Motie van het lid De Kort over de financiële gevolgen voor gemeenten van de afschaffing van de hondenbelasting
Burgerinitiatief "Stop de Hondenbelasting"
Motie
Nummer: 2021D22980, datum: 2021-06-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35569-3).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: A.H.J. de Kort, Tweede Kamerlid (VVD)
Onderdeel van kamerstukdossier 35569 -3 Burgerinitiatief "Stop de Hondenbelasting".
Onderdeel van zaak 2021Z10510:
- Indiener: A.H.J. de Kort, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2021-06-10 16:00: Burgerinitiatief "Stop de Hondenbelasting" (35569) (Plenair debat (overig)), TK
- 2021-06-15 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 569 Burgerinitiatief «Stop de Hondenbelasting»
Nr. 3 MOTIE VAN HET LID DE KORT
Voorgesteld 10 juni 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat aan de Kamer het burgerinitiatief «Stop de hondenbelasting» is voorgelegd;
overwegende dat de Gemeentewet gemeenten de mogelijkheid geeft om een hondenbelasting te heffen, maar dit niet verplicht;
overwegende dat het aantal gemeenten dat deze belasting heft in de loop der jaren is afgenomen;
overwegende dat de hondenbelasting veelal naar de algemene middelen van gemeenten vloeit;
overwegende dat er vraagtekens kunnen worden gezet bij de bestaansreden van de hondenbelasting;
overwegende dat de opbrengsten van de hondenbelasting voor gemeenten een onderdeel zijn van hun totale financiën, waardoor afschaffing leidt tot vermindering van hun inkomsten;
verzoekt de regering, de financiële gevolgen voor gemeenten van de afschaffing van de hondenbelasting in kaart te brengen;
verzoekt de regering, tevens in samenspraak met de VNG de mogelijkheid van afschaffing van de hondenbelasting te onderzoeken en daarbij de mogelijkheid van een redelijke overgangstermijn te betrekken;
verzoekt de regering, voorts de Kamer daar voor de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het najaar van 2021 over te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kort