 2.111 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 1.539 | 1.468 | 643 | 0 | 2.111 |
Bijdragen aan medeoverheden | 21.452 | 23.325 | ‒ 374 | 3.625 | 26.576 |
Uitv Geluidsanering | 21.452 | 21.825 | ‒ 374 | 5.125 | 26.576 |
Programma NSL | 0 | 1.500 | 0 | ‒ 1.500 | 0 |
Bekostiging | 291 | 366 | 0 | 0 | 366 |
Overige bekostiging | 291 | 366 | 0 | 0 | 366 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 1.425 | 425 | 1.850 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties zijn met name gerelateerd aan de hieronder toegelichte kasmutaties. Daarnaast is er € 1,5 miljoen aan verplichtingen geschoven van 2021 naar 2020 ten behoeve van de vastlegging van enkele subsidietoekenningen inzake het programma Uitvoering Geluidssanering. Deze verplichtingenmutatie werkt door in de Voorjaarsnota 2021.
Uitgaven
1 Gezonde lucht en tegengaan geluidhinder
Opdrachten
De verlaging van het opdrachtenbudget van € 2,6 miljoen wordt met name veroorzaakt door een overboeking van € 1,2 miljoen van artikel 20 naar artikel 19 in het kader van de opdrachtverlening aan het RIVM ten behoeve van de verdere ontwikkeling van de Centrale Voorziening Geluidsgegevens (CVGG).
Hiernaast is € 1,4 miljoen overgeheveld naar het instrument bijdrage aan medeoverheden. Mede als gevolg van COVID-19 zijn diverse projecten vertraagd en de vrijgevallen middelen worden ingezet ten behoeve van de versnelling van het programma Uitvoering Geluidssanering.
Bijdrage aan medeoverheden
De ophoging van de bijdrage aan medeoverheden van € 3,6 miljoen wordt met name veroorzaakt door een herschikking van € 1,4 miljoen uit diverse instrumenten binnen de opdrachtenbudgetten op artikel 20 ten behoeve van een versnelling van het programma Uitvoering Geluidssanering in 2020.
Daarnaast wordt de bijdrage voor de uitvoering van het programma Geluidssanering ook verhoogd met € 1,9 miljoen door diverse overboekingen van artikel 19 naar artikel 20.
Ook is binnen het financieel instrument bijdrage aan medeoverheden € 1,5 miljoen vertraagd. Het gaat hierbij om de nadeelcompensatie aan veehouderijen (onderdeel van het Nationaal Saneringsprogramma Luchtkwaliteit (NSL)), waarvoor geen aanvragen zijn ontvangen in 2020. Deze middelen worden ingezet ten behoeve van de versnelling van het programma Uitvoering Geluidssanering in 2020. De middelen worden in 2021 teruggegeven.
3.9 Artikel 21 Duurzaamheid
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 89.535 | 45.013 | 627 | ‒ 15.168 | 30.472 |
Uitgaven | 89.644 | 89.329 | 416 | ‒ 35.380 | 54.365 |
waarvan juridisch verplicht | 63% | 100% | |||
4 Duurzaamheidsinstrumentarium | 1.247 | 882 | 0 | ‒ 640 | 242 |
Opdrachten | 1.247 | 882 | 0 | ‒ 640 | 242 |
Uitv duurzaamheid | 1.247 | 882 | 0 | ‒ 640 | 242 |
5 Duurzame productketens | 70.975 | 76.189 | 839 | ‒ 23.740 | 53.288 |
Opdrachten | 12.127 | 10.413 | ‒ 877 | ‒ 168 | 9.368 |
Uitvoering duurzame productketens | 8.842 | 7.398 | ‒ 3.282 | 570 | 4.686 |
EPK Bijdrage RWS | 2.200 | 1.681 | 2.405 | ‒ 456 | 3.630 |
Overige opdrachten | 1.085 | 1.334 | 0 | ‒ 282 | 1.052 |
Subsidies | 49.757 | 56.343 | 38 | ‒ 24.589 | 31.792 |
Subsidie duurzame productketens | 49.757 | 55.830 | 38 | ‒ 24.589 | 31.279 |
Overige subsidies | 0 | 513 | 0 | 0 | 513 |
Bijdragen aan agentschappen | 7.247 | 7.531 | 1.078 | ‒ 72 | 8.537 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 7.247 | 7.531 | 1.078 | ‒ 72 | 8.537 |
Bijdrage aan medeoverheden | 1.374 | 1.424 | 600 | 989 | 3.013 |
Bijdrage aan Caribisch Nederland | 1.374 | 1.424 | 600 | 989 | 3.013 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 100 | 100 |
Bijdragen aan ZBO en RWT | 470 | 478 | 0 | 0 | 478 |
6 Natuurlijk kapitaal | 17.422 | 12.258 | ‒ 423 | ‒ 11.000 | 835 |
Opdrachten | 17.422 | 12.258 | ‒ 423 | ‒ 11.000 | 835 |
Uitv Natuurlijk Kap | 16.807 | 11.722 | ‒ 118 | ‒ 11.000 | 604 |
Overige opdrachten | 615 | 536 | ‒ 305 | 0 | 231 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 77 | 77 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutatie is met name gerelateerd aan de hieronder toegelichte kasmutatie op het opdrachtenbudget Natuurlijk Kapitaal. Tevens zijn er enkele overige mutaties van technische aard doorgevoerd.
Uitgaven
5 Duurzame productketens
Subsidies
De uitgaven aan CO2-reductie middels circulaire innovaties binnen de Demonstratieregeling Energie- en Klimaatinnovatie (DEI) als onderdeel van het Urgenda I-pakket zijn met € 24 miljoen vertraagd als gevolg van Covid-19 en de daarmee samenhangende internationale handelsbeperkingen. De niet-bestede middelen schuiven door naar 2021.
