Wijzigingen van Bijlagen 6 en 9 van de Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-Overeenkomst); Genève, 15 oktober 2020
Ter kennisname voorgelegde Verdragen
Brief regering
Nummer: 2021D26739, datum: 2021-06-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30952-382).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 30952 -382 Ter kennisname voorgelegde Verdragen.
Onderdeel van zaak 2021Z12430:
- Indiener: S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2021-07-06 16:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-07-06 16:30: Procedurevergadering Financiën (via videoverbinding) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2021-09-07 15:10: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
| Vergaderjaar 2020-2021 |
30 952 Ter kennisneming voorgelegde Verdragen
Nr. 382 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 juni 2021
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, eerste en tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen moge ik u hierbij ter kennis brengen de op 15 oktober 2020 te Genève tot stand gekomen wijzigingen van Bijlagen 6 en 9 van de Douaneovereenkomst inzake het internationale vervoer van goederen onder dekking van carnets TIR (TIR-Overeenkomst) (Trb. 2021, nr. 73).
Voor Nederland (het Europese deel) behoeven de wijzigingen van de Bijlagen 6 en 9 bij de Overeenkomst niet de goedkeuring van de Staten-Generaal, omdat zij een gebied (douanevervoer) bestrijken waarop de Europese Unie (EU) bij uitsluiting bevoegd is.
Ingevolge artikel 7, onderdeel f, van genoemde Rijkswet behoeven de wijzigingen van Bijlagen 6 en 9 voor wat betreft Nederland (het Caribische deel), Aruba, Curaçao en Sint Maarten niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A.M. Kaag