Wijzigingen van de Bijlage en Aanhangsel I bij het Internationaal Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten van schepen, 2004; Londen, 20 november 2020
Ter kennisname voorgelegde Verdragen
Brief regering
Nummer: 2021D26950, datum: 2021-06-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30952-386).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 30952 -386 Ter kennisname voorgelegde Verdragen.
Onderdeel van zaak 2021Z12544:
- Indiener: S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2021-07-06 16:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-07-07 10:15: Procedurevergadering commissie Infrastructuur en Waterstaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2021-09-08 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
30 952 Ter kennisname voorgelegde Verdragen
Nr. 386 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 juni 2021
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, eerste lid en tweede lid, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen moge ik u hierbij ter kennis brengen de op 20 november 2020 te Londen tot stand gekomen wijzigingen van de Bijlage en Aanhangsel I bij het Internationaal Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten van schepen, 2004 (Trb. 2021, nr. 71).
De wijzigingen van 20 november 2020 van de Bijlage en Aanhangsel I, resolutie MEPC.325(75), bij het Verdrag behoeven ingevolge artikel 7, onderdeel f, van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, niet de goedkeuring van de Staten-Generaal.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A.M. Kaag