De rechterlijke uitspraak over het verlenen van een Wnb vergunning ten behoeve van het wijzigen van een melkveehouderij
Schriftelijke vragen
Nummer: 2021D10201, datum: 2021-03-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2021Z04644).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.L. Geurts, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2021Z04644:
- Gericht aan: S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Gericht aan: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: J.L. Geurts, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2021Z04644
Vragen van het lid Geurts (CDA) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de rechterlijke uitspraak over het verlenen van een Wnb vergunning ten behoeve van het wijzigen van een melkveehouderij (ingezonden 16 maart 2021).
Vraag 1
Wat is uw eerste reactie op de uitspraak van de voorzieningenrechter ten aanzien van de verleende Wet natuurbescherming-vergunning ten behoeve van het wijzigen van een melkveehouderij?1
Vraag 2
Herkent u zich in de uitspraak dat de emissiefactoren in de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav) niet voldoende wetenschappelijk onderbouwd zijn en dat «met de enkele vaststelling door de Minister van deze emissie is deze zekerheid niet gegeven»? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Hoe kan het dat een rechter het niet voldoende vindt of accepteert dat een door de overheid erkende vloer met emissiewaarde, door derden gecontroleerd, wordt toegepast? Is de rechter volgens u op de stoel van de Rav-commissie gaan zitten?
Vraag 4
Wat betekent dit voor de rest van Rav-lijst? Welke gevolgen verbindt u eraan?
Vraag 5
Kan aangegeven worden op basis van welke meting en onderzoek de rechter zijn oordeel heeft geveld? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6
Klopt het dat in het AERIUS-model al rekening wordt gehouden met onzekerheid, dus ook met de kans dat uitstoot van een stalvloer bij bepaald weer et cetera af kan wijken? Zo ja, is dit door de landsadvocaat ook ingebracht?
Vraag 7
Hoe verhouden de Rav-emissienormen zich tot de conclusies in het rapport «Analyse stikstofbronmaatregelen» van het Planbureau voor de Leefomgeving?2
Vraag 8
Wat vindt u ervan dat de Rav-emissiefactoren volgens de voorzieningenrechter niet als juridische basis kunnen worden gebruikt voor stikstofemissieberekeningen van bedrijven ten behoeve van bedrijfsontwikkelingen? Op welke cijfers zouden agrarische ondernemers zich dan moeten baseren?
Vraag 9
Wat voor gevolgen heeft deze rechterlijke uitspraak nu en in de toekomst voor de berekening van stikstofuitstoot bij activiteiten van agrarische bedrijven?
Vraag 10
Wat voor gevolgen heeft deze rechterlijke uitspraak nu en in de toekomst voor stikstofuitstoot bij activiteiten van alle bedrijven en economische activiteiten?
Vraag 11
Wat voor invloed heeft deze uitspraak op de stikstofaanpak en de berekeningen die daarin gemaakt zijn ten aanzien van het effect van innovatieve bronmaatregelen?
Vraag 12
Welke acties bent u van plan te ondernemen als gevolg van deze uitspraak? Hoe ziet het juridische vervolgtraject eruit en gaat u om spoedbehandeling vragen?