Mutatie virus: OMT advies en maatregelen
Infectieziektenbestrijding
Brief regering
Nummer: 2020D53978, datum: 2020-12-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25295-842).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van kamerstukdossier 25295 -842 Infectieziektenbestrijding.
Onderdeel van zaak 2020Z25681:
- Indiener: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-01-05 11:10: Debat over de ontwikkelingen rondom het coronavirus (Plenair debat (debat)), TK
- 2021-01-12 15:15: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-01-14 17:15: Procedurevergadering VWS (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-05-12 14:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 842 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 december 2020
Naar aanleiding van een variant van het COVID-19 virus in het Verenigd Koninkrijk die zich sneller lijkt te verspreiden dan de tot heden bekende varianten van het virus, is het Outbreak Management Team (OMT) op 21 december jl. in een extra bijeenkomst bijeen geweest. Met deze brief informeer ik uw Kamer mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister van Justitie en Veiligheid hier nader over alsmede over de verdere maatregelen die het kabinet naar aanleiding hiervan neemt.
92e OMT-advies
Het 92e OMT-advies en het 93e advies zijn tezamen meegestuurd (zie hiervoor bijlage 92e en 93e OMT-advies)1
Het 92e OMT-advies behelst de volgende onderwerpen:
1. Verloop van de epidemie
2. Stand van zaken testbeleid
3. Bron-en contactonderzoek
4. Vaccinatie en bestrijdingsmaatregelen
Ad1) Verloop van de epidemie
Alle indicatoren geven aan dat het aantal COVID-19-ziektegevallen verder is toegenomen. Ten opzichte van de week ervoor is het aantal meldingen in de afgelopen week toegenomen (40% op basis van data van 10 december-17 december). De toename van het aantal COVID-19-meldingen wordt in alle regio’s gezien en betreft alle leeftijdsgroepen. Ondanks de toename van het aantal testen, neemt het percentage positief geteste personen niet af, hetgeen een indicatie is voor een verdere reële stijging van het aantal positief geteste personen en voor verdere verspreiding van het virus. De instroom in de ziekenhuizen neemt toe, zowel op verpleegafdelingen als op de IC. Evenzo, het aantal nieuwe verpleeghuislocaties en het aantal bewoners van verpleeghuizen dat gemeld wordt met COVID-19 nemen toe. De meest recente schatting van het reproductiegetal (R), zoals berekend op basis van de meldingen van COVID-19-positieve gevallen, is voor 3 december 1,25 (1,22–1,27) en dat is ongeveer gelijk aan het reproductiegetal dat vorige week werd gemeld.
Op grond van modellering zullen de 14-december-maatregelen naar verwachting volstaan om deze stijging in het aantal opnames per dag om te buigen in een daling. De prognoses met betrekking tot de datum waarop deze daling manifest wordt, zijn wel zeer onzeker, door een stapeling van onzekerheden omtrent de snelheid van de stijging nu, het effect van de kerstvakantie, de opvolging die mensen geven aan de maatregelen, en een mogelijk seizoenseffect, en daarmee de gerealiseerde effectiviteit. Het OMT merkt op dat de bestrijding van de pandemie en het volhouden van de aanvullende maatregelen een kwestie van een lange adem wordt, aangezien de timing en het effect van de opbouw van immuniteit in de populatie vooralsnog onzeker is.
Voor de onderwerpen 2, 3 en 4 van het 92e OMT-advies verwijs ik u naar de bijlage. Het kabinet beraadt zich nog op een reactie mede op basis van een nadere technische toelichting van het OMT.
BAO-advies
Het BAO dat maandag 21 december jl. heeft plaatsgevonden, heeft kennisgenomen van het epidemiologisch beeld. Ten aanzien van de inzet van antigentesten deelt het BAO het advies van het OMT dat in verband met een lagere sensitiviteit van de antigentesten een onderscheid moet worden gemaakt tussen mensen met en zonder klachten. Het BAO verzoekt het OMT de tabel met de verschillende doelgroepen nog nader te bezien ten behoeve van duidelijke communicatie en verzoekt om een nadere technische toelichting. Ten aanzien van prioritering van het bron-en contactonderzoek, onderschrijft het BAO het advies van het OMT. Tot slot, heeft het BAO begrip voor de mening van het OMT dat het nog te vroeg is om te adviseren over aanpassing van maatregelen voor de gehele bevolking.