6 Natuurlijk kapitaal
Opdrachten
Het totale opdrachtbudget voor het artikelonderdeel Natuurlijk Kapitaal is met € 11 miljoen verlaagd door een overboeking naar het Infrastructuurfonds ten behoeve van de uitvoering van het ‘Urgenda I-pakket’ om werkzaamheden uit te voeren die bijdragen aan de CO2-reducerende maatregelen Circulaire Economie. Specifiek gaat het hier om CO2-reducerende maatregelen voor Grond-, Weg- en Waterbouw (GWW-sector) van decentrale overheden (€ 10 miljoen) en recycling en hergebruik van asfalt in de beton- en staalinfrastructuur (€ 1 miljoen).
3.10 Artikel 22 Omgevingsveiligheid en Milieurisico's
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 31.241 | 45.300 | ‒ 5.620 | 20.639 | 60.319 |
Uitgaven | 34.204 | 42.944 | ‒ 5.445 | ‒ 612 | 36.887 |
waarvan juridisch verplicht | 53% | 84% | |||
1 Veiligheid chemische stoffen | 8.540 | 7.740 | 219 | ‒ 875 | 7.084 |
Opdrachten | 5.718 | 4.202 | 224 | ‒ 675 | 3.751 |
Uitvoering stoffen en milieu & gezondheid | 1.966 | 948 | 289 | ‒ 200 | 1.037 |
Externe productkosten bijdrage RWS | 1.507 | 1.739 | ‒ 26 | 0 | 1.713 |
Overige Opdrachten | 2.245 | 1.515 | ‒ 39 | ‒ 475 | 1.001 |
Subsidies | 265 | 473 | ‒ 5 | ‒ 400 | 68 |
Bijdragen aan agentschappen | 2.557 | 3.065 | 0 | 200 | 3.265 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 2.337 | 2.837 | 0 | 0 | 2.837 |
Overige bijdragen aan agentschappen | 220 | 228 | 0 | 200 | 428 |
2 Veiligheid biotechnologie | 3.770 | 3.837 | ‒ 66 | 0 | 3.771 |
Opdrachten | 3.770 | 3.837 | ‒ 66 | 0 | 3.771 |
3 Veiligheid bedrijven en transport | 21.894 | 31.367 | ‒ 5.598 | 263 | 26.032 |
Opdrachten | 8.478 | 12.497 | ‒ 598 | ‒ 5.601 | 6.298 |
Prog Omgevingsveilig | 4.329 | 4.602 | ‒ 318 | ‒ 1.750 | 2.534 |
Opdrachten Asbest | 276 | 4.522 | 0 | ‒ 3.750 | 772 |
EPK Bijdrage RWS | 1.144 | 658 | 0 | 0 | 658 |
Overige opdrachten | 2.729 | 2.715 | ‒ 280 | ‒ 101 | 2.334 |
Subsidies | 3.849 | 7.709 | 0 | 5.204 | 12.913 |
Subsidies inrichtingen & transport | 3.284 | 7.104 | 0 | 1.994 | 9.098 |
Subsidies Asbest | 0 | 0 | 0 | 3.500 | 3.500 |
Subsidies Caribisch Nederland | 82 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige subsidies | 483 | 605 | 0 | ‒ 290 | 315 |
Bijdragen aan agentschappen | 1.521 | 2.341 | 0 | 0 | 2.341 |
Bijdrage aan agentschap RWS | 1.521 | 2.341 | 0 | 0 | 2.341 |
Bijdragen aan medeoverheden | 5.000 | 5.088 | ‒ 5.000 | 360 | 448 |
Bijdrage aan Caribisch Nederland | 5.000 | 5.088 | ‒ 5.000 | 360 | 448 |
Inkomensoverdrachten | 3.046 | 3.732 | 0 | 300 | 4.032 |
Ontvangsten | 250 | 250 | 0 | 457 | 707 |
Toelichting
Verplichtingen
De ophoging van het verplichtingenbudget met € 20,6 miljoen wordt met name veroorzaakt door een verplichtingenschuif van € 12,4 miljoen van 2022-2024 naar 2020 voor een meerjarige subsidie aan de Omgevingsdienst NL voor de uitvoering van de interbestuurlijke meerjarenagenda Versterking Omgevingsveiligheid 2021-2024.
Daarnaast wordt de verhoging van het verplichtingenbudget veroorzaakt door een verplichtingenschuif van € 5,5 miljoen van 2022 naar 2020 voor een meerjarige begrotingssubsidie aan de Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn) ten behoeve van het instellen van het particulier asbestfonds.
Tot slot vindt er een verplichtingenschuif van € 2 miljoen plaats van 2021-2024 naar 2020 voor een meerjarige subsidie ten behoeve van Safety Delta Nederland (SDN) voor de financiering van de oprichting van een programmabureau.
Uitgaven
3 Veiligheid bedrijven en transport
In de tabel Budgettaire gevolgen van beleid bij dit beleidsartikel is in regel 1 een bedrag van € 11,9 miljoen aan subsidieverplichtingen voor het jaar 2020 opgenomen. Dit bedrag heeft betrekking op de mogelijke verlening van een subsidie voor het particulier asbestfonds (verstrekken van leningen aan particulieren die vanwege kapitaalbeperkingen bij de bank niet terecht kunnen voor het saneren van hun asbestdak) aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn). Deze begrotingsvermelding vormt de wettelijke grondslag voor de hier bedoelde subsidieverlening(en) als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene Wet Bestuursrecht.
Opdrachten
De per saldo verlaging van het opdrachtenbudget van € 5,6 miljoen is met name het gevolg van een herschikking binnen artikel 22 van het instrument opdrachten asbest naar het instrument subsidies asbest. Met deze middelen à € 3,5 miljoen worden (meerjarige) subsidies aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn) verstrekt ten behoeve van het instellen van een asbestfonds voor particulieren.
Daarnaast wordt het opdrachtenbudget verlaagd met € 1,3 miljoen door een herschikking binnen artikel 22 waarmee opdrachtmiddelen verschoven worden naar de middelen die bestemd zijn voor subsidies op het onderwerp inrichting en transport. Het betreft een subsidie aan Omgevingdienst NL voor de uitvoering van de interbestuurlijke meerjarenagenda Versterking Omgevingsveiligheid 2021 ‒ 2024.
Subsidies
De per saldo ophoging van het subsidiebudget van € 5,2 miljoen is met name het gevolg van de hierboven benoemde mutaties vanuit het instrument opdrachten en diverse andere herschikkingen binnen artikel 22.
3.11 Artikel 23 Meteorologie, Seismologie en Aardobservatie
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 57.530 | 57.370 | 2.167 | 29 | 59.566 |
Uitgaven | 57.643 | 57.483 | 2.167 | ‒ 11 | 59.639 |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | |||
1 Meteorologie en seismologie | 35.336 | 36.285 | 2.167 | ‒ 11 | 38.441 |
Bijdragen aan agentschappen | 34.396 | 35.345 | ‒ 233 | ‒ 11 | 35.101 |
Bijdrage aan agentschap KNMI | 34.396 | 35.345 | ‒ 233 | ‒ 11 | 35.101 |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 940 | 940 | 2.400 | 0 | 3.340 |
Contributie European Centre for Medium-range Weather Forecasts (HGIS) | 0 | 0 | 2.400 | 0 | 2.400 |
Contributie World Meteorological Organization (HGIS) | 940 | 940 | 0 | 0 | 940 |
2 Aardobservatie | 22.307 | 21.198 | 0 | 0 | 21.198 |
Bijdragen aan agentschappen | 22.307 | 21.198 | 0 | 0 | 21.198 |
Bijdrage aan agentschap KNMI | 22.307 | 21.198 | 0 | 0 | 21.198 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
De mutaties in deze tweede suppletoire begroting binnen dit artikel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht (zie de leeswijzer).
3.12 Artikel 24 Handhaving en Toezicht
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 123.234 | 126.113 | 3.867 | 1.225 | 131.205 |
Uitgaven | 123.234 | 126.113 | 3.867 | 1.225 | 131.205 |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 99% | |||
1 Handhaving en toezicht | 123.234 | 126.113 | 3.867 | 1.225 | 131.205 |
Bijdragen aan agentschappen | 123.234 | 126.113 | 3.867 | 1.225 | 131.205 |
Bijdrage aan het agentschap ILT | 123.234 | 126.113 | 3.867 | 1.225 | 131.205 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de onderstaande toegelichte kasmutaties.
Uitgaven
1 Handhaving en toezicht
Bijdrage aan agentschap
De ILT ontvangt vanuit het moederdepartement IenW in 2020 een compensatie voor het in dienst hebben van arbeidsbeperkten (€ 0,6 miljoen). Daarnaast ontvangt de ILT middelen voor de handhaving op energielabels (€ 0,5 miljoen) en voor de vergunningverlening en het toezicht op de Wet ter Bescherming Koopvaardij (€ 150.000).
3.13 Artikel 25 Brede Doeluitkering
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 909.220 | 932.324 | 0 | 3.181 | 935.505 |
Uitgaven | 920.515 | 953.451 | 0 | 0 | 953.451 |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | |||
1 Brede doeluitkering | 920.515 | 953.451 | 0 | 0 | 953.451 |
Brede doeluitkering | 920.515 | 953.451 | 0 | 0 | 953.451 |
Bijdrage BDU | 920.515 | 953.451 | 0 | 0 | 953.451 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenruimte 2020 wordt met ruim € 3 miljoen opgehoogd ten behoeve van de ophoging Werkgeversaanpak Metropoolregio Amsterdam en Rotterdam-Den Haag, bijdrage Metropoolregio Rotterdam-Den Haag 2e tranche fiets en de afrekening Mobility as a Service / Intelligente Transportsystemen. Dit leidt tot navenant lagere verplichtingen in 2021.
Uitgaven
Er zijn geen uitgavenmutaties op dit artikel.
3.14 Artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen
Budgettaire gevolgen van beleid
Verplichtingen | 6.981.233 | 6.343.970 | 89.238 | ‒ 84.135 | 6.349.073 |
Uitgaven | 6.979.233 | 6.343.121 | 89.238 | ‒ 64.935 | 6.367.424 |
1 Bijdrage Investeringsfondsen | 6.046.994 | 5.516.570 | 81.346 | ‒ 64.825 | 5.533.091 |
Bijdrage aan het Infrastructuurfonds | 6.046.994 | 5.516.570 | 81.346 | ‒ 64.825 | 5.533.091 |
Bijdrage IF | 6.046.994 | 5.516.570 | 81.346 | ‒ 64.825 | 5.533.091 |
2 Bijdrage Investeringsfondsen | 932.239 | 826.551 | 7.892 | ‒ 110 | 834.333 |
Bijdrage aan het Deltafonds | 932.239 | 826.551 | 7.892 | ‒ 110 | 834.333 |
Bijdrage DF | 932.239 | 826.551 | 7.892 | ‒ 110 | 834.333 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutatie is deels een weerspiegeling van de onderstaande kasmutaties. Daarnaast worden voor € 19,2 miljoen verplichtingen aangegaan voor een deelaanbesteding voor het vervolg van de Topsector Logistiek.
Uitgaven
Bijdrage aan het Infrastructuurfonds
De bijdrage vanuit de beleidsbegroting Hoofdstuk XII aan het Infrastructuurfonds voor het jaar 2020 wordt met € 64,9 miljoen verlaagd. Hieronder worden de belangrijkste muaties toegelicht. Voor meer detail wordt verwezen naar het Infrastructuurfonds.
- Overboekingen met andere begrotingen (€ -5,3 miljoen): Dit betreft een overboeking van EZK naar het IF in het kader van energiebesparing (€ 2,5 miljoen) en een overboeking van het IF naar het btw-compensatiefonds voor de btw-afdracht voor de Rotterdamsebaan ( € -7,8 miljoen).
- Overboekingen met de IenW-begroting (€ -59,6 miljoen): Dit betreft de overboekingen naar de IenW-begroting voor onder andere Smartwayz (€ -24,5 miljoen), Energiehaven IJmond (€ -27,6 miljoen), van de IenW-begroting voor CO2-reducerende maatregelen WW (€ 10 miljoen) en diverse andere mutaties.
Bijdrage aan het Deltafonds
De bijdrage vanuit de beleidsbegroting Hoofdstuk XII aan het Deltafonds voor het jaar 2020 wordt met € 0,1 miljoen verlaagd en valt dus onder de grens waarboven mutaties worden toegelicht.
4 Niet-beleidsartikelen
4.1 Artikel 97 Algemeen Kerndepartement
Verplichtingen | 43.309 | 70.644 | 5.790 | 98 | 76.532 |
Uitgaven | 60.451 | 80.253 | 4.763 | 223 | 85.239 |
1 Algemeen departement | 53.751 | 73.435 | 4.822 | 282 | 78.539 |
Opdrachten | 30.284 | 49.375 | 2.110 | 282 | 51.767 |
Van A naar Beter | 1.790 | 1.973 | 542 | ‒ 405 | 2.110 |
Onderzoeken KIS | 685 | 1.587 | ‒ 499 | ‒ 60 | 1.028 |
Ext. Juridische adv. | 1.462 | 1.552 | 0 | 0 | 1.552 |
Onderzoeken PBL | 2.286 | 3.921 | 2.081 | 241 | 6.243 |
Onderzoeken ANVS | 3.581 | 3.844 | 405 | 459 | 4.708 |
Departementaal Coordinatiecentrum Crisisbeheersing | 7.169 | 7.295 | 0 | 0 | 7.295 |
Regeringsvliegtuig | 9.183 | 25.567 | 0 | 1.119 | 26.686 |
Overige Opdrachten | 4.128 | 3.636 | ‒ 419 | ‒ 1.072 | 2.145 |
Subsidies | 1.328 | 1.328 | ‒ 219 | 0 | 1.109 |
Subsidies KIS | 1.328 | 1.328 | ‒ 219 | 0 | 1.109 |
Bijdragen aan agentschappen | 22.139 | 22.732 | 3.040 | 0 | 25.772 |
Waarvan bijdrage aan agentschap ILT | 12.737 | 13.118 | 0 | 0 | 13.118 |
Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI | 213 | 218 | 2.390 | 0 | 2.608 |
Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 2.713 | 2.806 | 0 | 0 | 2.806 |
Waarvan bijdrage aan agentschap RIVM | 6.476 | 6.590 | 650 | 0 | 7.240 |
2 Sanering Thermphos | 6.700 | 6.818 | ‒ 59 | ‒ 59 | 6.700 |
Subsidies | 6.700 | 6.818 | ‒ 59 | ‒ 59 | 6.700 |
Sanering Thermphos | 6.700 | 6.818 | ‒ 59 | ‒ 59 | 6.700 |
Ontvangsten | 1.101 | 2.895 | 0 | 0 | 2.895 |
Toelichting
Verplichtigen
De wijzigingen bij de Tweede suppletoire begroting 2020 zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet uiteengezet (zie de leeswijzer).
Uitgaven
Opdrachten
Regeringsvliegtuig
Het extra incidentele budget dat noodzakelijk is voor het regeringsvliegtuig is onder andere het gevolg van niet-voorziene, noodzakelijke aanpassingen aan het vliegtuig, kosten voor reserveonderdelen en de inzet van extra crew voor lange vluchten.
Overige opdrachten
De verlaging van het budget voor overige opdrachten is met name het gevolg van een aantal onderzoeksprojecten die niet doorgaan of zijn doorgeschoven naar 2021 als gevolg van COVID19.
4.2 Artikel 98 Apparaatsuitgaven Kerndepartement
Verplichtingen | 308.390 | 337.195 | 13.808 | ‒ 10.625 | 340.378 |
Uitgaven | 312.445 | 349.470 | 13.548 | ‒ 12.690 | 350.328 |
1 Personele uitgaven | 226.294 | 259.608 | 8.872 | 1.939 | 270.419 |
Eigen personeel | 207.373 | 228.299 | 2.196 | 104 | 230.599 |
Inhuur externen | 12.164 | 24.361 | 6.676 | 2.335 | 33.372 |
Overige personele uitgaven | 6.757 | 6.948 | 0 | ‒ 500 | 6.448 |
2 Materiële uitgaven | 86.151 | 89.862 | 4.676 | ‒ 14.629 | 79.909 |
ICT | 18.383 | 24.442 | 5.546 | ‒ 1.889 | 28.099 |
Bijdrage aan SSO's | 40.896 | 45.257 | 2.467 | ‒ 8.729 | 38.995 |
Overige materiële uitgaven | 26.872 | 20.163 | ‒ 3.337 | ‒ 4.011 | 12.815 |
Ontvangsten | 5.430 | 13.220 | ‒ 1.412 | 1.724 | 13.532 |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenmutaties zijn hoger dan de uitgavenmutaties, voornamelijk als gevolg van verplichtingenschuiven van 2021 naar 2020 ten behoeve van het aangaan van inhuurcontracten voor Luchtvaart.
Uitgaven
Personele uitgaven
De hogere inhuur is met name het gevolg het capaciteitsprobleem bij inkoop waarvoor moet worden ingehuurd omdat vacatures niet kunnen worden vervuld met eigen personeel (€ 2 miljoen) op de arbeidsmarkt. Hetzelfde geldt voor de inhuur voor juridische ondersteunend personeel (€ 0,3 miljoen).
Materiële uitgaven
De lagere uitgaven aan ICT betreft voornamelijk een herschikking ten behoeve de bijdrage aan SSC-ICT voor een afgesloten overeenkomst voor dienstverlening met betrekking tot kantoorautomatisering. De middelen hiervoor waren gereserveerd als ICT kosten (€ 1,5 miljoen). Daarnaast zijn er als gevolg van COVID 19 vertragingen opgetreden bij o.a. de aanbesteding voor de nieuwe huisbankier en de upgrade van het archiveringssysteem HPRM (samen € 0,9 miljoen). Daartegenover staan uitgaven voor de opvolging van het huidige bedrijfsvoeringsysteem SAP (OBS) en de onverwachte uitgaven voor een noodzakelijk Windows-upgrade ten behoeve van Intranet.
De bijdragen aan Rijksbrede SSO’s zijn voornamelijk lager omdat, de budgetten voor generieke kosten van dienstverlening door FM Haaglanden (€ 10 miljoen) structureel naar BZK worden overgeheveld. De structurele overboeking volgt bij VJN 2021. Daarnaast heeft er, zoals hiervoor aangegeven, een herschikking vanuit ICT naar SSC ICT plaatsgevonden (€ 1,5 miljoen) en waren de uitgaven aan het Rijksvastgoedbedrijf en FM Haaglanden lagere dan geraamd (€ 0,3 miljoen).
