Amendement van het lid Van Nispen over voorstel schrappen om kosten te verhalen op degene die strafbare feiten pleegt
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met versterking van de strafrechtelijke aanpak van ondermijnende criminaliteit (versterking strafrechtelijke aanpak ondermijnende criminaliteit)
Amendement
Nummer: 2021D17992, datum: 2021-05-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35564-7).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. van Nispen, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van kamerstukdossier 35564 -7 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met versterking van de strafrechtelijke aanpak van ondermijnende criminaliteit (versterking strafrechtelijke aanpak ondermijnende criminaliteit).
Onderdeel van zaak 2021Z08165:
- Indiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-06-01 15:05: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 564 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met versterking van de strafrechtelijke aanpak van ondermijnende criminaliteit (versterking strafrechtelijke aanpak ondermijnende criminaliteit)
Nr. 7 AMENDEMENT VAN HET LID VAN NISPEN
Ontvangen 18 mei 2021
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel III vervalt.
II
Artikel IV, onderdelen B tot en met E, vervallen.
III
Artikel VI vervalt.
IV
Artikel VII vervalt.
Toelichting
Het voorstel om de kosten voor het ongedaan maken van de gevolgen van strafbare feiten op de leefomgeving en de volksgezondheid te verhalen op degene die strafbare feiten pleegt verdient fundamentele heroverweging en hoort om die reden niet in een verzamelwet thuis. Via dit amendement worden dan ook de betreffende onderdelen die dat in het wetsvoorstel regelen geschrapt. Het is namelijk in de eerste plaats een principiële discussie. De advocatuur noemt dit een trendbreuk. Het is immers de overheid die zorg draagt voor de kosten van het strafproces en dat geldt ook voor het uitvoeren van maatregelen en straffen. Als we vinden dat criminele winsten moeten worden afgepakt en misdaad niet mag lonen, dan zijn daar andere straffen en maatregelen voor, zoals het ontnemen van wederrechtelijk verkregen voordeel. Een maatregel die veel beter kan worden benut, om te zorgen dat misdaad niet langer loont.
Daarbij komt dat het onderhavige wetsvoorstel waarschijnlijk niet zo zeer de zware jongens en de rijke criminelen zal treffen, maar de mensen bij wie illegaal vuurwerk, wapens of bijvoorbeeld drugs worden afgepakt en moeten worden vernietigd. Dat zullen geregeld de loopjongens zijn, die (al dan niet onder dwang of dreiging van grotere criminelen) in opdracht handelen. Voorts zijn de kosten van dit voorstel aanzienlijk, het wordt geschat op € 1.750.000 aan structurele meerkosten die zouden zijn verbonden aan het opleggen van de maatregel. Of de opbrengsten deze kosten zullen overstijgen is nog maar de vraag.
Indiener is van mening dat het invoeren van een maatregel die het mogelijk maakt dat de kosten in verband met het vernietigen van inbeslaggenomen drugs en illegaal vuurwerk op de dader kunnen worden verhaald misschien daadkrachtig klinkt, maar mogelijk niet verstandig is. Met het uitgangspunt dat criminelen niet rijk mogen worden van misdaad heeft dit niet veel te maken, daarvoor zijn immers andere straffen en maatregelen. Het voorstel om mensen niet alleen financieel te plukken en te straffen, maar aanvullend nog een aanvullende straf op te leggen, namelijk een soort extra boete ter waarde van de kosten die de overheid heeft moeten maken, verdient een principiële discussie, heeft op dit moment onvoldoende onderbouwing en kost veel geld. Om die reden kan er beter van worden afgezien.
Van Nispen