Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2020-2021

24 170 Gehandicaptenbeleid

Nr. 245 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2021

Graag informeer ik u met deze brief over de «Toekomstagenda: zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking». Ik doe u deze agenda toekomen mede met het oog op het notaoverleg van 31 mei aanstaande¹. In de toekomstagenda komen namelijk een aantal onderwerpen naar voren die in de te bespreken initiatiefnota genoemd worden.

Organisaties, zorgverleners, cliënten en naasten in de gehandicaptensector hebben de afgelopen jaren binnen het programma Volwaardig Leven gewerkt aan de kwaliteit en toekomstbestendigheid van de gehandicaptenzorg, waarbij de focus voornamelijk lag op de zorg en ondersteuning die binnen de Wet langdurige zorg wordt geboden. Nu het programma Volwaardig Leven voor de meeste onderdelen dit jaar ten einde loopt, hechten de betrokken veldpartijen eraan om de bereikte resultaten te borgen voor de toekomst en de succesvolle samenwerking voort te zetten. Dit vormde de aanleiding voor het gezamenlijk opstellen van de Toekomstagenda: zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking (hierna: Toekomstagenda). De betrokken organisaties delen de ambitie om van Nederland een inclusieve samenleving te maken, waar iedereen aan kan deelnemen en waarin iedereen kansen krijgt om diens talenten te ontwikkelen. Met goede zorg en ondersteuning voor wie dat nodig heeft.

Vanuit de wetenschap dat de groep mensen met een beperking enorm divers is en dat dit automatisch ook geldt voor de vraagstukken die samenhangen met hun zorg en ondersteuning, is er voor gekozen om met de Toekomstagenda de komende jaren focus aan te brengen en in te zetten op de volgende vijf thema’s: complexe zorg, mensen met een licht verstandelijke beperking, cliëntondersteuning, technologie & innovatie en vakmanschap & arbeidsmarkt. Daarbij is gekozen voor een dynamische agenda, waarbij accenten kunnen verschuiven wanneer omstandigheden daarom vragen.

Ik waardeer het dat alle betrokken partijen in de zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking met deze belangrijke vraagstukken aan de slag gaan en ik onderschrijf de Toekomstagenda dan ook. Het bevat belangrijke bouwstenen voor het beleid in de komende jaren. De agenda maakt duidelijk op welke onderwerpen men de komende jaren gezamenlijk wil inzetten. Keuzes daarover en over de financiële gevolgen die aan de uitvoering van deze toekomstagenda verbonden kunnen zijn, zijn aan een nieuw kabinet.

Een van de onderwerpen die terugkomt in de Toekomstagenda betreft cliëntondersteuning. In mijn brief van 22 maart jl. over de pilots gespecialiseerde cliëntondersteuning (Kamerstuk 24 170, nr. 243), die nu nog worden uitgevoerd in het kader van het programma Volwaardig Leven, heb ik u geïnformeerd over de uitkomsten van een overkoepelend onderzoek dat is opgesteld door onderzoeksbureau DSP. In de pilots wordt voor een aantal speciale groepen onderzocht hoe zij op een juiste manier kunnen worden ondersteund bij het regelen en organiseren van complexe zorg. DSP heeft zich voor de conclusies gebaseerd op de (tussen)rapporten van de evaluatieonderzoeken van de vijf pilots. Inmiddels is over de pilot voor mensen met grote problemen als gevolg van een verstandelijke beperking met bijkomende gedragsproblematiek (LVB+) een eindrapportage beschikbaar, die ik u hierbij doe toekomen. Het eindrapport ondersteunt de conclusies van het eerdere, overkoepelende onderzoek.

De Minister voor Medische Zorg,
T. van Ark

---

1. Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.↩︎