Motie van de leden Azarkan en Van Kooten-Arissen over overwegen van een aanklacht wegens ambtsmisdrijf tegen betrokken (oud-) bewindspersonen
Parlementaire ondervraging kinderopvangtoeslag
Motie
Nummer: 2021D02446, datum: 2021-01-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35510-36).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F. Azarkan, Tweede Kamerlid (Ooit DENK kamerlid)
- Mede ondertekenaar: F.M. van Kooten-Arissen, Tweede Kamerlid (Ooit vKA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35510 -36 Parlementaire ondervraging kinderopvangtoeslag.
Onderdeel van zaak 2021Z01004:
- Indiener: F. Azarkan, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: F.M. van Kooten-Arissen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-01-19 13:10: Debat over de verklaring van de minister-president en over het verslag van de ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (Plenair debat (debat)), TK
- 2021-01-26 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 510 Parlementaire ondervraging kinderopvangtoeslag
Nr. 36 MOTIE VAN DE LEDEN AZARKAN EN VAN KOOTEN-ARISSEN
Voorgesteld 19 januari 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Autoriteit Persoonsgegevens constateerde dat de werkwijze van de Belastingdienst in strijd was met de wet en discriminerend was;
constaterende dat de Ombudsman constateerde dat in de omgang met getroffen ouders verschillende wettelijke voorschriften met voeten zijn getreden, zoals de reageertermijn in de Algemene wet bestuursrecht;
overwegende dat verschillende betrokken (oud-)bewindspersonen hiervan wisten, dit hadden kunnen weten, of dit hadden moeten weten;
overwegende dat hiermee sprake zou kunnen zijn van het bewust nemen van besluiten die een ambtsmisdrijf vormen of van zodanige nalatigheid dat er sprake kan zijn van een ambtsmisdrijf;
overwegende dat op grond van artikel 119 van de Grondwet de Kamer tegen (oud-)bewindslieden een aanklacht wegens een ambtsmisdrijf in overweging kan nemen;«
spreekt uit discriminatie niet onbestraft te laten en tegen alle betrokken (oud-)bewindspersonen een aanklacht wegens een ambtsmisdrijf in overweging te nemen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Azarkan
Van Kooten-Arissen