Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de Nederlandse deelname G20 2021 (Kamerstuk 32429-17)
G-20
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2021D17495, datum: 2021-05-12, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. Wilders, Tweede Kamerlid (PVV)
- Mede ondertekenaar: T.J.E. van Toor, griffier
Onderdeel van zaak 2021Z05026:
- Indiener: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Financiƫn
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2021-04-13 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-04-15 14:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2021-05-12 12:00: Nederlandse deelname G20 2021 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2024-03-07 13:59: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (š origineel)
INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de minister van Buitenlandse Zaken over de brief van de minister d.d. 26 maart 2021 inzake de Nederlandse deelname aan G20 in 2021 (Kamerstuk 32 429, nr. 17). De fungerend voorzitter van de commissie, Wilders De griffier van de commissie, Van Toor Inhoudsopgave I Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie II Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie III Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie IV Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie I Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de Nederlandse G20 deelname dit jaar en zijn verheugd dat Nederland hieraan deelneemt. Het belang van de G20 is volgens deze leden voor Nederland niet te onderschatten. Zij hebben hierover de volgende vragen en opmerkingen. De leden van de VVD-fractie lezen dat Nederland sterk gecommitteerd zal blijven aan internationale samenwerking en een actieve en betrouwbare internationale partner wil blijven. De genoemde leden ondersteunen dit commitment. Nederland moet zichzelf laten zien en steeds binnen internationale context banden blijven onderhouden en nieuwe vormen van samenwerking opzoeken, met als doel gezamenlijk grensoverschrijdende vraagstukken oplossen. Mede hierom is de Nederlandse deelname aan de G20 van belang. De leden van de VVD-fractie onderschrijven de doelen van het Italiaanse voorzitterschap, namelijk een meer inclusieve en duurzame samenleving, ondersteund door voldoende investeringen in de ontwikkeling naar een rechtvaardige, groene en duurzame toekomst. Is het kabinet bereid om bij elk van deze themaās te pleiten voor concrete vervolgstappen? Daar waar relevant moeten de genoemde investeringen hand in hand gaan met de noodzakelijke hervormingen. De leden van de VVD-fractie zijn van mening dat veiligheid de basis vormt voor economische ontwikkeling en een inclusieve samenleving. Ondanks dat veiligheid op veel plekken in de wereld onder druk staat en economische ontwikkeling belemmert, staat dit thema niet op de agenda van de G20. Het zou wenselijk zijn als op de G20 wordt gesproken over de relatie tussen veiligheid en economische ontwikkeling, moderne dreigingen, en het belang van internationale afspraken en instituten om de mondiale veiligheid te stimuleren. Deelt het kabinet deze opvatting en is het kabinet bereid hiervoor aandacht te vragen bij ItaliĆ«, de voorzitter van de G20? De leden van de VVD-fractie lezen dat een belangrijke deliverable voor de G20 dit jaar belastingheffing in een digitaliserende economie is, waar momenteel aan wordt gewerkt in het Inclusive Framework. Het Italiaanse voorzitterschap wil halverwege 2021 in OESO-verband consensus bereiken over concrete maatregelen (in lijn met het doel dat in de OESO is afgesproken). Nederland wil ook in 2021 tot concrete oplossingen komen in OESO-verband, zo lezen de leden. Kan de minister, mede naar aanleiding van de brief van de demissionair staatssecretaris van FinanciĆ«n ā Fiscaliteit en Belastingdienst (Kamerstuk 32140, nr. 76), aangeven welke oplossingen voor Nederland een wenselijke uitkomst zijn en in hoeverre deze gerealiseerd lijken te worden? Kan de minister daarnaast aangeven wat de Nederlandse inzet zal zijn bij het bespreken van de prioriteiten op het gebied van financiĆ«le stabiliteit en het werkprogramma voor 2021 van