[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde Agenda informele videoconferentie van energieministers 22 april 2021

Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Brief regering

Nummer: 2021D12499, datum: 2021-04-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-33-851).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 33-851 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie.

Onderdeel van zaak 2021Z05674:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 851 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 april 2021

Hierbij stuur ik u de Geannoteerde Agenda van de informele videoconferentie van energieministers die op 22 april a.s. onder Portugees voorzitterschap plaatsvindt. Vanwege COVID-19 zal deze volledig virtueel plaatsvinden.

Er zal een beleidsdebat plaatsvinden over de Renovatiegolf naar aanleiding van de Europese mededeling voor verduurzaming van de gebouwde omgeving, die op 14 oktober 2020 door de Europese Commissie is gepresenteerd. Ook zal er een beleidsdebat over energiesysteemintegratie plaatsvinden naar aanleiding van de Europese strategie voor een geïntegreerd energiesysteem, die op 8 juli 2020 door de Europese Commissie is gepresenteerd.Verder geeft België informatie over de samenwerking op gebied van waterstof door het Pentalaterale Energie Forum.

Vanwege het feit dat er geen besluitvormende punten op de agenda staan, zal ik mij op de energieraad hoogambtelijk laten vervangen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
B. van ’t Wout

GEANNOTEERDE AGENDA ENERGIERAAD (INFORMELE VTC) 22 APRIL

Op 22 april a.s. onder Portugees voorzitterschap vindt een informele videoconferentie van energieministers plaats. Vanwege COVID-19 zal deze volledig virtueel plaatsvinden. Er zal een beleidsdebat plaatsvinden over de Renovatiegolf naar aanleiding van de Europese mededeling voor verduurzaming van de gebouwde omgeving. Ook zal er een beleidsdebat over energiesysteemintegratie plaatsvinden naar aanleiding van de Europese strategie voor een geïntegreerd energiesysteem. Verder is er een diversenpunt waarin België informatie geeft over de samenwerking op gebied van waterstof door het Pentalaterale Energie Forum.

Beleidsdebat: Een Renovatiegolf voor Europa

De Raad zal een beleidsdebat houden over de mededeling «Een Renovatiegolf voor Europa» (hierna de Renovatiegolf). Op 14 oktober 2020 heeft de Europese Commissie deze mededeling gepubliceerd. Hierin kondigt de Europese Commissie een pakket aan beleidsmaatregelen aan om het tempo van renovaties van gebouwen in de Europese Unie te verdubbelen. De Renovatiegolf is reeds in de Europese Green Deal aangekondigd en richt zich primair op maatregelen voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Om de klimaatambities te halen is er volgens de Commissie extra inzet nodig op renovaties van gebouwen met daarbij aandacht voor energiezuinigheid, duurzame warmte- en koude en circulariteit. Bovendien leidt dit tot extra werkgelegenheid en investeringen in de sector, wat bijdraagt aan een sterker economisch herstel na de coronacrisis volgens de Commissie. Uw Kamer heeft hierover op 20 november 2020 een BNC-fiche ontvangen (Kamerstuk 22 112, nr. 2982). De aangekondigde voorstellen ten aanzien van financiering en regelgeving worden in de loop van dit jaar in meer detail uitgewerkt en gepresenteerd.

Inzet Nederland

In het algemeen is Nederland positief over de mededeling over de Renovatiegolf en de ambitie om de renovatiegraad van gebouwen te verdubbelen tegen 2030. Het kabinet acht het door de Commissie aangekondigde pakket aan maatregelen noodzakelijk om de klimaatdoelen op tijd en met voldoende oog voor draagvlak, haalbaarheid en betaalbaarheid te realiseren. Uitgangspunt is daarbij dat Europese regelgeving ondersteunend is aan het nationale beleid en een kosteneffectieve bijdrage levert aan het reduceren van CO2-uitstoot in de gebouwde omgeving. Het kabinet heeft specifiek aandacht voor de uitwerking van de Europese plannen omtrent regelgeving voor de energieprestatie van gebouwen, hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. Ook voorstellen voor financiering en technische ondersteuning bij renovaties hebben de aandacht van het kabinet.

