[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl (Kamerstuk 25295-988)

Infectieziektenbestrijding

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2021D18086, datum: 2021-05-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2021D18086).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2021Z03079:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2021D18086 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De vaste commissie voor VWS heeft op 18 mei 2021 enkele vragen en opmerkingen aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voorgelegd over de op 12 februari 2021 toegezonden brief inzake Steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl (Kamerstuk 25 295, nr. 988).

De fungerend voorzitter van de commissie,
Agema

De griffier van de commissie,
Esmeijer

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de VVD

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de kabinetsbrief over het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl. Zij hebben hierbij nog enkele vragen.

Aanleiding

De leden van de VVD-fractie vinden het goed dat de Minister maatregelen neemt om de directe effecten van de coronacrisis op het sociaal en mentaal welbevinden van kwetsbare groepen in goede banen te leiden en negatieve gezondheidseffecten van de coronamaatregelen te beperken. Wel willen deze leden weten hoe de Minister daarbij de ruimte laat aan gemeenten om daarbij gebruik te maken van lokale netwerken en structuren van bijvoorbeeld (sport)verenigingen, lokale onderwijskoepels en het lokaal/regionale zorgveld. Deelt het kabinet de opvatting dat die ruimte belangrijk is, en zo ja, op welke wijze gaat de Minister dat uitgangspunt invullen?

De leden van de VVD-fractie vinden het totale pakket van 200 miljoen euro natuurlijk omvangrijk. Echter, verdeeld over gemeenten kan het uiteindelijk beschikbare budget per gemeente zeer verdeeld uitpakken. Juist door aan te sluiten bij lokale netwerken voorkomen we dat geld opgaat aan overheadkosten. Deelt de Minister de mening dat dit onwenselijk is en dat alles op alles gezet moet worden, door rijk en gemeenten, dat de middelen maximaal terechtkomen bij de hulp aan de beoogde kwetsbare doelgroepen?

De leden van de VVD-fractie willen graag van de Minister weten waar gemeenten die vragen hebben over de besteding of aanvraag van middelen terecht kunnen.

Hoe vindt de verdeling van de 200 miljoen euro over gemeenten plaats? Via een verdeelsleutel? Via het gemeentefonds? Hoe is de Minister van plan te borgen dat deze middelen rechtmatig en doelmatig worden ingezet? De Minister geeft aan «met partijen een goede vinger aan de pols te houden om te zien hoe dit steunpakket mensen ondersteunt.» Op welke wijze is de Minister van plan dat te gaan doen?

Actielijn 1: Sociaal en Mentaal welzijn voor de Jeugd

De leden van de VVD-fractie vinden het goed dat de Staatssecretaris van VWS aangeeft dat er aanvullende acties op het Jeugdpakket nodig zijn en dat hij zijn oor te luisteren heeft gelegd bij jongeren, wethouders en jeugddomeinexperts. Het op handen zijnde Jeugdplan heeft dan ook zeker de interesse van de leden van de VVD-fractie; juist omdat het de leefsfeer van jongeren betreft buiten de reguliere orde van school en universiteit. In de kabinetsbrief wordt aangegeven dat jongeren behoefte hebben aan laagdrempelige ondersteuning voor mentaal welzijn. Dat is vanuit de wil en wens van jongeren zelf geredeneerd. Maar hoe worden jongeren bereikt die hier niet proactief op aanslaan, maar wellicht juist baat hebben bij ondersteuning? Hoe worden deze extra en geïntensiveerde initiatieven onder de aandacht gebracht?

Actielijn 2: intensivering lokale initiatieven welzijn kwetsbare groepen

De leden van de VVD-fractie lezen dat 25% van het budget van het steunpakket wordt uitgegeven aan de extra begeleiding en ondersteuning van mensen die psychisch kwetsbaar zijn, mensen met een (verstandelijke) beperking thuis en mensen die dak- of thuisloos zijn. De extra steun op de vier genoemde punten zou, wat de leden van de VVD-fractie betreft, gericht moeten zijn op steun die een duurzaam effect beoogt voor deze doelgroepen. Is de Minister bereid om daar expliciet rekening mee te houden en dit mee te nemen in de verdere uitvoering, zo vragen de leden van de VVD-fractie?

