Verslag van een schriftelijk overleg over het ontwerpbesluit houdende de wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit in verband met de regulering van smaken voor e-sigaretten (Kamerstuk 32011-85)
Tabaksbeleid
Verslag van een schriftelijk overleg
Nummer: 2021D24560, datum: 2021-06-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32011-87).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. Agema, Tweede Kamerlid (Ooit PVV kamerlid)
- Mede ondertekenaar: M. Heller, adjunct-griffier
Onderdeel van kamerstukdossier 32011 -87 Tabaksbeleid.
Onderdeel van zaak 2021Z11341:
- Indiener: P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-06-23 15:34: Einde vergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-07-08 13:00: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2021-09-22 15:41: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
32 011 Tabaksbeleid
Nr. 87 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 22 juni 2021
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de brief van 27 mei 2021 inzake het ontwerpbesluit houdende de wijziging van het Tabaks- en rookwarenbesluit in verband met de regulering van smaken voor e-sigaretten (Kamerstuk 32 011, nr. 85).
De vragen en opmerkingen zijn op 10 juni 2021 aan de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport voorgelegd. Bij brief van 21 juni 2021 zijn de vragen beantwoord.
De fungerend voorzitter van de commissie,
Agema
Adjunct-griffier van de commissie,
Heller
Inhoudsopgave | ||
I. | Vragen en opmerkingen vanuit de fracties | 2 |
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie | 2 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie | 2 | |
II. | Reactie van de Staatssecretaris | 4 |
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het ontwerpbesluit en de bijbehorende toelichting. Zij hebben hierbij nog enkele vragen ter verduidelijking.
De leden van de VVD-fractie lezen in de toelichting dat er in Nederland nog geen patiënten bekend zijn met de longaandoening EVALI (electronic cigarette, or vaping, product use-associated lung injury), maar dat wel ernstige longklachten zijn gemeld na gebruik van e-sigaretten, zoals verergering van al bestaande longziekten. Kan de Staatssecretaris cijfers delen met betrekking tot deze meldingen?
Voorts lezen deze leden dat met de regulering van smaken ook de mogelijkheid om reclame te maken wordt ingedamd. Zij horen verhalen over reclames die specifiek gericht zijn op jongeren, bijvoorbeeld door middel van influencers. Klopt dit volgens de Staatssecretaris? Zo ja, op welke schaal? Hoe kijkt de Staatssecretaris in dat kader naar de campagne van Phillip Morris, via bijvoorbeeld hun nieuwe website en een paginagrote advertentie in De Telegraaf, die gericht zou zijn op het «recht hebben op informatie»?
Hoeveel winkels in Nederland zijn (grotendeels) gericht op de verkoop van e-sigaretten? Wat is de totale omzet en het aantal werknemers van deze winkels? Wat is de verwachting van de Staatssecretaris over de toekomst van de omzet en werkgelegenheid na de regulering van smaken voor e-sigaretten?
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van zorgen van mensen die aangeven gestopt te zijn met roken van tabakssigaretten en overgestapt zijn op de e-sigaret. Zij zijn bang om terug te vallen in hun oude verslaving door het verbod op smaakjes. Bovendien verwijzen deze mensen veelal naar het staande beleid in het Verenigd Koninkrijk, zoals ook beschreven in de toelichting. Hoe kijkt de Staatssecretaris hier tegenaan?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben met enige verbazing kennisgenomen van het ontwerpbesluit en hebben daar nog de nodige vragen en opmerkingen over.
De leden van de PVV-fractie onderschrijven de rookvrije generatie en het ontmoedigen van het gebruik van zowel de tabakssigaret als ook de e-sigaret bij jongeren. Deze leden hebben maatregelen daartoe ook gesteund. Door deze maatregelen is het gebruik van de e-sigaret en de daarbij behorende smaakjes enkel nog voorbehouden aan volwassenen. Genoemde leden zien echter ook dat de e-sigaret een groot aantal mensen juist van het roken van het meer schadelijke tabak houdt. Deze leden vinden dat de Staatssecretaris met dit wetsvoorstel volledig aan dit feit voorbij gaat.
De Staatssecretaris wijst in de toelichting op afspraken die vastgelegd zijn in het Nationaal Preventieakkoord. De leden van de PVV-fractie wijzen de Staatssecretaris erop dat in het Preventieakkoord met geen woord gerept wordt over het uitbannen van de smaakjes van de e-sigaretten.
Wie heeft deze maatregel voorgesteld en waarom? Waarom wil de Staatssecretaris in zijn demissionaire status deze ingrijpende maatregel er nog doorheen drukken?
De Staatssecretaris geeft aan dat de e-sigaret aan populariteit wint. Onder welke gebruikers wint de e-sigaret aan populariteit? Zijn dit juist niet de mensen die het niet lukt om te stoppen met roken en daarom kiezen voor een veiliger alternatief dan de meer schadelijke tabakssigaret?
Klopt het dat ondanks de brede beschikbaarheid van smaakjes in e-sigaretten het percentage jongeren dat experimenteert met e-sigaretten in Nederland daalt en van structureel gebruik onder jongeren nauwelijks sprake is? Zo ja, waarom wil de Staatssecretaris dan toch overgaan op een verbod op smaakjes in e-sigaretten, in acht nemende dat er gezondheidswinst kan worden geboekt wanneer rokers volledig overstappen op de e-sigaret?
