Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
Nummer: 2021D24547, datum: 2021-06-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35850-III-3).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. (Martin) Bosma, Tweede Kamerlid (PVV)
- Mede ondertekenaar: C.J.M. Roovers, griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 35850 III-3 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota).
Onderdeel van zaak 2021Z08804:
- Indiener: M. Rutte, minister van Algemene Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
Onderdeel van zaak 2021Z11333:
- Indiener: M. Rutte, minister van Algemene Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2021-06-01 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-06-03 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2021-06-10 14:00: Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (TK 35850-III) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2021-06-22 16:00: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-07-01 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2021-07-08 13:20: Aanvang middagvergadering: STEMMINGEN (over alle onderwerpen tot en met 7 juli) (Stemmingen), TK
- 2023-06-08 15:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
35 850 III Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 21 juni 2021
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 10 juni 2021 voorgelegd aan de Minister-President, Minister van Algemene Zaken. Bij brief van 17 juni 2021 zijn ze door de Minister-President, Minister van Algemene Zaken beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De fungerend voorzitter van de commissie,
Bosma
De griffier van de commissie,
Roovers
Vraag 1
Welke stappen gaat het kabinet concreet zetten nu het rijksbreed IT-beheer door de Algemene Rekenkamer al meerdere jaren als onvolkomenheid wordt bestempeld, om deze onvolkomenheid te verhelpen? Wat is het verwachtte effect van de ter beschikbaar gestelde middelen?
Antwoord op vraag 1
Ten aanzien van de begroting van AZ wordt door de Algemene Rekenkamer geen onvolkomenheid geconstateerd. De beschikbaar gestelde middelen dienen om de ICT-infrastructuur van het ministerie te vervangen en moderniseren op een veilige manier.
Voor Rijksbreed IT-beheer geldt dat CIO Rijk de huidige werkwijze stapsgewijs versterkt. Op tactisch en operationeel niveau dienen kaders als GITC, BIO of IDWOR nageleefd te worden. Daarnaast wordt in de doorontwikkeling van het Rijks ICT-dashboard gekeken naar kaders en instrumenten om kwaliteit van dienstverlening en IT-beheer beter vergelijkbaar te maken. Met het Besluit CIO-stelsel wordt opdrachtgeverschap en verantwoording structureel verbeterd. Assurance rapportages gaan bijdragen aan de kwaliteitsverbetering. Afgelopen jaar is een vernieuwd hulpaanbod gedaan voor verbeterde implementatie van de kaders door CIO Rijk. Uw Kamer is hierover in gesprek met de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Vraag 2
Hoe kan het dat de daadwerkelijk gemaakte kosten zo veel hoger uitvallen dat de verwachtte kosten? Een groot deel van de kosten zijn gemaakt bij het inrichten van de Main Equipment Room, om hoeveel geld gaat dit en waar zijn de andere kosten gemaakt?
Antwoord op vraag 2
Ten behoeve van niet-huisvestingskosten in verband met de verhuizing naar het Catshuisterrein zijn los van bouwkosten van het Rijksvastgoedbedrijf ook kosten voorzien voor niet huisvestingskosten die worden gemaakt door de gebruikers. Daarbij moet gedacht worden aan de inrichting van de ruimtes, verhuiskosten en dergelijke. Hiervoor is eerder een voorlopige voorziening aan de begroting toegevoegd vanuit het project renovatie Binnenhof van € 2,5 mln. De verwachte kosten worden echter geraamd op € 4 mln. Onderdeel hiervan is ook vooruitlopend op de verhuizing het in gereedheid brengen van een Main Equipment Room voor de IT op de locatie Vijverhof van het Ministerie van Algemene Zaken. Voor de inrichting hiervan is een voorziening getroffen van € 0,5 mln. De kosten moeten nog worden gemaakt.
Vraag 3
Kan de regering een overzicht geven van hoe de extra middelen zijn ingezet nu door de toename van verzoeken uit de AIVD en MIVD er extra middelen benodigd zijn voor de TIB? Worden zij aangewend ten behoeve van administratielasten, extra mankracht, IT-benodigdheden?