Het kabinet kan zich vinden in voorstel van de Commissie om in de nationale langetermijn-renovatiestrategie te rapporteren over het beleid dat Nederland voert bij het tegengaan van armoede van kwetsbare huishoudens in woningen met een slechte energieprestatie. Zoals beschreven in het BNC-fiche, is het kabinet daarbij geen voorstander van een Europese verplichting om bepaalde doelgroepen of gebouwen met voorrang te renoveren. Ondersteuning van huishoudens met een lager inkomen kan namelijk het beste door middel van algemeen sociaal beleid. Het kabinet houdt doorlopend aandacht voor evenwichtige inkomensontwikkeling, vanuit de gedachte dat de energietransitie alleen draagvlak kan genieten als deze voor iedereen betaalbaar is en blijft. Daarom zet Nederland in op een zo kosteneffectief mogelijke transitie.

Het is van belang dat Europese plannen aansluiten bij het ingezette beleid vanuit het Klimaatakkoord. Bij de te nemen extra maatregelen om de verhoogde doelstelling voor de renovatiegraad binnen bereik te brengen, houdt het kabinet graag ruimte voor nationaal maatwerk.

Indicatie krachtenveld

De Renovatiegolf is in het algemeen door de lidstaten breed verwelkomd. Er is onder de lidstaten een algemene consensus dat verduurzaming van de gebouwde omgeving noodzakelijk is voor het halen van de klimaatdoelen. Ook ziet men de grote uitdagingen om alle gebouwen op tijd te renoveren vanwege de kosten en het draagvlak. Tegelijkertijd biedt het volgens veel lidstaten kansen voor een groener en sterker economisch herstel na de coronacrisis. Tevens zijn meerdere lidstaten, waaronder Nederland, positief over de aandacht voor een integrale en wijkgerichte aanpak, waarbij ook zaken als circulaire economie en klimaatadaptatie worden meegenomen. In afwachting van de Commissievoorstellen voor wijzigingen van EU-regelgeving hebben meerdere lidstaten aangegeven dat wijzigingen complementair dienen te zijn aan bestaande ambitieuze nationale maatregelen en deze niet dienen te worden doorkruist. Ook is er een oproep gedaan door verschillende lidstaten om ruimte te houden voor regionale en nationale flexibiliteit bij het behalen van de doelstellingen.

Beleidsdebat: Energiesysteemintegratie

De Raad zal waarschijnlijk een beleidsdebat houden over energiesysteemintegratie. De Europese Commissie heeft in juli vorig jaar de Europese strategie voor een geïntegreerd energiesysteem gepresenteerd, waarin werd vooruitgelopen op de aangekondigde wetgevende voorstellen voor 2021. De strategie schetst het toekomstige energiesysteem dat nodig is om klimaatneutraliteit in 2050 in de EU tegen de laagste kosten te kunnen realiseren. Uw Kamer heeft hierover op 14 september 2020 een BNC-fiche ontvangen (Kamerstuk 22 112, nr. 2918). Vermoedelijk zal het beleidsdebat vooral gaan over lokale energieproductie, energiegemeenschappen en huishoudens die zelf een deel van hun energiebehoefte opwekken («prosumenten»). De onderdelen van de energiesysteemintegratiestrategie die hierop betrekking hebben, sluiten aan bij het pakket van schone energie (Clean Energy Package), het wetgevingspakket uit 2018 en 2019 gericht op onder meer aanpassingen in de elektriciteitsmarkt.1 Later dit jaar zullen aanpassingen aan de gasmarkt worden voorgesteld door de Commissie in het gasdecarbonisatiepakket. De publicatie van het voorstel voor certificering van hernieuwbare en CO2-arme brandstoffen onder de herziening van de hernieuwbare energierichtlijn (RED) staat gepland voor juni dit jaar.

