Verslag Raad voor Concurrentievermogen van 25 en 26 februari 2021
Raad voor Concurrentievermogen
Brief regering
Nummer: 2021D10066, datum: 2021-03-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-30-526).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat (Ooit BBB kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 30-526 Raad voor Concurrentievermogen.
Onderdeel van zaak 2021Z04584:
- Indiener: M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2021-03-24 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-04-13 16:30: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2021-05-25 19:00: Raad voor Concurrentievermogen (formeel) d.d. 27-28 mei 2021 (Commissiedebat), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
21 501-30 Raad voor Concurrentievermogen
Nr. 526 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 maart 2021
Hierbij treft u, mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het verslag van de videoconferentie van de informele Raad voor Concurrentievermogen op 25 en 26 februari.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
Verslag Raad voor Concurrentievermogen 25 februari 2021
Op donderdag 25 februari 2021 vond het onderdeel interne markt en industrie van de informele Raad voor Concurrentievermogen (RvC) plaats via videoconferentie. De Raad debatteerde over de nationale herstelplannen (Recovery and Resilience Plans, RRP’s), de nieuwe Europese Consumentenagenda en een voorstel voor een richtlijn over openbaarmaking van informatie over winstbelasting.
Europees Semester
Beleidsdebat
Het Portugees voorzitterschap introduceerde het debat over het Europees Semester, de RRP’s en hoe deze kunnen bijdragen aan het bereiken van de doelen van het industriebeleid: het versterken van de interne markt, de groene en digitale transities en strategische autonomie in een open EU. Het voorzitterschap gaf aan dat de RvC een belangrijk rol heeft in de coördinatie van de RRP’s. Het benadrukte verder het belang van aandacht voor het mkb en de rol van private investeringen bij het bereiken van de groene en digitale transities. Uitvoerend vicevoorzitter van de Commissie Vestager gaf aan dat voor een snel herstel het van belang is dat lidstaten het eigenmiddelenbesluit ratificeren. Daarnaast benadrukte zij het belang van de bijdrage van de RRP’s aan het bereiken van de groene en digitale transities. De vicevoorzitter benadrukte ook het belang van grensoverschrijdende projecten en gaf aan dat er een balans moet worden gevonden in versterking van de vaardigheden en het behoud van een open economie. Eurocommissaris voor de interne markt Breton benadrukte dat een goede werking van de interne markt cruciaal is voor het herstel en drukte alle lidstaten op het hart om hun grenzen open te houden om belemmeringen te voorkomen. Breton gaf een update over de taskforce voor vaccinproductie die werkt aan verhoging van de productiecapaciteit van vaccins in de EU. Hij gaf aan dat het zijn doel is om binnen 18 maanden als EU autonoom te zijn op het gebied van vaccinproductie voor coronavirussen. Vrijwel alle lidstaten noemden RRP’s van groot belang voor herstel en benadrukten het belang van het verhogen van productiecapaciteit van vaccins en investeringen in de duurzame en digitale transities. Meerdere lidstaten steunden het betoog van de Commissaris om de grenzen binnen de interne markt voor goederen zoveel mogelijk open te houden. Enkele lidstaten noemden investeringen in vaardigheden als middel voor herstel van de economie op de lange termijn. Sommige lidstaten noemden het belang van het bereiken van strategische autonomie in meerdere sectoren, waar andere lidstaten het belang van een open economie benadrukten. Enkele lidstaten benadrukten het belang van een goed werkend Europees systeem voor geharmoniseerde normen en vroegen het voorzitterschap om dit te agenderen voor een aankomende RvC. Nederland heeft aangegeven dat een volgend kabinet het RRP in zal dienen. In de interventie is benadrukt dat het voor de weerbaarheid van de Europese economieën van belang is dat lidstaten structurele hervormingen opnemen in hun RRP. Ook kan het adresseren van landen-specifieke aanbevelingen in de RRPs op het terrein van de interne markt die interne markt verbeteren. Nederland gaf verder steun aan de oproep de grenzen voor het goederenverkeer zoveel mogelijk open te houden en voor het agenderen van het belang van een goed werkend systeem voor geharmoniseerde normen.