De leden van de VVD-fractie lezen dat de Minister extra middelen ter beschikking stelt om lokaal passend vervoer en extra locaties te bieden voor alternatieve en verspreide vormen van dagbesteding. Heeft de Minister signalen gekregen dat de huidige meerkostenregeling niet afdoende is gebleken? Hoe verschilt deze ondersteuning zich van de steun die gefinancierd wordt via de meerkostenregeling voor Wmo en Jeugd?

Actielijn 3: een gezonde leefstijl en mentale vitaliteit

De leden van de VVD-fractie zijn tevreden met het voorstel voor de actielijn «gezonde leefstijl en mentale vitaliteit» dat inzet op ondersteuning van bestaande sportakkoorden en inzet voor leefstijlinterventies. Deelt de Minister de mening van de VVD-fractie dat het steunpakket daarmee dus ook een bijdrage kan leveren aan de al veel eerder ingezette noodzaak om binnen het sociaal domein veel meer te investeren in het voorveld? Is de Staatssecretaris bereid om dit bredere belang van die transformatie in het sociaal domein ook nadrukkelijk tijdens de gesprekken met betrokken partijen te benoemen?

Bijlage financieel overzicht

De leden van de VVD-fractie lezen dat er vijf miljoen euro is gereserveerd voor steun aan ondernemers («Loketten en ontwikkelen concrete tools ondernemers»). Wat is hier de stand van zaken van? Hoe zijn (vertegenwoordigers van) ondernemers betrokken bij de invulling van deze steunmaatregel? Deelt de Minister de opvatting dat deze periode ongelooflijk zwaar is voor individuele ondernemers en dat er dus grote urgentie is om deze ondersteuning snel op te starten? Wanneer gaat de daadwerkelijke ondersteuning van start?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66

De leden van de D66-fractie hebben nog enkele vragen met betrekking tot het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl.

De leden van de D66-fractie constateren dat dit steunpakket is gelanceerd in een periode dat de lockdown op zijn hevigst was en snel effect gewenst was. Hoe snel is het geld beschikbaar gekomen en is reeds al het geld van het steunpakket uitgekeerd door de rijksoverheid? Kan de Minister aangeven binnen welke gemiddelde termijn het geld daadwerkelijk is uitgegeven, bijvoorbeeld via de gemeente?

De leden van de D66-fractie vragen de Minister enkele concrete voorbeelden op te sommen die mogelijk zijn gemaakt dankzij dit steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl. Is er ook een plek of website alwaar deze voorbeelden worden getoond?

De leden van de D66-fractie vragen de Minister om duidelijke te maken welke aanbevelingen, die genoemd zijn in het SER-Rapport «En nu daden…» van de Jongeren Denktank Corona, mogelijk zijn gemaakt dankzij dit steunpakket. Is er na bekendmaking van dit steunpakket nog contact geweest met de Jongeren Denktank Corona voor de precieze invulling van dit steunpakket?

De leden van de D66-fractie lezen dat er extra middelen beschikbaar komen voor de 200.000 mensen die gebruik maken van begeleiding. Zij vragen zich af in hoeverre dagbestedingsactiviteiten weer heropend kunnen worden voor gevaccineerde personen. Hoeveel procent van de mensen die gebruikmaakt van dagbesteding heeft daar momenteel al weer toegang toe?

De leden van de D66-fractie lezen dat er extra geld beschikbaar komt om met name kinderen en jongeren mentaal en fysiek gezond door de crisis te helpen. Zij vragen zich af of hierbij ook zicht is op de wijze waarop de negatieve effecten verdeeld zijn over verschillende inkomensgroepen. In hoeverre sluiten deze programma’s aan op bestaande projecten om kinderen die opgroeien in armoede te ondersteunen in een gezonde leefstijl, bijvoorbeeld door sport?

De leden van de D66-fractie lezen dat er 5 miljoen euro is vrijgemaakt voor «loketten en ontwikkelen concrete tools ondernemers». Zij vragen zich af op welke wijze hier invulling aan gegeven gaat worden. Op welke wijze vindt de toewijzing van het budget plaats en wat is hierbij de rolverdeling tussen het Ministerie van VWS en het Ministerie van EZK? Op welke manier maakt dit pakket onderdeel uit van een breder herstelpakket en wordt aandacht besteed aan hoe dit plan past binnen andere initiatieven ter ondersteuning van ondernemers? Hoe wordt gezorgd voor bekendheid van het initiatief onder ondernemers?