Volgens beschikbare wetenschappelijke literatuur lijkt de e-sigaret enkel minder schadelijk te zijn dan een tabakssigaret als gebruikers volledig overstappen op dampen. Waarom stimuleert en communiceert de Staatssecretaris dit dan niet?
Vloeistoffen voor e-sigaretten bevatten nicotine. Dit geldt echter ook voor andere producten die kunnen helpen tegen rookverslaving, zoals nicotinepleisters, nicotinekauwgom, nicotinezuigtabletten en nicotinemondspray. Waarom de hetze tegen de e-sigaret, zo vragen genoemde leden aan de Staatssecretaris?
De Staatssecretaris verwijst naar de Nederlandse Vereniging voor Artsen van Longziekten en Tuberculose (hierna: NVALT). Zij maken zich zorgen over de schadelijkheid van de e-sigaret, terwijl een andere vooraanstaande longarts juist haar excuses heeft aangeboden en stelt dat e-sigaretten wel degelijk veiliger zijn dan gewone sigaretten. Genoemde leden ontvangen in dit kader graag een reactie van de Staatssecretaris.
De Staatssecretaris stelt dat e-sigaretten voornamelijk worden gebruikt door volwassenen. Het zijn dus ook voornamelijk volwassenen die gebruik maken van de vloeistoffen voor e-sigaretten met een (zoet) smaakje. Deze volwassenen hebben de traditionele sigaret veelal verruild voor de e-sigaret. Is er voorafgaand aan dit wetsvoorstel onderzoek gedaan naar de nadelige gevolgen van dit wetsvoorstel voor deze volwassen e-sigaretrokers? Zo nee, waarom niet? Is onderzoek gedaan naar wat e-sigaretrokers gaan doen op het moment dat zij niet meer kunnen kiezen voor een smaakje? Hoe groot is de kans dat het verbod op smaakjes ertoe zal leiden dat zij weer terugvallen op het roken van een tabakssigaret? Hoe groot is de kans dat zij hun smaakjes elders halen zonder dat er zicht is op de kwaliteitsstandaarden? Is de Staatssecretaris bereid om hier alsnog onderzoek naar te doen? Zo nee, waarom niet? Waarom wil de Staatssecretaris de gevolgen van dit wetsvoorstel niet vooraf zorgvuldig in kaart brengen? In het regeerakkoord is afgesproken dat maatregelen op het gebied van preventie bewezen effectief moeten zijn. Waaruit blijkt dat het reguleren van smaken voor de e-sigaret bewezen effectief is (gaarne een andere beantwoording dan dat de maatregelen als pakket gezien moeten worden)?
Weet de Staatssecretaris zeker dat met dit wetsvoorstel niet juist het tegenovergestelde bereikt wordt, namelijk dat meer mensen terugvallen op de tabakssigaret?
De leden van de PVV-fractie vragen of de Staatssecretaris bij het opstellen van dit wetsvoorstel contact heeft gehad met gebruikers van e-sigaretten. Zo nee, waarom niet?
Genoemde leden hebben onlangs een petitie over het smaakverbod in ontvangst genomen, van ongeveer 20.000 verontruste dampers. Ook de internetconsultatie leverde een groot aantal reacties op. Heeft de Staatssecretaris dit massale verzet laten meewegen in haar beslissing? Zo ja, hoe? Zo niet, waarom niet en is dit niet strijdig met gewenste nieuwe bestuurscultuur waarin de regering heeft beloofd beter te luisteren naar de mening van de bevolking?
Voor een kleine groep rokers kan de e-sigaret een hulpmiddel zijn bij het stoppen met roken. Weet de regering hoe «klein» deze groep is?
Om de e-sigaret beschikbaar te houden voor mensen, kiest de Staatssecretaris voor regulering van de smaken en niet voor een totaalverbod op de e-sigaret. Is de Staatssecretaris bereid een aantal van de zoete, meest gangbare smaken, voor de volwassen gebruikers te behouden? Zo nee, waarom niet? De leden van de PVV-fractie zijn van mening dat van regulering geen sprake is als de meest gangbare smaken verbannen worden en de smaak overblijft die juist door gebruikers als minder aantrekkelijk wordt ervaren. Hoe gaat de Staatssecretaris voorkomen dat mensen hun smaakjes zelf in elkaar gaan flansen, met alle nadelige en schadelijke gevolgen van dien? De Staatssecretaris gaf zelf al het voorbeeld van de longproblemen in de Verenigde Staten, nadat gebruikers zelf THC-olie toegevoegd hadden. Hoe gaat de Staatssecretaris dit soort praktijken voorkomen?
Is de Staatssecretaris bekend met onderzoeken waaruit blijkt dat het verbod op smaakjes voor de e-sigaret er ook toe kan leiden dat juist meer jongeren starten met roken? Jongeren die anders een e-sigaret zouden gebruiken. Zo ja, waarom lezen genoemde leden hier niets over in de toelichting? Zo nee, deze onderzoeken bestaan wel degelijk. Heeft de Staatssecretaris zich met dit wetsvoorstel dan niet te veel gebaseerd op eenzijdig beleid?