Inzet Nederland

Het kabinet is positief over de strategie voor een geïntegreerd energiesysteem, aangezien deze grotendeels aansluit op de Nederlandse beleidslijnen wat betreft systeemintegratie zoals deze aan uw Kamer zijn gemeld in de Rijksvisie marktontwikkeling energietransitie (Kamerstukken 32 813 en 31 239, nr. 536) en het Klimaatakkoord (Kamerstuk 32 813, nr. 342). Een viertal algemene aandachtspunten die zullen worden gehanteerd bij de beoordeling van de wetgevende voorstellen die in 2021 op het gebied van energiesysteemintegratie worden gepubliceerd zijn benoemd in het BNC-fiche, namelijk 1) dat het »energie-efficiëntie eerst»-principe niet ten koste gaat van een kostenefficiënte route richting klimaatneutraliteit in 2050; 2) dat leveringszekerheid van gas en waterstof wordt gewaarborgd; 3) dat betaalbaarheid en regeldruk worden meegewogen in aanvullende wetgeving en; 4) dat de Commissie de noodzaak van flexibiliteit in regelgeving bij marktontwikkeling erkent. Het kabinet is positief over de aansluiting van de voorstellen in de strategie voor energiesysteemintegratie bij het Clean Energy Package en voor meer actieve participatie van consumenten. Dit is in lijn met de Nederlandse wetgeving zoals het kabinet die voorbereidt in de Energiewet. In het huidige Nederlandse stelsel hebben marktdeelnemers al zoveel mogelijk in gelijke mate toegang tot de elektriciteits- en gasmarkt waardoor het consumenten gemakkelijk gemaakt wordt om aan deze markten deel te nemen. Van belang is wel dat bij de voorstellen voor het gasdecarbonisatiepakket later dit jaar ook wordt gekeken naar de betrouwbaarheid van het energiesysteem in geval van decentrale productie van met name hernieuwbaar en gedecarboniseerd gas. In de discussie tijdens de informele Energieraad zal Nederland deze punten naar voren brengen.

Indicatie krachtenveld

Energiesysteemintegratie en de strategie van de Commissie worden over het algemeen door de lidstaten verwelkomd. Er is onder de lidstaten een algemene consensus dat elektrificatie een belangrijke rol gaat spelen, met name voor transport en warmte, voor de route richting klimaatneutraliteit in 2050. Er zijn wel enkele discussiepunten. Zo wordt het «energie-efficiëntie eerst»-principe gesteund door een aantal lidstaten, maar Nederland en een aantal andere lidstaten vinden dat CO2-reductie het uitgangspunt moet zijn en dat energiebesparing alleen prioriteit moet krijgen als dit de meest kosteneffectieve optie is voor CO2-reductie vanuit systeemperspectief. Wat betreft de actieve rol van consumenten wijst een aantal lidstaten erop dat het Clean Energy Package voor de onderdelen van de elektriciteitsmarkt eerst volledig moet worden geïmplementeerd.

Vanuit het Europees Parlement is de strategie ook verwelkomd. Het Europees Parlement is positief over een energiesysteem met een actieve rol van consumenten. Daarbij worden lidstaten ook opgeroepen om de rechten van consumenten te waarborgen om eigen energie te produceren, consumeren en op te slaan als individu of als gemeenschap. Het Parlement wijst bovendien op de noodzaak van flexibiliteit aan de vraagzijde van het energiesysteem.

Diversenpunt: Update samenwerking Pentalaterale Energie Forum rondom waterstof

Binnen het Pentalaterale Energie Forum (het Penta-Forum) werkt Nederland samen met Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Luxemburg, België en Zwitserland aan vraagstukken rondom de energiemarkt. Tijdens de bijeenkomst van de ministers van het Penta-Forum van 1 februari 2021 is besloten om binnen dit forum structureel meer aandacht te geven aan waterstof, onder meer na een gezamenlijke politieke verklaring over Waterstof onder het Nederlandse voorzitterschap van 2020.

Tijdens de informele videoconferentie van energieministers zal het Belgische voorzitterschap van het Penta-Forum een update geven van de samenwerking op het gebied van waterstof tot nu toe. Op dit moment bereiden de Penta-landen samen een bijdrage voor een gezamenlijke positie ten aanzien van het Gas Decarbonisatiepakket van de Europese Commissie. Presentatie door de Europese Commissie van dit pakket is voorzien voor eind 2021. Het pakket zal vermoedelijk een herziening van de regels voor de interne markt voor aardgas bevatten en nieuwe regels voor de interne markt voor waterstof en biogas.


  1. verordening 2019/43 en richtlijn 2019/944↩︎