Uitstel beantwoording vragen van het lid Bromet over het bericht ''Nieuwe bouwcrisis dreigt door 'onwerkbare' megawet''
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2021D17318, datum: 2021-05-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20202021-2662).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Onderdeel van zaak 2021Z07001:
- Gericht aan: K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Indiener: L. Bromet, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2662
Vragen van het lid Bromet (GroenLinks) aan de Minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Nieuwe bouwcrisis dreigt door «onwerkbare» megawet» (ingezonden 26 april 2021).
Mededeling van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 12 mei 2021).
Vraag 1
Kent u het bericht «Nieuwe bouwcrisis dreigt door «onwerkbare» megawet»?1
Vraag 2
Klopt het dat bij het testen van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) gebleken is dat de wet en het DSO niet goed functioneren en dat daarmee niet voldaan wordt aan de minimale vereisten om de wet uit te kunnen voeren per 1 januari 2022? Zo nee, hoe zit het dan wel? Zo ja, kunt u precies uitleggen welk problemen bij het testen naar voren zijn gekomen?
Vraag 3
Klopt het dat grote gemeenten in een gezamenlijk overleg de vrees hebben geuit dat hun bouwplannen straks grote problemen zullen ondervinden omdat het DSO niet goed werkt? Zo ja, wat is uw reactie daarop?
Vraag 4
Klopt het dat het DSO bestaat uit verschillende systemen die door verschillende leveranciers worden opgeleverd en dat diverse systemen niet goed op elkaar aansluiten? Zo nee, hoe zit het dan wel? Zo ja, kunt u nader toelichten hoe dit zit en waar de problemen precies ontstaan?
Vraag 5
Klopt het dat gemeenten moeizaam bij landelijke systemen kunnen? Zo ja, hoe komt dit? Zo nee, wat is volgens u de oorzaak dat gemeenten dit wel als probleem ervaren?
Vraag 6
Klopt het dat de ondersteunende database een fragmentarische vergaarbak van informatie is geworden? Kunt u aan de hand van concrete voorbeelden toelichten wat de mogelijke problematische gevolgen hiervan kunnen zijn?
Vraag 7
Klopt het dat er problemen zijn met het wijzigingen van bestemmingsplannen die eenmaal bij de systemen ingediend zijn? Is het waar dat wanneer bestemmingplannen opnieuw worden ingediend er vrees bestaat dat deze (nieuwe versies van de) bestemmingsplannen niet rechtsgeldig zijn? Zo ja, hoe komt dit? Kunt u de juridische context met betrekking tot de rechtsgeldigheid nader toelichten?
Vraag 8
Klopt het dat de gemeente Amsterdam er niet in slaagde om bij een test een «simpele klus» tot een goed einde te brengen? Kunt u toelichten hoe dit kan? Zijn er meer gemeenten waar dit probleem zich bij het testen heeft voorgedaan?
Vraag 9
Deelt u de mening van gemeenten dat grootschalige woningbouw na invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2022 mogelijk stil dreigt te vallen omdat het stelsel niet goed functioneert? Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Kunt u alle interne stukken (verslagen van gesprekken, brieven, memo’s etc.) waarin de stand van zaken betreffende de invoering van de Omgevingswet en het DSO besproken zijn met de Kamer delen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 11
Wat is volgens u de oplossing om de in het artikel geschetste problemen met de Omgevingswet en het DSO op te lossen? Acht u de oplossingen haalbaar in de nog resterende periode tot de geplande inwerkingtreding?
Vraag 12
Wat gaat u precies doen om ervoor te zorgen dat het nieuwe wettelijk stelsel wel op een ordentelijke wijze per 1 januari 2022 inwerking kan treden? Bent u bereid om voordat definitief besloten wordt of het DSO klaar is voor invoering het Adviescollege ICT-toetsing een finaal advies over het DSO te laten geven? Zo nee, waarom niet?
Vraag 13
Kunt u een overzicht geven van de in uw brief van 8 april jl. genoemde 26 overheden die nog niet aangesloten zijn op de landelijke voorziening van het DSO?
Vraag 14
Is er extra budget nodig om een ordentelijke invoering op 1 januari 2022 te garanderen? Zo ja, hoeveel budget betreft dit? Zo nee, zijn er voorziene situaties denkbaar dat er de komende maanden toch alsnog extra budget nodig is?
Vraag 15
Heeft u nog steeds net zoveel vertrouwen als tijdens het notaoverleg over de Omgevingswet, gehouden op 25 november 2020, dat het DSO tijdig gereed is? Zo ja, waar baseert u dat vertrouwen op?
Vraag 16
Kunt u garanderen dat grote bouwprojecten vanaf 1 januari 2022 niet stil komen te liggen vanwege een niet goed functionerende Omgevingswet dan wel een niet goed functionerend DSO? Zo ja, waarop baseert u die garantie? Zo nee, waarom niet?
Vraag 17
Wat is de uiterste datum waarop definitief besloten kan worden om de Omgevingswet per 1 januari 2022 in te voeren of om de invoering opnieuw uit te stellen? Kunt u een actuele nauwkeurige planning geven van de nog te zetten stappen vanaf nu tot de invoering van de Omgevingswet en kunt u ook het overzicht van het zogenoemde Kritieke pad van de vijf minimale eisen voor de invoering zoals u dat op 26 februari jl. aan de Kamer deed toekomen actualiseren?
Vraag 18
Wat is de actuele stand van zaken van het «plan-B» (in uw brief van 8 april jl. omschreven onder het kopje Werkende ketens en tijdelijke alternatieve maatregelen) voor het geval de Omgevingswet wordt ingevoerd en onverhoopt toch blijkt dat het stelsel niet goed functioneert en bijvoorbeeld bouwprojecten vanwege het niet functioneren van het stelsel stil komen te liggen? Zo ja, hoe ziet dit «plan-B» eruit? Zo nee, waarom niet?
Vraag 19
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Mededeling
Op 26 april 2021 zijn door de leden Bromet (GroenLinks) en Minhas en Koerhuis (beiden VVD) vragen gesteld over het NRC-bericht «Nieuwe bouwcrisis dreigt door «onwerkbare» megawet» (kenmerk 2021Z07001 en 2021Z06986).
Op 28 april jl. zijn er over hetzelfde NRC-bericht vragen door het lid Bisschop (SGP) gesteld (kenmerk 2021Z07078).
Deze vragen houden nauw verband met het lopende overleg met de bestuurlijke partners over de implementatie van de Omgevingswet. Het is daarom helaas niet mogelijk om binnen de termijn van drie weken tot adequate beantwoording te komen.
Op woensdag 21 april heb ik met de bestuurlijke partners over de inwerkingtreding van de Omgevingswet gesproken. Doel daarvan is om de wet op een verantwoorde wijze in werking laten te treden en dat zorgvuldig te beoordelen. We hebben vastgesteld dat het op dat moment nog niet mogelijk was om daarover een conclusie te trekken. Op vrijdag 23 april heb ik uw Kamer geïnformeerd over de uitkomsten van dit bestuurlijk overleg en over de voortgang van de implementatie.2
Op dit moment wordt samen met de koepels en met de bevoegde gezagen op een rij gezet wat er nodig is voor een verantwoorde inwerkingtreding. Eind mei is hierover een nieuw bestuurlijk overleg gepland. Na dit overleg zal ik uw vragen zo spoedig mogelijk beantwoorden.