Ontvangsten
Hogere ontvangsten betreft overwegend een bijdrage van BZ in de kosten voor de opvolging bedrijfsvoeringssysteem SAP (OBS) (€ 1,0 miljoen) en de bijdrage van RWS in de overdracht van budgetten voor de generieke dienstverlening door FM Haaglanden aan BZK (€ 0,7 miljoen).
4.3 Artikel 99 Nog onverdeeld
Verplichtingen | 0 | 143826 | ‒ 143826 | 3747 | 3747 |
Uitgaven | 0 | 137967 | ‒ 137967 | 4476 | 4476 |
Onvoorzien | 0 | 137967 | ‒ 137967 | 4476 | 4476 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Eén van de onderdelen van de recent afgesloten CAO voor de Rijksoverheid voor de tweede helft van 2020 betreft een vergoeding van € 363 netto voor gemaakte kosten in verband met het verplicht thuiswerken. De thuiswerkvergoeding van werknemers die in deeltijd werken, wordt naar rato van de arbeidsduur berekend. Daarnaast wordt de thuiswerkvergoeding van werknemers die later dan 13 maart 2020 in dienst zijn getreden naar rato van de thuisgewerkte maanden berekend.
Omdat de exacte uitgaven nog onbekend zijn wordt een reservering van € 4,4 miljoen aangelegd op dit artikel.
5 Agentschappen
5.1 Rijkswaterstaat
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 2.313.974 | 157.287 | 244.886 | 2.716.147 |
Omzet overige departementen | 54.990 | 16.344 | 9.334 | 80.668 |
Omzet derden | 191.758 | 13.129 | 3.261 | 208.148 |
Omzet nog uit te voeren werkzaamheden | 245.055 | 66.041 | ‒ 303.316 | 7.780 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 3.000 | 0 | ‒ 1.500 | 1.500 |
Totaal baten | 2.808.777 | 252.801 | ‒ 47.335 | 3.014.243 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 1.150.064 | 80.899 | 11.590 | 1.242.553 |
Personele kosten | 904.161 | 68.247 | 12.383 | 984.791 |
waarvan eigen personeel | 849.993 | 32.571 | 9.860 | 892.424 |
waarvan inhuur externen | 54.168 | 35.676 | 2.523 | 92.367 |
waarvan overige personele kosten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Materiële kosten | 245.903 | 12.652 | ‒ 793 | 257.762 |
waarvan apparaat ICT | 32.478 | 0 | 9.238 | 41.716 |
waarvan bijdrage aan SSO's | 76.114 | ‒ 8.897 | ‒ 1.489 | 65.728 |
waarvan overige materiële kosten | 137.311 | 21.549 | ‒ 8.542 | 150.318 |
Beheer en Onderhoud | 1.616.220 | 182.846 | ‒ 73.761 | 1.725.305 |
Rentelasten | 1.063 | ‒ 318 | ‒ 5 | 740 |
Afschrijvingskosten | 23.430 | ‒ 2.403 | ‒ 228 | 20.799 |
Materieel | 23.020 | ‒ 2.403 | ‒ 228 | 20.389 |
waarvan apparaat ICT | 5.129 | 481 | ‒ 752 | 4.858 |
waarvan overige materiële afschrijvingskosten | 17.891 | ‒ 2.884 | 524 | 15.531 |
Immaterieel | 410 | 0 | 0 | 410 |
Overige lasten | 0 | 3.800 | 2.485 | 6.285 |
waarvan dotaties voorzieningen | 0 | 3.800 | 1.985 | 5.785 |
waarvan bijzondere lasten | 0 | 0 | 500 | 500 |
Totaal lasten | 2.790.777 | 264.824 | ‒ 59.919 | 2.995.682 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | 18.000 | ‒ 12.023 | 12.584 | 18.561 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 9.000 | ‒ 8.870 | 12 | 142 |
Saldo van baten en lasten | 9.000 | ‒ 3.153 | 12.572 | 18.419 |
Dotatie aan reserve Rijksrederij | 9.000 | ‒ 3.153 | ‒ 547 | 5.300 |
Te verdelen resultaat | 0 | 0 | 13.119 | 13.119 |
Toelichting
Baten
Omzet moederdepartement
De hogere omzet moederdepartement ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 244,9 miljoen wordt met name veroorzaakt door aanvullend budget voor beheer en onderhoud op het Hoofdwegennet (€ 103,0 miljoen). Op basis van actuele prognoses die gedaan zijn ná de mei-besluitvorming over de Ontwerpbegroting 2021, is gebleken dat in de huidige meerjarige onderhoudsperiode (2018-2021) spanningen bestaan tussen het budgettair kader en de budgetbehoefte. Voor het Hoofdwegennet uit dit zich in 2020 in een spanning van ca. € 103 miljoen. Deze spanning wordt deels verholpen door met de najaarsnota 2020 geld vrij te maken uit de investeringsruimte op artikel 12.05.01. Hiermee wordt de verdere groei van het uitgesteld onderhoud beperkt.
Daarnaast wordt de hogere omzet moederdepartement met name veroorzaakt door de toekenning van middelen voor de versterking van de Cyber Security van RWS (€ 23,4 miljoen), voor het naleven van de geluidsplafonds (SWUNG) (€ 21,3 miljoen), de verhoging van de capaciteit van RWS exclusief tijdelijke opdrachten naar 9.100 FTE in 2020 (€ 16,6 miljoen), de uitvoering van de CO2-reducerende maatregelen in de GWW door decentrale overheden (€ 10,0 miljoen), het uitvoeren van maatregelen in verband met spookrijders (€ 9,5 miljoen), de gemaakte kosten voor tijdelijke parkeervoorzieningen, verkeerscirculatieplannen en communicatie rond de ferrylocaties ter voorbereiding op de Brexit (€ 8,5 miljoen), de vervanging van verouderde verkeersmanagementsystemen (CHARM) (€ 6,9 miljoen) en de gemaakte kosten voor het opruimen van olie na schadevaren in de haven van Rotterdam (5,0 miljoen).
Omzet overige departementen
De hogere omzet overige departementen ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 9,3 miljoen wordt met name veroorzaakt door de aanvullende bijdrage van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) voor het uitvoeren van de werkzaamheden voor het programma Aan de slag met de Omgevingswet (€ 6,1 miljoen).
Omzet nog uit te voeren werkzaamheden
RWS is een agentschap met een baten-lasten administratie. Bij de instelling van het agentschap is met het ministerie van Financiën afgesproken dat RWS geen resultaat (verlies of winst) mag behalen op de kosten die worden gemaakt voor activiteiten die door de markt worden verricht. De middelen die aan het einde van een boekjaar over zijn of tekort worden gekomen, worden op de balans van RWS verantwoord onder de benaming Nog Uit Te voeren Werkzaamheden (NUTW). Via deze balanspost kunnen middelen eerder of later worden aangewend dan oorspronkelijk voorzien. Deze werkwijze is analoog aan de werkwijze die wordt gevolgd op het Deltafonds en het Infrastructuurfonds. Daar wordt immers een saldo dat in enig jaar ontstaat meegenomen naar of verrekend met het volgende begrotingsjaar. Tijdens de voorbereiding en uitvoering van werkzaamheden kan immers blijken dat deze op een later of eerder moment gerealiseerd zullen worden dan bij het opstellen van de programmering en begroting was voorzien. De omvang van deze balanspost wordt aan het eind van ieder jaar bepaald door de kosten in dat jaar van de omzet af te trekken. Een deel van de kosten beheer en onderhoud wordt dit jaar gefinancierd vanuit de balanspost NUTW. De balanspost NUTW zal dit jaar naar verwachting afnemen met € 23,5 miljoen van € 516,7 miljoen ultimo 2019 naar € 493,3 miljoen ultimo 2020.
Bijzondere baten
De lagere bijzondere baten ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 1,5 miljoen worden met name veroorzaakt doordat er dit jaar geen verrekening van de btw-suppletie over 2016 wordt verwacht.
Lasten
Apparaatskosten
Personele kosten
De personele kosten bestaan uit de kosten van het eigen personeel en de kosten van de ingehuurde capaciteit voor de uitvoering van kerntaken.
De hogere kosten eigen personeel ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 9,9 miljoen worden met name veroorzaakt door de verhoging van de capaciteit van RWS als gevolg van de afspraak tussen IenW en RWS om de capaciteit exclusief tijdelijke opdrachten te verhogen naar 9.100 fte in 2020, de extra capaciteit voor Cyber Security en de omzetting van een deel van de inhuur op personeel op kerntaken bij de Rijksrederij naar vaste formatie. Daarnaast zijn de kosten eigen personeel gestegen als gevolg van het akkoord over de CAO Rijk (1 juli 2020 t/m 31 december 2020) waar een loonstijging per 1 juli 2020 van 0,7%, een eenmalige vergoeding van € 225 bruto per fte en een thuiswerkvergoeding van € 363 netto per fte is afgesproken. Tegenover deze hogere kosten staan een aantal kosten eigen personeel die lager zijn dan verwacht als gevolg van de genomen Corona- maatregelen. Het betreft hier met name lagere kosten woon-werkverkeer, lagere reis- en verblijfskosten en lagere kosten voor recepties/jubilea en opleidingen/cursussen.
De hogere inhuur op apparaat (kerntaken) ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 2,5 miljoen is met name het gevolg van de opdracht Informatiepunt Omgevingswet van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het tweede halfjaar van 2020, waarvoor deels door RWS wordt ingehuurd (€ 1,4 miljoen).
Beheer en onderhoud
De lagere kosten voor beheer en onderhoud ten opzichte van de voorjaarsnota 2020 ad. € 73 miljoen worden met name veroorzaakt doordat onderhoudswerkzaamheden later worden uitgevoerd dan eerder werd verwacht. De totale kosten voor BenO zijn nog wel hoger dan zoals verwacht in de begroting 2020.
Overige lasten
De hogere overige lasten ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 2,5 miljoen worden met name veroorzaakt door een verhoging van de verwachte dotatie aan de voorziening groot onderhoud vaarwegen (€ 1,3 miljoen) en de verwachte dotatie aan de reorganisatievoorziening (€ 0,7 miljoen). De post bijzondere lasten ad. € 0,5 miljoen bestaat met name uit de verwachte boekwaarde op verschrootte vaste activa.
1. | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 669.329 | 89.325 | 758.654 | |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 2.563.722 | 186.760 | 255.981 | 3.006.463 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 2.776.347 | ‒ 258.357 | 65.464 | ‒ 2.969.240 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | ‒ 212.625 | ‒ 71.597 | 321.445 | 37.223 |
Totaal investeringen (-/-) | ‒ 88.832 | 63.298 | 6.495 | ‒ 19.039 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | ‒ 88.832 | 63.298 | 6.495 | ‒ 19.039 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | ‒ 25.941 | 0 | ‒ 25.941 | |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 8.600 | 0 | 0 | 8.600 | |
Aflossingen op leningen (-/-) | ‒ 18.845 | 2.552 | 417 | ‒ 15.876 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 84.800 | ‒ 60.530 | ‒ 8.655 | 15.615 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 74.555 | ‒ 83.919 | ‒ 8.238 | ‒ 17.602 |
5. | Rekening courant RHB 31 december (=1+2+3+4) | 442.427 | ‒ 2.893 | 319.702 | 759.236 |
Toelichting
Operationele kasstroom
Hieronder vallen de ontvangsten en uitgaven uit de reguliere bedrijfsvoering.
De hogere ontvangsten operationele kasstroom ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 237,6 miljoen worden met name veroorzaakt door de hogere ontvangsten van het moederdepartement. De lagere uitgaven operationele kasstroom ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. 65,5 miljoen worden met name veroorzaakt door lagere betalingen aan aannemers en ingenieursbureaus. Voor meer toelichting wordt verwezen naar de posten Omzet moederdepartement en Beheer en onderhoud in het exploitatieoverzicht.
