Het juridische advies van de commissie over de Brexit-deal
Schriftelijke vragen
Nummer: 2020D54166, datum: 2020-12-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2020Z25773).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
- Mede ondertekenaar: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A. van Ojik, Tweede Kamerlid (Ooit GL kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A. Bosman, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: A. Bouali, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede ondertekenaar: L.F. Asscher, Tweede Kamerlid (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z25773:
- Gericht aan: M. (Mark) Rutte, minister-president
- Gericht aan: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Indiener: P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. van Ojik, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: R.M. Leijten, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. Bosman, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L.F. Asscher, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A. Bouali, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2020-12-28 15:00: Handels- en samenwerkingsovereenkomst EU-VK (Notaoverleg), vaste commissie voor Europese Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2020Z25773
Vragen van de leden Omtzigt (CDA), Van der Graaf (ChristenUnie), Bosman (VVD), Bouali (D66), Leijten (SP), Asscher (PvdA) en Van Ojik (GroenLinks) aan de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister-President over het juridische advies van de commissie over de Brexit-deal (ingezonden 26 december 2020)
Vraag 1
Herinnert u zich dat u op 25 december aan de Kamer schreef: «Het kabinet acht het daarbij van groot belang dat het akkoord over een handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen de EU en het VK geen precedent vormt voor toekomstige akkoorden met derde landen. Daarom heeft Nederland samen met andere lidstaten reeds gevraagd om een bevestiging van de juridische dienst van de Raad (JDR), dat op grond van de inhoud van het voorliggende akkoord in dit geval zowel een EU-only als een gemengd akkoord mogelijk zou zijn en dat een politieke keuze voor een EU-only akkoord in dit geval geen juridische verplichting zal betekenen om bij toekomstige EU-akkoorden met andere derde landen op dezelfde terreinen opnieuw een EU-only akkoord te sluiten. De JDR heeft beide punten inmiddels bevestigd.»
Vraag 2
Heeft de Juridische Dienst van de Raad dit advies op papier gezet? Zo ja kunt u dit aan de Kamer doen toekomen? (hierbij zij verwezen naar het arrest C-350/12 van het EU-Hof van 3 juli 2014, Raad vs. In ’t Veld over de openbaarheid van dit soort adviezen en de zeer beperkte weigeringsgronden die hier van toepassing zijn)
Vraag 3
Kunt u de Juridische Dienst van de Raad verzoeken dit advies alsnog op papier uit te brengen indien de Juridische Dienst van de Raad het advies niet op papier gezet heeft en dit advies voor maandag 28 december 11.00 uur aan de Kamer doen toekomen?
Vraag 4
Kunt u alle interne en externe adviezen over dit Brexit verdrag (eigen juridische dienst en mogelijk de landsadvocaat) per ommegaande aan de Kamer doen toekomen?
Vraag 5
Indien het verdrag een gemengd verdrag is, welke mogelijkheden zijn er dan om de transitie op 1 januari soepel te laten verlopen? Wilt u hierbij denken aan voorlopige inwerkingtreding hiervan, aan artikel 24 van het WTO verdrag en eventueel andere mogelijkheden?
Vraag 6
Kunt u deze vragen een voor een en voor maandag 28 december 11.00 beantwoorden?