Het bericht ‘Mijn kind wil niet meer Joods zijn’
Schriftelijke vragen
Nummer: 2021D24806, datum: 2021-06-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2021Z11408).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R. Bisschop, Tweede Kamerlid (Ooit SGP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2021Z11408:
- Gericht aan: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Gericht aan: A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
- Indiener: R. Bisschop, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2021Z11408
Vragen van het lid Bisschop (SGP) aan de Ministers voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Mijn kind wil niet meer Joods zijn» (ingezonden 22 juni 2021).
Vraag 1
Hebt u kennis genomen van het bericht «Mijn kind wil niet meer Joods zijn»?1
Vraag 2
Herkent u de constatering dat het aantal incidenten tegen Joodse leerlingen gestegen is tijdens het recente conflict tussen Israël en Gaza? In hoeverre heeft de Inspectie van het Onderwijs (hierna: de inspectie) in die periode (meer) signalen ontvangen over dergelijke misstanden en wat is daarmee gebeurd?
Vraag 3
Hoe reageert u op de signalen dat de situatie op school voor Joodse leerlingen kennelijk onvoldoende veilig is om aanwezig te kunnen zijn? Is het uitgangspunt van het beleid van de inspectie om een specifiek onderzoek uit te voeren als zulke signalen over de veiligheid van leerlingen ontvangen worden? Zo ja, zijn dergelijke onderzoeken in uitvoering?
Vraag 4
Wat is uw reactie op de praktijk dat Joodse leerlingen zelfs door leraren ter verantwoording worden geroepen over het handelen van Israël? Wilt u in overleg met de sectororganisaties verkennen hoe dit probleem op de kaart gezet en aangepakt kan worden?
Vraag 5
In hoeverre is er sprake van afstemming tussen de Inspectie van het Onderwijs en de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding als het gaat om misstanden in het onderwijs? Bent u bereid om met de coördinator te verkennen hoe de bestrijding van antisemitisme in het onderwijs verbeterd kan worden?
Vraag 6
Bent u bereid financiële steun te geven aan initiatieven die, in samenwerking met scholen, antisemitisme onder leerlingen en leraren tegengaan? Wilt u hierover in contact treden met organisaties als het CIDI2, het Joods Cultureel Kwartier en de Stichting antisemitismepreventie, onder meer over het organiseren van de genoemde lerarenreizen?