[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst

Regels ter uitvoering van de EU-verordening betreffende het programma voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport en de EU-verordening betreffende het programma Europees Solidariteitskorps (Uitvoeringswet Erasmusprogramma en Europees Solidariteitskorps)

Eindtekst

Nummer: 2021D09646, datum: 2021-02-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2020Z23722:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

25 februari 2021







Regels ter uitvoering van de EU-verordening betreffende het programma
voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport en de EU-verordening
betreffende het programma Europees Solidariteitskorps (Uitvoeringswet
Erasmusprogramma en Europees Solidariteitskorps)







VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regels te
stellen in verband met de uitvoering van verordeningen inzake het
programma voor onderwijs opleiding, jeugd en sport en het programma
Europees Solidariteitskorps;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze wet en de daarop rustende bepalingen wordt verstaan onder:

Erasmusverordening: door Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap aan te wijzen verordening van het Europees Parlement en de
Raad betreffende het programma van de Unie voor onderwijs, opleiding,
jeugd en sport op grond van artikel 165, vierde lid en artikel 166,
vierde lid van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie;

Erasmusprogramma: programma voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport
als bedoeld in de Erasmus-verordening;

programmaperiode: in een Erasmusverordening of een Verordening Europees
Solidariteitskorps vastgestelde periode waarvoor een programma wordt
opgesteld;

Verordening Europees Solidariteitskorps: door Onze Minister van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan te wijzen verordening van het
Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van het programma
"Europees Solidariteitskorps" op grond van artikel 165, vierde lid en
artikel 166, vierde lid van het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie.

Artikel 2. De nationale autoriteit

1. Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap treedt op als
nationale autoriteit als bedoeld in de Erasmusverordening, voor zover
het betreft de monitoring van en het toezicht op het beheer van het deel
van het Erasmus-programma dat betrekking heeft op de beleidsterreinen
van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

2. Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport treedt op als
nationale autoriteit als bedoeld in de Erasmusverordening, voor zover
het betreft de monitoring van en het toezicht op het beheer van het deel
van het Erasmus-programma dat betrekking heeft op de beleidsterreinen
van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, alsmede als
nationale autoriteit als bedoeld in de Verordening Europees
Solidariteitskorps.

Artikel 3. De nationale agentschappen

1. Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wijst een
agentschap als bedoeld in de Erasmusverordening aan, dat belast is met
het beheer van de uitvoering van het deel van het Erasmus-programma dat
betrekking heeft op de beleidsterreinen van het Ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

2. Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wijst één of
twee nationale agentschappen als bedoeld in de Erasmusverordening aan,
die belast zijn met het beheer van de uitvoering van het deel van het
Erasmus-programma dat betrekking heeft op de beleidsterreinen van het
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, alsmede het nationaal
agentschap, bedoeld in de Verordening Europees Solidariteitskorps.

3. De nationale agentschappen worden aangewezen voor de duur van een
programmaperiode.

4. Aan de aanwijzing kunnen voorschriften worden verbonden met het oog
op de goede uitvoering van de Erasmusverordening of de Verordening
Europees Solidariteitskorps.

5. Indien het aangewezen nationaal agentschap niet langer voldoet aan de
in de verordeningen, bedoeld in het eerste en tweede lid, neergelegde
eisen, of aan de op grond van het vierde lid gestelde voorschriften, kan
Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap respectievelijk Onze
Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de aanwijzing intrekken
en een ander nationaal agentschap aanwijzen voor de resterende duur van
de programmaperiode.

6. Op de nationale agentschappen, bedoeld in het eerste en tweede lid,
zijn de artikelen 18, 19, derde lid, 21, 22, 23, 38 en 39, eerste lid,
van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen niet van toepassing.

Artikel 4. Het onafhankelijk auditorgaan

1. Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap wijst in
overeenstemming met Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
het onafhankelijk auditorgaan, bedoeld in de Erasmusverordening, aan.

2. Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport wijst het
onafhankelijk auditorgaan, bedoeld in de Verordening Europees
Solidariteitskorps, aan.

Artikel 5. Uitvoeringsregels

Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de
coördinatie van de betrekkingen tussen de nationale autoriteiten en de
nationale agentschappen en tussen de nationale agentschappen onderling
met het oog op de goede uitvoering van de Erasmusverordening of de
Verordening Europees Solidariteitskorps. 

Artikel 6. Inwerkingtreding

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip.

Artikel 7. Citeertitel

Deze wet wordt aangehaald als: Uitvoeringswet Erasmusprogramma en
Europees Solidariteitskorps.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

 

 

 PAGE    

 PAGE   1