93e OMT-advies
In zijn advies gaat het OMT in op de stand van zaken van de mutatie van het virus in het Verenigd Koninkrijk (VK) en andere landen, de mogelijke gevolgen van de mutatie, de verspreiding van de variant van het virus en de te nemen maatregelen. Hierop wordt hieronder nader ingegaan.
Actuele beeld
In de afgelopen weken heeft het VK te maken gehad met een snelle toename van COVID-19-gevallen in Zuidoost-Engeland. Uit analyse van de epidemiologische gegevens en analyse van virale genoomsequentiegegevens bleek dat een belangrijk deel van de gevallen veroorzaakt door een nieuwe variant. Deze heeft meerdere veranderingen aan het zogenaamde spike-eiwit.
Gevolgen
Hoewel bekend is dat het SARS-CoV-2-virus voortdurend verandert door mutatie, en altijd tot nieuwe varianten kan leiden, lijkt uit de analyse in het VK dat deze variant besmettelijker is, met een geschatte verhoogde overdraagbaarheid tot 70%. Er zijn op dit moment geen aanwijzingen voor een verhoogde ernst van de infectie, of voor een verminderde effectiviteit van de vaccins. Ook zijn er geen aanwijzingen voor een verminderde gevoeligheid van de in Nederland gebruikte testen (zowel antigeentesten als PCR) om besmettingen met deze variant aan te tonen.
Verspreiding
In Zuid-Afrika komt een stam op die enkele eigenschappen gemeen heeft met de VK stam. De nieuwe variant komt in het VK vooral voor in het Zuidoosten, maar is daar ook elders aangetroffen, enkele gevallen met de nieuwe variant zijn tot op heden gemeld door Denemarken, en volgens berichten in de media, in België. In de tot nu toe binnen de kiemsurveillance gesequencede monsters (virus waarvan de totale samenstelling is bepaald) in Nederland, is tweemaal de zogenaamde VK-variant opgedoken. De desbetreffende GGD voert hier nader onderzoek uit en brengt de mogelijke contacten in kaart. Om een beter beeld te krijgen van het voorkomen van deze variant (en toekomstige varianten) in Nederland, is het belangrijk zo snel mogelijk de huidige kiemsurveillance te intensiveren om een breder beeld te krijgen. Het OMT adviseert om op korte termijn met betrokken partijen tot procesafspraken te komen voor de uitbreiding van de huidige opzet en uitrol van een nationaal moleculair platform voor kiemsurveillance. Enkele OMT-leden nemen deze taak op zich.
Advies over eventuele nadere inreisbeperkingen
Het OMT bekrachtigt de reisadviezen die het RIVM afgelopen weekend betreffende personen die komen uit het VK, heeft geadviseerd. Het OMT adviseert dat alle personen komende uit het VK of uit een ander land buiten de Europese Unie waarvan bekend is dat zij voortgaande transmissie van deze of een soortgelijke virusvariant hebben (zoals Zuid-Afrika), los van hun nationaliteit, die een recente negatieve PCR-test kunnen overleggen bij aankomst (afgenomen ten hoogste 72 uur voor aankomst), wel in Nederland kunnen worden toegelaten. Voor hen geldt dan wel een dwingend quarantaineadvies gedurende 10 dagen na aankomst.
Het OMT herhaalt het eerder gegeven advies dat alle reizigers van buiten het EU-gebied die in Nederland aankomen, een bewijs moeten voorleggen van een negatieve PCR-test, afgenomen ten hoogste 72 uur voor aankomst in Nederland. Dit advies is belangrijk ter beperking van de influx van mogelijk nieuwe varianten uit landen waar de moleculaire surveillance (d.m.v. sequencing) minder goed is ingericht en waar mogelijk nieuwe varianten ongemerkt circuleren.
BAO advies
Het BAO onderschrijft het advies van het OMT en steunt dat inreizen verboden is totdat testen van reizigers goed ingeregeld kan worden, ook het quarantaineadvies vergt voorbereiding.
Internationale inzet
Tijdens de spoedbijeenkomst van de Health Security Comité (HSC) van de Europese Commissie van maandag 21 december, heeft het VK een toelichting gegeven van de stand van zaken. Zij hebben toegelicht dat deze nieuwe variant vanaf september in het VK voorkomt. In de eerste periode in een heel klein deel van de besmettingen. Vanaf half november groeit het aandeel en in december groeit het aandeel zeer sterk, tot bijna 75% van het totale aantal besmettingen.