Is de Staatssecretaris op de hoogte van het anti-rookbeleid in het Verenigd Koninkrijk en Nieuw-Zeeland, waar het gebruik van de e-sigaret door de overheid gestimuleerd wordt als alternatief voor het schadelijke roken. In beide landen is dit beleid succesvol. De leden van de PVV-fractie willen dat de Staatssecretaris aangeeft waarom tot op heden zelfs niet overwogen wordt om deze koers te volgen.
II. Reactie van de Staatssecretaris
De leden van de VVD-fractie lezen in de toelichting dat er in Nederland nog geen patiënten bekend zijn met de longaandoening EVALI (electronic cigarette, or vaping, product use-associated lung injury), maar dat wel ernstige longklachten zijn gemeld na gebruik van e-sigaretten, zoals verergering van al bestaande longziekten. Kan de Staatssecretaris cijfers delen met betrekking tot deze meldingen?
Over deze meldingen zijn geen exacte cijfers bekend. De signalen zijn naar voren gekomen in een uitvraag van de Nederlandse Vereniging voor Artsen van Longziekten en Tuberculose (NVALT) onder Nederlandse longartsen in 2019.
Voorts lezen deze leden dat met de regulering van smaken ook de mogelijkheid om reclame te maken wordt ingedamd. Zij horen verhalen over reclames die specifiek gericht zijn op jongeren, bijvoorbeeld door middel van influencers. Klopt dit volgens de Staatssecretaris? Zo ja, op welke schaal? Hoe kijkt de Staatssecretaris in dat kader naar de campagne van Phillip Morris, via bijvoorbeeld hun nieuwe website en een paginagrote advertentie in De Telegraaf, die gericht zou zijn op het «recht hebben op informatie»?
Het reclameverbod in de Tabaks- en rookwarenwet is ruim gedefinieerd en verbiedt elke vorm van reclame met inbegrip van reclame-uitingen waarin het tabaksproduct of aanverwant product niet rechtstreeks wordt genoemd, en reclame-uitingen via sociale media. In bijvoorbeeld de Verenigde Staten is deze regelgeving minder streng en daardoor is het mogelijk dat influencers uit de VS bijvoorbeeld e-sigaretten via sociale media promoten en dat dit, gezien de grensoverschrijdendheid van internet en sociale media, ook Nederlandse jongeren bereikt. De NVWA houdt toezicht op het reclameverbod en zij onderzoekt op dit moment de genoemde activiteiten van Philip Morris International. Onafhankelijke informatie over tabaksproducten en aanverwante producten is te vinden op de website van het Trimbosinstituut www.rokeninfo.nl.
Hoeveel winkels in Nederland zijn (grotendeels) gericht op de verkoop van e-sigaretten? Wat is de totale omzet en het aantal werknemers van deze winkels? Wat is de verwachting van de Staatssecretaris over de toekomst van de omzet en werkgelegenheid na de regulering van smaken voor e-sigaretten?
Winkels gericht op de verkoop van e-sigaretten bestaan voor een groot deel uit detaillisten met een klein aandeel e-sigaretten in hun assortiment rookwaren, zoals supermarkten en tankstations. Eind 2019 zijn er 6441 supermarkten en 2094 bemande tankstations. Het omzetaandeel e-sigaretten en het aantal werknemers dat e-sigaretten verkoopt is onbekend. Een ander deel betreft een aantal detaillisten met een ruimer aandeel e-sigaretten in het assortiment; dit zijn vooral de tabaks- en gemakszaken, die ook sigaretten en andere tabaksproducten verkopen. Daarnaast zijn er speciaalzaken die uitsluitend e-sigaretten verkopen. We verwachten dat dit niet meer dan 150 zaken zijn. De totale omzet en het aantal werknemers van deze winkels is onbekend. Het aantal tabaks- en gemakszaken, dat gedeeltelijk e-sigaretten in hun assortiment heeft, wordt geschat op 1600 verkooppunten. Het aantal werknemers van deze tabaks- en gemakszaken is circa 5000. In 2019 was de gemiddelde omzet van e-sigaretten per tabaks- en gemakszaak € 22.579. Het ging hier om een sterke stijging van 24 procent ten opzichte van 2018. In dat jaar was de gemiddelde omzet € 18.216 per winkel. In het derde kwartaal van 2019 ontstond er onrust bij gebruikers. Aanleiding voor deze onrust was het nieuws vanuit de Verenigde Staten. Daar leden honderden mensen aan een mysterieuze longziekte die vermoedelijk veroorzaakt werd door het gebruik van e-sigaretten met THC en vitamine E-oliën. Deze onrust heeft bij verschillende speciaalzaken geleid tot een omzetdaling van wel 30 tot 40 procent.1 Hieruit blijkt dat niet alleen maatregelen ten behoeve van de volksgezondheid vanuit de overheid voor een omzetdaling kunnen zorgen, maar dat ook gebruikers zelf bezorgd zijn om hun gezondheid en los van overheidsingrijpen hun consumptiepatroon aanpassen. De bedrijfseffecten die met de nieuwe maatregel gepaard gaan voor producenten, importeurs en detaillisten zullen worden opgenomen in de ministeriële regeling waarin de regulering van additieven voor vloeistoffen voor e-sigaretten nader wordt ingevuld. De verwachting is dat door de regulering van smaken het gebruik van de e-sigaret ontmoedigd zal worden. Dit zal logischerwijs leiden tot negatieve effecten voor bedrijven die actief zijn in deze branche. In de ministeriële regeling wordt een uitverkoopregeling opgenomen met een termijn die redelijk is om de bestaande voorraden te kunnen verkopen.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van zorgen van mensen die aangeven gestopt te zijn met roken van tabakssigaretten en overgestapt zijn op de e-sigaret. Zij zijn bang om terug te vallen in hun oude verslaving door het verbod op smaakjes. Bovendien verwijzen deze mensen veelal naar het staande beleid in het Verenigd Koninkrijk, zoals ook beschreven in de toelichting. Hoe kijkt de Staatssecretaris hier tegenaan?
