Geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële op 23 en 24 maart 2021
NAVO
Brief regering
Nummer: 2021D09975, datum: 2021-03-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28676-357).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 28676 -357 NAVO.
Onderdeel van zaak 2021Z04547:
- Indiener: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Defensie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2021-03-16 12:00: NAVO (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2021-03-31 14:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-04-15 14:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2024-03-07 13:59: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
28 676 NAVO
Nr. 357 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 maart 2021
Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële van ministers van Buitenlandse Zaken op 23 en 24 maart 2021 mede namens de Minister van Defensie.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
GEANNOTEERDE AGENDA NAVO MINISTERIËLE 23 EN 24 MAART 2021
Introductie
Op dinsdag 23 en woensdag 24 maart vindt een fysieke bijeenkomst plaats van de NAVO-ministers van Buitenlandse Zaken (FMM). De Minister van Buitenlandse Zaken is voornemens deel te nemen aan deze vergadering, die zal worden verdeeld in drie sessies. De bijeenkomst biedt gelegenheid voor een eerste gedachtewisseling met de nieuwe Amerikaanse Minister van Buitenlandse Zaken. Hoewel een definitieve agenda nog niet is afgerond zal de eerste sessie naar verwachting gericht zijn op NAVO 2030 en de voorbereiding van de NAVO top (mogelijk in juni 2021), sessie twee zal Rusland, Arms control Disarmament and Non-proliferation (ADN) en regionale veiligheid als thema hebben, en de derde sessie zal gaan over de stabiliteit in de Euro-Atlantische regio. Bij dat laatste onderwerp zullen ook de EU Hoge Vertegenwoordiger en de ministers van Buitenlandse Zaken van Finland en Zweden aansluiten. Indien ontwikkelingen daartoe aanleiding geven kan in deze sessie ook Afghanistan aan de orde komen. In dat geval zal de discussie daarover alleen met bondgenoten worden gevoerd.
Sessie 1: NAVO 2030 en voorbereiding NAVO Top
Follow up Defense Ministers» Meeting
Deze eerste sessie beoogt als follow-up van de op 17 en 18 februari 2021 gehouden bijeenkomst van de ministers van Defensie (ref. de brief van Minister Bijleveld terzake aan uw Kamer van 26 februari 20211) een volgende stap te zijn in de voorbereiding van de eerstvolgende bijeenkomst van de Staatshoofden en Regeringsleiders in NAVO-verband. In dat kader kunnen ministers spreken over de voorstellen die de SG NAVO aan hen zal voorleggen met het oog op de aanpassing van het Bondgenootschap richting 2030. Waarschijnlijk worden deze voorstellen wat concreter in aanloop naar een nog te plannen NAVO Top, waarschijnlijk in juni. Mede op basis van deze bespreking zal de SG NAVO bepalen welke van deze voorstellen hij haalbaar acht en in de vorm van strategische aanbevelingen aan de leiders wil voorleggen. Naar verwachting zal de update van het Strategisch Concept van de NAVO (het huidige dateert uit 2010) één van de aanbevelingen zijn. Verder is de verwachting dat de SG aanbevelingen zal doen met betrekking tot een sterkere politieke rol van de NAVO, waarbij de NAVO wordt versterkt tot het trans-Atlantische platform bij uitstek voor het voeren van veiligheidsconsultaties; het versterken en intensiveren van politiek overleg en coördinatie tussen Bondgenoten in de NAVO; meer aandacht voor weerbaarheid (resilience) en nieuwe en ontwrichtende technologieën (EDT); bestrijding van de gevolgen van klimaatverandering; versterking van de financiën van de NAVO (het militaire en het civiele budget) en versterking van de positie van de SG en zijn staf bij de uitvoering van op politiek niveau gemaakte afspraken.
China
De discussie over de opkomst van China en de gevolgen daarvan voor de NAVO zal worden voortgezet. De NAVO moet daarbij rekening houden met China’s toenemende militaire potentieel, assertievere houding (bijv. in bilaterale relaties of in de Indo-Pacific), hybride dreigingen en ongewenste strategische afhankelijkheden die raken aan de economische veiligheid van bondgenoten. Het NAVO-bondgenootschap is een zeer geschikt forum om analyses te delen en de informatiepositie te versterken over ontwikkelingen met betrekking tot China en dreigingen die daaruit voortvloeien, alsmede het coördineren van de wijze waarop Bondgenoten hierop reageren. In dit kader is ook de samenwerking en informatie-uitwisseling met Global Partners in de Indo-Pacific regio van toenemend belang. Dreigingen en kwetsbaarheden van NAVO-bondgenoten moeten van een passend antwoord worden voorzien. De invulling daarvan is vaak de eigen verantwoordelijkheid voor bondgenoten, die daarvoor het hen best passende instrumentarium gebruiken. Voor Nederland zal dit vaak in EU-context liggen. Nederland hecht tenslotte ook belang aan het verkennen van terreinen waarop door de NAVO of NAVO-bondgenoten met China samengewerkt kan worden, bijvoorbeeld op het terrein van ruimte, wapenbeheersing en non-proliferatie (bijv. risk reduction maatregelen).
Klimaatverandering
Ook klimaatverandering zal aan de orde komen. Het heeft een serieuze veiligheidsimpact op het werk van de NAVO en beïnvloedt de kerntaken van de NAVO. De Nederlandse inzet is gericht op het meenemen van klimaatverandering in analyses van de NAVO en in militaire planning en oefeningen. Klimaat gerelateerde risico’s dienen in kaart te worden gebracht, ook met het oog op eventuele aanpassingen ten aanzien van operationele effectiviteit. Hiertoe zal door ministers een agenda op het gebied van climate change worden vastgesteld. Tot slot ziet Nederland een rol voor de NAVO bij de verduurzaming en vergroening van defensie.
Sessie 2: Rusland, Arms Control, Disarmament and Non-Proliferation (ADN) en regionale veiligheid
Rusland; hybride- en cyberdreigingen, ADN
De tweede sessie zal Rusland tot onderwerp hebben. Rusland – en diens toegenomen assertiviteit op het wereldtoneel – is een van de belangrijkste geopolitieke uitdagingen en dreigingen voor de NAVO. Rusland keert zich in toenemende mate af van de internationale rechtsorde en de bestaande veiligheidsordening in Europa, is de afgelopen jaren voortgegaan met op grote schaal te investeren in militaire capaciteiten en afschrikking, en maakt gebruik van ongewenste inmenging, spionage, cyber- en hybride operaties in westerse landen.
De Nederlandse inbreng blijft erop gericht dat de NAVO-reactie op de Russische assertiviteit gebalanceerd, proportioneel en defensief dient te zijn, de combinatie van druk met dialoog moet handhaven, en niet een destabiliserende wapenwedloop mag voeden. Voor Nederland is het van belang dat naast het versterken van de bondgenootschappelijke Deterrence and Defence ook wapenbeheersing een rol blijft spelen. De ministers zullen kennis nemen van de stand van internationale wapenbeheersingsinstrumenten. In dit kader zijn de verlenging van New START, het Russische voornemen om uit het Open Skies Verdrag te treden en de komende Herzieningsconferentie van het Non-Proliferatieverdrag van belang. Nederland onderschrijft dat het Non-Proliferatieverdrag de hoeksteen van het mondiale bouwwerk is op het gebied van nucleaire non-proliferatie en ontwapening.
Ministers worden eveneens uitgenodigd te spreken over het externe en destabiliserende optreden van Rusland, inclusief de hybride handelingen van Rusland. Verkend zal worden hoe de NAVO-bondgenoten meer eensgezind kunnen optreden en hoe de rol van de NAVO als platform voor consultatie en, waar passend, optreden, ook met niet-militaire middelen kan worden versterkt. Voor Nederland is daarbij ook nauwe samenwerking en afstemming met de EU van belang. Hoewel weerbaarheid tegen cyber- en hybride dreigingen een nationale verantwoordelijkheid is, ziet Nederland de meerwaarde van samenwerking in NAVO-verband om dreigingen en kwetsbaarheden te adresseren. Daarnaast worden ook de Nederlandse veiligheidsbelangen geraakt als de NAVO door cyber- en hybride conflictvoering wordt ondermijnd. De NAVO is daardoor tegelijkertijd een te verdedigen belang en een instrument in de aanpak tegen cyber- en hybride conflictvoering.
Russische dreigingen ten aanzien van partnerlanden
Een aantal partnerlanden, waaronder in het bijzonder landen die in de toekomst lidmaatschap van het bondgenootschap nastreven, ervaart aanhoudende en toenemende druk van Rusland, omdat Rusland zich steeds assertiever manifesteert in de eigen regio, maar ook daarbuiten. De mogelijke steun aan deze landen vormt ook onderwerp van het gesprek tussen ministers. In dit kader zal wellicht ook gesproken worden over NAVO’s Open Door-beleid. Nederland zal hierbij vasthouden aan de afspraken zoals gemaakt tijdens de NAVO-Top in Boekarest in 20082, uitbreiding moet ten goede komen aan Euro-Atlantische veiligheid als geheel (art. 10 Verdrag van Washington), er moet sprake zijn van reële nationale hervormingen in de veiligheidssector en er moet politiek draagvlak bestaan in de partnerlanden zelf. Ten aanzien van de partnerlanden Oekraïne en Georgië benadrukt Nederland in alle fora de territoriale integriteit, politieke onafhankelijkheid en soevereiniteit van deze landen.
Sessie 3: stabiliteit Euro-Atlantische regio
Rol NAVO in de regio
De derde – tevens laatste – sessie biedt ministers de mogelijkheid te spreken over de wijze waarop de NAVO kan bijdragen aan stabiliteit in de regio, met inbegrip van hun inzet in de strijd tegen terrorisme, vooral in Afghanistan en Irak. Ook de situatie in het Midden-Oosten in algemene zin en in Noord-Afrika, inclusief de situatie in Libië zal worden besproken. Nederland zal opnieuw benadrukken voorstander te zijn van een 360 graden benadering waarin de aandacht voor dreigingen uit alle richtingen in balans is. Ten aanzien van mogelijk aanvullende NAVO inzet in het Zuiden geldt voor Nederland dat er duidelijk toegevoegde waarde moet zijn voor NAVO en dat NAVO inzet complementair is aan reeds lopende activiteiten. In veel landen aan de zuidflank zijn meerdere actoren actief. Daarnaast hecht Nederland, waar het inzet in tegengaan van terrorisme betreft, aan goede afstemming met de EU, maar ook met de VN, het GCTF, Afrikaanse Unie en Anti-ISIS Coalitie. Ook dient de inzet van de militaire middelen complementair te zijn aan diplomatieke middelen en preventieve inzet. Uiteraard dient de NAVO slechts op te treden in overleg met en op uitnodiging van de betreffende landen.
Mogelijk geven ministers opdracht tot actualisering van het Counter-Terrorism Action Plan, opdat dit zal zijn afgerond bij hun volgende bijeenkomst in december van dit jaar. De Zuidflank vormt een belangrijk front in de strijd tegen terrorisme en andere dreigingen die voortkomen uit de MENA regio en de Sahel. De NAVO-inzet in deze regio’s is grotendeels ingegeven door de dreiging van terrorisme en is dan ook voor een groot deel gericht op de aanpak hiervan.
Sahel
De Sahel is voor Nederland een prioritaire regio op het vlak van veiligheid, ontwikkelingssamenwerking en migratie. In de Sahel bestaat reeds een veelvoud aan coördinatiestructuren. Daarom wordt voorlopig enkel ingezet op terreinen waar de NAVO expertise heeft en een complementaire rol kan spelen in aanvulling op of ter ondersteuning van reeds bestaande initiatieven, zoals de Internationale Coalitie voor de Sahel.
Afghanistan
De nieuwe Amerikaanse regering heeft onlangs een review aangekondigd van het VS-Taliban akkoord dat op 29 februari vorig jaar werd ondertekend. Afhankelijk van de uitkomst hiervan en overige relevante ontwikkelingen wordt mogelijk stilgestaan bij de toekomst van de Resolute Support missie in Afghanistan. Nederland blijft hierover in NAVO-verband benadrukken dat vooruitgang op het vredesproces in de bondgenootschappelijke afweging moet worden meegenomen. Een politiek akkoord tussen de partijen biedt immers de beste kans op een stabiel en vredig Afghanistan. Indien en voor zover besluiten moeten worden genomen over de NAVO-aanwezigheid in Afghanistan, zal daartoe een aparte bespreking met alleen bondgenoten worden gehouden.
Irak
Zoals aan uw Kamer is gemeld in het verslag van de bijeenkomst van NAVO-ministers van Defensie op 17 en 18 februari 2021 zal de NAVO-missie in Irak in de komende periode stapsgewijs uit gaan breiden. De snelheid en de omvang waarmee dat gebeurt hangt af van de toekomstplannen van de anti-ISIS coalitie en de precieze wensen van de Iraakse regering. Het kabinet is voorstander van een zorgvuldig uitbreidingsproces, waarin nauwe afstemming van de NAVO met de Iraakse autoriteiten voorop staat, evenals zorgvuldige coördinatie met andere internationale organisaties die in Irak werken aan stabilisatie en ondersteuning van de veiligheidssector.