[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Nadere toelichting op antwoorden op vragen over de brief van 9 november 2020 'Oprichting Bonaire Brandstof Terminals B.V.

Oprichting Bonaire Brandstof Terminals B.V.

Brief regering

Nummer: 2021D10628, datum: 2021-03-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35632-4).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 35632 -4 Oprichting Bonaire Brandstof Terminals B.V..

Onderdeel van zaak 2021Z04795:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

35 632 Oprichting Bonaire Brandstof Terminals B.V.

Nr. 4 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 maart 2021

Met mijn brief van 28 januari jl. (Kamerstuk 35 632, nr. 3) heb ik de schriftelijke vragen beantwoord die uw vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat gesteld heeft naar aanleiding van mijn brief van 9 november 2020 «Oprichting Bonaire Brandstof Terminals B.V» (Kamerstuk 35 632, nr. 1).

Tijdens het Algemeen Overleg van woensdag 3 februari jl. over staatsdeelnemingen (Kamerstuk 29 232, nr. 47) is aan de Minister van Financiën gevraagd om te reageren op opmerkingen van het lid Van Raan over mijn brief van 28 januari jl.

Ik wil graag nogmaals het belang en de urgentie van oprichting van deze deelneming benadrukken. Met de oprichting wordt gewerkt aan het oplossen van een onhoudbare situatie met betrekking tot vitale voorzieningen op het eiland Bonaire.

De situatie waar Bonaire zich inmiddels in bevindt is onder andere veroorzaakt door internationale sancties van de VS tegen het regime in Venezuela en door onvoldoende onderhoud door de eigenaren, die de veiligheid van de bestaande opslagen niet ten goede kwamen. De bedrijfsvoering bij Bopec is feitelijk beëindigd. Voor de locatie Curoil Hato is een tijdelijke vergunning afgegeven die verloopt op 17 juni 2021. Voor de locatie OTB Luchthaven is een tijdelijke vergunning afgegeven die verloopt op 13 augustus 2021. De inschatting is dat een positief besluit over het verlengen van de tijdelijke vergunningen enkel kan worden genomen als er concreet uitzicht is op een structurele oplossing en dat is het oprichten van de beleidsdeelneming Bonaire Brandstof Terminals B.V. (BBT).

Bij het uitblijven van een nieuwe tijdelijke vergunning zal de brandstofvoorziening voor het weg- en luchtverkeer staken met alle gevolgen van dien. Bovendien is een verlenging van de tijdelijke vergunningen nodig voor de tijdelijke noodmaatregel waarmee de publieke elektriciteitsvoorziening van Bonaire vanwege het uitvallen van Bopec op dit moment is geborgd. De voorziening is afhankelijk van noodtransporten van diesel vanuit Curaçao naar de terminal van Curoil op de locatie Hato Bonaire. Een andere noodmaatregel met drijvende opslag bij de pier van de luchthaven is in voorbereiding. Het is vanuit (brand)veiligheidsoogpunt en financieel oogpunt niet verantwoord om deze korte termijn situatie en noodmaatregelen op de lange termijn te laten voortduren. Om die reden is het van groot belang dat de beleidsdeelneming wordt opgericht zodat gestart kan worden met de benodigde voorbereidingen van de bouw van de terminals, opdat de leveringszekerheid structureel kan worden geborgd met nieuwbouw.

De situatie rondom de brandstofopslagen vergt een structurele oplossing met het oog op veiligheid waarbij de leveringszekerheid is geborgd. Deze structurele oplossing kan enkel worden bereikt met een spoedige oprichting van Bonaire Brandstof Terminals BV (BBT). Het uitblijven van een structurele oplossing is daarmee een risico voor de veiligheid en leveringszekerheid op Bonaire. Zonder de brandstofopslagen wordt de mobiliteit op en van/naar het eiland onmogelijk gemaakt.

Het lid Van Raan gaf eveneens aan dat informatie over de business case ontbrak. Ik wil uw commissie er nogmaals op wijzen dat het rapport over de business case van de op te richten beleidsdeelneming sinds 28 januari 2021 vertrouwelijk ter inzage ligt in uw Kamer. (Kamerstuk 35 632, nr. 3)

Daarnaast wil het kabinet benadrukken dat de BBT op geen enkele wijze een rem op verduurzamingsontwikkelingen vormt. De deelneming is en blijft nodig voor het realiseren van opslagen voor auto- en luchtverkeer. Zoals in de brief aan uw Kamer en in de beantwoording reeds aangegeven, blijft bovendien altijd toelevering van brandstof voor de elektriciteitscentrale in meer of mindere mate nodig.

Formeel is voldaan aan de voorhangprocedure zoals geformuleerd in artikel 4.7 van de Comptabiliteitswet 2016. Gelet hierop en op de urgentie van de bouw van brandstofopslagen betekent dit dat het kabinet kan overgaan tot oprichting van de beleidsdeelneming. Mijn voornemen is om vanaf 6 april 2021 over te gaan tot oprichting.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
B. van ’t Wout