De leden van de D66-fractie vinden inzet op gezonde leefstijl en preventie essentieel, niet alleen nu maar zeker ook in de toekomst. Deze leden lezen veel ambitie van het kabinet maar het is nog onduidelijk welke van de genoemde maatregelen onder het steunpakket vallen en welke voor de langere termijn zijn bedoeld. Deze leden vragen de Minister daarom om een uitsplitsing te maken van de uitgaven die bedoeld waren voor gezonde leefstijl. Kan de Minister per maatregel onder het kopje leefstijl, zoals genoemd in de brief over het steunpakket, aangeven hoeveel er wordt uitgegeven vanuit het steunpakket en welke onderwerpen bedoeld zijn voor de langere termijn?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PVV

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de brief van 12 februari jl. over het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl. Deze leden hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen. De leden van de PVV-fractie lezen dat er een mentaal steunpakket wordt opgezet, waarvoor 200 miljoen euro beschikbaar komt. Deze leden vragen hoe dit geld op een effectieve manier ingezet zal gaan worden. De crisis heeft impact op alle lagen van de bevolking, toch zijn de gevolgen groter voor mensen met een lagere sociale economische status. Van eerder genomen leefstijlmaatregelen is bekend dat zij deze doelgroep niet of nauwelijks bereiken. Recent nog uitten huisartsen hun zorgen over de lage opkomst voor de vrijwillige vaccinatie in veel achterstandswijken. Ook hier slaagt het kabinet er niet in om deze mensen te bereiken. Hoe gaat de Minister er nu wel voor zorgen dat deze doelgroep daadwerkelijk bereikt gaat worden? Is van de bestaande initiatieven en trajecten bekend of zij daadwerkelijk het gewenste resultaat opgeleverd hebben? Zijn er onderzoeken bekend van de bewezen effectiviteit van de bestaande initiatieven en trajecten die in aanmerking komen voor geld van het steunpakket? Is dit een vereiste? Zo nee, waarom niet zo vragen de leden van de PVV-fractie.

De leden van de PVV-fractie zijn benieuwd wie gaat bepalen of heeft bepaald welke initiatieven in aanmerkingen komen voor het steunpakket en op basis waarvan?

Het steunpakket bestaat uit 3 actielijnen. Op welke manier zal de 200 miljoen euro tussen deze actielijnen verdeeld worden?

De leden van de PVV-fractie zien dat er veel ingezet wordt op online en digitale activiteiten om het sociaal en mentaal welzijn voor de jeugd te vergroten. Kinderen uit kwetsbare gezinnen hebben vaak geen toegang tot deze online tools. Hoe wordt voorkomen dat juist deze belangrijke groep kinderen over het hoofd gezien wordt? De leden van de PVV-fractie maken zich zorgen dat kinderen die geen gebruik kunnen maken van online tools van de radar verdwijnen. Hoe zorgt de Minister ervoor dat deze kinderen niet uit beeld verdwijnen en dat ook zij gebruik kunnen maken van initiatieven voor sociaal en mentaal welzijn?

De eenzaamheid was voor corona al groot en is door corona alleen maar toegenomen. Het is goed dat het kabinet hier oog voor heeft en extra wil intensiveren. Ouderen hebben echter aangegeven dat zij digitaal contact geen passend alternatief is voor fysiek contact en dagbesteding. Bovendien maken mensen met een lagere economische status minder gebruikt van online tools, toch lezen de leden van de PVV-fractie dat er vooral ingezet wordt op digitaal en belcontact. Is de Minister bereid zoveel mogelijk in te zetten op écht contact? Zo nee, waarom niet? De leden van de PVV-fractie zijn van mening dat als je mensen wil bereiken fysiek contact met mensen en veldwerk noodzakelijk is.

De meeste kwetsbare ouderen zijn al of worden binnen afzienbare tijd gevaccineerd, kan de dagbesteding dan weer op de oude, normale manier, zonder inachtneming van de basisregels van corona, worden vormgegeven? Zo nee, waarom niet?

Waarom wordt er extra ingezet op alternatieve dagbesteding? Waarom wordt de oude dagbesteding niet weer van toepassing? Op veel plekken, ook in instellingen, is de dagbesteding nog steeds niet op orde. De PVV-fractie vroeg hier eerder ook naar in het algemeen overleg over gehandicaptenbeleid op 26 november 2020, maar heeft daarop nog steeds geen reactie ontvangen van de Minister voor Medische Zorg en Sport.

De coronacrisis trekt een zware wissel op het mentaal welbevinden. Sporten is een uitlaatklep, daarnaast helpt sporten (bewegen) tegen depressies. Veel mensen sporten niet meer omdat onder meer de sportscholen gesloten zijn. Veel sportscholen hebben inmiddels maatregelen genomen om op een veilige manier, coronaproof, weer open te gaan. Wanneer kunnen de sportscholen weer open? Ook het kabinet ziet het belang in van sporten tijdens deze crisis, welke extra maatregelen neemt de Minister om ervoor te zorgen dat iedereen zo snel mogelijk weer op de oude normale manier kan sporten?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van het CDA

De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het Steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl. Deze leden zien het grote belang van het ondersteunen van sociaal en mentaal welzijn in deze voor velen moeilijke tijden. Deze leden hebben echter wel enkele vragen bij de keuzes die in dit steunpakket gemaakt worden.

De leden van de CDA-fractie constateren dat zorgverzekeraars en zorgkantoren niet terugkomen in de brief. Hebben zij geen enkele rol binnen dit steunpakket? Zo nee, waarom niet?

Het kabinet wijst erop dat er in deze coronatijd minder wordt bewogen, mensen zwaarder worden en rokers meer zijn gaan roken, mede waardoor de weerstand van mensen verslechterd is. De leden van de CDA-fractie vragen de Minister of hij kan reflecteren op het mogelijke risico dat hierdoor komend najaar – wanneer mogelijk veel coronamaatregelen afgeschaft zijn – het aantal mensen dat andere infectieziektes oploopt (aanzienlijk) hoger zou kunnen zijn dan normaal. Op welke wijze wordt hierbij rekening gehouden met het scenario dat de zorg daardoor weer extra onder druk kan komen te staan?

Doel van dit steunpakket is volgens het kabinet het verminderen van de langdurige gevolgen van deze coronaperiode op het sociaal en mentaal welbevinden en gezondheid. De leden van de CDA-fractie vragen welke parameters worden gebruikt om de resultaten te monitoren? En waar is de nulmeting?

Het loket gezond leven bevat honderden interventies die kunnen worden ingezet. De leden van de CDA-fractie vragen of al deze interventies bewezen effectief zijn. Zo niet, welke zijn wel bewezen effectief?

Met het programma Gezonde School wordt nu 17% van de scholen bereikt met effectieve programma’s om op basisscholen en middelbare scholen effectieve interventies op gebied van leefstijl en welzijn aan te bieden. De leden van de CDA-fractie vragen waarom slechts 17% van de scholen bereikt wordt.

Het kabinet investeert in het tijdig signalen opvangen van mensen die stress ervaren, spanningsklachten ontwikkelen en depressieve klachten hebben en de mentale weerbaarheid van werkend Nederland. Deze acties worden uitgewerkt in samenwerking met de ministeries van EZK, SZW en VWS. Wat is de stand van zaken hiervan?

Het kabinet heeft reeds 5 miljoen euro vrijgemaakt om thuiswerken te bevorderen. De leden van de CDA-fractie vragen waaraan dit bedrag exact is besteed.

In de bijlage met het financieel overzicht geeft het kabinet aan dat er 0,5 miljoen euro voor Caribisch Nederland is gereserveerd. De leden van de CDA-fractie vragen wat er met dit geld gedaan wordt.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief van het kabinet over de invulling van het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl, en hebben daarbij nog wat vragen.

De leden van de SP-fractie lezen dat voor het steunpakket in totaal 200 miljoen euro wordt uitgetrokken. En hoewel elke euro extra naar ondersteuning wordt toegejuicht door deze leden, constateren zij wel dat de ambities die zijn opgeschreven op zijn zachtst gezegd erg ambitieus zijn voor dat bedrag. Kan de Minister toelichten hoe reëel het is dat de acties die zijn opgeschreven ook echt uitgevoerd kunnen worden?

Daarnaast constateren de leden van de SP-fractie weliswaar acties, maar daarbij staan geen doelen geformuleerd. Dat terwijl doelen er juist voor zorgen dat inzichtelijk wordt of de ambities behaald worden. Kan de Minister toelichten waarom ervoor is gekozen om geen doelen vast te stellen? Gaan die op een later moment alsnog wel vastgesteld worden? En zo nee, hoe gaat er dan in kaart gebracht worden of de acties die nu met dit geld voorgesteld worden ook effect hebben?

De leden van de SP-fractie constateren dat op het gebied van – in ieder geval een deel – van de acties die nu uitgezet worden in de afgelopen jaren nog is bezuinigd. Nu staat er incidenteel 200 miljoen euro om weer wat terug op te bouwen. Waarom wordt er niet gekozen voor een meer structurele aanpak van de welzijns- en leefstijluitdagingen die er zijn? Erkent de Minister dat jojo-financiering op de lange termijn duurder is dan een structurele financiering van preventie? En wat gaat de Minister doen om ervoor te zorgen dat de initiatieven die nu gestart kunnen worden dankzij deze financiering straks niet weer wegvallen als er geen geld meer is?

De leden van de SP-fractie vinden het goed dat er nu oog is voor preventie, want de cijfers wijzen er al langer op dat er echt een fors probleem is. Toch vragen deze leden zich wel af of met andere keuzes de noodzaak voor de aanpak van welzijn en leefstijl nu niet minder had kunnen zijn. Kan de Minister hierop reflecteren? Zijn er zaken waarvan hij met de kennis van nu vindt dat dat anders had moeten gaan? Bijvoorbeeld in de keuze voor wat wel en wat niet te sluiten?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PvdA

De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het Steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl en hebben nog enkele vragen.

De leden van de PvdA-fractie vinden het goed dat er uitvoering wordt gegeven aan de motie van het lid Asscher om te zorgen voor betere sociale ondersteuning aan kwetsbare groepen tijdens de coronapandemie. Deze leden lezen dat er wordt voorgesteld om 200 miljoen euro beschikbaar te stellen voor 2021. De leden van de PvdA-fractie menen dat de negatieve gevolgen van de coronapandemie voor het sociaal en mentaal welzijn van Nederlanders ook in 2022 zullen bestaan. Deze leden vragen waarom dit steunpakket niet verlengt wordt tot 2023?

Actielijn 1: Sociaal en Mentaal welzijn voor de Jeugd

De leden van de PvdA-fractie vragen de Minister of hij de Kamer nader kan informeren over de uitvoering van het Jeugdpakket uit december 2020. Hoeveel jongeren zijn bereikt dan wel geholpen met de lokale en landelijke initiatieven van dit Jeugdpakket?

De leden van de PvdA-fractie lezen dat gemeenten onder andere inzetten op meer mogelijkheden tot ontmoeting in (tijdelijke onbenutte) ruimten zoals bibliotheken, buurthuizen, wijkcentra, sporthallen en evenementhallen beter en veilig benutten voor sociale en ondersteuningsactiviteiten. De leden van de PvdA-fractie herkennen dat voor het sociale en mentale welzijn van kwetsbare jongeren het organiseren van offline activiteiten zeer waardevol is. Tegelijkertijd constateren de leden van de PvdA-fractie dat bibliotheken, wijkcentra etc. lange tijd gesloten zijn vanwege de coronamaatregelen. Deze leden vragen de Minister of de mogelijkheden om deze ruimten te benutten in handen liggen van gemeenten. Deze leden vragen de Minister in hoeverre landelijke richtlijnen die door hem worden opgesteld bepalend zijn voor het benutten van deze ruimten.

De leden van de PvdA-fractie juichen toe dat er meer lokale en landelijke initiatieven komen voor sociaal en mentaal welzijn van jongeren. Deze leden vragen de Minister welke communicatiekanalen worden gebruikt om de verschillende initiatieven en activiteiten kenbaar te maken bij jongeren, leraren, huisartsen en andere geïnteresseerden.

Actielijn 2: Intensivering lokale initiatieven welzijn kwetsbare groepen

De leden van de PvdA-fractie lezen dat in de aanpak van eenzaamheid wordt ingezet op extra handen: boodschappen, hulpvragen doorzetten en helpen contact maken met anderen. Deze leden lezen nergens in de brief van de Minister aandacht voor mantelzorg. De Minister beschrijft dat hij met sociale partners in overleg gaat over burn-outklachten, vereenzaming en depressie bij werkenden als gevolg de pandemie. De leden van de PvdA-fractie vragen of de Minister met sociale partners ook kan bespreken hoe mantelzorg door werkenden beter gefaciliteerd kan worden. Deze leden menen dat als de balans tussen werk en zorg beter wordt er extra handen beschikbaar zijn voor het welzijn van kwetsbare groepen.

