Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over het ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland (Kamerstuk 35570-IV-19)
Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2021
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2021D02463, datum: 2021-01-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2021D02463).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.M. Paternotte, voorzitter van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties (D66)
- Mede ondertekenaar: A.C.W. de Vos, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2020Z23071:
- Indiener: B. van 't Wout, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2020-12-02 14:05: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-01-13 13:00: Procedurevergadering vaste commissie voor Koninkrijksrelaties (Procedurevergadering), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2021-01-19 14:00: IJkpunt bestaanszekerheid (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Koninkrijksrelaties
- 2022-02-10 14:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2021D02463 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat over het ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland,
De voorzitter van de commissie,
Paternotte
De adjunct-griffier van de commissie,
De Vos
Inhoud | blz. | ||
I | Vragen en opmerkingen uit de fracties | 2 | |
• | Inbreng van de leden van de VVD-fractie | 2 | |
• | Inbreng van de leden van de CDA-fractie | 3 | |
• | Inbreng van de leden van de D66-fractie | 4 | |
• | Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie | 5 | |
• | Inbreng van de leden van de PvdA-fractie | 7 | |
• | Inbreng van de leden van de ChristenUnie-fractie | 9 | |
II | Reactie van het kabinet | 10 | |
III | Volledige agenda | 10 |
I Vragen en opmerkingen uit de fracties
Inbreng van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het onderzoek naar de loonruimte minimumloon en de voortgangsrapportage ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland 2020. Zij hebben hierbij nog enkele vragen en opmerkingen.
IJkpunt bestaanszekerheid
De leden van de VVD-fractie constateren dat de Nederlandse investeringen op de BES-eilanden duidelijk hebben geleid tot zichtbaar positieve resultaten in de gezondheidszorg, het onderwijs en de bestaanszekerheid, zeker gelet op de kleine schaal en de eilandelijke situatie. Zo is voor veel kinderen en mensen met een zeer laag inkomen het verschil gemaakt. Het is goed dat het kabinet een volgende stap zet met het ijkpunt sociaal minimum.
De leden van de VVD-fractie benadrukken het belang om kritisch te blijven kijken naar de kosten en verantwoordelijkheden van de eilanden. Tegelijkertijd moet Nederland bereid zijn om bepaalde investeringen te doen. Zo zijn investeringen in infrastructuur, ICT, inter-eilandelijk openbaar vervoer en bestuur kosten die een klein eiland vaak niet zelf kan dragen. Dergelijke investeringen zijn van belang, omdat daarmee kosten van het levensonderhoud worden verlaagd en de zelfredzaamheid van de eilanden wordt vergroot. Echter, lezen de leden van de VVD-fractie in de beantwoording van vragen over het IJkpunt Bestaanszekerheid dat «het kabinet [niet] heeft gekozen voor financiële ondersteuning van investeringen in duurzame elektriciteitsproductie» omdat de brandstofkosten sterk gedaald zijn. Maar zou een investering in een duurzame elektriciteitsproductie op de lange termijn niet kunnen zorgen voor structureel lagere kosten van het levensonderhoud en een grotere zelfredzaamheid? En zo nee, waarom niet? Ziet het kabinet verder nog kansen om in samenspraak met de bestuurders op de BES te investeren in een structurele verlaging van de kosten voor nutvoorzieningen in Caribisch Nederland?
Als het gaat om inter-eilandelijk openbaar vervoer willen de leden van de VVD-fractie graag een update over de huidige stand van zaken van de ferryverbinding tussen de bovenwindse eilanden. Volgens de beantwoording van vragen in oktober jl. hadden Saba en Sint Eustatius concrete plannen aangedragen voor de verbetering van de ferryverbinding. Heeft dat inmiddels ook geleid tot concrete stappen door Saba en Sint Eustatius, opdat wanneer de covid-19 situatie het toelaat de verbetering van de ferryverbinding daadwerkelijk kan worden uitgevoerd?
Loonruimte minimumloon
De leden van de VVD-fractie lezen dat de Staatssecretaris in de Kamerbrief uit november jl. schrijft dat hij in gesprek gaat met de bestuurscolleges van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en met de Centraal Dialogen van Bonaire en Sint Eustatius om een vervolg te kunnen geven aan de uitkomsten van het onderzoek. Heeft de Staatssecretaris dat reeds gedaan en wat zijn de uitkomsten van die gesprekken?
Inbreng van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Voortgangsrapportage ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland 2020 (Kamerstuk 35 300 IV, nr. 68). Deze leden onderschrijven de inzet van het kabinet om bestaanszekerheid van inwoners in Caribisch Nederland over de volle breedte te verbeteren. Zij vinden het noodzakelijk dat de kosten worden teruggebracht tot een redelijk niveau zodat een situatie ontstaat waarin alle inwoners van Caribisch Nederland in de minimale kosten van levensonderhoud kunnen voorzien.
Het kabinet merkt op dat het terugbrengen van de kosten tot een redelijk niveau gepaard gaat met structurele wijzigingen, zoals bijvoorbeeld het inrichten van een nieuw stelsel, wetswijzigingen of nieuwbouw. De leden van de CDA-fractie onderkennen dat dit tijd kost en dat dit betekent dat de kostenverlagingen niet van vandaag op morgen gerealiseerd zullen zijn. Wel vragen deze leden het kabinet inzichtelijk te maken hoeveel tijd de verschillende maatregelen naar verwachting zullen vergen, zodat er voor de inwoners van Caribisch Nederland een reëel perspectief ontstaat en de Kamer de kabinetsvoornemens kan toetsen.
De leden van de CDA-fractie constateren dat het kabinet en de openbare lichamen de afgelopen tijd prioriteit hebben gegeven aan het verzachten van de effecten van de coronacrisis. Deze leden vragen of de bedoelde maatregelen de ingezette aanpak van de armoedeproblematiek in Caribisch Nederland doorkruisen of juist versterken.
De Staatssecretaris kondigt aan dat het kabinet de mogelijkheden onderzoekt om de kosten van drinkwater voor inwoners van Caribisch Nederland verder structureel te verlagen. Wat is de stand van zaken, zo vragen de leden van de CDA-fractie.
Het kabinet stelt terecht dat stimulering van economie en ondernemerschap en het optimaliseren van de werking van de arbeidsmarkt nodig zijn om de situatie van de inwoners van Caribisch Nederland te verbeteren. Deze leden vragen op welke wijze de maatregelen om de gevolgen van de coronacrisis aan te pakken, bijdragen aan versterking van de sociaaleconomische structuur van de eilanden.
De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het Onderzoek loonruimte minimumloon Caribisch Nederland (Kamerstuk 35 570 IV, nr. 19). Deze leden vragen naar de actuele betekenis van het onderzoek, omdat in de cijfers het effect van de maatregelen die het kabinet per 1 januari 2019 en 1 januari 2020 heeft genomen om de inkomenspositie van inwoners van Caribisch Nederland te verbeteren niet zijn meegenomen en ook de impact van de coronacrisis niet in de cijfers zit.
De Staatssecretaris kondigt aan dat hij in het najaar van 2020 in gesprek zou gaan met de bestuurscolleges van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en met de Centraal Dialogen van Bonaire en Sint Eustatius, om een vervolg te kunnen geven aan de uitkomsten van het onderzoek. Hebben deze gesprekken reeds plaatsgevonden, zo vragen de leden van de CDA-fractie.
De Staatssecretaris stelt dat de coronacrisis de noodzaak blootlegt om stappen te zetten aan de inkomenskant in de richting van het ijkpunt voor het sociaal minimum. De Staatssecretaris meldt dat consumentengoederen en diensten op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba in het derde kwartaal van 2020 goedkoper waren dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. De recente prijsdalingen zijn voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de toeslagen die de overheid per 1 mei 2020 verstrekt op elektriciteit, water en internet. Terecht stelt de Staatssecretaris dat het niet wenselijk is dat een tijdelijke maatregel tot lagere uitkeringen zou leiden (via deflatie), waardoor het beoogde effect van armoedebestrijding van de tijdelijke maatregel (deels) teniet wordt gedaan. De leden van de CDA-fractie vragen het kabinet nader uiteen te zetten hoe de kosten van levensonderhoud ooit in balans kunnen worden gebracht met de inkomens als het systeem zo is ingericht dat prijsverlagingen leiden tot verlaging van uitkeringen.
Inbreng van de leden van de D66-fractie
Caribisch Nederland is net als Europees Nederland in een economische crisis beland. Bijna de helft van de huishouders op Saba, Sint Eustatius en Bonaire had al een inkomen onder het sociaal minimum. Zelfs als men op het sociaal minimum zit, is dat net voldoende om de vaste lasten mee te betalen. Deze crisis zal het er niet beter op maken. Daarom vraagt de fractie van D66 aandacht voor een aantal onderwerpen.
Voortgangsrapportage ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland 2020
De inkomens en de kosten van levensonderhoud in balans brengen
De leden van de D66-fractie lezen in de brief van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat er ruimte is voor het nog verder verhogen van het wettelijk minimumloon en de onderstand. Toch proeven zij enige aarzeling, met het oog op de arbeidsmarkteffecten. Uitkeringen zitten nu 40% tot 50% onder het ijkpunt sociaal minimum. Met het oog op het adagium «werken moet lonen» kunnen de uitkeringen enkel worden verhoogd als het wettelijk minimumloon wordt verhoogd. De noodzaak om naar het ijkpunt toe te werken is echter onverminderd hoog. De leden van de D66-fractie vragen de Staatssecretaris daarom wat de uitkomsten zijn van de gesprekken met de bestuurscolleges. Kan de Staatssecretaris aangeven of hij bereid is om op korte termijn het wettelijk minimumloon te verhogen? Zo nee, waarom niet? Hoe staat de Staatssecretaris tegenover de suggestie van Ecorys om de belastingvrije som iets te verhogen?
Deze leden constateren dat een groter deel van de bevolking afhankelijk is van de onderstand en daardoor leeft op 50% van het sociaal minimum. Dat is bij lange na niet genoeg om in de vaste lasten te voorzien. De groep die leeft in armoede en schulden opbouwt wordt hierdoor groter. In het najaar van 2020 zou de samenwerking op het armoede- en schuldenbeleid tussen Europees Nederland en Saba en Sint Eustatius verder beslag zal krijgen. De leden van de D66-fractie vragen wat de voortgang is op deze samenwerking. Hoeveel mensen zijn op de eilanden afhankelijk van acute hulpverlening om te voorzien in hun dagelijkse behoeften?
Terugbrengen van de kosten van levensonderhoud tot een redelijk niveau
De leden van de D66-fractie constateren dat de Consumenten Prijs Index (CPI) is gedaald vanwege de tegemoetkoming in de vaste lasten. Dat is mooi, maar het zegt niet zoveel over de kosten die mensen nog steeds moeten maken in het dagelijks leven. Vanwege de sluiting van winkels en voorzieningen zijn veel prijzen aangehouden, waardoor er slecht zicht is op de echte prijsontwikkeling, zo meldt het CBS. De CPI wordt dus eigenlijk kunstmatig laag gehouden zolang de tarieven van energie, water en telecom laag zijn. Als deze maatregel ophoudt, vooralsnog in 2022, dan stijgt de CPI in één klap flink. Ondertussen blijven de reguliere producten nog steeds duur of zelfs duurder. Deze leden vragen in hoeverre deze CPI een realistisch beeld geeft van de daadwerkelijke kosten die mensen maken voor hun dagelijkse levensbehoeften. Gezien het aantal mensen dat nog ver onder het sociaal minimum leeft, zou deze periode niet aangegrepen moeten worden om een versnelling te maken in het komen tot het ijkpunt?
De leden van de D66-fractie zijn van mening dat de beste route uit armoede is via werk. Afgelopen najaar zou het jobcentrum op Bonaire operationeel worden. Deze leden vragen zich af wat de Staatssecretaris hier al over kan vertellen. Is het jobcentrum inmiddels operationeel?
