[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Kuiken over het bericht “ondernemingsraad Intervence: stem medewerker niet meegenomen in plan”

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2021D11916, datum: 2021-04-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20202021-2250).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2021Z02919:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

2250

Vragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het niet betrekken van de medewerkers bij het transitieplan van failliete jeugdzorginstelling Intervence (ingezonden 11 februari 2021).

Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming), mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (ontvangen 6 april 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1894.

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van het bericht «Ondernemingsraad Intervence: «Stem medewerker niet meegenomen in plan»»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is het naar uw mening verstandig dat de stem van de ondernemingsraad niet wordt meegenomen in het transitieplan van de failliete jeugdzorginstelling?

Antwoord 2

Ik vind het, mede gezien het belang van het behoud van personeel voor de Zeeuwse Jeugdbescherming, van belang om medewerkers te betrekken bij het opstellen van het plan. Dit is van belang voor het draagvlak maar ook om de kennis en ervaring van medewerkers te betrekken bij de uitwerking van het plan. De ondernemingsraad heeft op 10 februari 2021 gereageerd op het door de gemeenten opgestelde transitieplan. Ook hebben wethouders op 10 februari gesproken met de medewerkers van Intervence over hun plannen.

De bestuurder van Intervence is primair verantwoordelijk voor het tijdig informeren en betrekken van medewerkers bij het overnamescenario. Dit is ook de insteek van de gemeenten. Wel heb ik met de Zeeuwse bestuurders afgesproken dat zij bij de uitwerking van het nu voorliggende overnamescenario afspraken maken met de bestuurder van Intervence over het betrekken van medewerkers en dat zij zorgen dat de bestuurder een goede informatiepositie heeft om medewerkers adequaat te betrekken.

Vraag 3

Bent u nog altijd van mening dat het van belang is dat de jeugdzorgmedewerkers zo goed mogelijk worden meegenomen in dit ongewenste proces, onder meer vanwege het grote tekort in de sector?

Antwoord 3

Ja, dat vind ik van groot belang (zie tevens mijn antwoord op vraag 2). Professionals in deze sector zijn hard nodig. Zoals ik u in mijn brief van 17 februari 2021 bericht heb, wordt er momenteel aan een overnamescenario gewerkt. Dit overnamescenario houdt in dat de werkzaamheden van Intervence worden overgenomen door Jeugdbescherming west. Betrokken partijen vinden dit een kansrijk scenario om zorg te dragen voor een duurzame inrichting van de jeugdbescherming en -reclassering in Zeeland. Dit scenario zal wederom door de Inspecties en Jeugdautoriteit worden getoetst. Het perspectief voor medewerkers zal onderdeel uitmaken van deze toets.

Vraag 4

Vindt u het begrijpelijk dat gezinsmanagers al vertrekken, gezien het rommelige proces dat kan worden geïnterpreteerd als minachting voor deze medewerkers?

Antwoord 4

Uit de contacten die ik met alle betrokken partijen heb gehad, blijkt dat zij het belangrijk vinden dat het personeel behouden blijft. Dat neemt niet weg dat er sprake is van een onzekere tijd, ook voor het personeel. Dit leidt er helaas toe dat sommigen van hen kiezen voor een andere baan. Net als andere betrokken partijen vind ik het belangrijk dat medewerkers van Intervence behouden blijven voor de jeugdbescherming en -reclassering. Om medewerkers te behouden hebben gemeenten en Intervence afgesproken dat Intervence tijdelijke contracten van medewerkers mag verlengen c.q. om mag zetten naar een vast contract. Daarnaast is afgesproken dat Intervence nieuwe gezinsmanagers mag werven. Intervence wordt hiertoe binnen de al bestaande financiële afspraken gefaciliteerd door gemeenten.

Vraag 5

Is het nog steeds van belang dat de jeugdbeschermers en – reclasseerders die nu het werk uitvoeren dat ook moeten kunnen blijven doen, zoals u stelde op 11 december jl.?2 Zo ja, past deze gang van zaken bij deze uitspraak? Zo nee, kan men er dan op rekenen dat geen akkoord zal worden gegeven door de Jeugdautoriteit zo lang de medewerkers niet worden gehoord in, en betrokken bij dit proces?