de Financial Stability Board? Kan hij tevens aangeven wat de inzet zal zijn bij het bespreken van onderwerpen aangaande de digitalisering van de financiĆ«le sector? De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het G20-programma op het gebied van handel en investeringen. Zij zijn van mening dat om het āmondiale level playing fieldā, met name gericht op marktverstorende subsidiesā, te verbeteren, het belangrijk is dat de EU hierover een stevige positie inneemt in bijvoorbeeld de Wereldhandelsorganisatie (WTO). En, voor zover van toepassing, ten aanzien van de WTO-hervormingen. Is het kabinet voornemens om hier actief voor te pleiten bij de G20? De leden van de VVD-fractie volgen met interesse de discussie over de wereldwijde toegang tot COVID-19 vaccins, waaraan zij belang hechten. Zij vragen het kabinet welke stappen er bij de G20 gezet kunnen worden om te komen tot het opschalen van productiecapaciteit en het delen van kennis, om zo vaccins wereldwijd beschikbaar te maken. En welke exportcapaciteit valt er vanuit de Verenigde Staten te verwachten, nu de binnenlandse vaccinatiecampagne daar voortvarend verloopt? De genoemde leden menen dat het opschalen van productiecapaciteit dĆ© manier is om toegang tot vaccins en andere technologieĆ«n in ontwikkelingslanden te vergroten. De leden van de VVD-fractie steunen de kabinetspositie in de voortdurende discussies over de schuldenproblematiek. Zij willen hier nogmaals benadrukken dat kwijtscheldingen door een select groepje crediteuren een heilloze weg is als andere crediteuren niet mee doen, en er bij deze crediteuren vervolgens nieuwe leningen worden aangegaan. Zij vragen het kabinet om er samen met gelijkgezinde landen bij China nogmaals op aan te dringen dat bij het Common Framework for Debt Treatments beyond the DSSI er sprake is van transparantie door alle crediteuren, zowel publiek als privaat. Ook vragen de leden van de VVD-fractie er samen met gelijkgezinde landen bij de G20 op aan te dringen dat Chinese quasi-private entiteiten die in feite overheidsbeleid uitvoeren, volledig meedoen bij toekomstige maatregelen voor uitstel van betalingen of kwijtscheldingen bij ontwikkelingslanden die in de problemen zijn gekomen, en daarbij volgens dezelfde maatstaf als publieke crediteuren worden aangeslagen. In het schriftelijk overleg voor de voorjaarsvergadering van de Wereldbank antwoordde het kabinet dat deze onderwerpen via de G20 aan de orde zouden komen. De leden van de VVD-fractie verwachten daarom hierin een actieve opstelling van Nederland en zijn benieuwd naar de uitkomsten. Is het kabinet breid tot deze actieve opstelling? De leden van de VVD-fractie lezen dat Nederland zal uitdragen dat nieuwe technologieĆ«n moeten worden ingezet om maatschappelijke kansen te adresseren en om publieke dienstverlening te verbeteren. Wat wordt er bedoeld met maatschappelijke kansen adresseren en hoe kunnen nieuwe technologieĆ«n daaraan bijdragen? Welke kansen ziet het kabinet tot het verbeteren van publieke dienstverlening, zowel internationaal als Nederland zelf, bijvoorbeeld voor Nederlanders die in het buitenland wonen? En blijft hier ook aandacht voor belangrijke factoren zoals dataveiligheid, privacy, en de menselijke maat? De leden van de VVD-fractie danken het kabinet voor deze vroegtijdige brief over de deelname aan de G20, die op 30-31 oktober 2021 plaats zal vinden in Rome. In de periode van nu tot 30-31 oktober 2021 kan er veel gebeuren op de themaās die op de G20 zijn geagendeerd. Is het kabinet bereid om de Kamer Ć©Ć©n maand voor de G20-top (uiterlijk 1 oktober 2021) opnieuw te informeren over zijn inzet? II Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief over de Nederlandse G20 deelname van dit jaar. Deze leden hebben nog enkele vragen aan de minister van Buitenlandse Zaken. De leden van de D66-fractie lezen dat de G20 agenda gestoeld is op een drietal pilaren: people, planet, prosperity. Wat is volgens de minister de prioriteit in deze drie pilaren? Er wordt gesteld dat de herstelfase van de covid-19 pandemie aangepakt moet worden om nieuwe uitdagingen op het gebied van digitalisering en klimaat meteen aan te