De regering is van mening dat zowel roken als dampen schadelijk is en dat de grootste gezondheidswinst wordt behaald wanneer rokers volledig stoppen met roken en in dat proces niet op een vervangend schadelijk product overstappen zoals de e-sigaret. Het beleid van de regering is er daarom op gericht de consument te wijzen op de gezondheidsrisico’s van tabaksproducten en aanverwante producten, waaronder e-sigaretten. Voor het stoppen met roken zijn al verschillende bewezen effectieve en veilige methoden beschikbaar, zoals coaching in combinatie met nicotine vervangende middelen of andere medicatie – die niet de schadelijke stoffen van de e-sigaret bevatten.2 Over e-sigaretten bestaat zorg, onder andere over het risico op terugval in tabaksgebruik. Het is de regering bekend dat het Verenigd Koninkrijk en een klein aantal andere landen het gebruik van de e-sigaret stimuleren als een middel om te stoppen met roken. Het merendeel van de landen, zowel binnen als buiten Europa, is echter net als de Nederlandse regering van mening dat het gebruik van een schadelijk en verslavend product niet gestimuleerd moet worden.
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De Staatssecretaris wijst in de toelichting op afspraken die vastgelegd zijn in het Nationaal Preventieakkoord. De leden van de PVV-fractie wijzen de Staatssecretaris erop dat in het Preventieakkoord met geen woord gerept wordt over het uitbannen van de smaakjes van de e-sigaretten. Wie heeft deze maatregel voorgesteld en waarom? Waarom wil de Staatssecretaris in zijn demissionaire status deze ingrijpende maatregel er nog doorheen drukken?
In het Nationaal Preventieakkoord zijn samen met maatschappelijke organisaties maatregelen afgesproken om in 2040 een rookvrije generatie te realiseren. Om tot deze doelstelling te komen is besloten dat meer kinderen opgroeien in een rook- en tabaksvrije omgeving. Volgens de ondertekenaars van het Nationaal Preventieakkoord betekent een rook- en tabaksvrije omgeving ook dat kinderen niet in aanraking komen met nieuwsoortige tabaksproducten en elektronische sigaretten met en zonder nicotine.3 Er is steeds meer wetenschappelijk bewijs over de schadelijkheid, verslavendheid en aantrekkelijkheid van deze producten. Ook blijkt dat jongeren door het gebruik van elektronische sigaretten vaker beginnen met het roken van tabak dan jongeren die deze producten niet gebruiken. Om de e-sigaret minder aantrekkelijk te maken heeft de regering besloten ook de smaken voor e-sigaretten te reguleren. In de voortgangsbrief van het Nationaal Preventieakkoord van 22 juni 2020 is het voornemen deze maatregel in te voeren aan uw Kamer gemeld. Gesteund door de motie van het lid van Esch en het lid Ouwehand4 over effectief preventiebeleid om de basisgezondheid van Nederland te verbeteren is de regering van mening dat het ten tijde van de huidige gezondheidscrisis van belang is om op het gebied van preventie voortgang te blijven maken.
De Staatssecretaris geeft aan dat de e-sigaret aan populariteit wint. Onder welke gebruikers wint de e-sigaret aan populariteit? Zijn dit juist niet de mensen die het niet lukt om te stoppen met roken en daarom kiezen voor een veiliger alternatief dan de meer schadelijke tabakssigaret?
De regering maakt zich zorgen om de populariteit van de e-sigaret, en dat deze kan toenemen als er niet voldoende maatregelen worden genomen. In Nederland wordt de e-sigaret voornamelijk gebruikt door volwassenen die roken, gerookt hebben en/of willen stoppen, en jongeren. Recent heeft het Europese wetenschappelijke comité SCHEER, dat onderzoek deed naar het gebruik van e-sigaretten, in opdracht van de Europese Commissie geconcludeerd dat het bewijs dat e-sigaretten rokers helpen met het stoppen met roken zwak is.5 Een groot punt van zorg is dat in de praktijk blijkt dat veel e-sigaretgebruikers ook tabaksproducten blijven roken, waardoor de risico’s voor hun gezondheid nagenoeg gelijk blijven of mogelijk zelfs groter zijn. De grootste gezondheidswinst wordt behaald als rokers volledig stoppen met roken, en in dat proces niet op een vervangend schadelijk product overstappen, zoals de e-sigaret. Daarom is het beleid van de regering gericht op het stimuleren van rokers om te stoppen met roken. Dit sluit goed aan bij de wens van 80% van de rokers die zegt te willen stoppen met roken. Met het Nationaal Preventieakkoord wordt ingezet op het vergroten van het aantal effectieve stoppogingen, onder andere door het afschaffen van het eigen risico op stoppen met roken-begeleiding, het verbeteren van de stoppen met roken-zorg en de publiekscampagne PUUR Rookvrij.
