[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inzet van zelftesten in het hoger onderwijs

Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Brief regering

Nummer: 2021D13262, datum: 2021-04-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31288-907).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 31288 -907 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid.

Onderdeel van zaak 2021Z05981:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2020-2021

31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 907 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 april 2021

Met deze brief informeer ik u, conform het verzoek van de vaste commissie voor OCW van 7 april jl.1 over de inzet van zelftesten in het hoger onderwijs. Het kabinet heeft op 23 maart besloten dat wordt toegewerkt naar het realiseren van meer fysiek onderwijs in het hoger onderwijs, met daarbij de grootschalige inzet van zelftesten. In de brief met de stand van zaken Covid19, verzonden op 23 maart, is uw Kamer hier ook over geïnformeerd.2

Vanwege het grote belang voor de fysieke en mentale gezondheid van jongeren en wegens het voorkomen van verdere achterstanden, is het kabinet voornemens om vanaf 26 april fysiek onderwijs weer één dag per week mogelijk te maken voor studenten in het hoger onderwijs, tenzij de epidemiologische situatie dat niet verantwoord toelaat. Daarover vindt op 20 april de definitieve besluitvorming plaats. De openstelling voor één dag per week geldt aanvullend op de bestaande uitzonderingen op afstandsonderwijs, namelijk voor examens en tentamens, de begeleiding van kwetsbare studenten en praktijkonderwijs. Onderdeel van dit besluit is dat zelftesten beschikbaar gesteld worden, zodat studenten en docenten zichzelf preventief kunnen testen. Zelftesten in het onderwijs zijn onderdeel van een bredere introductie van zelftesten in de Nederlandse samenleving als extra instrument om zicht te krijgen op de verspreiding van het coronavirus en de bestrijding daarvan. Daarom worden zelftesten breed in alle sectoren van het onderwijs ingezet.

In deze brief schets ik waarom hiervoor is gekozen, wat de verwachtingen zijn van studenten en hogeronderwijsinstellingen en hoe de beschikbaarstelling van zelftesten georganiseerd wordt. Over de aanpak voer ik regelmatig overleg met de onderwijskoepels en de studentenorganisaties.

Waarom zelftesten?

Uit recente cijfers blijkt niet dat er veel clusters van besmettingen zijn in het mbo en ho. Ook blijven bij openstelling van het hoger onderwijs voor één dag per week per student blijven alle maatregelen tegen Covid-19 gehandhaafd, waaronder het houden van de 1,5 meter afstand, het thuisblijven bij klachten, het handen wassen, etc. Wel is het zo dat mensen, zeker jongeren, vaak zelf geen last hebben van een besmetting en het virus ondertussen wel ongemerkt overdragen op anderen. De preventieve inzet van zelftesten kan ertoe leiden dat een besmetting (eerder) gesignaleerd wordt, waardoor voorkomen wordt dat het virus ongemerkt verder wordt verspreid. Dit kan en positief effect hebben op het epidemiologische beeld.

We moedigen studenten en instellingen aan zich te testen, maar het doen van een zelftest is op vrijwillige basis. Het kunnen overleggen van een negatief testresultaat is niet voorwaardelijk voor toegang tot de instelling of voor de deelname aan fysiek onderwijs. Van de instelling wordt dan ook niet verwacht dat zij daarop controleert.

Distributie

De overheid stelt de zelftesten voor studenten en medewerkers beschikbaar en bekostigt deze. Ook ten aanzien van de levering en distributie van de testen worden de instellingen zoveel als mogelijk gefaciliteerd en ondersteund. Het uitgangspunt hierbij is dat de tests op een laagdrempelige manier bij de studenten en medewerkers terecht komen, zonder dat dit de instellingen te zwaar belast. We vragen immers al veel van de instellingen en de verdeling van testen behoort niet tot hun kerntaak. In de afgelopen periode is daarom hard gewerkt aan het opzetten van een goed werkend distributiesysteem.

In overleg met de onderwijskoepels (VH, VSNU, MBO Raad) is besloten om SURF te vragen een rol te spelen in de distributie van zelftesten. SURF, de organisatie voor ICT in het onderwijs, lanceert een digitaal portaal waar studenten en medewerkers gratis zelftesten kunnen bestellen. Deze zelftesten worden vervolgens op het door henzelf opgegeven adres afgeleverd. Studenten en medewerkers kunnen hiervoor gebruik maken van hun bestaande instellingsaccount. Over een dergelijk account beschikken de meeste studenten en medewerkers in het hoger onderwijs. Waar studenten en medewerkers niet beschikken over een account bij SURF, worden zelftesten verstrekt via de instelling. Met de NRTO is overlegd dat dit onder andere geldt voor studenten en medewerkers van het niet-bekostigd hoger onderwijs. Enkele hogescholen in het bekostigd onderwijs kiezen er eveneens voor om via de instelling te verspreiden. Ik laat het aan de individuele instellingen om te bepalen of zij testen via het portal van SURF laten bestellen of zelf een actieve rol willen spelen in de distributie van zelftesten.

Dit aanvraagportaal is begin mei klaar. In de dagen daarna komt de distributie via dat portaal op gang. Dit is naar verwachting pas na het moment waarop de ho-instellingen weer één dag per week fysiek onderwijs mogen verzorgen voor studenten (voorzien per 26 april), maar zelftesten zijn, zoals hierboven beschreven, ondersteunend bij deze openstelling en niet randvoorwaardelijk.

SURF en OCW sluiten contracten met derde partijen die de distributie van de tests kunnen organiseren. Vanuit de Dienst Testen van het Ministerie van VWS worden de door het Rijk ingekochte en geleverde testen vervoerd naar deze distributiepunten. De kosten voor de distributie worden gedragen door het Ministerie van OCW en OCW keert een subsidie uit aan SURF voor alle kosten m.b.t. de inrichting van het portaal.

VWS bouwt op dit moment een voorraad op van individueel verpakte testen om het hoger onderwijs te kunnen bedienen. In de tweede helft van april kunnen de eerste zelftesten aan onderwijsinstellingen uitgeleverd worden. Uiteraard is de uitlevering van de zelftesten aan studenten en medewerkers, afhankelijk van de beschikbaarheid van voldoende zelftesten.

De zelftesten zijn centraal ingekocht en bekostigd vanuit het Ministerie van VWS en worden aan het onderwijs beschikbaar gesteld. De middelen voor distributie en inzet worden generaal toegekend. In de negende incidentele suppletoire begroting is dit verwerkt3.

Communicatie

Ik heb afgesproken met de hogeronderwijsinstellingen dat zij een algemene (en indien nodig herhaalde) oproep doen aan studenten en medewerkers om zich thuis te testen. De rijksoverheid zal ondersteunen door duidelijke, eenduidige communicatie beschikbaar te stellen over de wijze van gebruik van zelftesten en het belang van zelftesten. Instellingen spelen een belangrijke rol in de verspreiding van deze communicatie. Ik werk dit de komende weken uit, samen met de koepels.

Pilots met sneltesten

Er lopen op dit moment op verschillende plekken in de samenleving pilots met verschillende typen sneltesten, waaronder ook zelftesten.

In het mbo en hoger onderwijs wordt in acht regionale pilots onderzocht op welke manier (snel)testen zouden kunnen bijdragen aan het op termijn mogelijk maken van meer fysiek onderwijs zonder 1,5 meter afstandsregel. Deze pilots zijn gefaseerd gestart, de eerste op 18 januari jl. In de pilots worden, zonder af te wijken van de geldende veiligheidsmaatregelen, diverse testprocedures en testtypen onderzocht, zodat kennis wordt opgedaan over de mogelijkheden en belemmeringen van testen in de aanloop naar het nieuwe college- en studiejaar in september. De resultaten van de verschillende pilots komen in begin mei beschikbaar.

Deze doelstelling staat dus los van de doelstelling van de introductie van zelftesten in het mbo en het hoger onderwijs. Daar is de doelstelling om door regelmatig te testen een positieve bijdrage te leveren aan het epidemiologische beeld in Nederland.

De oproep aan studenten en medewerkers is dan ook om te blijven participeren in de pilotonderzoeken die gebruik maken van andersoortige testprocedures dan zelftesten, zodat hiermee wetenschappelijke kennis opgedaan kan worden over hoe testen bijdraagt aan het veilig kunnen loslaten van de veiligheidsmaatregelen.

Het kabinet heeft op 23 maart besloten dat binnen de pilotregio’s al eerder dan op 26 april instellingen fysiek onderwijs, voor een dag per week per student, kunnen verzorgen. Dit gaat dan om opleidingen waar iedereen de mogelijkheid tot het afnemen van een test wordt geboden. Daarmee geldt dat vanaf 19 april instellingen die deelnemen aan de pilots, voor gecontroleerde omgevingen – bijvoorbeeld binnen een opleiding – weer één dag per week onderwijs kunnen aanbieden wanneer voor die groep studenten preventief testen beschikbaar is. Deze testmogelijkheid is niet per definitie met een zelftest, maar kan ook een reeds opgezette, andersoortige testfaciliteit zijn.

In de brief van de vaste commissie voor ocw van 7 april verwijst u ook naar het verschil in testaanpak bij de Fieldlab-experimenten. Dat licht ik graag toe. Deze maand zijn er in de cultuur-, sport- en recreatiesector pilots gestart met testbewijzen. In deze pilots geldt dat mensen op vertoon van een negatief testresultaat toegang krijgen tot evenementen en activiteiten. Bezoekers laten zich met een sneltest op corona testen en krijgen vervolgens een testbewijs dat zij bij de ingang kunnen laten zien. Ook in de zogenaamde Fieldlabs evenementen die dit voorjaar plaatsvinden, wordt in sommige gevallen gewerkt met sneltesten en toegangstesten. Bij deze praktijktesten bekijken onderzoekers hoe verschillende evenementen op termijn veilig en verantwoord kunnen worden georganiseerd. Daarbij wordt ook geëxperimenteerd met het loslaten van bijvoorbeeld de afstandsmaatregel. Deze experimenten houden geen verband met de uitrol van zelftesten in het onderwijs. Voor het gebruik van zelftesten geldt, zoals hierboven vermeldt, dat dit vrijwillig is. Het is niet voorwaardelijk voor toegang tot de onderwijsinstelling en het leidt niet tot het loslaten van de basismaatregelen.

Tot slot

Ik hecht er grote waarde aan dat studenten in het hoger onderwijs zo snel als verantwoord mogelijk weer de gelegenheid krijgen fysiek aanwezig te zijn voor het onderwijs aan hun instelling. Ik heb er vertrouwen in dat dit op een veilige manier kan en doe een beroep op instellingen, studenten en medewerkers, om middels zelftesten zelf een bijdrage te leveren aan de verbetering van het epidemiologische beeld.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven


  1. Commissiebrief met verzoek om brief over inzet van testen bij het openen van het hoger onderwijs↩︎

  2. Kamerstuk 25 295, nr. 1063↩︎

  3. Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2021 (Negende incidentele suppletoire begroting inzake extra middelen zelftesten mbo en ho in verband met COVID-19), 13 april 2021 (Kamerstuk 35 806)↩︎