De leden van de PvdA-fractie lezen dat de Minister aandacht heeft voor alternatieve dagbesteding aangezien dagbesteding vanwege corona niet altijd door kon gaan. Deze leden vragen of de reguliere dagbesteding weer gegarandeerd kan worden zodra deelnemers en zorgverleners gevaccineerd zijn? Is het nodig om «alternatieve» dagbesteding te bieden na vaccinatie?

Actielijn 3: Een gezonde leefstijl en mentale vitaliteit

De leden van de Pvda-fractie lezen dat de Minister inzet wil plegen voor een gezonde leefstijl omdat overgewicht is toegenomen en rokers meer zijn gaan roken. Deze leden lezen in de brief van de Minister geen aandacht voor verslavingszorg. Deze leden krijgen signalen dat niet alleen het roken is toegenomen maar ook de alcohol- en drugsverslaving. Deze leden vragen de Minister of hij deze signalen herkent. De aan het woord zijnde leden vragen of de Minister zich ook zal inzetten voor sterkere verslavingszorg.

Deze leden lezen dat de Minister onder andere een publiekscampagne over gezonde leefstijl wil inzetten. Deze leden menen dat in het verleden vaker publiekscampagnes zijn ingezet om gezondere leefstijl te bevorderen. Deze leden vragen de Minister of hij de Kamer kan informeren over de effectiviteit van eerdere publiekscampagnes.

Tot slot

De leden van de PvdA-fractie lezen dat de Minister komende weken met beoogde partners op verschillende overlegtafels zal spreken over de uitwerking van de drie actielijnen. De leden van de PvdA-fractie vragen de Minister of hij het tijdspad wil schetsen voor het uitvoeren van dit steunpakket.

Aandacht voor sociaal en mentaal welzijn noodzakelijk

De leden van de GroenLinks-fractie maken zich zorgen om de sociale en mentale gevolgen van de coronacrisis voor jongeren. De cijfers over de (sombere en angstige) gevoelens van jongeren die de Minister noemt zijn uit het najaar van 2020. De voornoemde leden zijn benieuwd hoe het er nu voor staat. Zijn er inmiddels ook nieuwe (vervolg)onderzoeken gedaan? Stijgt het aantal jongeren dat zich somber voelt en angstklachten heeft of daalt het? Op welke manier is er op de cijfers op het najaar gehandeld en heeft dat geholpen? De leden van de GroenLinks-fractie vragen zich hetzelfde af over de cijfers van Veilig Thuis. In het eerste halfjaar van 2020 kwamen daar meer adviesvragen binnen, hoe zijn de cijfers in de periode daarna? Hoe staat het met het aantal meldingen? En hoe is dat bij de cijfers van de Kindertelefoon?

Actielijn 1: Sociaal en Mentaal welzijn voor de Jeugd

De leden van de GroenLinks-fractie lezen dat er een Jeugdplan wordt ontwikkeld aanvullend op het Nationaal Programma Onderwijs. Wat is de samenhang tussen beide programma’s? Worden ze in samenhang ontwikkeld of los van elkaar? En in hoeverre is er samenhang met het geld dat is beschikbaar gesteld voor de acute problematiek in de jeugdzorg wat ook deels het gevolg is van de corona-pandemie? Wanneer zal het Jeugdplan ontwikkeld zijn?

De leden van de GroenLinks-fractie lezen verschillende acties waaruit het Jeugdplan zal bestaan. Hebben gemeenten en andere organisaties uit het jeugddomein voldoende personeel om deze acties uit te voeren, mede gezien de behoorlijke personeelstekorten in het jeugddomein?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de ChristenUnie