Klopt het dat ondanks de brede beschikbaarheid van smaakjes in e-sigaretten het percentage jongeren dat experimenteert met e-sigaretten in Nederland daalt en van structureel gebruik onder jongeren nauwelijks sprake is? Zo ja, waarom wil de Staatssecretaris dan toch overgaan op een verbod op smaakjes in e-sigaretten, in acht nemende dat er gezondheidswinst kan worden geboekt wanneer rokers volledig overstappen op de e-sigaret?
Uit onderzoek uit 2019 onder jongeren blijkt dat een kwart van de jongeren van 12 t/m 16 jaar weleens een e-sigaret heeft gebruikt. Hoewel dit percentage gedaald is van 34 procent in 2015 naar 25 procent in 2019 blijft dit een zeer zorgelijk percentage. Ook is het opvallend dat in 2019 méér scholieren van 12 t/m 16 jaar eerder een e-sigaret probeerden (25 procent) dan een gewone sigaret (17 procent).6 De regering maakt zich zorgen om het grote aantal jongeren dat e-sigaretten gebruikt gezien de schadelijkheid van het product, maar ook omdat uit onderzoek bekend is dat jongeren sneller aan nicotine verslaafd raken dan volwassenen. De meeste e-sigaretten bevatten nicotine en nicotineblootstelling tijdens de adolescentie kan schadelijk zijn voor de zich ontwikkelende hersenen, die zich blijven ontwikkelen tot ongeveer de leeftijd van 25 jaar.
Blootstelling aan nicotine tijdens de adolescentie kan het leren, het geheugen en de aandacht beïnvloeden en kan het risico op een toekomstige verslaving aan andere drugs verhogen.7 In het streven naar een rook- en dampvrije generatie is het noodzakelijk om zowel het gebruik van de tabakssigaret als de e-sigaret te ontmoedigen.
Volgens beschikbare wetenschappelijke literatuur lijkt de e-sigaret enkel minder schadelijk te zijn dan een tabakssigaret als gebruikers volledig overstappen op dampen. Waarom stimuleert en communiceert de Staatssecretaris dit dan niet?
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat wanneer er volledig wordt overgestapt van het roken van de tabakssigaret naar het gebruik van de e-sigaret dit minder schadelijk is dan het roken van tabak of duaal gebruik, en er dus gezondheidswinst kan worden geboekt. Minder schadelijk betekent echter niet onschadelijk: de grootste gezondheidswinst wordt behaald als rokers volledig stoppen met roken en in dat proces niet op een vervangend schadelijk product overstappen, zoals de e-sigaret. Over e-sigaretten bestaat zorg, onder andere over de gezondheidsschade op langere termijn, het risico op terugval in tabaksgebruik, het ondermijnen van de stopwens, de aantrekkelijkheid voor consumenten die geen tabaksproducten of aanverwante producten gebruiken en of deze producten werkelijk kunnen bijdragen aan een netto-daling van het aantal rokers. Daarom is de regering van mening dat het gebruik van een schadelijk en verslavend product zoals de e-sigaret niet gestimuleerd moet worden.
Vloeistoffen voor e-sigaretten bevatten nicotine. Dit geldt echter ook voor andere producten die kunnen helpen tegen rookverslaving, zoals nicotinepleisters, nicotinekauwgom, nicotinezuigtabletten en nicotinemondspray. Waarom de hetze tegen de e-sigaret, zo vragen genoemde leden aan de Staatssecretaris?
Nicotinepleisters, nicotinekauwgom, nicotinezuigtabletten en nicotinemondspray zijn geregistreerd als geneesmiddel om te helpen bij het stoppen met roken. Er zijn op dit moment in Nederland geen e-sigaretten met nicotine die als geneesmiddelen zijn geregistreerd. Indien fabrikanten van mening zijn dat hun product een effectief middel is om te stoppen met roken, hebben zij ook de mogelijkheid om een aanvraag te doen het product te laten registreren als geneesmiddel als bedoeld in de Geneesmiddelenwet. In dat geval is de Tabaks- en rookwarenwet niet van toepassing. Als een roker gezonder wil leven is het advies volledig te stoppen met roken en daarvoor een bewezen effectieve methode te gebruiken. De Multidisciplinaire Richtlijn Tabaksverslaving en de Stoppen-met-rokenondersteuning voor de zorgsector8 stellen dat de effectiefste manier om te stoppen met roken het gebruik van een stoppen-met-roken coaching in combinatie met het gebruik van nicotine vervangende middelen is. Het gebruik van de e-sigaret is volgens de richtlijn geen eerste keus, maar behoeft niet te worden afgeraden. Het is dan wel de bedoeling dat mensen het nicotineniveau afbouwen en ook op korte termijn stoppen met het gebruik van de e-sigaret. Het Trimbos-instituut concludeert op basis van wetenschappelijk onderzoek over de schadelijkheid dat het gebruik van de e-sigaret zou moeten worden beperkt tot de groep rokers die het echt niet lukt om te stoppen met roken met bewezen effectieve hulpmiddelen.9
Op basis van onder andere deze conclusie ziet de regering de noodzaak om het gebruik van de e-sigaret verder te ontmoedigen.
