Motie van de leden Kaag en Hoekstra over afkeuren van de handelwijze van de fractieleider van de VVD
Kabinetsformatie 2021
Motie
Nummer: 2021D11744, datum: 2021-04-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35788-13).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A.M. Kaag, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: W.B. Hoekstra, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35788 -13 Kabinetsformatie 2021.
Onderdeel van zaak 2021Z05296:
- Indiener: S.A.M. Kaag, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: W.B. Hoekstra, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-04-01 03:02: Einde vergadering: STEMMINGEN (over de profielschets voor de functie van Voorzitter van de Tweede Kamer en, indien van toepassing, over moties ingediend tijdens het debat over de ontstane situatie in de verkennende fase van de kabinetsformatie) (Stemmingen), TK
- 2021-04-01 13:30: Debat over de ontstane situatie in de verkennende fase van de kabinetsformatie (Plenair debat (debat)), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 788 Kabinetsformatie 2021
Nr. 13 MOTIE VAN DE LEDEN KAAG EN HOEKSTRA
Voorgesteld 1 april 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat in het licht van onder meer de toeslagenaffaire versterking van vertrouwen in de overheid en versterking van de rol van de Kamer als tegenmacht tegenover de regering een urgente opgave is;
overwegende dat de opmerking «positie Omtzigt, functie elders» in de voorbereidingsmemo of aantekeningen van de oud-verkenners buitengewoon schadelijk is, omdat het de suggestie wekt dat een kritisch lid van de Kamer buitenspel gezet moet worden;
spreekt uit dat VVD-fractieleider Rutte, die tevens de rol van demissionair Minister-President vervult, de waarheid niet sprak in de media dat hij bij oud-verkenners niet heeft gesproken over de positie van de heer Omtzigt;
overwegende dat deze gang van zaken ernstige schade heeft toegebracht aan het herstel van vertrouwen van de burger in de overheid en aan het onderling vertrouwen in het proces om te komen tot een nieuwe regering;
keurt deze handelwijze af;
spreekt uit dat in de opdracht voor een informateur, met de nodige distantie van alle partijen, uitdrukkelijk op te nemen om te bezien of en, zo ja, welke mogelijkheden er zijn voor het herstel van vertrouwen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kaag
Hoekstra