De leden van de ChristenUnie-fractie vinden het erg positief dat het kabinet met het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl investeringen heeft gedaan om in het bijzonder jongeren en kwetsbaren te ondersteunen in hun welzijn en leefstijl. De coronacrisis heeft ernstige gevolgen op heel veel terreinen in het leven, maar zeker ook op het welzijn. De leden van de ChristenUnie-fractie vinden het prijzenswaardig dat het pakket in overleg met de doelgroepen is opgesteld en nader is ingevuld.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben een aantal vragen aan het kabinet over actielijn 1. Deze leden lezen dat de nieuwe luisterlijn Alles Oké? Supportlijn voor jongeren tussen 18 en 24 jaar is gelanceerd. Deze lijn wordt, net als de Kindertelefoon, gesubsidieerd vanuit het ministerie. Hoe kijkt de Minister aan tegen luisterlijnen die met een specifieke godsdienstige gezindheid, levensovertuiging en/of culturele achtergrond opereren. Zij krijgen nu geen overheidssteun, maar kunnen wel bepaalde groepen jongeren bereiken die de Kindertelefoon niet bereikt. Welke meerwaarde ziet de Minister in zulke luisterlijnen en welke mogelijkheden zijn er voor die luisterlijnen om in het kader van het steunpakket subsidie aan te vragen? Daarnaast vragen de leden van de ChristenUnie-fractie met betrekking tot actielijn 1 op het onderwerp laagdrempelige mentale ondersteuning of er zicht is op hoeveel gebruik er wordt gemaakt van het aanbod dat vanuit deze actielijn tot stand is gekomen. Hoeveel jongeren deden mee aan rondetafelgesprekken, hoeveel wordt er gebeld naar de luisterlijnen of gebruik gemaakt van de chats en hoe groot is het bereik van de campagne?

In het algemeen hebben de leden van de ChristenUnie-fractie vragen over de effectiviteit, de verantwoording en de monitoring van het steunpakket. Deze leden vragen de Minister wanneer het kabinet tevreden is over de besteding en de resultaten van het steunpakket. Is er een tijdslimiet voor de besteding of het aanvragen van geld uit het steunpakket?

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen tevens op welke manier gemeenten het bestede geld moeten verantwoorden. En welke beleids- en uitvoeringsruimte hebben gemeenten?

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen de Minister of hij zicht heeft of alle beoogde doelgroepen bereikt worden met dit steunpakket.

Is het voor lokale initiatieven gemakkelijk om bij gemeenten aan te kloppen om van dit steunpakket gebruik te maken? Op welke manier wordt de toegankelijkheid geborgd, ook voor groepen, initiatieven of ideeën die nog niet bekend zijn bij de gemeente, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie.

Welke ervaringen zijn bij de Minister bekend over de mogelijkheden van landelijke organisaties om met hun lokale afdelingen of een plan voor een lokaal initiatief aanspraak te maken op het gemeentelijke deel van het steunpakket, zo vragen de leden van de ChristenUnie-fractie.

Ten slotte vragen de leden van de ChristenUnie-fractie op welke manier gemeenten, zorgaanbieders en lokale initiatieven van elkaar leren over een effectieve aanpak.

Vragen en opmerkingen van het lid van de fractie Den Haan

Het lid van de fractie Den Haan heeft met interesse kennisgenomen van de brief over het steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl. Zij heeft hierover een aantal vragen:

Het kabinet wil de komende weken met de beoogde partners de drie actielijnen uitwerken. Kan de Minister aangeven wanneer de uitwerking van actielijnen 2 en 3 naar de Kamer wordt gestuurd? En waarom is dit steunpakket niet eerder opgesteld en uitgewerkt?

Hoeveel gemeenten hebben de acties beschreven in actielijn 2 en 3 opgepakt en hoe spoort de Minister gemeenten aan die dat nog niet doen? Welke concrete maatregelen neemt hij?

De Minister schrijft in zijn brief dat bij de aanpak van eenzaamheid nog niet iedereen persoonlijk wordt bereikt. Hoe wil de Minister mensen die eenzaam zijn en nog niet bekend zijn bij gemeenten en lokale partners bereiken met deze aanpak?

Kan de Minister aangeven of gemonitord wordt hoeveel mensen die eenzaam zijn met deze acties worden bereikt? Kan de Minister nu al een indicatie geven?

In de vorige voortgangsbrief van 7 december 2020 over het actieprogramma Eén tegen Eenzaamheid (Kamerstuk 29 538, nr. 323) schrijft de Minister dat 214 van de 352 gemeenten meedoet met het programma Eén tegen Eenzaamheid. Hoeveel gemeenten zijn daar inmiddels bij gekomen? En welke redenen hebben gemeenten om niet mee te doen? Wat doet de Minister om gemeenten aan te sporen aan te sluiten bij het programma? En wat gebeurt er in gemeenten die niet zijn aangesloten bij het programma met het budget dat vanuit dit steunpakket wordt vrijgemaakt?

II Reactie van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport