Het rapport 'Same Faith, Different Persecution' van Open Doors
Schriftelijke vragen
Nummer: 2021D09390, datum: 2021-03-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2021Z04292).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.S. Voordewind, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede ondertekenaar: C.G. van der Staaij, Tweede Kamerlid (Ooit SGP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M.J.F. van Helvert, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2021Z04292:
- Gericht aan: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Gericht aan: S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
- Indiener: J.S. Voordewind, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.J.F. van der Graaf, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.J.F. van Helvert, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: C.G. van der Staaij, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2021Z04292
Vragen van de leden Voordewind, Van der Graaf (beiden ChristenUnie), Van der Staaij (SGP) en Van Helvert (CDA) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het rapport «Same Faith, Different Persecution» van Open Doors (ingezonden 8 maart 2021).
Vraag 1
Wat heeft het overleg in 2020 opgeleverd van de Speciaal Gezant voor Religie en Levensovertuiging met de speciaal vertegenwoordiger van de Secretaris Generaal van de Verenigde Naties (VN) voor seksueel geweld in conflict en de speciale VN-rapporteur over het onderwerp Gender Specific Religious Persecution, waar u in de beantwoording van onze vragen daarover aan refereerde?1
Vraag 2
Herkent u de bevinding uit het nieuwste rapport over dit onderwerp2 dat juist vrouwen of meisjes uit religieuze minderheden onderworpen worden aan gedwongen huwelijken en mensenhandel om zo hun religieuze gemeenschap te raken? Hoe kunt u dit gegeven in het Nederlandse mensenrechtenbeleid adresseren?
Vraag 3
Bent u het eens met de aanbeveling uit dit rapport dat er doelgericht beleid en hulp nodig is voor deze vrouwen die dubbel kwetsbaar zijn, als lid van een religieuze minderheid?
Vraag 4
Hoe reageren de overheden van landen waar deze vorm van religieuze onderdrukking plaatsvindt, erop wanneer Nederland hen hierop aanspreekt?
Vraag 5
Bent u van mening dat er internationaal gezien, bijvoorbeeld binnen de VN, voldoende aandacht is voor deze kwetsbare groepen? Zo ja, waar blijkt dat dan uit? Zo nee, wat kunt u daar aan doen?