Uitstel beantwoording vragen van het lid Van Weyenberg over de Tozo
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2021D02615, datum: 2021-01-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20202021-1398).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van zaak 2020Z24989:
- Gericht aan: B. van 't Wout, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Indiener: S.P.R.A. van Weyenberg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (ð origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1398
Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de TOZO (ingezonden 15Â december 2020).
Mededeling van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 21Â januari 2021).
Vraag 1
Klopt het dat gemeenten maatwerk kunnen en moeten bieden in toekenning van de TOZO wanneer iemand op basis van de letter van de wet buiten de regeling valt, maar op basis van de geest van de wet niet?
Vraag 2
Klopt het dat alleen ondernemers die op 17Â maart 2020 ingeschreven staan in het handelsregister van de Kamer van Koophandel een beroep kunnen doen op de TOZO?
Vraag 3
Bent u bekend met het gegeven dat ondernemers die niet voldoen aan de inschrijvingsverplichting conform de Handelregisterwet in de regel door de Belastingdienst in de gelegenheid worden gesteld om alsnog, met terugwerkende kracht aan deze verplichting te voldoen? En bent u bekend met het gegeven dat deze fout doorgaans niet met een boete wordt bestraft?
Vraag 4
Bent u bekend met het gegeven dat de Kamer van Koophandel als uitvoerende instantie van de Handelregisterwet een ondernemer de mogelijkheid biedt om zich met terugwerkende kracht in te schrijven in het handelsregister? En is het u bekend dat dit gebeurt wanneer de ondernemer aannemelijk kan maken dat de onderneming eerder is gestart?
Vraag 5
Bent u het ermee eens dat voor ondernemers waarbij sprake is van een inschrijving met terugwerkende kracht in het handelsregister op of voor 17Â maart 2020 ook de TOZO van toepassing zou moeten kunnen zijn, omdat deze ondernemer heeft kunnen aantonen dat deze de onderneming al eerder is gestart? Klopt het dat dit op dit moment niet het geval is?
Vraag 6
Bent u het ermee eens dat de toepassing van de inschrijvingsdatum 17Â maart 2020 als hard criterium voor de toekenning van de TOZO niet in lijn ligt met het gangbare overheidsbeleid met betrekking tot de uitvoering van de Handelregisterwet zoals hierboven geschetst? Bent u het ermee eens dat het stellen van deze datum als hard criterium niet in lijn is met de bedoelde ruimhartige toepassing van de TOZO en dat ondernemers die met terugwerkende kracht aan die verplichting voldoen ook de TOZO zouden moeten kunnen toepassen?
Vraag 7
Bent u het tevens ermee eens dat gemeenten juist maatwerk moeten leveren in toekenning van de TOZO wanneer een ondernemer feitelijk nog niet op 17Â maart stond ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, maar wel al voor die datum aantoonbaar aan het ondernemen was?
Vraag 8
Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat dat maatwerk geboden kan worden?
Mededeling
Op 15Â december 2020 heeft het lid Van Weyenberg vragen gesteld over de Tozo.
Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van het lid Van Weyenberg niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is omdat de beantwoording en interdepartementale afstemming meer tijd vraagt.