Deze stijging, die samenvalt met een sterke stijging van het aantal besmettingen in het gebied waar de variant voorkomt, gecombineerd met de in de sequencing gevonden veranderingen, hebben het VK doen besluiten aanvullende maatregelen te nemen.
Het voorkomen van de nieuwe variant is gemeld in de database van samenwerkende laboratoria en in het EWRS (early warning en response systeem) het daarvoor bestemde Europese Systeem.
In het Europese overleg, in de HSC en het overleg inzake Green Lanes, hebben de lidstaten hun maatregelen onderling gedeeld. Daarbij zijn maatregelen t.a.v. reizen, de uitbreiding van sequencing en eventuele aanscherping van maatregelen in de lidstaten zelf aan de orde gekomen. In al deze overleggen is het voornemen uitgesproken tot gecoördineerde transportmaatregelen te komen, met in eerste instantie een verbod op reizen, dat opgeheven kan worden als testen en quarantaine ingeregeld zijn. Het kabinet houdt de ontwikkelingen van het COVID-19 virus in het buitenland nauwlettend in de gaten. Het kabinet blijft in samenwerking met andere EU-lidstaten kijken naar de mogelijkheden om import van het virus naar de EU vanuit het VK en Zuid-Afrika te beperken. Daarbij benadrukt het kabinet het belang van coördinatie op Europees niveau. Het kabinet verwelkomt daarom dat het Duits EU-voorzitterschap 21 december jl. het EU crisisresponsmechanisme-overleg (IPCR) bijeen heeft geroepen over coördinatie van de respons op de nieuwe variant van het COVID-19 virus. Vandaag heeft tevens een COREPER plaats gevonden waarin nader overlegd is over de coördinatie van maatregelen op Europees niveau.
Reisbeperkingen
De Britse regering heeft op 19 december jl. een verzwaring van het maatregelenpakket ten behoeve van de bestrijding van COVID-19 aangekondigd voor de regio’s Londen, het zuidoosten en het oosten van het Verenigd Koninkrijk (VK). Deze maatregelen heeft het VK aangekondigd naar aanleiding van een variant van het COVID-19 virus die zich sneller lijkt te verspreiden dan de tot heden bekende varianten van het virus.
Op advies van het RIVM heeft het kabinet op 19 december jl. aangekondigd om – in aanvulling op de bestaande maatregelen met betrekking tot buitenlandse reizen – een vliegverbod in te stellen voor het VK tot en met in ieder geval 1 januari 2021. In navolging op dit besluit hebben ook diverse andere Europese landen een vliegverbod of andere (inreis)maatregelen getroffen.
Op 20 december jl. heeft het kabinet vervolgens tevens een aanmeerverbod ingesteld voor schepen uit het VK die passagiers vervoeren. Hiermee zijn de beide wegen waarlangs reizigers vanuit het VK direct naar Nederland kunnen reizen onmogelijk gemaakt. In dezelfde periode zijn door België en Frankrijk ook (inreis)maatregelen genomen, waardoor reizigers (inclusief vrachtwagenchauffeurs) ook per auto, trein en bus het VK niet konden verlaten.
Per 21 december 21.00 uur geldt ook voor Zuid-Afrika een vliegverbod. Ook hier is een variant van het COVID-19 virus aangetroffen dat zich sneller lijkt te verspreiden. Dit virus heeft enkele eigenschappen gemeen met de stam uit het Verenigd Koninkrijk, al zijn de stammen niet identiek. Dit vliegverbod is ingesteld tot en met uiterlijk 1 januari 2021.
Een vliegverbod is een zwaar middel om in te zetten, maar het kabinet achtte het – mede op advies van het RIVM en OMT – in dit geval noodzakelijk om mogelijke verspreiding van de nieuwe variant van het COVID-19 virus zoveel mogelijk te beperken. Het kabinet heeft in Europese afstemming besproken hoe en wanneer de vliegverboden op een veilige manier weer kunnen worden opgeheven. Ook de Europese Commissie roept in haar recent gepubliceerde aanbeveling op deze verboden op te heffen.2 Het hierboven genoemde 93e advies van het OMT is betrokken bij besluitvorming over de maatregelen.