De leden van de D66-fractie hebben al vaker het belang genoemd van de mogelijkheid om in Caribisch Nederland te kunnen leren en bij te scholen. Bijvoorbeeld waar het gaat om de BIG-registratie of personeel voor de kinderdagverblijven. Hiertoe moeten goede faciliteiten beschikbaar zijn. Zo hebben deze leden de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gevraagd om met de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het opzetten van een bibliotheek als persoonlijk leer- en ontwikkelcentrum te bespreken. Bij de begrotingsbehandeling heeft hij toegezegd dit te doen. Deze leden vragen zich af wat de uitkomsten van dit gesprek zijn. Zou Invest-NL of het Groeifonds hier wellicht een rol kunnen spelen in het vrijmaken van de benodigde investeringen?
De leden van de D66-fractie constateren dat er is voortgang op het gebied van de sociale woningbouw. Deze leden lezen echter ook dat de bouw is vertraagd. Zij vragen zich af hoeveel mensen er momenteel op de wachtlijst staan voor een sociale huurwoning. Kan de Staatssecretaris een tijdspad schetsen waarbinnen alle geplande woningen in het convenant volkshuisvesting opgeleverd zullen worden?
Sociale zekerheid
De leden van de D66-fractie constateren dat werknemers die hun baan kwijtraken zijn aangewezen op het cessantia-systeem uit de tijd van de voormalige Nederlandse Antillen. De hoogte hiervan blijft flink achter op de WW die we kennen in Europees Nederland. Het verlies van een baan kan dus direct leiden tot een armoedeval. Is het kabinet bereid om de haalbaarheid van het introduceren van de WW op Sint Eustatius, Bonaire en Saba te onderzoeken?
Inbreng van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de fractie van GroenLinks hebben met grote belangstelling kennisgenomen van de verdere ontwikkelingen rond het ijkpunt bestaanszekerheid. Deze leden stellen het bijzonder op prijs dat de bewindspersonen zich zichtbaar betrokken voelen bij de aanpak van sociaaleconomische achterstanden in Caribisch Nederland. Daarnaast spreken deze leden hun grote waardering uit voor het alsnog toekennen van de zorgbonus voor medisch personeel in Caribisch Nederland als erkenning voor hun onvermoeibare inzet. Daarnaast zijn de leden van de GroenLinks-fractie blij dat de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in gesprek gaat met Caribische jongeren over hun toekomstperspectieven na de covid-19-crisis. Deze Staatssecretaris laat zien dat het Caribische belang hem aan het hart gaat en dat hij samen met zijn collega’s betekenisvolle stappen zet. Deze leden vragen de Staatssecretaris of de leefomstandigheden en bestaanszekerheid in het bijzonder onderdeel van deze gesprekken zal vormen. Zij hebben daarnaast nog enkele vragen.
Door de tijdelijke subsidiemaatregelen daalden de consumentenprijzen op Caribisch Nederland, zo constateren de leden van de fractie van GroenLinks. Daarmee zullen ongetwijfeld de negatieve effecten getemperd worden. Voor deze leden is het nog wel de vraag of dit effect geldt voor alle bevolkingsgroepen, en dan natuurlijk met name voor de minder draagkrachtigen. Ook vragen de leden van de GroenLinks-fractie om een preciezer inzicht in de verkrijgbaarheid en het prijsniveau van eerste levensbehoeften in de (soft) lockdown. Het CBS heeft, zo begrijpen deze leden, sommige prijseffecten niet kunnen vaststellen omdat sommige producten door de overheidsmaatregelen beperkt of niet beschikbaar waren1. Kan de Staatssecretaris het bericht van het CBS duiden? Betrof het hier ook eerste levensbehoeften? Is het mogelijk om een wat preciezer inzicht in de concrete koopkrachteffecten te krijgen?
Over de beantwoording van de commissievragen en het vervolgonderzoek naar loonruimte voor het minimumloon in Caribisch Nederland vragen de leden van de GroenLinks-fractie naar de ontwikkelingen in de autonome verhouding tussen de inkomens en de kosten van levensonderhoud in Caribisch Nederland, gecorrigeerd op de effecten van de coronasteunmaatregelen. Zoals hiervoor gezegd door deze leden: de incidentele toeslagen op elektriciteit, water en internet zijn zéér welkom, maar vertekenen nu waarschijnlijk het beeld van de maatregelen die vóór de covid-19-crisis zijn ingezet met het oog op het bereiken van een sociaal minimum in Caribisch Nederland. Deelt de Staatssecretaris deze opvatting? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kan dit beeld worden gecorrigeerd?
De leden van de GroenLinks-fractie vragen de bewindslieden om concrete uitspraken te doen over wat een redelijk niveau van de kosten van levensonderhoud voor de BES-eilanden is. Daarover lijken de door de Kamer ontvangen stukken geen helderheid te verschaffen. Ook ontvangen deze leden graag preciezere informatie over de toegenomen behoefte aan schuldhulpverlening door de covid-19-crisis, en over de omvang van de groep die geen woning kan betalen. De leden van de GroenLinks-fractie hebben begrip voor de huidige omstandigheden en de daaruit voortvloeiende problemen bij het vergaren van actuele en concrete informatie, maar deze leden hebben grote behoefte aan inzicht in de gevolgen van de huidige economische crisis voor Caribisch Nederland. Dat geldt vooral voor de arbeidsmarktperspectieven. Verhoging van het minimumloon zit er, zo lezen de leden van de GroenLinks-fractie, met het oog op de huidige situatie niet in. Het roept voor deze leden de vraag op hoeveel mensen in Caribisch Nederland nog een inkomen hebben waarvan ze kunnen rondkomen? In 2018 had 29 procent van de Caribische huishoudens een besteedbaar inkomen onder het ijkpunt sociaal minimum. Valt vast te stellen hoe het er nu voor staat? Zorgen de tijdelijke subsidiemaatregelen ervoor dat méér huishoudens op het sociaal minimum zitten of juist omgekeerd? Hoe gaan we er kort en goed voor zorgen dat niemand in Caribisch Nederland als gevolg van de covid-19-crisis nog verder in armoede wegzakt?
Tot slot vragen de leden van de fractie van GroenLinks het huidige kabinet om voor het volgende kabinet het noodzakelijke vóórwerk te doen voor na de komende verkiezingen. Kan het kabinet alvast, samen met de lokale autoriteiten, enkele scenario’s en bijbehorende stappenplannen en kostenplaatjes uitwerken voor de noodzakelijke sociale, economische, bestuurlijke en duurzame ontwikkelingen in Caribisch Nederland?
Inbreng van de leden van de PvdA-fractie
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stand van zaken met betrekking tot het ijkpunt bestaanszekerheid en hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de PvdA-fractie delen de zorgen van de Staatssecretaris over de sociaaleconomische situatie op de eilanden, die mede als gevolg van de coronacrisis aanzienlijk is verslechterd. Het streven is om de kosten van levensonderhoud en de inkomens van de inwoners in Caribisch Nederland met elkaar in balans te brengen. In de brief staat dat uit cijfers naar voren komt dat 29 procent van de huishoudens in Caribisch Nederland in 2018 een besteedbaar inkomen had dat lager is dan het ijkpunt sociaal minimum voor het betreffende huishouden. In het ijkpunt voor het sociaal minimum is de beoogde verlaging van de kosten van wonen en kinderopvang verdisconteerd. Zolang deze kostenverlagingen niet zijn gerealiseerd, zijn de werkelijke kosten hoger. Betekent dit dat het percentage huishoudens dat een besteedbaar inkomen heeft dat lager is dan het ijkpunt sociaal minimum in werkelijkheid hoger ligt? En zo nee, wat betekent dit dan wel? Waarom is ervoor gekozen om nog niet gerealiseerde kostenverlagingen mee te nemen? Geeft dat geen vertekend beeld van de werkelijke cijfers?
De leden van de PvdA-fractie willen graag weten of de opsomming van de kosten voor levensonderhoud waarvan de eilandbesturen hebben aangegeven dat het belangrijk is deze te verlagen, betrekking heeft op de kosten van energie, telecom en drinkwater en importtarieven. Of zijn er nog meer kostenposten aangegeven? Welke mogelijkheden zijn er om importtarieven te verlagen? Is hierover gesproken of zijn hier concrete plannen voor? In het steunpakket zijn de internetkosten verlaagd, is dit gezien de huidige omstandigheden voldoende? En zijn hiermee de mogelijkheden voor (internet)bankieren voldoende gewaarborgd?
De Staatssecretaris geeft aan dat het doel is en blijft dat de kosten worden teruggebracht tot een redelijk niveau zodat een situatie ontstaat waarin alle inwoners van Caribisch Nederland in de minimale kosten van levensonderhoud kunnen voorzien. Onderdeel van het steun- en herstelpakket voor Caribisch Nederland om de gevolgen van de coronacrisis te verzachten is de (tijdelijke) verlaging van een aantal vaste lasten zoals de tarieven van energie en telecom. Het kabinet heeft niet gekozen voor financiële ondersteuning van investeringen in duurzame elektriciteitsproductie terwijl dit juist voor lagere inkomens een goede oplossing kan zijn. Immers, zoals de Staatssecretaris schrijft is de jaarproductie van een zonnepaneel in Caribisch Nederland twee keer zo hoog als in Europees Nederland. Op dit moment is het juist voor draagkrachtige huishoudens aantrekkelijk om zonnepanelen te plaatsen. Te aantrekkelijk, volgens de Staatssecretaris want de verkopen door het gemeenschappelijke eilandelijke elektriciteitsbedrijf dreigen hierdoor te dalen waardoor de vaste kosten steeds in steeds grotere mate bij de klanten die geen eigen zonnepanelen hebben worden neergelegd. Om dit effect te voorkomen was bij alle drie de openbare lichamen een verbod op een eigen elektriciteitsopwekking (zonnepanelen) van toepassing voor klanten van het eilandelijke elektriciteitsbedrijf. In de Wet elektriciteit en drinkwater BES zijn de mogelijkheden voor duurzame eigen energieopwekking verbeterd. Een klant van een eilandelijk elektriciteitsbedrijf mag een eigen elektriciteitsopwekking hebben, maar deze klant kan een eventueel overschot aan zelf geproduceerde elektriciteit niet met een latere afname uit de eilandelijke voorziening salderen. Hoe verhoudt deze inzet zich met het streven naar een klimaatneutrale energievoorziening? Het huidige beleid lijkt hieraan juist tegengesteld. Is berekend of en hoe een volledige omschakeling naar duurzame energie eruit zou kunnen zien? Zouden investeringen in duurzame energie om de langere termijn behalve klimaatwinst ook geen financieel voordeel opleveren voor de inwoners van Caribisch Nederland?
De leden van de PvdA-fractie zijn benieuwd naar de huidige stand van zaken in de planvorming voor verbetering van de ferryverbinding tussen de bovenwindse eilanden waarvan de verwachting was dat voor het einde van het jaar concrete stappen door Saba en Sint Eustatius worden ondernomen, zodat wanneer de covid-19 situatie het toelaat de plannen voor de verbetering van de ferryverbinding daadwerkelijk kunnen worden uitgevoerd.
Deze leden merken op dat er niet alleen veel ministeries betrokken zijn bij de beleidsinzet gericht op jongeren en jongvolwassenen, te weten het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) maar ook dat er sprake is van een onderzoeksfase waarbij de aanbevelingen uit het rapport van de Nationale ombudsman en de Kinderombudsman zijn betrokken. Dit zal verder in de interdepartementale werkgroep jeugd worden uitwerkt. Wie is eindverantwoordelijke voor deze beleidsinzet? In welke fase bevindt dit zich nu? Op welke termijn moet dit leiden tot een concreet resultaat en wanneer mag de Kamer de uitwerking verwachten? De leden van de PvdA-fractie vinden het – evenals de Nationale ombudsman en Kinderombudsman – belangrijk dat er op korte termijn wordt gezorgd voor huisvesting in combinatie met extra ondersteuning voor kwetsbare jongeren die nog niet geheel zelfstandig kunnen wonen. Afgelopen najaar zouden de opties voor begeleid wonen uitgewerkt worden. Wat is de stand van zaken? Ook hebben de Nationale ombudsman en de Kinderombudsman het belang van het bestaan van een buddy of vertrouwenspersoon die een jongere kan vertrouwen en waarbij de jongere zijn of haar verhaal kan doen benadrukt. Het Ministerie van VWS zou samen met de openbare lichamen bezien hoe hieraan voor de eilanden het beste invulling kan worden gegeven, zodat in het eerste kwartaal van 2021 zicht is op welke stappen concreet gezet kunnen worden. Wat is de stand van zaken op dit moment? Is er gedacht over een tijdelijke invulling van de leemte die er nu is bijvoorbeeld door gebruik te (laten) maken van bestaande Nederlandse instanties en/of organisaties die hierin kunnen voorzien? De leden van de PvdA-fractie vinden dat het welzijn van jongeren en jongvolwassenen gebaat is bij snelle toegang tot een buddy of vertrouwenspersoon en zij vinden dat niet alleen gekeken moeten worden naar de beste invulling maar dat hier ook prioriteit aan moet worden gegeven.
Deze leden zouden graag willen weten of de pilot om huurcompensatie uit te breiden naar de particuliere huursector inmiddels gestart is en zo nee, wanneer zal deze dan van start gaan?
Inbreng van de leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben onder dankzegging kennisgenomen van de toegezonden stukken. Deze leden vinden het moeilijk te verteren dat zo veel Nederlandse burgers, woonachtig op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba, ver onder het bestaansminimum leven. Er zijn de afgelopen jaren stappen gezet om de situatie te verbeteren, maar voor de leden van de ChristenUnie-fractie is het niet genoeg. Zij roepen het kabinet op om de in het kader van coronahulp getroffen kostendrukkende maatregelen structureel te maken, en het ijkpunt vast te leggen op het daadwerkelijke kostenniveau. Vanuit dit vertrekpunt kan vervolgens gewerkt worden aan verdere kostenverlaging. Deze leden vragen het kabinet of zij hiertoe bereid is.
De leden van de ChristenUnie-fractie lezen dat de in mei getroffen maatregelen substantieel effect hebben gehad op de kosten van het levensonderhoud op alle drie de eilanden. Deelt het kabinet dat deze maatregelen kunnen bijdragen aan de zo gewenste terugdringing van kosten voor het levensonderhoud? Genoemde leden vragen het kabinet aan te geven wat er voor nodig is om deze maatregelen in structurele maatregelen om te zetten?
Het is goed dat het kabinet de deflatie niet heeft omgezet in lagere uitkeringen. De leden van de ChristenUnie-fractie zien hierin ook een mogelijkheid om, sneller dan het basispad, te werken aan het verbeteren van de inkomenspositie van mensen die onder het sociaal minimum lezen. Waarom kiest het kabinet ervoor om vast te houden aan het basispad en niet om te versnellen? In de kabinetsbrief lezen de leden van de ChristenUnie-fractie ook wel enige voorzichtigheid bij het kabinet. Zo wordt, om te voorkomen dat werken niet lonend zal zijn, nog niet direct gekozen om de onderstand te verhogen. Deze leden hebben begrip voor de complexiteit van de ontstane situatie door de coronacrisis, maar roepen het kabinet wel op niet enkel te blijven hangen in dilemma’s, of oproepen tot zorgvuldige afwegingen. Eveneens vragen de leden van de ChristenUnie-fractie het kabinet om het ijkpunt vast te leggen op het daadwerkelijke bestaansminimum. Zij vinden het onwenselijk dat het op dit moment geformuleerde sociaal minimum in de praktijk nog helemaal geen inkomen op bestaansminimum garandeert. Is het kabinet bereid een op het daadwerkelijke bestaansminimum gebaseerd ijkpunt te gaan hanteren?
De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat het van belang is om een zo helder mogelijk beeld te hebben van het sociaal welzijn op de BES-eilanden, in het bijzonder van kinderen. Het ijkpunt sociaal minimum is een belangrijk onderdeel hiervan, maar niet het hele verhaal. Om een beter beeld te krijgen van de positie van o.a. kinderen dringen deze leden al lange tijd aan op een goede data-infrastructuur en jaarlijkse structurele rapportage over de situatie van kinderen op de BES. Deelt het kabinet de constatering dat er op dit moment nog een onvoldoende volledig beeld is van de situatie van de kinderen? Is het juist dat kinderen uit grote gezinnen, of kinderen die bij een grootouder of voogd worden, nog niet zijn meegenomen in de gepubliceerde cijfers over kinderen die in armoede wonen. Kan het kabinet deze cijfers alsnog inzichtelijk maken? Is het kabinet bereid jaarlijks te rapporteren over de situatie van kinderen op de BES-eilanden?
Kan de regering aangeven wanneer het wetsvoorstel met aanpassing van het Burgerlijk Wetboek om geestelijk geweld, lichamelijk geweld of andere vernederende behandeling in de opvoeding op de BES te verbieden en daarmee uitvoering te geven aan de motie Van der Graaf c.s. (Kamerstuk 35 300 IV, nr. 29)?
De leden van de ChristenUnie-fractie zien ook een kans om jongeren te betrekken bij beleid dat hen aangaat. Kan het kabinet aangeven hoe participatie van jongeren op de BES bij jeugdbeleid momenteel is vormgegeven? Is het kabinet bereid om over te gaan tot het instellen van een jongerenraad als gesprekspartner bij de totstandkoming van beleid dat jongeren op de BES aangaat?
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben nog een aantal specifieke vragen rondom de levenskwaliteit voor met name jongeren op Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Ten aanzien van Saba vragen deze leden wat kan worden gedaan om de toegang tot zorg en geestelijke gezondheidszorg in het bijzonder, te blijven bieden. Welke mogelijkheid ziet het kabinet om het openbaar lichaam te ondersteunen om Saba hier meer onafhankelijk van naburige landen te maken, juist ook gezien reizen tussen landen onderling momenteel niet eenvoudig is. Als tweede vragen de leden van de ChristenUnie-fractie naar de sportvoorzieningen op Saba. Een grote uitdaging hierbij is het gebrek aan professionele begeleiding. Welke mogelijkheid ziet het kabinet om, samen met het openbaar lichaam, een stimulans te geven aan goede begeleiding van sport op Saba, om zo ook het fysiek en mentaal welzijn van jonge mensen te verbeteren?
Gezien de grote afhankelijkheid van internet, juist ook ten tijde van corona, vragen de leden van de ChristenUnie-fractie in hoeverre de kwaliteit van internetverbinding eenvoudig verbeterd kan worden op Saba, Sint Eustatius en Bonaire.
Ook op Bonaire is meer aandacht nodig voor mentaal welzijn onder jongeren, zo vernemen de leden van de ChristenUnie-fractie. Is het kabinet bereid, samen met het openbaar lichaam, scholen en zorgverleners, te bezien hoe meer aandacht voor zorg en preventie op dit gebied kan komen, zowel binnen als buiten het klaslokaal?
De leden van de ChristenUnie-fractie zijn zich ervan bewust dat er middelen beschikbaar zijn bij het openbaar lichaam voor verbeteringen aan de infrastructuur en voor sport- en groenvoorzieningen in de buitenruimte. Heeft het kabinet de indruk dat hier voldoende gebruik van wordt gemaakt? Worden jongeren ook bij de besteding hiervan betrokken? Zo nee, kan het kabinet hierover met het openbaar lichaam in gesprek gaan?
Ten aanzien van Sint Eustatius vragen deze leden of (onder andere medisch) vliegverkeer momenteel nog mogelijk is, juist ook omdat reizen vanaf Sint Eustatius altijd via Sint Maarten moeten verlopen.
II Reactie van het kabinet
III Volledige agenda
Onderzoek loonruimte minimumloon Caribisch Nederland
Kamerstuk 35 570 IV, nr. 19 – Brief regering d.d. 27-11-2020, Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, B. van ’t Wout
Beantwoording vragen commissie over de voortgangsrapportage ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland 2020
Kamerstuk 35 570 IV, nr. 14 – Brief regering d.d. 06-10-2020, Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, B. van 't Wout
Voortgangsrapportage ijkpunt bestaanszekerheid Caribisch Nederland 2020
Kamerstuk 35 300 IV, nr. 68 – Brief regering d.d. 08-07-2020, Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, T. van Ark
https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2020/43/consumentenprijzen-in-caribisch-nederland-dalen-verder-in-derde-kwartaal.↩︎