Voortgang inventarisatie bermafwijkingen langs rijkswegen
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2021
Brief regering
Nummer: 2021D02358, datum: 2021-01-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35570-A-48).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35570 A-48 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2021.
Onderdeel van zaak 2021Z00957:
- Indiener: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2021-01-25 11:00: Extra-procedurevergadering (groslijst controversieel verklaren)(via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2021-01-28 14:30: Aansluitend aan de stemmingen Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-02-03 10:15: Procedurevergadering commissie Infrastructuur en Waterstaat (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2021-06-01 16:30: Verkeersveiligheid (Commissiedebat), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2021-06-03 14:25: Aansluitend aan de Stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 570 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2021
Nr. 48 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 januari 2021
In mijn brief over de voortgang van het MIRT van 19 juni 2020 (Kamerstuk 35 300 A, nr. 96) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de voortgang van de aanpak van risicovolle locaties in de bermen (de zgn. bermafwijkingen) langs rijkswegen. Hierbij heb ik u gemeld dat Rijkswaterstaat momenteel de inventarisatie van deze afwijkingen actualiseert en dat ik u afgelopen najaar over de resultaten zou informeren.
Deze planning is helaas niet haalbaar gebleken. De actualisatie blijkt complexer en tijdrovender dan oorspronkelijk ingeschat. Dit komt onder andere door het benodigde meetwerk voor de exacte bepaling van de obstakelafstand. Bovendien hebben we de SWOV gevraagd de inventarisatie te valideren om zo tot een stabiele dataset te komen.
De verwachting van Rijkswaterstaat is dat ze de inventarisatie en validatie dit voorjaar kunnen afronden. Ik zal uw Kamer informeren zodra dit het geval is.
Onverlet de opgelopen vertraging, blijven we natuurlijk doorgaan met de aanpak van de acute veiligheidsknelpunten (in de berm). Daarnaast werken we risicogestuurd aan het vergevingsgezind inrichten van de bermen in het kader van Meer Veilig. Deze maatregelen zullen, conform de planning, uiterlijk 2022 gerealiseerd of in uitvoering zijn.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga