SCoPAFF-vergadering gewasbeschermingsmiddelen 5 en 6 juli 2021
Gewasbeschermingsbeleid
Brief regering
Nummer: 2021D26970, datum: 2021-07-02, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27858-552).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 27858 -552 Gewasbeschermingsbeleid.
Onderdeel van zaak 2021Z12549:
- Indiener: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Volgcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Volgcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2021-07-07 17:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-09-15 10:15: Procedurevergadering LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2021-09-29 13:35: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
27 858 Gewasbeschermingsbeleid
Nr. 552 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juli 2021
Hierbij informeer ik uw Kamer over de voorgenomen Nederlandse standpunten inzake de onderwerpen die ter stemming worden voorgelegd aan het eerstvolgende Standing Committee on Plants, Animals, Food and Feed (SCoPAFF) over regelgeving voor gewasbescherming. Het overleg vindt plaats op 5 en 6 juli 2021. De standpunten zijn ambtelijk voorbereid met de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), op basis van advisering door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb).
De onderstaande punten staan op de agenda ter (mogelijke) stemming (de zogenaamde B-punten).
De werkzame stof Famoxadone
Deze stof wordt gebruikt als fungicide. In Nederland zijn geen middelen op basis van deze stof toegelaten. De EC stelt voor de goedkeuring van famoxadon niet te hernieuwen vanwege risico’s voor werkers in het gewas, risico’s voor zoogdieren op de lange termijn en risico’s voor waterorganismen. Verder ontbrak voldoende informatie om de risicobeoordeling voor vogels af te ronden. Het Ctgb adviseert positief op het voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
De basisstof Chitosan
Dit betreft een voorstel van de EC om binnen de goedkeuring van de basisstof chitosan het CAS-nummer te corrigeren. Het Ctgb adviseert positief op het voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
De basisstof Dimethyl sulphide
De beoogde toepassing van deze stof is als lokmiddel voor de truffelkever. De EC stelt voor om geen goedkeuring te verlenen voor dimethyl sulphide als basisstof, omdat de bij de aanvraag geleverde informatie onvoldoende is om te bepalen of de stof voldoet aan de eisen. Het Ctgb adviseert positief op het voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
De laagrisicostof Calciumcarbonaat
Deze stof wordt gebruikt als afweermiddel tegen wild in de bosbouw. In Nederland zijn geen middelen op basis van deze stof toegelaten. De EC stelt voor de goedkeuring van calciumcarbonaat te hernieuwen als laagrisicostof. Het Ctgb adviseert positief op dit voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
De laagrisicostof Kaliumwaterstofcarbonaat
Deze stof wordt gebruikt als fungicide. In Nederland zijn negen middelen op basis van deze stof toegelaten. Nederland is rapporteur lidstaat voor deze stof. De EC stelt voor de goedkeuring van kaliumwaterstofcarbonaat te hernieuwen als laagrisicostof. Het Ctgb adviseert positief op dit voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
De werkzame stof Fosmet
Deze fosmet wordt gebruikt als insecticide. In Nederland zijn geen middelen op basis van deze stof toegelaten. De EC stelt voor de goedkeuring van fosmet niet te hernieuwen vanwege mogelijke risico’s voor onder andere toepassers, werkers, omstanders, omwonenden en consumenten. Het Ctgb adviseert positief op het voorstel om de goedkeuring van fosmet niet te hernieuwen maar adviseert bij de EC aan te dringen op een respijtperiode van maximaal 6 maanden in plaats van 9 maanden zoals de EC nu voorstelt. Mocht daarvoor geen gekwalificeerde meerderheid zijn, dan is het advies het huidige voorstel te steunen om uitstel van de besluitvorming over de intrekking van de goedkeuring te voorkomen. Daarnaast adviseert het Ctgb om de EC op te roepen zo snel mogelijk te komen met een voorstel voor het verlagen van de Maximum Residu Limieten (MRL’s) voor fosmet.
De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC waarbij wordt aangedrongen op een respijtperiode van maximaal 6 maanden en om zo spoedig mogelijk met een voorstel voor verlaging van de MRL’s van fosmet te komen.
De laagrisicostof Bacillus amyloliquefaciens AH2
Dit betreft een nieuwe stof die wordt gebruikt als fungicide. Nederland is rapporteur lidstaat voor deze stof. De EC stelt voor om deze stof goed te keuren als laagrisicostof. Het Ctgb adviseert positief op dit voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
Tijdelijke verlenging goedkeuringsperiode van 38 werkzame stoffen
De EC stelt voor om de goedkeuring van 38 werkzame stoffen tijdelijk te verlengen met één jaar omdat de besluitvorming buiten de schuld van de aanvrager niet tijdig is afgerond. Deze procedure is vastgelegd in verordening EG 1107/2009 (artikel 17). De herbeoordeling van werkzame stoffen is zeer complex en vraagt grote zorgvuldigheid waardoor de procedure soms langer duurt dan voorzien en gewenst. Zonder tijdelijke verlenging zouden al deze werkzame stoffen, waaronder een aantal potentiële laag risico stoffen van de markt worden gehaald zonder dat een zorgvuldig beoordelings- en besluitvormingsproces is doorlopen.
In het pakket van 38 stoffen bevindt zich de werkzame stof difenoconazool. Dit is één van de vijf azolen waarover uw Kamer in 2013 een nader gewijzigde motie van het lid Ouwehand (PvdD) heeft aangenomen om deze stoffen van de markt te weren (Kamerstuk 27 858, nr. 222). De Nederlandse delegatie is daarom voornemens om, in lijn met mijn reactie op de motie (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1181), het voorstel van de EC te steunen maar zich met een stemverklaring te verzetten tegen de tijdelijke verlenging van de werkzame stof difenoconazool.
Intrekking van de tijdelijke verlenging van twee stoffen
De EC stelt voor om de eerder verleende procedurele verlenging voor de stoffen acrinathrin en prochloraz in trekken, omdat de aanvragers hebben aangegeven de hernieuwing van de goedkeuring van deze stoffen niet langer te ondersteunen. In Nederland zijn acht middelen toegelaten op basis van prochloraz en geen middelen toegelaten op basis van acrinathrin. Het Ctgb adviseert positief op het voorstel. De Nederlandse delegatie is voornemens in te stemmen met het voorstel van de EC.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten