[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Kabinetsreactie op 106e OMT advies

Infectieziektenbestrijding

Brief regering

Nummer: 2021D12097, datum: 2021-04-07, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25295-1103).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 25295 -1103 Infectieziektenbestrijding.

Onderdeel van zaak 2021Z05481:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1103 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 april 2021

Het vaccineren van de bewoners van verpleeghuizen en instellingen voor gehandicaptenzorg is op veel locaties grotendeels afgerond en de vaccinatie van ouderen thuis vordert gestaag. Er zijn in de instellingen voor langdurige zorg nu 550.000 prikken gezet. In de besmettings- en sterftecijfers is het effect daarvan nu goed zichtbaar. Onderstaande grafieken (figuur 1 en 2) laten zien dat de ontwikkelingen van de besmettingen in de verpleeghuizen en gehandicapteninstellingen veel gunstiger zijn dan het landelijk beeld.

In de verpleeghuizen is de afgelopen maanden zowel het aantal gemelde besmettingen als de COVID-sterfte fors afgenomen. In week 52 van het jaar 2020 waren er volgens de cijfers van het RIVM nog ca. 2.400 gemelde besmettingen, nu in week 13 zijn dat er nog maar 150. Ook nam de COVID-sterfte af van ca. 285 in week 52 van 2020 naar ca. 20 in week 13 van 2021.

Ook in de instellingen voor gehandicaptenzorg daalde het aantal gemelde besmettingen flink: van ca. 535 in week 52 van 2020 naar ca. 40 in week 13 van 2021. Het CBS constateert dat de sterfte in de Wlz nu onder het verwachte niveau ligt.

De situatie in verpleeghuizen en instellingen voor gehandicaptenzorg laat zien dat vaccineren effectief is. Vanwege dit positieve beeld, is het mogelijk om te bezien welke versoepelingen mogelijk zijn. Daarom is het OMT gevraagd een samenhangend advies uit te brengen over de mogelijkheden om COVID-19-maatregelen voor deze doelgroepen op verantwoorde wijze te versoepelen. Het gaat zowel om de algemeen geldende maatregelen als maatregelen meer specifiek gericht op deze doelgroepen.

Het OMT is 26 maart jl. bijeen geweest. Het advies is opgenomen in de bijlage1. Het advies van het OMT heeft betrekking op de epidemiologische situatie rondom de COVID-19-uitbraak en de mogelijkheden voor versoepeling van maatregelen voor thuiswonende ouderen en bewoners van instellingen voor langdurige zorg. Met deze brief informeer ik uw Kamer over het OMT-advies en de kabinetsreactie hierop. Hieronder wordt eerst een samenvatting gegeven van het advies, waarna de reactie van het kabinet op het advies volgt.

106e OMT-advies

Epidemiologische situatie

In de week voorafgaande aan het OMT is het aantal nieuwe meldingen is gestegen met 20%, tot 274 positief geteste personen per 100.000 inwoners. Ook de instroom en bezetting in de ziekenhuizen inclusief IC’s namen toe. Het effect van de vaccinatie van de oudste leeftijdsgroepen en bewoners van instellingen was al duidelijk zichtbaar en ook de landelijke sterfte was niet langer verhoogd.

Inmiddels zijn we weer enige tijd verder. In de week van 31 maart tot en met 6 april daalde het aantal mensen met een positieve corona testuitslag 7%, het percentage mensen met een positieve testuitslag steeg iets, naar 8,9%. Het reproductiegetal zit nu nipt boven de 1. Het aantal nieuwe patiënten dat met COVID-19 werd opgenomen op de IC intensive care steeg de afgelopen week met bijna 20%. Het aantal nieuwe COVID-19 patiënten dat werd opgenomen in het ziekenhuis was ongeveer gelijk aan het aantal in de week daarvoor (–3%). In de volgende stand van zakenbrief ga ik uitgebreider in op de epidemiologische situatie, op basis van het 107e OMT advies.

Thuiswonende ouderen en bewoners van instellingen voor langdurige zorg

Instellingen voor langdurige zorg

Het OMT geeft aan dat verschillende randvoorwaarden een rol spelen bij de afweging over de versoepeling van maatregelen: de vaccinatiestatus van de bewoners, de vaccinatiestatus van de medewerkers, de omgevingsprevalentie van COVID-19 en de vaccinatiegraad in Nederland. Ten aanzien van de vaccinatiestatus van medewerkers kan worden opgemerkt dat deze niet per locatie bekend is.

Het OMT merkt op dat hoewel op de meeste locaties de tweede vaccinaties inmiddels zijn afgerond, (nog) niet alle bewoners beschermd zijn. Dit komt doordat nog niet alle bewoners zijn gevaccineerd, de vaccinatie geen 100% bescherming biedt en het nog niet duidelijk is in hoeverre vaccinatie beschermt tegen transmissie van het virus.

Gezien het risico op verspreiding van SARS-CoV-2 door de vele onderlinge contacten binnen de instelling en de kwetsbaarheid van ongevaccineerde bewoners, adviseert het OMT daarom dat de infectiepreventiemaatregelen in principe ook na vaccinatie gecontinueerd dienen te worden.

Het OMT benadrukt dat dit een tussensituatie betreft, want zodra de vaccinaties breed in de maatschappij zijn gerealiseerd en de besmettingsrisico’s van buiten instellingen zijn teruggebracht, zou verdere versoepeling kunnen worden doorgevoerd.

Als uitgangspunt bij de geadviseerde versoepeling van maatregelen in instellingen voor langdurige zorg hanteert het OMT dat een optimale balans wordt nagestreefd tussen veiligheid voor bewoners en medewerkers enerzijds en de negatieve impact van de preventieve maatregelen op het welzijn van de bewoners anderzijds. Een werkgroep van het OMT heeft een kader opgesteld met voorwaarden en aandachtspunten bij versoepeling van maatregelen nadat aan de

bewoners volledige vaccinatie is aangeboden. De brancheorganisaties en instellingen kunnen dit als uitgangpunt gebruiken voor het opstellen van het eigen beleid, dat afgestemd moet worden op de specifieke omstandigheden in de instelling.

Het OMT is van mening dat bij de huidige infectiedruk de stringentere maatregelen voor bewoners van instellingen voor langdurige zorg kunnen worden losgelaten. Hiermee worden de maatregelen die voor deze bewoners gelden in lijn gebracht met de maatregelen voor de rest van de samenleving. Dit betekent dat de volgende versoepelingen mogelijk zijn bij een hoge vaccinatiegraad (ca. 80% of hoger) van de bewoners:

– Op de eigen kamer van een volledig gevaccineerde bewoner kan door 1 of enkele vaste bezoekers worden afgezien van het dragen van een mondneusmasker en het afstand houden. Bezoekers dienen dan bij voorkeur zelf ook gevaccineerd te zijn of zich te laten testen voorafgaand aan het bezoek;

– De omvang van de vaste groep van volledig gevaccineerde bewoners bij groepsactiviteiten kan enigszins verruimd worden. Gezien de hoge infectiedruk en lage vaccinatiegraad in de maatschappij wordt nog steeds geadviseerd om geen cliënten of bezoekers van buiten de instelling toe te laten tot groepsactiviteiten. Organisaties in de verstandelijk gehandicaptenzorg kunnen eventueel overwegen om een of enkele externe cliënten toe te voegen aan een vaste dagbestedingsgroep;

– Inzet van vrijwilligers in de instelling is weer mogelijk. Vrijwilligers dienen een chirurgisch mondneusmasker te dragen;

– Niet-medische contactberoepen zoals kappers kunnen weer worden toegelaten. Zij dienen een chirurgisch mondneusmasker te dragen, en

– Voor zorgmedewerkers is het mogelijk om bepaalde essentiële trainingen weer te volgen. Zorgmedewerkers dragen daarbij een chirurgisch mondneusmasker.