pakken. Wat voor concrete plannen liggen er om hier echt een grote globale slag te slaan? Kunt de minister er per thema Ć©Ć©n noemen? De leden van de D66-fractie zijn benieuwd naar de rol die het Koninklijk Huis van het Nederlandse Koninkrijk zal spelen bij de G20. Koningin Maxima is vanuit haar functie als Speciale pleitbezorger van de Verenigde Naties voor inclusieve financiering voor ontwikkeling nauw betrokken bij de jaarlijkse G20. Zal zij ook bij de G20 van dit jaar aanwezig zijn? Zo ja, met wie zal zij in gesprek gaan en waarover? De leden van de D66-fractie zijn benieuwd naar de voortgang van de aanpak van belastingontwijking op OESO-niveau. De leden van de fractie van D66 vragen of en hoe Nederland, conform het advies van de Adviescommissie Belastingheffing Multinationals, een voortrekkersrol vervult in het komen tot concrete maatregelen ter bestrijding van belastingontwijking in OESO-verband. Deze leden vragen tevens of op beide pijlers concrete maatregelen worden voorzien (bijvoorbeeld de digitale dienstenbelasting, verrekenprijssystematiek, minimum winstbelasting) en aan welke concrete maatregelen wordt gedacht. Tot slot vragen deze leden welke knelpunten bestaan om te komen tot consensus. De leden van de D66-fractie lezen dat er een discussie over de schuldenproblematiek van lage-inkomenslanden gevoerd zal worden. Hierover willen deze leden vragen waar Nederland in deze discussie staat? In hoeverre kunnen schulden van fragiele landen kwijtgescholden dan wel verminderd worden als dit bevorderlijk is in de post Covid sustainable recovery? Hoe zou een toekomstige globale herstructurering van onhoudbare schuld er uit zien om groen en inclusief ā en nivellerend ā herstel mogelijk te maken? De leden van de D66-fractie lezen dat Nederland een accent wil leggen op het behouden, versterken en hervormen van het multilaterale handelssysteem. In grote lijnen volgen de leden van de D66-fractie dit standpunt, echter vragen deze leden zich af hoe dit zich verhoudt tot de EU-China relatie, waarin duidelijk zwaktes te detecteren zijn in het open handelssysteem. Kan de minister bezien of het opportuun is om ook een bepaalde mate van wederkerigheid te implementeren in het multilaterale handelssysteem? Wat China de EU oplegt, dient dat omgekeerd niet ook te gelden? De leden van de D66-fractie zijn het eens met het kabinet dat de schadelijke visserijsubsidies zo spoedig mogelijk een halt toegeroepen moeten worden. Kan de minister dit als Ć©Ć©n van de concrete accenten aanbrengen in de Nederlandse bijdrage tot de G20? Ook zijn deze leden positief over het voornemen ambitieuze Nationally Determined Contributions, ānationaal vastgestelde doelstellingenā (NDCās) af te spreken om de klimaatambities in de G20 te verhogen. Hoe dwingt Nederland dit met gelijkgestemde landen af? Kan de minister de pijnpunten identificeren waar landen in hun ambities moeite mee hebben zodat deze bij de UN Climate Change Conference CoP-26 in november al zo duidelijk mogelijk zijn? De leden van de D66-fractie zijn benieuwd naar de inzet rondom klimaatadaptatie. Als hier in G20-verband over gesproken wordt vragen deze leden zich af of er ook samen wordt gewerkt met fragiele landen die qua klimaatimpact de grootste korte termijnrisicoās lopen en zodoende het hardste moeten bijschakelen wat betreft adaptatie? Wat doet de G20 in dit verband, worden deze landen betrokken? Of maakt de G20 in de aanloop naar de CoP-26 plannen waarin deze landen worden meegenomen? De leden van de D66-fractie lezen dat gezondheid ook groot op de agenda staat. Hierbij worden vier kernpunten genoemd, maar lijkt een vijfde cruciale punt te ontbreken: hoe richten we onze landen, samenlevingen en industrieĆ«n in zodat de kans op zoƶnose zo nihil mogelijk wordt gemaakt? Kan de minister hier aandacht voor vragen in de Nederlandse G20-bijdrage? De leden van de D66-fractie verwelkomen de blijvende aandacht voor onderwijs op de agenda van de G20. De leden van de D66-fractie lezen in de brief dat in het Nederlands standpunt de instrumentele waarde van onderwijs ā wat onderwijs opbrengt voor de economie en arbeidsmarkt ā voorop staat. Daar hebben zij enige zorgen bij. Onderwijs is de motor achter brede ontwikkeling. Niet alleen de ontwikkeling van de economie of de arbeidsmarkt, zoals de Kamerbrief terecht benoemd, maar ook de ontwikkeling van het individu. Het biedt de kans om nieuwe talenten ontdekken. Om je geestelijke, lichamelijke en creatieve vermogens te ontwikkelen. En, niet geheel onbelangrijk, om de wereld om je heen beter te begrijpen en je (wereld)burgerschap te ontwikkelen. De leden van de D66-fractie vragen de minister om het brede belang van onderwijs als uitgangspunt te nemen in de Nederlandse positie en daar aandacht voor te vragen. Zij vragen tevens aan de minister of Nederland deelneemt aan de onderwijswerkgroep en of de G20 kennis deelt over effectief onderwijsbeleid. Ten slotte vragen zij of de minister mogelijkheden ziet om wereldburgerschap actief te agenderen, ook gelet op het feit dat interculturele vaardigheden en wederzijds begrip fundamenteel zijn voor internationale handel en ontwikkeling. De leden van de D66-fractie zijn enthousiast dat het Italiaans voorzitterschap het belang van fundamenteel onderzoek voor maatschappelijke en economische ontwikkeling erkent door het een eigenstandig onderwerp op de agenda te maken. Zij vragen de minister te verhelderen of het een vrijblijvend beleidsdebat betreft of dat het Italiaans voorzitterschap een specifiek resultaat voor ogen heeft. Deze leden vragen of Nederland of de Europese Commissie eventuele steun van de G20 voor ācOAlition Sā aan de orde zullen stellen om het wereldwijde streven naar open science te onderstrepen. III Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie De leden van de SP-fractie hebben de agenda en Nederlandse deelname aan de G20 gelezen. De leden hebben hier nog een aantal vragen over. De leden van de SP-fractie constateren dat, gezien de samenkomst van de landen die samen 80 procent van het mondiale BNP in handen hebben, de G20 de ideale setting biedt voor de discussie over een mondiaal tarief voor winstbelasting. De leden van de SP-fractie vragen de minister of hij (net als de Amerikanen) bereid is om een mondiaal minimumtarief voor winstbelasting te promoten. Is de minister het eens dat er momentum is voor dit plan en dat er zo spoedig mogelijk stappen gezet moeten worden teneinde een race to the bottom te voorkomen? Zo nee, wanneer dan wel? IV Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie De leden van de PvdA-fractie danken het kabinet voor de brief met de inzet bij de deelname aan de G20 top en hebben nog een enkele vraag. De leden van de PvdA-fractie menen dat multilaterale samenwerking over de grote uitdagingen van deze tijd essentieel zijn om vooruitgang te boeken. Dat geldt in het bijzonder voor klimaat, herstel van de sociaal economische impact van de COVID-19 pandemie en voor de samenwerking op het gebied van de gezondheidzorg, zeker op het gebied van de toegang tot COVID-19 vaccins en andere technologieĆ«n in ontwikkelingslanden. Zolang er geen daadkrachtige aanpak in die landen is zal de COVID-19 pandemie blijven. De leden van de PvdA-fractie menen dat Nederland hierbij in alle bescheidenheid een constructieve bijdrage kan leveren. Het doel van het Italiaanse voorzitterschap van de G20 tot het bereiken van een meer inclusieve en duurzame samenleving, ondersteund door voldoende investeringen in de ontwikkeling naar een rechtvaardige, groene en duurzame toekomst onderschrijven de leden van de PvdA-fractie van harte. Dit betekent wel dat voor een duurzaam economisch herstel na de coronacrisis de rol van het internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen doorslaggevend is. Er zijn in beginsel goede multilaterale randvoorwaarden, zoals OESO-richtlijnen, de Global Compact van de VN en de doelstellingen van de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDGās). Het probleem zit met name in de naleving daarvan. Heeft het kabinet voorstellen hoe de mondiale doelstellingen beter zouden kunnen worden nageleefd? Want het bereikten van duurzame mondiale groei is weliswaar een doel maar om dit doel te bereiken zijn overheden (mede) afhankelijk van private partijen. Welke inzet heeft het kabinet op dit punt?