Antwoord 5

In mijn brief van 17 februari 2021 heb ik uw Kamer geïnformeerd over het oordeel c.q. advies van de Inspecties en de Jeugdautoriteit. Zij hebben geoordeeld dat het uitgewerkte scenario onvoldoende garanties biedt voor een duurzame transitie van de jeugdbescherming en -reclassering en dat het transitieplan onvoldoende perspectief voor de medewerkers biedt en daarmee leidt tot een mogelijk toenemend risico voor de zorgcontinuïteit. Het is in ieders belang, ook voor de huidige jeugdbeschermers en -reclasseerders, dat het overnamescenario zo snel mogelijk uitgewerkt wordt en dat het perspectief van de medewerkers daarin is opgenomen. De Inspecties en Jeugdautoriteit zullen hier wederom op toetsen. Ik heb met de Zeeuwse bestuurders afgesproken dat zij afspraken maken met de bestuurder van Intervence over het informeren van medewerkers en dat zij zorgen dat de bestuurder een goede informatiepositie heeft om medewerkers adequaat te betrekken.

Het is belangrijk dat ook bij een overname van Intervence door Jeugdbescherming west de relatie tussen de gezinsmanager en de cliënt zoveel als mogelijk in stand blijft. Dat was ook bij de uitwerking van het eerdere scenario het uitgangspunt. Gemeenten hebben gedurende het hele proces aangegeven dat Zeeland de gezinsmanagers van Intervence hard nodig heeft en dat voor iedere gezinsmanager in de nieuwe situatie een baan beschikbaar is. Op grond van de Jeugdwet zijn gemeenten bovendien verplicht erop toe te zien dat de overnemende instelling zich zoveel als mogelijk inspant om de bestaande hulpverleningsrelatie tussen kind en hulpverlener in stand te houden. De Inspecties zullen het plan hier ook op toetsen. Het overnamescenario heeft als voordeel dat de continuïteit van de hulpverleningsrelatie beter geregeld kan worden, omdat de cliënten en gezinsmanagers van Intervence niet meer bij verschillende GI’s ondergebracht hoeven te worden.

Vraag 6

Kunt u aangeven in hoeverre al duidelijk is of de overnemende gecertificeerde instellingen zich daadwerkelijk zullen committeren aan het overnemen van personeel? Zo nee, kunt u aangeven wanneer hier wel duidelijkheid over komt?

Antwoord 6

Met de gemeenten heb ik, zoals beschreven in de brief van 17 februari 2021, afgesproken dat niet verder wordt gegaan met de uitwerking van het oorspronkelijke scenario (overdracht van cliënten van Intervence naar drie andere GI’s) en dat zij nu het terugvalscenario gaan onderzoeken en uitwerken. Dit terugvalscenario, waarvan de contouren door gemeenten zijn geschetst in het transitieplan, voorziet in een overname van de werkzaamheden van Intervence door Jeugdbescherming west. De exacte wijze van overname van het personeel van Intervence wordt op dit moment door betrokken partijen nader uitgewerkt. De gemeenten en Jeugdbescherming west hebben aangegeven dat het uitgangspunt is om de bestaande hulpverleningsrelaties zoveel als mogelijk te behouden. Op dit moment wordt het terugvalscenario uitgewerkt. Hiervoor is Jeugdbescherming west bezig met het opstellen van een business case. Naar verwachting wordt de business case de tweede helft van april 2021 opgeleverd. Daarna volgt besluitvorming door de bestuurscommissie en de gemeenteraden. Vervolgens zal wederom een transitieplan moeten worden opgesteld. Ook het nieuwe transitieplan wordt beoordeeld door Inspecties en Jeugdautoriteit. In juni 2021 zal naar verwachting duidelijk zijn of de overname door Jeugdbescherming west doorgang kan vinden of niet.

Vraag 7

Bent u bereid zo snel mogelijk contact op te nemen met de relevante partijen om te verduidelijken op welke manier medewerkers erbij betrokken dienen te worden?

Antwoord 7

Zie het antwoord op vraag 3. Gemeenten en de GI-bestuurder maken afspraken om medewerkers tijdig te betrekken bij de uitwerking van het overnamescenario.

Vraag 8

Bent u tevens bereid deze vragen een voor een te beantwoorden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 8

Ja, daartoe ben ik bereid.


  1. Omroep Zeeland, 9 februari 2021, «Ondernemingsraad Intervence: «Stem medewerker niet meegenomen in plan»» https://www.omroepzeeland.nl/nieuws/125496/Ondernemingsraad-Intervence-Stem-medewerker-niet-meegenomen-in-plan↩︎

  2. Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1079↩︎