Investeringskasstroom
Hieronder vallen de investeringen in nieuwe en bestaande activa en de boekwaarden, boekwinsten en boekverliezen van de verschrootte en verkochte vaste activa.
De lagere investeringen ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 6,5 miljoen worden met name veroorzaakt doordat de verbouwingen van een aantal droge steunpunten zijn vertraagd.
Financieringskasstroom
Hieronder vallen alle geldstromen die te relateren zijn aan de financiering van RWS.
Het lagere beroep op de leenfaciliteit ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2020 ad. € 8,7 miljoen is met name het gevolg van de hierboven genoemde lagere investeringen
5.2 Inspectie Leefomgeving en Transport
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 135.971 | 5.032 | 4.442 | 145.445 |
Omzet overige departementen | 831 | 0 | 650 | 1.481 |
Omzet derden | 23.869 | 0 | 0 | 23.869 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 0 | 13.118 | 0 | 13.118 |
Totaal baten | 160.671 | 18.150 | 5.092 | 183.913 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 160.459 | 18.150 | 5.092 | 183.701 |
- Personele kosten | 118.599 | 11.410 | ‒ 2.596 | 127.413 |
Waarvan eigen personeel | 113.328 | 9.449 | ‒ 7.723 | 115.054 |
Waarvan inhuur externen | 5.071 | 450 | 6.570 | 12.091 |
Waarvan overige personele kosten | 200 | 1.511 | ‒ 1.443 | 268 |
- Materiële kosten | 41.860 | 6.740 | 7.688 | 56.288 |
Waarvan apparaat ICT | 200 | 0 | 0 | 200 |
Waarvan bijdrage aan SSO's | 20.374 | 0 | 3.361 | 23.735 |
Waarvan overige materiële kosten | 21.286 | 6.740 | 4.327 | 32.353 |
Rentelasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Afschrijvingskosten | 112 | 0 | 0 | 112 |
- Materieel | 112 | 0 | 0 | 112 |
waarvan apparaat ICT | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan overige materiele afschrijvingskosten | 112 | 0 | 0 | 112 |
- Immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige lasten | 100 | 0 | 0 | 100 |
- Dotaties voorzieningen | 100 | 0 | 0 | 100 |
- Bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 160.671 | 18.150 | 5.092 | 183.913 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Baten
Omzet moederdepartement
De stijging van de omzet moederdepartement met € 4,4 miljoen bestaat uit de volgende onderdelen:
- Kosten voor de uitvoering van een aantal nieuwe taken, zoals toezicht op cybersecurity, toezicht bijzondere bromfiets, vrachtwagenheffing en bijdragen voor vergunningverlening en inspectieview. Daarnaast betreft het bijdragen voor een aantal kleinere nieuwe toezichtstaken en een bijdrage voor het in dienst hebben van arbeidsbeperkten.
Omzet overige departementen:
De hogere omzet van € 0,7 miljoen betreft een bijdrage van BZK voor de handhaving op energielabels en een bijdrage van JenV voor de kosten voor het toezicht op de Wet ter Bescherming Koopvaardij (WtBK).
Lasten
Personele kosten
De personele lasten dalen per saldo met € 2,6 miljoen. De coronamaatregelen leiden tot lagere opleidings- en vervoerskosten (- € 1,4 miljoen) en hebben tevens een negatief effect op het tempo waarmee vacatures kunnen worden vervuld (- € 1,2 miljoen).
Materiële kosten
De materiële kosen stijgen per saldo met € 7,7 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door een hogere bijdrage aan shared service organisaties voor ICT, facilitair en huisvesting (€ 3,4 miljoen). Overige materiële kosten die stijgen zijn de kosten voor Caribisch Nederland en kosten op het gebied van informatievoorziening (€ 4,3 miljoen).
1. | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 54.703 | 0 | 0 | 54.703 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 160.671 | 3.260 | 5.092 | 169.023 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 160.459 | ‒ 18.150 | ‒ 5.092 | ‒ 183.701 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | 212 | ‒ 14.890 | 0 | ‒ 14.678 |
Totaal investeringen (-/-) | ‒ 200 | 0 | 0 | ‒ 200 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | ‒ 200 | 0 | 0 | ‒ 200 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Aflossingen op leningen (-/-) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 0 | 0 | 0 | 0 |
5. | Rekening courant RHB 31 december (=1+2+3+4) | 54.715 | ‒ 14.890 | 0 | 39.825 |
Toelichting
Ten opzichte van de 1e suppletoire begroting zijn er geen majeure wijzigingen in het kasstroomoverzicht.
5.3 Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 60.299 | ‒ 3.830 | ‒ 3.868 | 52.602 |
Omzet overige departementen | 2.763 | 0 | 230 | 2.994 |
Omzet derden | 25.234 | 3.300 | ‒ 3.495 | 25.039 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 0 | 3.750 | 133 | 3.883 |
Totaal baten | 88.297 | 3.220 | ‒ 6.999 | 84.518 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 62.527 | 4.129 | ‒ 4.772 | 61.884 |
Personele kosten | 37.793 | 1.899 | ‒ 738 | 38.954 |
waarvan eigen personeel | 35.772 | 1.899 | ‒ 3.033 | 34.639 |
waarvan inhuur externen | 1.969 | 0 | 2.124 | 4.093 |
waarvan overige personele kosten | 52 | 0 | 98 | 150 |
Materiële kosten | 24.734 | 2.230 | ‒ 4.033 | 22.930 |
waarvan apparaat ICT | 5.105 | 0 | 351 | 5.456 |
waarvan bijdrage aan SSO's | 3.975 | 0 | 725 | 4.700 |
waarvan overige materiële kosten | 15.654 | 2.230 | ‒ 5.109 | 12.774 |
Rentelasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Afschrijvingskosten | 3.438 | 200 | ‒ 638 | 3.000 |
Materieel | 3.038 | 200 | ‒ 742 | 2.496 |
waarvan apparaat ICT | 1104 | 0 | ‒ 204 | 900 |
waarvan overige materiële afschrijvingskosten | 1934 | 200 | ‒ 538 | 1.596 |
Immaterieel | 400 | 0 | 104 | 504 |
Overige lasten | 22.307 | ‒ 1.109 | ‒ 1.564 | 19.634 |
waarvan aardobservatie | 22.307 | ‒ 1.109 | ‒ 1.564 | 19.634 |
waarvan dotaties voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 88.272 | 3.220 | ‒ 6.974 | 84.518 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 25 | 0 | 0 | 25 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 0 | ‒ 25 | ‒ 25 |
Toelichting
Baten
Omzet Moederdepartement
De omzet moederdepartement zal lager uitvallen dan begroot als gevolg van:
- een lagere contributie voor aardobservatie (€ 1,6 miljoen), de contributie voor EUMETSAT wordt jaarlijks gedurende het uitvoeringsjaar bijgesteld;
- een lagere realisatie op de projecten Early Warning Centre (€ 1,1 miljoen) en Masterplan de Bilt (€ 0,4 miljoen), vanwege tegenvallende productiviteit door corona;
- een lagere opbrengst dan verwacht uit verschillende maatwerkopdrachten (€ 0,7 miljoen), vooral door achterblijven inzet voor onderzoek zeespiegelstijging;
- en een lagere opbrengst voor Caribisch Nederland (€ 0,3 miljoen) door vertraging bij de start van de projecten AUTOMETAR en opzetten/verbeteren vulkaanmonitoring.
