Lijst van vragen, gesteld aan de Algemene Rekenkamer, over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2020 bij het Ministerie van Defensie (Kamerstuk 35830- X-2)
Jaarverslag en slotwet Ministerie van Defensie 2020
Lijst van vragen
Nummer: 2021D20226, datum: 2021-05-27, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2021D20226).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A. (Aukje) de Vries, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie (VVD)
- Mede ondertekenaar: F.H. Mittendorff, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2021Z07704:
- Indiener: A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2021-05-20 13:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-05-27 14:00: Rapport/brief Algemene Rekenkamer (Aan Regering) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Defensie
- 2021-05-27 14:00: Rapport/brief Algemene Rekenkamer (Aan Algemene Rekenkamer) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Defensie
- 2021-06-03 10:00: Procedurevergadering (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2021-06-29 16:30: Jaarverslag en Slotwet 2020 Defensie (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Defensie
- 2022-09-08 14:35: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2021D20226 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Algemene Rekenkamer over het rapport Resultaten verantwoordingsonderzoek 2020 bij het Ministerie van Defensie (Kamerstuk 35 830 X, nr. 2).
De voorzitter van de commissie,
Aukje de Vries
De adjunct-griffier van de commissie,
Mittendorff
Nr | Vraag |
1 | Hoe verklaart u dat het jaarlijks te besteden budget beschikbaar voor investeringen niet volledig wordt besteed? Is dit de bedrijfsvoering? Wat precies in de bedrijfsvoering bemoeilijkt dat? |
2 | Veroorzaakt de onbalans tussen de hoge investeringsquote en het relatief lage defensiebudget knelpunten in de exploitatie en de operationele gereedheid? Zo ja, hoe wordt deze onbalans opgelost? |
3 | Ontvangt Defensie financiële compensatie voor haar bijdrage aan de coronabestrijding met 35.500 mensdagen? |
4 | Hoe verklaart u dat Defensie in 3 uitzonderingssituaties is afgeweken van de aanbestedingswet- en regelgeving? |
5 | Ziet de Algemene Rekenkamer verbetering in het munitiebeheer ten opzichte van 2017–2020? |
6 | Hoe komt het dat het telproces niet op alle punten loopt zoals het hoort? Wat zijn hier mogelijke oorzaken voor? |
7 | Hoe ver zou Defensie het budget voor vastgoed moeten verhogen in 2021 en 2022 om stappen in de goede richting te zetten? |
8 | Zijn alle gebouwen nu brandveilig. Zo nee, welke niet? |
9 | In welk opzicht is inzake de realisatie van GrIT de afhankelijkheid van de leverancier een aandachtspunt? Hoe kan deze afhankelijkheid beheersbaar blijven? |
10 | Wat zijn de gevolgen van het niet meetbaar definiëren van de inzetbaarheidsdoelen van de krijgsmacht in de Defensienota? |
11 | De Algemene Rekenkamer beveelt aan de staat van inzetbepalende voorraden, zoals munitie, mee te nemen in het vaststellen van de operationele gereedheid. Bij brief van 21 mei 2021 stelt de Staatssecretaris: «Voor de eerste hoofdtaak heeft Defensie momenteel onvoldoende (munitie-)voorraden.» Houdt dit in dat Defensie de komende jaren niet (voldoende) in staat is het Nederlandse grondgebied te verdedigen? |
12 | Hoe wordt de capaciteit voor brandbestrijding gedefinieerd? Is dit in materieel, in personeel, of anders? |
13 | Voor de bestrijding van de branden is ondersteuning vanuit het Ministerie van Defensie geleverd. De ingezette Defensie-eenheden waren vijf helikopters, twee tanks en het daarbij behorende personeel. Was dat voldoende? |
14 | Een knelpunt in de uitvoering van brandbestrijding was de aansturing van de Defensieeenheden in de uitvoering door de brandweer op de plaats van de branden zelf. Zo gaf de vertegenwoordiger van de brandweer die meevloog in de blushelikopter meermaals ándere blusaanwijzingen dan de commandant van het brandweerteam op de grond. Hoe komt het dat daar verschil in zit? |