Het OMT benadrukt dat het nodig blijft in openbare ruimtes binnen de instelling de basisregels, zoals de afstandsregels en handhygiëne, in acht te nemen2. Het OMT adviseert verder dat zorgmedewerkers preventief persoonlijke beschermingsmiddelen blijven gebruiken conform de voor de sector geldende richtlijnen3. Ook blijven testen en isolatie bij klachten van bewoners nodig. Ten slotte geeft het OMT aan dat bij activiteiten buiten de instelling (zoals bezoek en logeren) de algemeen geldende adviezen zoals bezoekersaantallen nog steeds moeten worden opgevolgd. Bij logeren wordt geadviseerd het aantal adressen waar een bewoner logeert te beperken tot 1 of 2 vaste adressen.

Zelfstandig wonende ouderen

Het OMT merkt op dat hoewel de vaccinatie van ouderen thuis gestaag vordert, nog niet alle zelfstandig wonende ouderen een vaccinatie aangeboden hebben gekregen. Het OMT geeft aan dat na een volledige vaccinatie vitale en waarschijnlijk ook kwetsbare ouderen goed beschermd zijn tegen ernstige ziekte door COVID-19. Na volledige vaccinatie is het voor zelfstandig wonende ouderen

niet meer nodig zich te houden aan aparte adviezen om besmetting met COVID-19 te voorkomen. Echter vaccinatie is niet 100% effectief om besmetting te voorkomen en het is op dit moment nog onvoldoende duidelijk of iemand na vaccinatie het virus nog kan overdragen. Het OMT wijst daarom op het belang dat ook gevaccineerde ouderen zich houden aan de algemene in de maatschappij geldende coronaregels.

Het OMT is van mening dat ouderen met een indicatie voor dagbesteding of dagopvang hiervan gebruik moeten kunnen maken, ongeacht hun vaccinatiestatus. Op een locatie voor dagbesteding of dagopvang kunnen er dus zowel gevaccineerde als ongevaccineerde ouderen zijn. Het is dan ook belangrijk dat men zich op de locatie blijft houden aan de basismaatregelen, zoals afstand houden. Voor zorgmedewerkers geldt dat zij de richtlijnen blijven opvolgen. Dit is nodig om ongevaccineerde deelnemers te beschermen. Tot slot merkt het OMT op dat zelfstandig wonende ouderen en ouderen die in een instelling wonen vooralsnog zo veel mogelijk gescheiden dagbesteding krijgen om het risico op introductie van het COVID-19 virus in instellingen te verkleinen.

BAO advies

Het BAO vindt het OMT advies navolgbaar. Het BAO vraagt daarbij nadrukkelijk aandacht voor communicatie over het feit dat het advies t.a.v. instellingen voor langdurige zorg en thuiswonende ouderen uit gaat van maatwerk. Hoe het OMT advies gebruikt wordt, kan per (deel van een) instelling verschillen. Maatwerk is expliciet de bedoeling en is afhankelijk van de kenmerken van de instelling, de bewoners en de infectiedruk in de samenleving.

Reactie op 106e OMT-advies; instellingen voor langdurige zorg

Met dit OMT-advies is het voor instellingen mogelijk om op een verantwoorde manier meer ruimte te geven aan hun bewoners en hun naasten. Het OMT-advies geeft een kader dat instellingen voor langdurige zorg kunnen gebruiken bij het opstellen van hun beleid, passend bij hun praktijk. Dit past bij het reeds ingezette beleid waarbij zorgaanbieders zelf inhoud en vorm geven aan maatregelen en versoepelingen. Immers zorgaanbieders hebben zelf goed inzicht in de lokale situatie. Zowel de gehandicaptensector als de verpleeghuissector heeft een handreiking voor bezoek, sociaal contact en logeren. Ik heb begrepen dat de verpleeghuissector hun handreiking inmiddels heeft aangepast. Ik zal de gehandicaptensector vragen hun handreiking ook aan te passen.

Met betrekking tot het advies dat bij bezoek op de eigen kamer bezoekers zelf ook gevaccineerd zijn of zich voorafgaand aan het bezoek laten testen, heeft het RIVM laten weten dat dit ook een antigeen (zelf) test kan zijn. Testen bij de GGD is voor dit doel niet mogelijk.

De hoge vaccinatiegraad en fors dalend aantal besmettingen biedt perspectief voor versoepeling. Na lange tijd is er weer meer mogelijk. Dat is goed nieuws. Het is goed om te zien dat veel instellingen dat perspectief oppakken. Sommige instellingen zijn wellicht nog onnodig terughoudend, bijvoorbeeld als het gaat om het maken van een wandeling. Het OMT-advies biedt een kader om de versoepelingen binnen een instelling vorm te geven. Elke instelling informeert zelf de bewoners en hun naasten over de versoepelingen die zij doorvoeren. Een bewoner of naaste kan ook zelf contact met de instelling opnemen.

Goede voorbeelden van andere zorginstellingen kunnen inzicht geven in het invullen van de versoepelingen op een veilige en verantwoorde manier. Ik zal de Academische Werkplaatsen vragen om de goede voorbeelden te verzamelen en de ontwikkelingen in de beide sectoren te monitoren. Daarbij kunnen de Academische Werkplaatsen ook in beeld brengen aan welke verdere versoepelingen behoefte bestaat bij de instellingen.

Daarnaast hecht ik eraan te benadrukken dat zorgaanbieders bij het maken van hun afweging slechts die beperkingen in stand houden die voor de gegeven, lokale situatie nodig zijn. Belangrijk blijft dat de zorgaanbieder een proportionaliteitsafweging maakt als het nodig is maatregelen te treffen of in stand te laten. De IGJ houdt hierop toezicht.

Reactie op 106e OMT-advies; zelfstandig wonende ouderen

Dagbesteding is niet alleen voor cliënten van groot belang, maar geeft ook lucht en ruimte voor de mantelzorger. Het is en blijft belangrijk deze vorm van ondersteuning te continueren. Dit is in lijn met het OMT-advies dat zelfstandig wonende ouderen ongeacht hun vaccinatiestatus gebruik moeten kunnen maken van dagbesteding of dagopvang.

Vanwege de aanwezigheid van ongevaccineerde ouderen op de dagbesteding is het van belang dat de basismaatregelen door zowel medewerkers als cliënten opgevolgd blijven worden. Ik onderschrijf het advies van het OMT om de dagbesteding, gezien het feit dat nog niet alle zelfstandige wonende ouderen vaccinatie aangeboden gekregen, vooralsnog zoveel mogelijk gescheiden te laten plaatsvinden.

Daarnaast laat het OMT in het 106e advies weten dat de (strengere) aanvullende adviezen voor zelfstandig wonende ouderen (uit: «Aanvullende adviezen voorzelfstandig wonende ouderen bij de Corona Routekaart»), na volledige vaccinatie, geen opvolging meer nodig hebben. Het volgen van de algemeen geldende adviezen, maatregelen en regels volstaat in dat geval.

Toekomstige versoepelingen

De huidige omgevingsprevalentie laat slechts beperkt ruimte voor versoepelingen. Op het moment dat deze afneemt, zal het OMT opnieuw adviseren over mogelijke versoepelingen. Ook zal ik het OMT vragen de versoepelingen opnieuw te bezien wanneer het advies van de Gezondheidsraad over de transmissie na vaccinatie is uitgebracht.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge


  1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎

  2. Zie bijlage bij 106e OMT-advies «Versoepeling van maatregelen in instellingen voor langdurige zorg na vaccinatie tegen COVID-19».Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎

  3. Zie bijlage bij 106e OMT-advies «Versoepeling van maatregelen in instellingen voor langdurige zorg na vaccinatie tegen COVID-19». Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