Evaluatie subsidieregelingen PSR en CETSI
EU Structuurfondsen
Brief regering
Nummer: 2021D31408, datum: 2021-08-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27813-33).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.P.R.A. van Weyenberg, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 27813 -33 EU Structuurfondsen.
Onderdeel van zaak 2021Z14701:
- Indiener: S.P.R.A. van Weyenberg, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- 2021-09-08 12:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2021-09-16 11:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2021-11-10 10:00: Raad Algemene Zaken Cohesiebeleid dd 18 november 2021 (omgezet naar schriftelijk overleg dd 10 november 2021) (Commissiedebat), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2021-11-10 14:00: Schriftelijk overleg Raad Algemene Zaken Cohesiebeleid dd 18 november 2021 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Europese Zaken
- 2023-09-05 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2020-2021 |
27 813 EU Structuurfondsen
Nr. 33 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 augustus 2021
Hierbij bied ik u de evaluatierapporten aan van de subsidieregelingen die het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in de periode 2015–2020 beschikbaar heeft gesteld ten behoeve van projecten van Interreg B en C, te weten Interreg Europe, North West Europe (NWE) en North Sea Region (NSR)1. Zoals in de regelingen is aangegeven, dienen deze, na het vervallen ervan, beoordeeld te worden op doeltreffendheid en de effecten van de subsidies in de praktijk.
Interreg
Interreg is een verzameling van «grensoverschrijdende» EU-programma’s die als doel hebben Europa sterker te maken en de economische verschillen tussen regio’s en lidstaten te verkleinen door het ondersteunen van samenwerkingsprojecten. In diverse programma’s werken private en publieke partijen samen aan innovatie, onderzoek en vergroening op tal van gebieden zoals mobiliteit, infrastructuur, klimaatadaptatie en circulaire economie.
Er zijn drie verschillende Interreg-programma’s:
– A; grensoverschrijdende samenwerking, stimuleert samenwerking tussen direct aangrenzende regionale gebieden.
– B; transnationale samenwerking, stimuleert bredere samenwerking tussen een grote groep Europese landen.
– C; interregionale samenwerking, brede uitwisseling tussen regio’s in heel Europa.
IenW-subsidieregelingen voor Interreg
In de afgelopen programmaperiodes van Interreg heeft het Ministerie van IenW twee subsidieregelingen beschikbaar gesteld om deelname van Nederlandse organisaties aan dit Europese programma te stimuleren. Het betreft de Projectstimuleringsregeling V2 (PSR V) en de Rijkscofinancieringsregeling V3 (CETSI V). De Projectstimuleringsregeling was bedoeld als stimulans voor het voorbereiden, opstellen en indienen van projectvoorstellen door Lead Partners4 voor Interreg Europe, NWE of NSR die bijdroegen aan het Rijksbeleid. De Rijkscofinancieringsregeling was bedoeld als stimulans voor Nederlandse Lead Partners of andere partners om een actieve bijdrage te leveren aan de doelstellingen van Interreg NWE of NSR waardoor tevens werd bijgedragen aan Rijksbeleid, in het bijzonder ten aanzien van klimaat en duurzame mobiliteit.
Evaluatie CETSI
CETSI heeft bij 12 projectvoorstellen gezorgd voor de benodigde financiering. De totale verleende CETSI subsidie aan deze projecten bedraagt € 3.970.000 (totaal beschikbaar € 4.700.000).
Uit de evaluatie van de CETSI blijkt dat deze meerwaarde heeft gehad doordat het heeft bijgedragen aan het ontwikkelen en indienen van Interreg-aanvragen. Zonder CETSI was bij meerdere projecten een financieringstekort ontstaan, waardoor projecten niet zouden zijn ingediend of wellicht in afgeslankte vorm met mogelijk een lagere slagingskans. De beschikbare middelen zijn goed besteed. Door het hoge maximale subsidiebedrag t.o.v. het subsidieplafond hebben echter relatief weinig projecten deze cofinanciering ontvangen (12 van de 25 aanvragers ontvingen CETSI, terwijl hiervoor 122 Nederlandse projectpartners potentieel in aanmerking kwamen).
De goedgekeurde CETSI-aanvragen en Interreg-projecten dragen bij aan de programmadoelstellingen en het Rijksbeleid.
Evaluatie PSR
Er zijn 123 PSR aanvragen ingediend, waarvan er 98 zijn goedgekeurd. Deze hebben geleid tot 52 Interreg-aanvragen. In totaal is € 1.787.500 (totaal beschikbaar € 2.500.000) vastgesteld aan begunstigden van de PSR-regeling.
Uit de evaluatie van de PSR blijkt dat deze heeft bijgedragen aan de oorspronkelijke doelstelling, namelijk het stimuleren van het voorbereiden, opstellen en indienen van Interreg-aanvragen. PSR is op onderdelen zeker succesvol geweest. Aanvragers zien PSR als stimulans en ervaren hiervan positieve neveneffecten. De goedgekeurde PSR-aanvragen en Interreg-projecten dragen bij aan de programmadoelstellingen en aan het Rijksbeleid.
Het resultaat van de PSR had wel nog hoger kunnen zijn. Dit heeft ermee te maken dat de PSR een voorschotregeling is en dat teruggevorderde PSR-middelen alleen in hetzelfde jaar dat ze werden toegekend en teruggevorderd, aan een andere aanvrager uitgegeven kunnen worden. De PSR wordt als voorschot uitgekeerd, omdat de werkzaamheden waarvoor de PSR-regeling een tegemoetkoming biedt in het begin van het aanvraagtraject plaatsvinden. Terugvorderen is o.a. aan de orde als de PSR-ontvanger uiteindelijk toch geen projectvoorstel voor Interreg indient. Doordat teruggevorderde PSR niet over de jaargrens opnieuw kon worden toegekend, konden er in totaal minder middelen worden vastgesteld dan oorspronkelijk begroot en zijn de beschikbare middelen niet optimaal benut.
PSR 2022–2024
Zoals in mei aangekondigd per Kamerbrief5, zal IenW voor de periode 2022–2024 opnieuw een Projectstimuleringsregeling (PSR VI) beschikbaar stellen. Hierin zijn de conclusies van de PSR-evaluatie meegenomen. De Rijkscofinancieringsregeling wordt niet voortgezet. Na een afweging van de kosten voor de twee regelingen en het aantal projecten dat ermee ondersteund zou kunnen worden, is besloten om enkel de PSR voort te zetten en de geldigheidsduur uit te breiden van twee naar drie jaar.
Een concept van de nieuwe PSR ligt nu voor in een internetconsultatie. Later dit jaar zal de regeling worden voorgehangen aan uw Kamer.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S.P.R.A. van Weyenberg
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎
Stcrt. 2015, nr. 10986↩︎
Stcrt. 2015, nr. 30863↩︎
Een Lead Partner is trekker van een Interreg-project en is een overheidsinstelling, kennisinstelling, stichting of vereniging die binnen het project geen economische activiteiten verricht, of een regionale ontwikkelingsmaatschappij.↩︎
Kamerstuk 27 813, nr.32↩︎