Nieuwe Europese Consumentenagenda
Beleidsdebat
Eurocommissaris voor justitie Reynders benadrukte het belang van consumentenvertrouwen voor het economisch herstel. Hij gaf ook aan dat vouchers in de reismarkt bijdragen aan dit vertrouwen. Als uitdagingen voor consumentenbescherming in de toekomst noemde hij globalisering en digitalisering. Consumenten moeten van deze ontwikkelingen kunnen profiteren, terwijl ze voldoende beschermd blijven. Voor het EU-bedrijfsleven is het hierbij van belang dat buitenlandse concurrenten aan dezelfde regels moeten voldoen op de interne markt. De Digital Services Act en de aankomende update van de algemene productveiligheidsrichtlijn zullen hieraan bijdragen. Alle lidstaten gaven aan de nieuwe consumentenagenda te steunen. Veel lidstaten, waaronder Nederland, gaven aan dat er prioriteit moet worden gegeven aan een duidelijke informatievoorziening voor consumenten, zodat deze weloverwogen keuzes kunnen maken, ook in de keuze voor duurzame producten en diensten. Meerdere lidstaten gaven aan dat een recht op reparatie bijdraagt aan de duurzame transitie. Een aantal lidstaten gaf aan dat bij de uitwerking van de agenda aandacht moet worden besteed aan digitale consumentenkredieten. Nederland gaf verder aan dat het in de digitale transitie van belang is dat consumenten online en offline dezelfde bescherming kunnen genieten. Daarnaast benadrukte Nederland dat toekomstige regels niet moeten leiden tot onnodige regeldruk voor het mkb.
Voorstel voor richtlijn over openbaarmaking van informatie over winstbelasting (Public Country-by-Country Reporting)
Beleidsdebat
Het voorzitterschap opende de discussie door aan te geven dat er, na verschillende internationale schandalen, brede maatschappelijke steun is voor meer transparantie over betaalde winstbelasting. Het voorzitterschap benadrukte dat het voorstel, dat lange tijd heeft stilgelegen, geen invloed heeft op nationale belastingen en dus geen fiscaal voorstel is. Nederland heeft benadrukt dat er veel maatschappelijke vraag is naar transparantie over betaalde winstbelasting door multinationals. Nederland heeft ook aangegeven voorstander te zijn van transparantie per belastinggebied buiten de EU in plaats van geaggregeerde informatie en Nederland heeft bepleit de «pas toe of leg uit»-regel te schrappen. Vrijwel alle lidstaten gaven aan het doel van het voorstel te steunen. Veel lidstaten benadrukten dat dit voorstel bijdraagt aan transparantie en vertrouwen. Een groep lidstaten gaf aan tegen de richtlijn te zullen stemmen. Deze groep is van mening dat dit onderwerp als fiscaal voorstel (met de daarbij geldende unanimiteit van stemmen) moet worden besproken en niet als voorstel over financiële verslaglegging (met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen). Het voorzitterschap concludeerde dat er voldoende steun was voor het voorstel.1
Verslag Raad voor Concurrentievermogen 26 februari 2021
Beleidsdebat
De Raad debatteerde over synergie tussen de vernieuwde Europese Onderzoeksruimte (ERA) en de nationale plannen van de lidstaten voor de Faciliteit voor Herstel en Veerkracht (Recovery and Resilience Facility, RRF). Het Portugees voorzitterschap onderstreepte het belang van onderzoek en innovatie (O&I) in de nationale herstelplannen en benadrukte dat de herstelplannen geëvalueerd dienen te worden tegen heldere doelen. Eurocommissaris Gabriel benadrukte dat O&I al onderdeel is van ingediende conceptherstelplannen voor de RRF, bijvoorbeeld op het gebied van digitalisering, klimaat en milieu. Gabriel riep de lidstaten op om investeringen in O&I te prioriteren en daarbij aandacht te besteden aan hervormingen en aan versterking van excellentie. Ook investeringen in het mkb en startups zijn van belang voor een goed herstel van Europa. De implementatie van open science moet worden bevorderd, aldus de Eurocommissaris.
Veel lidstaten gaven aan dat O&I belangrijk is voor herstel van de COVID-crisis, de digitale- en groene transities en het versterken van het Europese concurrentievermogen. Een aantal lidstaten gaf aan dat de RRF een kans is om nationaal meer te investeren in O&I. Dit past binnen de kaders van de RRF, waarin onder andere klimaat, digitalisering en de landenspecifieke aanbevelingen (waaronder meer investeren in O&I) zijn opgenomen. Ook kan een focus op O&I in de nationale herstelplannen bijdragen aan gecoördineerd samenwerken over grenzen heen. Lidstaten gaven in hun interventies daarbij verschillende prioriteiten, binnen de kaders van de RRF, aan, zoals gezondheid, digitalisering of ondersteuning van het innovatieve mkb en startups. De Important Projects of Common European Interest (IPCEI)2 werd door een aantal lidstaten genoemd als mogelijkheid voor transnationale samenwerking. Verder ging een aantal lidstaten in op het belang van synergie tussen de RRF en verschillende EU-programma’s, zoals Horizon Europe en de Europese Structuur- en Investeringsfondsen.
Nederland ging in op het belang van O&I voor het herstel uit de COVID-crisis en de groene- en digitale transities. Daarnaast benadrukte Nederland dat ook nationale O&I- hervormingen belangrijk zijn zodat lidstaten hun excellente kennisbasis kunnen versterken en maatschappelijke uitdagingen kunnen aanpakken. Tevens gaf Nederland aan dat het van belang is om het innovatieve mkb, startups en scale-ups te ondersteunen en zo innovaties te stimuleren die kunnen bijdragen aan herstel uit de crisis. Nederland heeft tot slot aangegeven dat het Nederlandse herstelplan voor de RRF wordt opgesteld door het nieuwe kabinet.
Diversenpunten
Onder de diversenpunten presenteerde de Commissie het voorstel voor een verordening voor de Europese geïnstitutionaliseerde partnerschappen onder Horizon Europe. Dit zijn grootschalige Europese, veelal publiek-private samenwerkingsverbanden met een eigen rechtsbasis (verordening). Negen publiek-private geïnstitutionaliseerde partnerschappen (Joint Undertakings) zijn voor het eerst samen in één verordening ondergebracht voor meer harmonisatie en stroomlijning, waarbij op onderdelen maatwerk per partnerschap mogelijk is. In totaal wil de Commissie hier € 9,6 miljard in investeren, waarbij verwacht wordt dat lidstaten en private partijen gezamenlijk minstens hetzelfde bedrag inleggen. Nederland nam onder Horizon 2020 succesvol deel aan diverse van dit soort partnerschappen en hecht belang aan voortzetting van deze vorm van samenwerking onder Horizon Europe. Een aantal lidstaten, waaronder Nederland, gaf aan dat de uitwerking van deze partnerschappen het mogelijk moet maken voor alle lidstaten en belanghebbenden om mee te kunnen doen. Zo is een centraal management van de financiële bijdragen niet altijd mogelijk binnen de nationale financieringskaders. Hoewel geen onderdeel van de agenda, werd door een aantal lidstaten, waaronder Nederland, aandacht gevraagd voor de voorwaarden voor uitvoering van het nieuwe Eurostars-programma voor het innovatieve mkb.
Ook kwamen twee andere geïnstitutionaliseerde partnerschappen aan de orde, waarbij de Commissie het voorstel voor het partnerschap over metrologie presenteerde en een update gaf over de voortgang van de bespreking over het partnerschap EuroHPC (supercomputers). Afronding van de bespreking over EuroHPC hangt samen met de voortgang op de onderhandeling over de hierboven genoemde verordening voor geïnstitutionaliseerde partnerschappen. Dit is omdat de Commissie zoveel mogelijk stroomlijning tussen de beide verordeningen, en daarmee alle geïnstitutionaliseerde partnerschappen, beoogt. Aansluitend heeft de Commissie de Raad geïnformeerd over de plannen voor een partnerschap op het gebied van pandemic preparedness. Verder gaf de Commissie de stand van zaken rondom het ERA Forum for Transition en een Pact voor O&I.3 Het ERA Forum for Transition van de Europese Commissie is februari jl. van start gegaan. Het forum adviseert de Commissie over zaken die samenhangen met O&I. In het forum wordt bijvoorbeeld gesproken over de governance van de vernieuwde ERA, de Commissie verwacht rond de zomer hiervoor een voorstel te kunnen presenteren.
Ten slotte gaf de Commissie informatie over een wetenschappelijke advies met betrekking tot afbreekbaar plastic. Hierbij In het advies werd het belang benadrukt van wetenschappelijk onderzoek naar hergebruik van plastic en het terugdringen van het gebruik van plastic.
Nederlandse deelname aan het huidige kaderprogramma
Hierbij informeert het kabinet uw Kamer over de prestaties van Nederland in het lopende kaderprogramma voor O&I, Horizon 2020. De actuele stand per 1 februari jl. is dat Nederland onverminderd goed blijft presteren en zijn sterke positie behoudt als netto-ontvanger van Horizon 2020-middelen. Nederland heeft in totaal ruim € 5 miljard ontvangen van de € 65,9 miljard die de Europese Commissie in het kader van Horizon 2020 heeft toegekend. Het retourpercentage voor Nederland komt daarmee op 7,7%. Nederland neemt de zesde plaats in van EU-lidstaten die de meeste middelen uit Horizon 2020 ontvangen. Wanneer gekeken wordt naar toegekende financiering per inwoner, dan voert Nederland de ranglijst aan.
De grootste ontvangers van Horizon 2020-budget zijn Nederlandse universiteiten en universitaire medische centra, onderzoeksinstellingen en het Nederlands bedrijfsleven. Nederlandse universiteiten en universitaire medische centra hebben in totaal € 2,56 miljard ontvangen (50,6% van de totale subsidie die aan Nederland is toegekend). Nederlandse onderzoeksinstellingen ontvangen samen bijna € 956 miljoen, wat neerkomt op 18,9% van de totale Horizon 2020-subsidie die aan Nederland is toegekend. Nederlandse bedrijven hebben in totaal € 1,22 miljard uit Horizon 2020 ontvangen (24% van de totale subsidie die aan Nederland is toegekend). Van de € 1,215 miljard die aan Nederlandse bedrijven is toegekend, gaat € 867 miljoen naar het mkb (71,3% van het budget dat naar de bedrijven gaat). De gemiddelde slaagkans van Nederlandse deelnemers in Horizon 2020 ligt met 17% boven het Europese gemiddelde van 12,4%. Overheidsinstellingen en andere partijen hebben € 327 miljoen ontvangen. Dat brengt het totaal op € 5,06 miljard. Informatievoorziening aan Nederlandse deelnemers en ondersteuning van aanvragers verloopt via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). RVO.nl is nationaal contactpunt voor het kaderprogramma en stimuleert in opdracht van OCW, EZK en andere departementen de Nederlandse deelname aan het kaderprogramma voor O&I.
Het mandaat om de onderhandelingen over deze richtlijn te beginnen is inmiddels aangenomen in het Comité van permanente vertegenwoordigers van de EU-lidstaten (Coreper) op 3 maart jl.↩︎
ICPEI zijn meerdere nationale projecten geïntegreerd in één groot project op Europese schaal.↩︎
Het ERA Forum for Transition en het Pact voor O&I zijn beiden aangekondigd in de Commissiemededeling van 30 september jl., waar uw Kamer middels een fiche over is geïnformeerd (Kamerstuk 22 112, nr. 2967).↩︎