De omzet moederdepartement is niet verlaagd als gevolg van de lagere kosten voor het Masterplan de Bilt. Hiermee wordt de tegenvaller met betrekking tot de reservering openstaande verlofdagen (als gevolg van Corona) opgevangen.
Omzet Derden
De onderschrijding van de baten vanuit derden is met name het gevolg van het achterblijven van maatwerkopdrachten door de coronacrisis en achterlopende werving van personeel. Dit uit zich in een lagere opbrengst van het maatwerk voor luchtvaart (€ 1,8 miljoen) en een lagere opbrengst vanuit subsidieprojecten (€ 1,4 miljoen).
Bijzondere Baten
Bij de voorjaarsnota 2020 is in lijn met de Rijksbegrotingsvoorschriften een aandeel van de post omzet moederdepartement overgeheveld naar de post bijzondere baten. Op deze specifieke projecten is meer resultaat behaald dan verwacht (met name door IT Migratie € 0,8 miljoen en I-strategie € 0,5 miljoen).
Lasten
Personele kosten
De personele kosten vallen lager uit dan begroot door een onder andere een lagere bezetting (€ 0,6 miljoen). Daartegenover staan hogere kosten door het ophogen van de reservering voor openstaande verlofdagen (€ 0,6 miljoen. Deze hogere kosten wordt gedekt door lagere kosten voor het Masterplan De Bilt.
De kosten van inhuur zijn hoger dan begroot, met name door achterstand in de werving van vast personeel zowel op projecten € 1,1 miljoen (Early Warning Centre en I-strategie) als ook in de exploitatie. Hierdoor overstijgt de inhuur de norm van 10% met 0,5%. Dit is een tijdelijke situatie, de norm zal niet structureel overschreden worden.
Materiële kosten
De overige materiële kosten blijven met name achter door het vertraagd opstarten van de werkzaamheden voor het nieuwe luchtvaartcontract (€ 2,9 miljoen). Daarnaast vertragen ook de kosten voor Geoweb (€ 0,8 miljoen), I-strategie (€ 0,4 miljoen), Masterplan (€ 0,7 miljoen), Early Warning Centre (€ 0,25 miljoen), Cabauw (€ 0,25 miljoen), BES (€ 0,3 miljoen) door een vertraging in de uitvoering van de projecten. Daarnaast zijn een aantal overige projecten en activiteiten waar de kosten iets lager zijn dan begroot.
Afschrijvingskosten
Door achterblijven van de investeringsuitgaven door vertraging in de uitvoering van diverse projecten ter vervanging van waarneemapparatuur blijven ook de afschrijvingskosten achter. Met name de modernisering van de waarneeminfrastructuur vertraagt (€ 1,7 miljoen), maar ook investeringen voor Ruisdael (€ 0,5 miljoen), vervanging zichtmeters (€ 0,75 miljoen) en de vervanging van de wolkenradars vertragen (€ 0,4 miljoen).
Overig lasten
De contributie voor EUMETSAT wordt jaarlijks gedurende het uitvoeringsjaar bijgesteld. Dit jaar is de contributie lager uitgevallen dan begroot waardoor de overige lasten lager uitvallen.
1. | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 9.850 | 4.262 | 0 | 14.112 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 3.438 | 959 | 402 | 4.799 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 900 | ‒ 10.426 | 5.900 | ‒ 5.426 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | 2.539 | ‒ 9.467 | 6.302 | ‒ 627 |
Totaal investeringen (-/-) | ‒ 1.700 | ‒ 3.630 | 3330 | ‒ 2.000 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | ‒ 1.700 | ‒ 3.630 | 3.330 | ‒ 2.000 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 300 | 0 | 0 | 300 | |
Aflossingen op leningen (-/-) | ‒ 2.750 | 933 | 0 | ‒ 1.817 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 1.700 | 3.630 | ‒ 3.330 | 2.000 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | ‒ 750 | 4.563 | ‒ 3.330 | 483 |
5. | Rekening courant RHB 31 december (=1+2+3+4) | 9.939 | ‒ 4.272 | 6.302 | 11.969 |
Toelichting
Operationele kasstroom
De uitgaven zijn vooral lager door vertraging bij een tweetal grote projecten (Early Warning Centre en RP3, € 4,5 miljoen) en een betaling van een factuur (SSC Campus) in 2021 (€ 1,6 miljoen).
Investeringenkasstroom
De investeringenkasstroom is lager dan begroot door vertraging in de uitvoering van diverse projecten ter vervanging van waarneemapparatuur. Met name de modernisering van de waarneeminfrastructuur vertraagt (€ 1,7 miljoen), maar ook investeringen voor Ruisdael (€ 0,5 miljoen), vervanging zichtmeters (€ 0,75 miljoen) en de vervanging van de wolkenradars vertragen (€ 0,4 miljoen).
Financieringskasstroom
Door de vertraging bij investeringsproject zal er ook minder beroep worden gedaan op de leenfaciliteit.