De Staatssecretaris verwijst naar de Nederlandse Vereniging voor Artsen van Longziekten en Tuberculose (hierna: NVALT). Zij maken zich zorgen over de schadelijkheid van de e-sigaret, terwijl een andere vooraanstaande longarts juist haar excuses heeft aangeboden en stelt dat e-sigaretten wel degelijk veiliger zijn dan gewone sigaretten. Genoemde leden ontvangen in dit kader graag een reactie van de Staatssecretaris.
De regering is zoals in de toelichting aangegeven, bekend met het standpunt van de NVALT over de schadelijkheid en verslavendheid van de e-sigaret. De vooraanstaande longarts lijkt haar mening uit 2014 over de e-sigaret te hebben bijgesteld. In het Financieele Dagblad van 17 mei 2021 geeft ze aan dat e-sigaretten in haar ogen een manier zijn om het leven als tabaksproducent te verlengen en niet om bestaande rokers een minder schadelijk alternatief te bieden. Ook geeft zij aan dat het product voor jongeren een opstap naar sigaretten kan vormen en eveneens tot meer longproblemen kan leiden.
Is er voorafgaand aan dit wetsvoorstel onderzoek gedaan naar de nadelige gevolgen van dit wetsvoorstel voor deze volwassen e-sigaretrokers? Zo nee, waarom niet? Is onderzoek gedaan naar wat e-sigaretrokers gaan doen op het moment dat zij niet meer kunnen kiezen voor een smaakje? Hoe groot is de kans dat het verbod op smaakjes ertoe zal leiden dat zij weer terugvallen op het roken van een tabakssigaret? Hoe groot is de kans dat zij hun smaakjes elders halen zonder dat er zicht is op de kwaliteitsstandaarden? Is de Staatssecretaris bereid om hier alsnog onderzoek naar te doen? Zo nee, waarom niet? Waarom wil de Staatssecretaris de gevolgen van dit wetsvoorstel niet vooraf zorgvuldig in kaart brengen?
In onderzoek van het RIVM10 wordt geconcludeerd dat e-sigaretten waarschijnlijk minder aantrekkelijk worden als alle smaken behalve tabak worden verboden. Zo zullen jongeren en niet-rokers minder snel e-sigaretten gaan gebruiken en wordt de kans op schadelijke gezondheidseffecten ervan kleiner. Ook zal de e-sigaret door een dergelijk verbod een minder aantrekkelijk alternatief worden voor rokers die willen stoppen met roken. Het beschermen van jongeren tegen de schadelijke effecten van de e-sigaret weegt in de ogen van de regering echter zwaarder dan de aantrekkelijkheid van het product als stoppen met roken middel. Indien mensen door het verbod op zoete smaken terugvallen in een tabaksverslaving, is begeleiding bij het stoppen met roken voor iedereen gratis toegankelijk. Daarnaast zijn er de afgelopen jaren veel maatregelen genomen vanuit het Nationaal Preventieakkoord, zoals de accijnsverhoging, de invoering van het uitstalverbod, de invoering van neutrale verpakkingen en worden de komende jaren de verkooppunten verminderd, waardoor het roken wordt ontmoedigd.
In het regeerakkoord is afgesproken dat maatregelen op het gebied van preventie bewezen effectief moeten zijn. Waaruit blijkt dat het reguleren van smaken voor de e-sigaret bewezen effectief is (gaarne een andere beantwoording dan dat de maatregelen als pakket gezien moeten worden)? Weet de Staatssecretaris zeker dat met dit wetsvoorstel niet juist het tegenovergestelde bereikt wordt, namelijk dat meer mensen terugvallen op de tabakssigaret?
De maatregel is gebaseerd op onderzoek van onder andere het RIVM, zoals het onderzoek genoemd in bovenstaand antwoord waarin is aangetoond dat zoete en mentholsmaken een belangrijke factor zijn in de aantrekkelijkheid van de e-sigaret. Deze smaken maken e-sigaretten aantrekkelijker door de zoetere smaak en het verkoelende effect. Indirect maskeren ze de bittere smaak en het irriterende gevoel van nicotine. Het RIVM concludeert dan ook dat een smaakjesverbod tot gevolg zal hebben dat jongeren en niet-rokers minder snel e-sigaretten zullen gaan gebruiken waardoor de kans op schadelijke gezondheidseffecten ervan kleiner zal worden.11 Ook de eerder genoemde SCHEER opinie geeft aan dat smaken de e-sigaret aantrekkelijk maken. Door de aantrekkelijkheid van de e-sigaret te verminderen zal het gebruik van de e-sigaret worden ontmoedigd.
Er zijn inderdaad wetenschappers die tegen een smaakjesverbod voor e-sigaretten pleiten omdat dit de effectiviteit van e-sigaretten als hulpmiddel om te stoppen met roken zal verminderen12. Het Europese wetenschappelijke comité SCHEER heeft echter recent geconcludeerd dat het bewijs dat e-sigaretten rokers helpen met het stoppen met roken zwak is.13 Indien mensen door het verbod op zoete smaken terugvallen in een tabaksverslaving, is begeleiding bij het stoppen met roken voor iedereen gratis toegankelijk.
De leden van de PVV-fractie vragen of de Staatssecretaris bij het opstellen van dit wetsvoorstel contact heeft gehad met gebruikers van e-sigaretten. Zo nee, waarom niet? Genoemde leden hebben onlangs een petitie over het smaakverbod in ontvangst genomen, van ongeveer 20.000 verontruste dampers. Ook de internetconsultatie leverde een groot aantal reacties op. Heeft de Staatssecretaris dit massale verzet laten meewegen in haar beslissing? Zo ja, hoe? Zo niet, waarom niet en is dit niet strijdig met gewenste nieuwe bestuurscultuur waarin de regering heeft beloofd beter te luisteren naar de mening van de bevolking?
Zoals steeds bij nieuwe regelgeving gebeurt is het conceptvoorstel ter internetconsultatie voorgelegd, zodat iedereen, dus ook de gebruikers van e-sigaretten, de kans krijgt om te reageren op het voorstel. De regering neemt alle reacties mee in haar beslissing om de smaakjes van e-sigaretten te beperken. De petitie van bijna 20.00014 verontruste dampers over het smaakverbod en alle reacties op de internetconsultatie zijn gelezen, waaronder de reactie van de vereniging van gebruikers. In de nota van toelichting op het besluit is hier uitgebreid aandacht aan besteed door aan te geven hoe met de reacties is omgegaan. Ook is het verslag op hoofdlijnen van de internetconsultatie op de website van de internetconsultatie gepubliceerd.15 Alle reacties zijn serieus bestudeerd en alle belangen gewogen, maar in dit geval heeft dat niet tot aanpassing van de regelgeving geleid.
Voor een kleine groep rokers kan de e-sigaret een hulpmiddel zijn bij het stoppen met roken. Weet de regering hoe «klein» deze groep is? Is de Staatssecretaris bereid een aantal van de zoete, meest gangbare smaken, voor de volwassen gebruikers te behouden? Zo nee, waarom niet?
Er zijn geen exacte cijfers bekend over het aantal mensen dat succesvol stopt met roken door het gebruik van een e-sigaret. Op basis van de beschikbare wetenschappelijke literatuur heeft het Trimbos-instituut geconcludeerd dat dit een beperkte groep is. Veel gebruikers van de e-sigaret blijven immers ook tabakssigaretten roken. In Nederland was in 2019 van de regelmatige e-sigaret gebruikers ongeveer 62% een roker. Dit waren duale gebruikers die naast e-sigaretten ook tabakssigaretten gebruikten.16 De afgelopen jaren heeft de beschikbaarheid van een breed assortiment smaken dus niet in grote mate geleid tot een (volledige) overstap naar de e-sigaret. Het beschermen van jongeren tegen de schadelijke effecten van de e-sigaret weegt in de ogen van de regering en de andere ondertekenaars van het Preventieakkoord zwaarder dan het waarborgen van de aantrekkelijkheid van het product als een stoppen met roken-middel. De regering is daarom niet bereid een aantal zoete smaken beschikbaar te houden.
Hoe gaat de Staatssecretaris voorkomen dat mensen hun smaakjes zelf in elkaar gaan flansen, met alle nadelige en schadelijke gevolgen van dien? De Staatssecretaris gaf zelf al het voorbeeld van de longproblemen in de Verenigde Staten, nadat gebruikers zelf THC-olie toegevoegd hadden. Hoe gaat de Staatssecretaris dit soort praktijken voorkomen?
Het zelfstandig mengen van illegale substanties is zeer onverstandig omdat het tot schadelijkere damp kan leiden dan bij reguliere vloeistoffen. De gezondheidsproblematiek in de Verenigde Staten heeft dit ook aangetoond. Bij de invoering van wetgeving bestaat er altijd een kans dat mensen moedwillig deze regels omzeilen. De NVWA kan echter handhavend optreden als smaakstoffen in de handel worden gebracht die enkel tot doel hebben om te worden gemengd in e-liquids, om zo deze maatregel te omzeilen.
Is de Staatssecretaris bekend met onderzoeken waaruit blijkt dat het verbod op smaakjes voor de e-sigaret er ook toe kan leiden dat juist meer jongeren starten met roken? Jongeren die anders een e-sigaret zouden gebruiken. Zo ja, waarom lezen genoemde leden hier niets over in de toelichting? Zo nee, deze onderzoeken bestaan wel degelijk. Heeft de Staatssecretaris zich met dit wetsvoorstel dan niet te veel gebaseerd op eenzijdig beleid?
De regering is bekend met een onderzoek waarin een toename gevonden werd van het aantal scholieren in San Francisco die voorjaar 2019 rookten na de invoering per 1 januari 2019 van het verbod op smaken in alle tabaksproducten en e-sigaretten aldaar17. De onderzoekers stellen echter dat deze uitkomsten niet generaliseerbaar zijn naar andere landen of steden omdat de (beleidsmatige) context verschilt. Zo zijn er in San Francisco tussen 2017 en 2019 geen andere beleidsmaatregelen genomen op het gebied van tabaksontmoediging. Dit wetenschappelijke artikel is pas eind mei 2021 gepubliceerd, en gezien de beperkingen van het onderzoek ziet de regering geen noodzaak om dit artikel toe te voegen aan de toelichting van de concept amvb. Uit een verkennend onderzoek onder Nederlandse jongeren blijkt dat juist dagelijkse rokers ervaring hebben met e-sigaretten.
Voor jongeren lijkt de e-sigaret bovendien eerder een nieuw middel om mee te experimenteren dan een hulpmiddel om te stoppen met roken.18 Verder wijst de regering erop dat in 2020 een reeks maatregelen uit onder andere het Nationaal Preventieakkoord in werking zijn getreden zoals een significante accijnsverhoging, het mentholverbod, een uitstalverbod, sluiting rookruimtes in de horeca, uitbreiding van het rookverbod met e-sigaretten, rookvrije onderwijsterreinen en neutrale verpakkingen die ervoor zullen zorgen dat zowel tabakssigaretten als e-sigaretten worden ontmoedigd onder jongeren. Ook in 2021 en 2022 zullen nog meer maatregelen om roken en dampen te ontmoedigen in werking treden. De inzet is immers een rook- en dampvrije generatie in 2040.
Is de Staatssecretaris op de hoogte van het anti-rookbeleid in het Verenigd Koninkrijk en Nieuw-Zeeland, waar het gebruik van de e-sigaret door de overheid gestimuleerd wordt als alternatief voor het schadelijke roken. In beide landen is dit beleid succesvol. De leden van de PVV-fractie willen dat de Staatssecretaris aangeeft waarom tot op heden zelfs niet overwogen wordt om deze koers te volgen.
Het is de regering bekend dat het Verenigd Koninkrijk en Nieuw-Zeeland het gebruik van de e-sigaret stimuleren als een middel om te stoppen met roken. Het merendeel van de landen, zowel binnen als buiten Europa, is echter net als de Nederlandse regering van mening dat het gebruik van een schadelijk en verslavend product niet gestimuleerd moet worden.
E-sigbond, de branchevereniging van verkopers van elektronische sigaretten in Nederland.↩︎
S. Troelstra, E. Croes, J. Bommelé, M. Willemsen, «Factsheet elektronische sigaretten», Trimbos-instituut, onderdeel: Nationaal Expertisecentrum Tabaksontmoediging, april 2020, p. 12.↩︎
Zie pagina 13 van bijlage bij Kamerstuk 32 793, nr. 339↩︎
Kamerstuk 25 295, nr. 928↩︎
SCHEER, 16 april 2021. Opinion on electronic cigarettes. Beschikbaar via https://ec.europa.eu/health/sites/default/files/scientific_committees/scheer/docs/scheer_o_017.pdf↩︎
M. Rombouts, S. van Dorsselaer, T. Scheffers – van Schayck, e.a., «Jeugd en riskant gedrag 2019. Kerngegevens uit het Peilstationonderzoek scholieren», Trimbos-instituut 2020, p. 28 en 74.↩︎
K.A. Cullen, A.S. Gentzke, M.D. Sawdey et al., «e-Cigarette Use Among Youth in the United States, 2019», JAMA 3 december 2019, Volume 322, Number 21, p. 2096.↩︎
Nationaal Expertisecentrum Tabaksontmoediging, «Behandeling van tabaksverslaving en stoppen met roken ondersteuning», Trimbos-instituut herziening 2016, p. 13–14.↩︎
S. Troelstra, E. Croes, J. Bommelé, M. Willemsen, «Factsheet elektronische sigaretten», Trimbos-instituut, onderdeel: Nationaal Expertisecentrum Tabaksontmoediging, april 2020, p. 1 en 18.↩︎
RIVM, Factsheet Zoete smaken maken e-sigaret aantrekkelijk, 2021, p. 6↩︎
RIVM, Factsheet Zoete smaken maken e-sigaret aantrekkelijk, 2021, p. 6↩︎
https://www.parool.nl/columns-opinie/opinie-smaakjes-verbieden-de-e-sigaret-is-de-vijand-niet~badb7137/?fbclid=IwAR106Ipf5nF4ZSF42XeKj5t4nukY0qCYXc9J2I80awOh4XIEf2ARbqYXn7o↩︎
SCHEER, 16 april 2021. Opinion on electronic cigarettes. Beschikbaar via https://ec.europa.eu/health/sites/default/files/scientific_committees/scheer/docs/scheer_o_017.pdf↩︎
https://petities.nl/petitions/stop-het-verbod-op-e-liquids-met-smaakjes?locale=nl↩︎
https://www.internetconsultatie.nl/smaakjes#:~:text=Uit%20een%20nieuwe%20analyse%20van,het%20beperken%20van%20het%20gebruik.↩︎
Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor, CBS i.s.m. RIVM en Trimbos-instituut, 2019.↩︎
Friedman AS. A Difference-in-Differences Analysis of Youth Smoking and a Ban on Sales of Flavored Tobacco Products in San Francisco, California. JAMA Pediatr. Published online May 24, 2021. doi:10.1001/jamapediatrics.2021.0922↩︎
Trimbos, 2014. Kennis, opvattingen en gebruik van e-sigaretten onder jongeren – Een verkennend onderzoek. Beschikbaar via: af1330 kennis opvattingen en gebruik van e-sigaretten onder jongeren_webfinal.pdf (trimbos.nl)↩︎