Antwoord op vraag 3
Voor de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) is in 2021 € 350.000 en vanaf 2022 structureel € 500.000 extra beschikbaar gesteld. Deze middelen zijn beschikbaar gesteld om het secretariaat uit te breiden van 3 naar 6 fte (zowel voor de personele als de bijbehorende materiele kosten). Het gaat om twee extra adviseurs en een ondersteunende medewerker. Daarnaast is budget beschikbaar om het mogelijk te maken het aantal uren dat de twee leden van de TIB per week werken, uit te breiden van 12 naar 16 uur. De extra middelen worden dus ingezet voor extra mankracht en de voor hen benodigde IT-benodigdheden.
Vraag 4
Welke middelen zijn, en worden er beschikbaar gesteld om de cyberveiligheid te vergroten?
Antwoord op vraag 4
Bij Regeerakkoord 2017 zijn er middelen vrijgemaakt door het toen aantredende kabinet Rutte III voor cyberveiligheid.
Onderdeel daarvan is een bedrag van structureel € 3 mln. toegevoegd aan de begroting van het Ministerie van Algemene Zaken, ten behoeve van de ICT van het ministerie zelf en voor het Platform rijksoverheid van de Dienst Publiek en Communicatie (DPC).
In het kader van het project AZ-Next speelt cybersecurity een belangrijke rol en is onderdeel van de totaalafweging en totale kosten. Er heeft geen aparte toevoeging van middelen op titel van cybersecurity plaatsgevonden voor het project.
Vraag 5
Is de toename in de begroting voor het IT-beheer bedoeld om oude systemen toekomstbestendig te maken? Of worden er middelen ingezet om het gehele systeem te moderniseren en verouderde systemen te vervangen?
Antwoord op vraag 5
De huidige ICT infrastructuur wordt vrijwel in zijn geheel vervangen. Tot deze gereed is en de nieuwe ICT-werkplek is ingericht en de applicaties zijn gemigreerd naar de nieuwe omgeving, worden alleen de hoogst noodzakelijke investeringen in de huidige systemen gedaan.
Vraag 6
De begroting voor ICT-projecten en reguliere IT-projecten neemt de komende jaren toe. Kan de regering een kostensplitsing maken in de begrotingen? Onder andere verdeeld op personeelskosten, concrete projecten, kosten voor materiaal (computers) etc.?
Antwoord op vraag 6
De ICT-uitgaven op de begroting van het Ministerie van Algemene Zaken zijn onderdeel van het artikel apparaatsuitgaven. Een nadere uitsplitsing daarvan naar kostenonderdelen van specifieke IT-componenten in de begroting wordt niet gemaakt. Over projecten groter dan € 5 mln. wordt apart verantwoording afgelegd via het jaarverslag en het Rijks ICT-dashboard. Daarin is ook het project AZ-Next opgenomen. Over de rijksbrede ontwikkeling van de IT-uitgaven wordt jaarlijks een overkoepelend inzicht gegeven via de Jaarrapportage Bedrijfsvoering Rijk die in mei naar de Kamer wordt verzonden door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Verdere vergroting van het inzicht in de IT-uitgaven via bijvoorbeeld een uitbreiding van het IT-dashboard is onderwerp van gesprek tussen de Kamer en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Vraag 7
Wordt er in de begroting ruimte gemaakt voor het inhuren van externe IT/ICT arbeidskrachten? Wat is de verwachte verhouding tussen vast personeel en extern?
Antwoord op vraag 7
Voor de vernieuwing van de bestaande ICT-systemen van het Ministerie van Algemene Zaken wordt vooral gebruik gemaakt van ingehuurde arbeidskrachten. Het gaat om specifieke ontwikkelexpertise die na oplevering niet meer nodig is in de AZ-organisatie (circa 15 fte). Ook voor reguliere taken en ontwikkelprojecten wordt momenteel gebruik gemaakt van ingehuurde krachten (circa 20 fte). Dit heeft te maken met de krapte op de arbeidsmarkt binnen het ICT-domein. In beide gevallen is voor de inhuur ruimte gemaakt in de begroting van AZ. De ICT-organisatie is bezet met circa 35 fte aan vast personeel.
Door gebruik te maken van bestaande regelingen, zoals tijdelijke arbeidsmarktoelagen wordt gepoogd een deel van de inzet te «verambtelijken.» Niet alleen is dit goedkoper, maar het zorgt ook voor behoud van expertise binnen de rijksoverheid. Toch is de verwachting dat ook in de afzienbare toekomst gebruik zal worden gemaakt van inhuurkrachten. Het streven is dit percentage in de komende jaren terug te brengen tot 15–20 procent.