Voorhang koninklijk besluit verlenging Participatiewetmaatregelen Tijdelijke wet Covid-19 SZW en JenV
Uitvoering en evaluatie Participatiewet
Brief regering
Nummer: 2021D22914, datum: 2021-06-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-34352-214).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 34352 -214 Uitvoering en evaluatie Participatiewet.
Onderdeel van zaak 2021Z10487:
- Indiener: W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2021-06-16 14:59: Aansluitend aan de Stemming: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-06-22 16:30: Procedures en brieven commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (digitaal) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2021-09-08 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
34 352 Uitvoering en evaluatie Participatiewet
Nr. 214 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 juni 2021
Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit houdende wijziging van vervaldata van tijdelijke artikelen van de Participatiewet in verband met de uitbraak van Covid-191. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerpnota van toelichting2.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure op grond van de artikelen 31a, derde lid, 41a, derde lid, 41b, derde lid, 78fa, derde lid, en 78fb, derde lid, van de Participatiewet en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de vaststelling van het besluit niet eerder dan een week nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Een gelijkluidende brief heb ik verzonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees