Het bericht 'Durfinvesteerders zien brood in tieners met lichte psychische klachten, zwaardere patiënten belanden op wachtlijst'
Schriftelijke vragen
Nummer: 2021D10759, datum: 2021-03-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2021Z04851).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.H. Kuiken, Tweede Kamerlid (Ooit GroenLinks-PvdA kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H.P.M. Hijink, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
- Mede ondertekenaar: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van zaak 2021Z04851:
- Gericht aan: P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Indiener: A.H. Kuiken, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H.P.M. Hijink, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2021Z04851
Vragen van de leden Kuiken (PvdA), Westerveld (GroenLinks) en Hijink (SP) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Durfinvesteerders zien brood in tieners met lichte psychische klachten, zwaardere patiënten belanden op wachtlijst» (ingezonden 23 maart 2021).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Durfinvesteerders zien brood in tieners met lichte psychische klachten, zwaardere patiënten belanden op wachtlijst»?1
Vraag 2
Welke concrete veranderingen heeft u tot stand gebracht in de afgelopen periode, waarin u meermaals constateerde dat de geestelijke gezondheidszorg verziekt is door marktwerking?
Vraag 3
Bent u van mening dat het acceptabel is dat er «geleurd» moet worden met suïcidale tieners omdat zij voor het systeem te duur zijn om te helpen? Zo nee, welke directe conclusie verbindt u daaraan?
Vraag 4
In hoeverre kunnen gemeenten eisen stellen over maximale winsten bij zorgaanbieders?
Vraag 5
Is het volgens u wenselijk dat Nederlandse ggz-aanbieders verdienmodellen hebben die blijkbaar aantrekkelijk zijn voor buitenlandse investeerders? In hoeverre is dit juridisch houdbaar? Komt dit de zorg voor kwetsbare jongeren ten goede?
Vraag 6
Zijn er meer van dit soort investeringsmaatschappijen actief in de jeugdzorg? Zo ja, hoeveel en hoeveel zorg verlenen zij?
Vraag 7
Bent u bereid zich hierbij uit te spreken richting de directeur van deze onderneming, en in het algemeen, dat deze werkwijze niet bijdraagt aan het verkorten van wachtlijsten «door samenwerking met traditionele ggz»?
Vraag 8
Hoe vaak is de afgelopen vijf jaar sprake geweest van buitenlandse investeringen in Nederlandse (jeugd)-ggz instellingen? Heeft u zicht op welke instellingen het betreft en de effecten die dit gehad heeft?
Vraag 9
Wat gaat u, met gepaste urgentie, doen om zo voortvarend mogelijk in te grijpen in dit systeem dat wat betreft de stellers van deze vragen vooral is geënt op marktwerking en zich meer bezighoudt met het tevreden houden van investeerders en aandeelhouders dan met het bieden van de beste zorg voor kwetsbare jongeren?
NRC.nl, 21 maart 2021, «Durfinvesteerders zien brood in tieners met lichte psychische klachten, zwaardere patiënten belanden op wachtlijst»↩︎