Het kabinet heeft besloten om op 23 december om 00.01 uur (NL tijd) het vliegverbod voor VK en Zuid-Afrika en het aanmeerverbod voor schepen uit het VK die passagiers vervoeren, te beëindigen en te vervangen door een combinatie van een verplicht negatieve PCR-testuitslag voorafgaand aan de reis voor alle reizigers, inclusief Nederlanders die uit die landen naar Nederland reizen en 10 dagen quarantaine na aankomst in Nederland.
Vanaf 15 december 2020 gold al dat derdelanders die zijn uitgezonderd van het EU-inreisverbod en van buiten Schengen/EU naar Nederland reizen verplicht een negatieve PCR-testuitslag en verklaring moeten tonen. Indien zij geen negatieve testuitslag en verklaring hebben, kan hen de toegang tot Nederland geweigerd worden. De toegangsweigering bij het ontbreken van een negatieve testuitslag in Nederland geldt, na het aflopen van de Brexit overgangsperiode, vanaf 1 januari ook voor onderdanen van het VK.
Via een aanwijzing worden luchtvaartmaatschappijen die vanuit Zuid-Afrika of het VK naar Nederland vliegen, verplicht om alle passagiers vóór het boarden te controleren op de aanwezigheid van een negatieve PCR-testuitslag (PCR test afgenomen maximaal 72 uur voor aankomst in Nederland). Wanneer een reiziger geen negatieve testuitslag heeft, of wanneer de testuitslag niet voldoet (bijvoorbeeld wanneer hij te oud is), mag diegene niet vliegen. Ditzelfde wordt ook ingeregeld voor de veerboten die vanuit het VK naar Nederland varen. In alle gevallen dient de testuitslag te voldoen aan de volgende aspecten: de persoonsgegevens; de PCR-test; de uitslag is «negatief»; de datum en tijd waarop de test is afgenomen (max 72 uur oud bij verwachte aankomsttijd); een logo of kenmerk van een instituut of arts; in het Nederlands, Engels, Frans, Duits of Spaans.
Deze verplichting geldt ook voor de reizigers in bussen die op veerboten de overtocht maken vanuit het VK naar Nederland. De uitzonderingen op deze verplichting worden op rijksoverheid.nl gepubliceerd.
Voor treinreizigers vanuit het VK, alsmede voor personen die via de Kanaaltunnel naar het vasteland van Europa reizen, heeft Frankrijk besloten om vanaf morgen een negatieve testverklaring verplicht te stellen.
De rederijen en luchtvaartmaatschappijen reiken tijdens de reis de reizigers een brief uit, waarin op dringende wijze wordt aangegeven aan welke maatregelen zij zich moeten houden en waarom dit noodzakelijk is. In de brief wordt o.a. opgenomen dat de reizigers bij aankomst in Nederland direct 10 dagen in quarantaine moeten.
Bij aankomst in Nederland zullen teams va n de betreffende veiligheidsregio op de luchthaven en havens in hun regio een steekproefsgewijze screening uitvoeren op de reizigers uit het VK en Zuid-Afrika. Hierbij wordt een controle uitgevoerd op het in bezit zijn van negatieve PCR-testuitslagen bij inkomende passagiers.
Het is niet uit te sluiten dat er in andere landen een vergelijkbaar virus zoals in het VK en Zuid-Afrika aangetroffen zal worden. Het kabinet is daarom van plan het kunnen tonen van de negatieve PCR-testuitslag voorafgaand aan de reis voor alle vliegpassagiers uit alle gebieden waar een hoog COVID-risico geldt, zo spoedig mogelijk in te regelen. Dit geldt ook voor Nederlanders die uit deze gebieden naar Nederland reizen. Steekproefsgewijs wordt dan ook voor deze vluchten een screening uitgevoerd. Hiertoe wordt, als de ingangsdatum vast staat, een aanwijzing verstrekt aan de voorzitters van de veiligheidsregio’s. Vervolgens kunnen de voorzitters de luchtvaartmaatschappijen informeren.
Aanvullend op de maatregelen voor schepen en vliegtuigen, wordt binnen de EU gekeken welke maatregelen getroffen kunnen worden gericht op bus, trein en autoverkeer. Het kabinet onderzoekt of er op grond van de Tijdelijke wet maatregelen Covid-19 een negatieve testverklaring op adequate wijze verlangd kan worden van reizigers die via een internationale bus of trein Nederland inreizen.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge