Motie van de leden Kröger en Van Dam over een termijn van maximaal 36 uur voorafgaand aan toegang tot het vervoermiddel waarin de test moet zijn uitgevoerd
Wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met een verduidelijking van de tijdelijke grondslag voor het stellen van regels over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer
Motie
Nummer: 2021D00673, datum: 2021-01-07, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35695-8).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.C. Kröger, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: C.J.L. van Dam, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35695 -8 Wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met een verduidelijking van de tijdelijke grondslag voor het stellen van regels over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer .
Onderdeel van zaak 2021Z00188:
- Indiener: S.C. Kröger, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: C.J.L. van Dam, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-01-07 10:00: Wijziging van de Wet publieke gezondheid, waarin de juridische grondslag is opgenomen voor de verplichte negatieve testuitslag voor reizigers die gebruikmaken van lucht- of scheepvaart (35695) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2021-01-07 15:00: Stemmingen: Over het wetsvoorstel tot Wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met een verduidelijking van de tijdelijke grondslag voor het stellen van regels over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer (35695) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 695 Wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met een verduidelijking van de tijdelijke grondslag voor het stellen van regels over de toegang tot en het gebruik van voorzieningen voor personenvervoer
Nr. 8 MOTIE VAN DE LEDEN KRÖGER EN VAN DAM
Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 7 januari 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat in het nieuwe artikel 58p, lid 4, Wet publieke gezondheid de Minister bevoegd wordt om (onderdeel d) «de termijn waarbinnen de test moet zijn uitgevoerd ten opzichte van het moment van binnenkomst in Nederland» te bepalen;
overwegende dat naarmate die termijn langer gesteld wordt, de kans op tussentijdse besmetting na het afnemen van de test, toeneemt;
verzoekt de regering, de termijn zo veel mogelijk te minimaliseren, waarbij richtlijn zou moeten zijn een termijn van maximaal 36 uur voorafgaand aan de toegang tot het vervoermiddel te stellen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kröger
Van Dam